Recruiters te duur? Paul Storimans: ‘Nee, maar wel betere recruiter experience nodig’

Zijn recruiters te duur geworden? Dat ligt er natuurlijk maar net aan, aan wie je het vraagt. Via de wandelgangen bereikte ons het geluid dat bijvoorbeeld Paul Storimans er wel een mening over heeft. De voormalig algemeen directeur recruitment service & RPO-bedrijf Sterksen, die eerder werkte in HR- en IT-functies bij organisaties als ABinbev en KPMG Consulting, is tegenwoordig investeerder en adviseur in recruitmenttechbedrijven. Als zodanig ziet de Brabander veel bedrijven van de binnenkant en heeft hij een scherpe kijk op de markt gevormd. Wat hij vindt van de stelling dat recruiters te duur geworden zijn?

‘Het aantal plaatsingen per recruiter per periode stijgt al jaren niet meer.’

‘Om daar antwoord op te kunnen geven, moeten we eerst kijken naar hoe de markt zich ontwikkelt. Veel staffingbedrijven kijken de laatste 10 jaar aan tegen stijgende kosten en tegelijk een stijgend verloop van personeel. Zeker de afgelopen 6, 7 jaar. Daarnaast verbetert het transactievolume niet – lees: het aantal plaatsingen per recruiter per periode. Sterker nog, de productiviteit van de agency recruiter daalt eigenlijk al jarenlang.’

> En wat betekent dat, volgens jou?

‘De eindklant kende de afgelopen jaren een hogere vacaturevraag dan in eerdere jaren. Dat geldt zowel voor vaste als flexibele vacatures. De totale staffingkosten zijn dus logischerwijs toegenomen. Anderzijds doet de klant steeds meer zelf en maakt hij gebruik van dezelfde goede mensen, processen en tools als de meeste agencies, wat de kosten bij de eindklant weer drukt. Het grootste verschil tussen de werkwijze van eindklanten en bureaus is eigenlijk met name dat de eindklant in veel gevallen een bredere vacaturevraag kent, terwijl een agency zich kan specialiseren in een doelgroep.’

‘LinkedIn is vaak een van de duurste toepassingen aan de agency-kant geworden.’

‘De klant werkt – in aanvulling op de eigen activiteiten – nog steeds graag samen met agencies. Zulke bureaus zijn inmiddels veelal specialist binnen (een niche van) de arbeidsmarkt, daar zit vanzelfsprekend de toegevoegde waarde. Maar het punt is: veel van die agencies werken eigenlijk nog steeds volgens hetzelfde businessproces als 20 of 25 jaar geleden. Alleen kennen ze een steeds complexer en duurder wordend applicatie- en sourcinglandschap. De kosten zijn daardoor fors toegenomen. Ooit volstond een goed ATS met een website en, afhankelijk van je doelgroep, een mix van campagnes en sourcing-acties. Inmiddels bestaat het landschap uit meerdere losse tech-oplossingen die je moet integreren met het ATS. Daarbovenop komen de kosten van LinkedIn. Die laatste is vaak een van de duurste recruitmenttoepassingen die aan de agency-kant wordt gebruikt.’

> Met als gevolg?

‘Hogere kosten per kandidaat. Alle agency recruiters stoppen steeds meer beschikbare tijd in sourcing, of misschien zijn alle bureaurecruiters wel sourcers geworden. En sourcing doen we helaas al lang niet meer in het ATS, dat doen we met (of op) Linkedin. Soms spenderen recruiters wel 60% van hun effectieve individuele tijd op LinkedIn. Dat is natuurlijk een fantastisch recruitmentplatform, daarover geen twijfel, maar complete sourcingdata bereiken zelden het ATS of blijven zelfs geheel achter binnen de LinkedIn-omgeving.’

Je vindt in je ATS steeds minder bruikbare data, een goede search levert vaak een matig resultaat.’

‘Er zijn nog maar weinig agencies die een strak datamodel beheren in hun ATS, dus daarmee daalt de herbruikbaarheid van hun kandidaatdata in hoog tempo. Je vindt in je ATS steeds minder bruikbare data, en raadt eens welke tool we dan weer inzetten voor het vinden van nieuwe potentiële kandidaten? Precies, LinkedIn.’

> En dus?

‘Geen goede data in je ATS betekent ook dat het ontwikkelen van digitale services voor kandidaten en recruiters aan de voorkant van het proces geen vorm krijgt. Aan de achterkant, de back- en mid-office processen, lukt dat veel beter. Daar krijgen contracten tenslotte een concrete vorm, maar ook daar moet het datamodel vaak na de transactie alsnog compleet worden gemaakt.’

‘Als we de data niet beter organiseren, kunnen we de recruiter experience niet verbeteren.’

‘Als we de data niet beter gaan organiseren, wordt het onmogelijk om de recruiter experience te verbeteren. Dat heeft wel dagelijkse aandacht nodig. We hebben allemaal een ATS- of een VMS-applicatie en daar stoppen we van alles in. Maar, zeg, na een maand of 6 à 12, weten we nog heel weinig (of helemaal niets) van de kandidaten of de professionals met wie we in contact zijn geweest. En zoals al eerder gezegd: dat geldt helemaal voor kandidaten die de sourcing- of selectiefase niet doorkomen, van hen leggen recruiters namelijk steeds minder of helemaal niets meer vast. Dus al heb je een geweldige ATS, dan nog landen steeds minder kandidaatdata in je applicatie.’

> En die heb je wel nodig.

‘De meeste ATS’en hebben geen gebrek aan het aantal kandidaat-records. Veel kandidaten en dus heel veel data, maar heel weinig bruikbare informatie. En data in het ATS, die verversen zich natuurlijk niet zelf, terwijl de kandidaat wel z’n profiel in LinkedIn updatet.’

‘Uiteindelijk haakt de ervaren recruiter af omdat op lange termijn het sourcingwerk niet voldoende uitdagend is.’

‘Hoe mooi de functies van LinkedIn ook mogen zijn, integreren met je ATS blijft lastig. Gelukkig kent LinkedIn wel verschillende abonnementen waarmee je steeds opnieuw je sourcing kunt starten. Resultaat hiervan is dat de hoogopgeleide recruiter echter langzamerhand ook steeds solistischer te werk gaat. Uiteindelijk haakt de ervaren recruiter bij bureaus af omdat het sourcingwerk niet voldoende uitdagend is op lange termijn. Als staffingorganisatie verlies je zo recruitmentcapaciteit, kennis en relaties.’

> Waarmee we terug zijn bij het begin van het verhaal: de recruiter wordt duur. Té duur?

‘De bureaurecruiter wordt in zijn dagelijkse werk steeds meer afhankelijk van sourcing. Vroeger deed je dat met een telefoon, je ging mensen bellen, dat was een beetje een soort van telefonische topsport. Maar tegenwoordig is sourcing steeds meer beperkt tot het versturen van e-mails, of beter gezegd InMails. Recruiters besteden echt letterlijk hele dagen aan sourcing. Niet altijd leuk om te doen, zeker niet als de conversie bedroevend is.’

‘De kandidaat wil meer informatie voordat hij tijd gaat besteden aan welke recruiter dan ook.’

‘Kandidaten sluiten zich steeds meer af van directe vormen van communicatie of contact, zeker als je blijft vertrouwen op LinkedIn, want daar zit letterlijk iedereen. De kandidaat is veel selectiever geworden en kan deels zelf online zijn arbeidsvragen oplossen. Het bureau zal een betere voorkeurspositie moeten opbouwen bij zijn doelgroep, liefst met een betere digitale serviceverlening. Want de kandidaat wil echt wel samenwerken als die een vraag heeft, maar wil ook meer informatie verkrijgen voordat hij, of zij, live interactietijd gaat besteden aan welke recruiter dan ook.’

> Verbaast je dat?

‘Als consument verwachten wij zelf ook meer goede online en offline services. De recruitmentindustrie loopt hier op achter. Het argument is dan altijd: mens-tot-mens-contact is heel belangrijk. Maar als je dat zo volhoudt, wordt dat relatief duur. Je start is dan altijd een-op-een communicatie. Dat werkt wel, als de andere kant – de kandidaat – hieraan ook wil meewerken, helaas is dat steeds vaker niet het geval.’

‘Altijd mens-tot-mens-contact is relatief duur.’

‘De kandidaat verwacht een simpel, snel en goed georganiseerd proces, het liefst met één recruiter die kundig is. Die zijn markt snapt, zijn vakgebied snapt. Fijn als het ook nog een persoonlijk plezierige relatie is.’

> Hoe zorg je dat je die ervaren recruiter, met al die extra kennis, beter inzet?

‘Misschien dat de vraag meer zou moeten zijn: waarom loopt de ervaren recruiter dood in de staffing-fabriek? Als we ervan uit gaan dat we netjes volgens de AVG werken, dan hebben we vaak meer dan genoeg kandidaten in het ATS. Je kunt ze alleen niet allemaal persoonlijk blijven bellen. Je kunt daar met een goed werkproces of met digitalisering dan wel recruitment marketing automation een flinke stap voorwaarts maken.’

‘Als de recruiters ervaren dat de werkweek eentoniger wordt, ga je ze niet vasthouden.’

‘Maar dan moet je wel je data in je ATS goed organiseren. Zodat je kandidaat data intern goed kunt delen en hergebruiken. Anders blijf je eigenlijk hetzelfde doen wat je 20 jaar geleden ook al deed: van opdracht naar opdracht werken. Geen wezenlijke verbetering van het proces voor de recruiter. En dat is wel belangrijk. Een beter product, een betere dienstverlening, is ook belangrijk voor je eigen recruitmentstaf. Want als de recruiters ervaren dat de werkweek eentoniger wordt dan 3 of 13 jaar geleden, dan ga je die mensen niet vasthouden.’

> Wat is je oplossing om voor ervaren krachten het werk interessanter te maken?

‘Verbeter de samenwerking binnen het team, dus samenwerken met elkaar over alle klanten en opdrachten heen. Dat vergt natuurlijk het eerdergenoemde specialisme, een focus op en relevantie voor een doelgroep, maar dat vraagt dan ook dat je zorgvuldiger omgaat met het resultaat van al die sourcing-inspanning die we dag na dag leveren. Welke data leggen we vast, hopelijk in een goed ATS, en wat gaan we daar morgen concreet mee doen? Hoe houden we de kandidaat verbonden met wat er in de markt gebeurt, in zijn vakgebied en daarmee op onze activiteiten, zodat we onze service in kunnen zetten als de professional daarom vraagt?’

Meer weten?

Tijdens Bureaurecruitment Live nemen we je mee in álle technologische vernieuwingen en nieuwe kansen om schaars talent te vinden. Zelfs nu de markt verandert. Met de opkomst van A.I., internationalisering, certificering, nieuwe wetgeving en vele andere relevante ontwikkelingen is het thema dit jaar: Bureaurecruitment: the next level.

Meld je dus nu aan:

Bureaurecruitment Live

De Bureaurecruitment Awards komen eraan: laatste dagen om te stemmen!

Vorig jaar waren het Stéphanie Berris en het Eindhovense bureau LICHT die zowel de publieksprijzen als de juryprijzen in de wacht wisten te slepen, de ene als Bureaurecruiter van het Jaar, de ander als Bureau van het Jaar. Beiden zijn dit jaar vertegenwoordigd in de vakjury. Maar of ze weer dezelfde kandidaten zullen kiezen als het publiek? Dat is nog afwachten tot 12 maart, het moment dat de Bureaurecruitment Awards van 2024 worden uitgereikt.

Vorig jaar waren publiek en vakjury opmerkelijk eensgezind.

Wat in elk geval wel duidelijk is, is dat de jury in de voorselectie 4 bureaurecruiters en 3 bureaus heeft geselecteerd, waaruit je als stemmer nu je keuze kunt maken.

De finalisten

De finalisten bij de Bureaurecruitment Awards in de categorie bureaurecruiters zijn (in alfabetische volgorde):

Bij de bureaus gaat het om:

(Klik hier voor filmpjes over deze finalisten)

Stemmen

Vakjurydag

Stemmen kan tot en met 5 maart. Een dag eerder, op 4 maart dus, volgt ook nog een vakjurydag, waarbij alle finalisten een presentatie mogen geven. Op 12 maart, tijdens Bureaurecruitment Live, volgt dan de finale bekendmaking van de winnaars van 2024. Op de eerste jurydag, waarbij de voorselectie werd bepaald, viel al op hoe hoog de kwaliteit van de inzendingen dit jaar is, aldus juryvoorzitter Dorien Waasdorp (rechts op de foto). ‘De kwaliteit was zo hoog, dat we unaniem besloten dat we dit jaar niet de gebruikelijke 3, maar zelfs 4 bureaurecruiters wilden uitnodigen voor de pitch.’ Hetgeen dus geschiedde.

‘Heb je een visie op recruitment, en kun je duidelijk maken waarom je een voorbeeld voor het vak bent?’

Waar de jury op gaat letten bij de pitches van 15 minuten die de bureaus en de bureaurecruiters op 4 maart (in Amersfoort) gaan geven? Waasdorp: ‘We kijken daarbij echt naar: hoe zie je recruitment in de huidige arbeidsmarkt, en hoe kijk je naar de toekomst? Voor de bureaurecruiters kijken we daarnaast ook heel erg naar hoe je anderen inspireert en motiveert. Heb je een visie op recruitment, en kun je duidelijk maken waarom je een voorbeeld voor het vak bent?’

Breng je stem uit

Weten wie er wint?

Meer weten over de laatste ontwikkelingen in de bureauwereld, en veel inspiratie opdoen? Op Bureaurecruitment Live worden niet alleen cijfermatige updates gegeven, maar ook inzicht verschaft in technologische vernieuwingen en nieuwe kansen om schaars talent te vinden. Zelfs nu de markt verandert. Met de opkomst van A.I., internationalisering, certificering, nieuwe wetgeving en vele andere relevante ontwikkelingen is het thema dit jaar: Bureaurecruitment: the next level.

Meld je dus nu aan:

Bureaurecruitment Live

De maand in werving: 7 dingen die ons opvielen in februari 2024 (mét podcast)

Terwijl wintersporters groene weiden zagen, Latijns-Amerika kampte met hevige bosbranden, werden XR-activisten van de A10 geplukt, en beleefden we in 2024 in Nederland veruit de warmste februari ooit, en liep ook in de rest van de wereld het kwik hoog op. Maar het nieuws werd ook beheerst door het overlijden van Van Agt en Alexei Navalny (foto), de (voorlopig) geklapte formatie, Mathijs van Nieuwkerk en het rapport-Van Rijn, boerenblokkades in heel Europa, carnaval in Brabant en Limburg, rellende Eritreeërs in Den Haag, en Frans Hals in het Rijksmuseum.

Apple kwam met een nieuwe bril, terwijl in België YouTuber Acid het gesprek van de dag verzorgde.

En dan was er ook nog gedoe over Rutte die naar de Navo zou gaan, terwijl zijn collega Ernst Kuipers naar Singapore vertrekt. Apple kwam met een nieuwe bril (en niet met een auto), de ChatGPT-maker met een nieuwe videotool, terwijl in Nederland de rechtszaak tegen Taghi en in België die van YouTuber Acid het gesprek van de dag verzorgde. En dan hebben we het nog niet eens gehad over Joost ‘Europapa‘ Klein, Kate Middleton of de veelbesproken Willy Wonka Experience. Zo was er in februari 2024 al met al weer genoeg om je over op te winden. Maar wat gebeurde er verder allemaal dat voor de recruiters van Nederland van belang is?

#1. Arbeidsmarkt bepaalt studiekeuze niet

We vermoeden het allemaal waarschijnlijk al wel een beetje, maar het Centraal Planbureau bevestigde het in februari 2024 nog maar eens officieel: jongeren laten zich in hun studiekeuze nauwelijks leiden door de eventuele kans op een (‘goede’) baan. De studie die iemand heeft gedaan, doet er wel degelijk toe, aldus het CPB. Maar jongeren laten zich er weinig aan gelegen liggen. Kijk naar academische economiestudies, zegt het CPB. ‘Het aantal inschrijvingen in die studierichting is de afgelopen jaren licht gestegen, terwijl het perspectief op de arbeidsmarkt voor afgestudeerden in economische richtingen al langere tijd daalt.’

‘De tekorten zullen niet verdwijnen als jongeren geen rekening houden met baanzekerheid na hun studie.’

Dat is zorgelijk met het oog op de tekorten op de arbeidsmarkt, aldus het planbureau. ‘Die tekorten zullen niet verdwijnen als jongeren geen rekening houden met baanzekerheid na hun studie. Tegelijkertijd hebben mensen die niet over de juiste vaardigheden beschikken na het afstuderen een grotere kans op werkloosheid. Het zou daarom goed zijn als jongeren bij hun studiekeuze in zekere mate rekening houden met veranderende arbeidsmarktperspectieven.’ Het CPB pleit er dan ook voor al op de middelbare scholen jongeren hierover veel beter te informeren.

#2. Het IMF kwam langs en zag…

Het sneeuwde een beetje onder in de rest van het nieuws, maar begin februari 2024 bracht ook een groep economen van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) nog een bezoek aan Nederland, met een rugtas vol met goedbedoelde adviezen. Alhoewel de Nederlandse economie volgens de economen ‘in blakende gezondheid’ verkeert, kon er volgens hen ook nog wel wat verbeteren. Zo stellen ze dat het hoognodig is dat deeltijders meer uren gaan werken om de tekorten in verschillende sectoren op te lossen, en dat de arbeidsproductiviteit nu eindelijk eens omhooggaat, onder meer door A.I. en automatisering.

Daarmee is het IMF overigens zeker niet de enige die daarvoor pleit. Ook econoom Heleen Mees deed het recent bij BNR, en hoogleraar Robert Dur benoemde het ook nog in zijn Dies Natalis, eind januari bij de Universiteit van Maastricht, waarin hij de uitdagingen van de Nederlandse arbeidsmarkt besprak. Om de productiviteit te verhogen, zouden we bijvoorbeeld wat strenger kunnen zijn voor de nu dominante, maar laagproductieve sectoren als slachthuizen, distributiecentra en kassen, zoals ook DNB-president Klaas Knot deze maand bepleitte, net als Frans Timmermans en ook universiteiten.

#3. Kan Defensie het wel aan?

Hoe zullen ze bij Defensie februari 2024 beleefd hebben? Enerzijds haalde de beroemde 2%-norm van de Navo weer volop het nieuws, en had minister Ollongren het zelfs over 4% (‘Als de VS uit de Navo stapt’), maar anderzijds zijn er ook zorgen hoe dat eventuele geld dan goed te besteden. Want waar halen ze de mensen vandaan, nu er al 9.000 (vermeende) vacatures zijn? Het nieuwe – en meteen redelijk populaire – ‘dienjaar’ lijkt hierbij te helpen, maar tijdens een Kamerdebat werden deze maand ook allerhande andere ideeën geopperd, van werkgevers die hun werknemers moeten vrijstellen tot het enquêteren van alle 17-jarigen.

Nederlandse defensieuitgaven in miljarden euro’s, bron: https://www.rijksfinancien.nl/, via Me Judice

Suggesties zoals recent wel in Japan gedaan werden vielen er niet te horen. Toch haalden de Japanners deze maand ook het nieuws. Want in de strijd tegen de krapte bij Defensie laten ze daar de eis vallen dat je geen lang haar mag hebben wil je het leger in mogen. Voorheen waren kortgeschoren kapsels bij mannen en kort haar voor vrouwen verplicht. Maar vanaf april gelden soepelere regels. Ook wordt overwogen voortaan tatoeages toe te staan. De versoepeling is ingestoken door de concurrentie op de arbeidsmarkt, de grote vergrijzing in het land, en toenemende politieke spanningen, ook in deze regio.

#4. Alarm om vliegtuigmonteurs

Nog een sector waar de personeelstekorten in februari 2024 toch weer het nieuws haalden: de luchtvaart. Aanvankelijk leken de problemen onder controle, en leek er voor de vliegvakantie van menig Nederland – figuurlijk dan – geen vuiltje aan de lucht. Maar nadat eerder al de nog steeds voortdurende zorgelijke tekorten aan bagageafhandelaren en luchtverkeersleiders naar buiten kwamen, kwam er deze maand nog een essentiële beroepsgroep bij: luchtvaarttechnici. Het tekort aan zowel gekwalificeerde vliegtuigmonteurs als bevoegde grondwerktuigkundigen (GWK’s), loopt dit jaar volgens de jongste schattingen op naar wel 25%.

Foto: Nederlandse Vereniging voor Luchtvaart Technici (NVLT)

Het tekort is ‘schrikbarend’, aldus Robert Swankhuizen, voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Luchtvaart Technici (NVLT). ‘Zonder grondwerktuigkundigen mogen de vliegtuigen niet eens de lucht in.’ En dat terwijl nu jaarlijks maar enkele grondwerktuigkundigen hun diploma halen. Volgens Swankhuizen heeft KLM door het tekort al meermalen vluchten moeten annuleren, en is een oplossing voorlopig niet in zicht. ‘Het technisch personeel krijgt de rekening gepresenteerd voor het achterblijven van de werving’, aldus de NVLT, die nu pleit voor een uitgebreide campagne. Want: ‘No technician, no flight.’

#5. Boemerangrecruitment maakt comeback

Opvallend nieuws van Robert Half deze maand: uit onderzoek zou blijken dat het zogeheten boemerangrecruitment – hoe toepasselijk – een voorzichtige comeback beleeft. Heel sterk is de trend overigens nog niet: waar in 2022 zo’n 33% van de werkgevers zeiden te zien dat voormalig werknemers weer vaker terugkeerden, was dat in 2023 gestegen tot 36%. Het is dan ook een verstandige wervingsstrategie, aldus Regional Director Ricardo van Popering. ‘Een werknemer die terugkeert is vaak extra gemotiveerd om deze tweede kans met beide handen aan te grijpen.’

‘Een werknemer die terugkeert is vaak extra gemotiveerd om deze tweede kans met beide handen aan te grijpen.’

Het onderzoek meldt verder groeiende aandacht voor het behoud van medewerkers, en dan met name van counteroffers met een hoger salarisvoorstel. Meer dan een kwart (28%) van de werkgevers voelt zich soms genoodzaakt om een tegenvoorstel aan te bieden aan een werknemer die op het punt staat te vertrekken, zo blijkt. Tegelijkertijd zei bijna een derde (32%) van de werkgevers een toename te zien in het aantal werknemers dat het tegenvoorstel ook daadwerkelijk accepteerde. Nog eens een kwart van de werknemers bleek het tegenvoorstel te gebruiken als start van een nieuwe salarisonderhandeling. 

#6. Nooit eerder werkten er zoveel jongeren

Dat er niet heel veel rek meer zit in de arbeidsparticipatie in Nederland, bleek al eerder. Niet alleen ligt de nettoarbeidsparticipatie, het aandeel werkenden binnen de bevolking van 15 tot 75 jaar, met 73,2% op een nieuw record en blijken er nog nooit zoveel ouderen aan het werk te zijn als nu, datzelfde geldt ook voor jongeren. Volgens een analyse van arbeidsbemiddelaar Studenten.nl die in februari verscheen vertoont het aantal 15- tot 25-jarigen met een baan al sinds 2014 een stijgende lijn.

De groeiende arbeidsparticipatie onder jongeren heeft onder meer te maken met financiële noodzaak, aldus de onderzoekers, maar komt ook doordat werkgevers steeds meer rekening houden met het leefritme van jongeren, en het makkelijker wordt deeltijdbanen te combineren. Ook valt op dat juist buiten de grote steden meer jongeren werken. In Urk en Staphorst ligt de arbeidsparticipatie zelfs op 86%, terwijl Maastricht, Wageningen, Wassenaar en Vaals het laagst scoren, met participatiecijfers onder de 50%.

De tijd dat je als jongere tevreden bent met een bijbaan in de supermarkt of de horeca is wel voorbij, zo stelt de eigenaar van Studenten.nl, Patrick Werkman (aptoniem, anyone?). ‘Zeker onder studenten zien we duidelijk dat zij op zoek zijn naar een bijbaan met toekomstperspectief. Dus niet zomaar een baantje om wat geld mee te verdienen, maar een job die aansluit bij hun studierichting en waaraan ze dus later wat kunnen hebben.’

‘Zeker onder studenten zien we duidelijk dat zij op zoek zijn naar een bijbaan met toekomstperspectief.’

Ook Indeed ziet trouwens een sterke toename van jongeren op zoek naar een bijbaantje. Dat begint al bij 13-jarigen, zo blijkt, die volgens de vacaturesite in 2023 twee keer zoveel zochten op bijbanen als in 2022.

Populaire zoektermen m.b.t. leeftijd

Ontwikkeling zoektermen (01/01 tot 31/12/2022 vs 01/01 tot 31/12/2023)

Bijbaan 13 jaar +128,1%
14 jaar bijbaan +61,4%
14 jaar +41,2%
Bijbaan 16 jaar +13,1%
15 jaar +11,5%
Bijbaan 15 jaar +10,3%

#7. Welzijns-tools: leuk, maar weinig effect

Ander opmerkelijk onderzoek kwam recent van Oxford, dat meldde dat er wereldwijd maar liefst 61 miljard dollar (stijgend tot 95 miljard) omgaat in allerlei ‘welzijns-tools’, maar dat al die inspanningen nauwelijks een aantoonbaar (positief) effect hebben. Van mindfulnesstraining tot webinars over stressmanagement en slaap-apps, het blijkt soms zelfs een tegengesteld effect te hebben, aldus onderzoeker William Fleming. Al kan het er ook mee te maken hebben dat het juist mensen zijn die sowieso al negatiever rapporteren over hun welzijn die zich hiervoor inschrijven.

#8. Cartoon van de maand

Bron: van9tot5

Iets over het hoofd gezien?

In de rubriek ‘De maand in werving’ belichten we trends en ontwikkelingen voor iedereen in de wereld van recruitment. In februari 2024 iets belangrijks over het hoofd gezien? Meld het ons!

Beluister de podcast

Liever luisteren? Martijn Hemminga en Peter Boerman maken ook (bijna) elke maand een podcast over dit nieuwsoverzicht. Beluister hier de meest recente opname, dit keer met Geert-Jan Waasdorp (Martijn is ziek):

Lees ook

Credit: foto Navalny boven

 

Reframe PhD (inzending University of Twente)

Als University of Twente hebben wij een awareness-campagne gecreëerd om meer aandacht te krijgen voor PhD-functies en om het imago van een PhD-functie te verbeteren. Er zijn veel vooroordelen over het doen van een PhD, waaronder dat het saai zou zijn om 4 jaar lang met hetzelfde onderwerp bezig te zijn, dat het nooit af komt en dat je een Einstein moet zijn om überhaupt in aanmerking te komen voor een PhD. Dit is natuurlijk allemaal niet waar.

Wij hebben hiervoor onder andere video’s laten maken waarin een aantal van onze huidige PhD’ers op een ludieke wijze de vooroordelen weg proberen te nemen. PhD’ers lezen stuk voor stuk de vooroordelen voor en reageren daarop. We hebben hiermee hun authentieke reacties vast kunnen leggen.

In video’s proberen een aantal huidige PhD’ers op een ludieke wijze de vooroordelen weg te nemen.

Naast de video’s hebben we ook interviews, posters, narrowcasting en een beursstand gemaakt. Het beeldmateriaal hebben we geplaatst op alle websites waar de UT zichzelf als werkgever presenteert. De beursstand hebben we gebruikt op de Business Days Twente, waar ongeveer 2.000 UT-studenten rondlopen en zoeken naar een toekomstige werkgever. De video’s hebben we ook geplaatst op de LinkedIn van de UT. Ook hebben we medewerkers van de UT de video’s laten delen op hun eigen LinkedIn-pagina, omdat dit meer bereik oplevert dan de LinkedIn van de UT.

Wat was de impact van de case?

We hebben 6 video’s geplaatst op de LinkedIn pagina van de UT, de berichten zijn elk gemiddeld 25.000 keer bekeken, de video’s gemiddeld 15.000 keer. Onder deze weergaven is een deel van de doelgroep, dus de LinkedIn-post heeft zeker effect gehad. Met de beursstand hebben we bovendien veel studenten bereikt. We hadden een opvallende plek en de kleuren van de campagne maken de beursstand nog aantrekkelijker. Ook hebben we veel gadgets uitgedeeld dus de campagne zal hierdoor meer herkenning krijgen onder studenten.

De studenten wilden zelfs met een van de PhD’s uit de campagne op de foto!

De campagne is ook middels schermen en posters zichtbaar op de universiteit. Doordat steeds meer studenten dit zien, worden de vooroordelen over het doen van een PhD verminderd. Een van de hoofdrolspelers was aanwezig op de Business Days Twente bij onze stand en hij werd hierbij herkend door een aantal studenten. De studenten wilden zelfs met hem op de foto!

Waarom moet deze case een Werf& Award winnen?

Het is een unieke campagne, het betreft een uniek onderwerp en we zijn de enige universiteit die met dit soort campagnes bezig is. Dit laat ook ons Employer Brand zien, waar wij met een team hard aan werken. Het is een duurzame campagne, de video’s kunnen meerdere jaren gebruikt worden en het onderwerp blijft zeker nog relevant. PhD posities zijn bij ons altijd beschikbaar.

Credits case

De volgende personen, afdelingen en/of externe partijen zijn betrokken bij de case:

  • Intern: het Employer Branding team (vanuit hier is het idee ontstaan om deze campagne te doen), de faculteiten (bij hen lag de noodzaak om de vooroordelen van een PhD weg te nemen) en de studenten van de UT (zij zijn de doelgroep).
  • Extern: More BV. (zij hebben geholpen met de opzet van de campagne en het beeldmateriaal gemaakt) en masterstudenten van andere universiteiten (zij zijn onderdeel van de doelgroep).

 

Uitreiking op Werf& Live

De Werf& Awards worden uitgereikt op Werf& Live, dat plaatsvindt op 28 mei 2024. Werf& Live is dé ontmoetingsplek voor HR-professionals, recruitmentexperts en arbeidsmarktspecialisten die zich willen onderdompelen in de kernaspecten van employer branding. Wil je erbij zijn?

Meer informatie en tickets

 

Lees ook

De Rijksoverheid ook dit jaar weer meest favoriete werkgever van Nederland

Je zou het al bijna geen verrassing meer kunnen noemen, zo groot lijkt het ‘abonnement’ op de eerste plek dat de Rijksoverheid lijkt te hebben in de jaarlijkse uitverkiezing van de Meest Favoriete Werkgevers van Nederland. Al voor het vijfde jaar op rij prijkt het Rijk bovenaan de lijst, die al 22 jaar achter elkaar wordt samengesteld door Intelligence Group. Dit jaar zijn in totaal 15.651 personen ondervraagd en zijn 760 werkgevers meegenomen in het onderzoek.

Het lijkt wel of ambtenaar worden – in wat voor vorm dan ook – tegenwoordig voor velen een droombaan is.

Als je de lijst zo bekijkt, lijkt het wel of ambtenaar worden – in wat voor vorm dan ook – tegenwoordig de droombaan is van de meesten in de arbeidsmarkt. Achter de Rijksoverheid als Meest Favoriete Werkgever overall, volgen immers eerst de Politie, en daarna Defensie, dat zijn inspanningen om mensen te werven beloond ziet met een mooie groei in populariteit: van plek 7 naar plek 3. Niet eerder in 22 jaar onderzoek bestond de volledige top-3 uit overheidsbedrijven. En dan doen andere (semi)overheidsinstellingen als de Belastingdienst, GGZ, UWV, en Rijkswaterstaat het dit jaar ook nog eens buitengewoon goed.

Beeld van de vacaturesite van de Politie

Eerste bedrijf op 4

Het eerste particuliere bedrijf in de ranglijst vinden we pas terug op plek 4: ASML. Een werkgever die 10 jaar geleden nog onbekend was bij het grote publiek, maar nu steeds een stukje verder richting de top-3 opschuift. Bedrijven als Shell, KLM en Bol.com blijken daarentegen dit jaar een stuk minder populair. Opvallend: de groep jonger dan 30 jaar kiest vooral voor Defensie, ING, Jumbo, Albert Heijn, bol.com, BAM, ABN Amro, AMC, Heineken en Unilever. Organisaties als de Belastingdienst, Shell, en de GGZ doen het minder goed bij de jongere doelgroep.

‘Door Covid hebben sommige werkgevers even pas op de plaats moeten maken en verliezen daarom nu positie.’

Preferred worden op de arbeidsmarkt is een kwestie van strategisch, continu en duurzaam investeren in zichtbaarheid op de arbeidsmarkt en goed werkgeverschap, getuige de top-3 posities in de ranking’, reageert Intelligence Group-CEO Geert-Jan Waasdorp op de cijfers. ‘Door Covid hebben sommige werkgevers even pas op de plaats moeten maken en verliezen daarom nu positie. Bedrijven als KLM en NS schalen hun arbeidsmarktactviteiten nu echter weer op, waarvan ik in de komende jaren dan ook wel weer positieve resultaten verwacht.’

Ranking Meest Favoriete Werkgever 2023

Rank
2023 2022
Het Rijk 1 1
Politie 2 2
Defensie 3 7
ASML 4 5
Shell 5 3
Belastingdienst 6 10
ING 7 6
KLM 8 4
GGZ 9 9
UWV 10 24
Philips 11 12
NS 12 8
Rabobank 13 11
Rijkswaterstaat 14 16
Google 15 14
ABN Amro 16 17
GGD 17 13
Albert Heijn 18 21
Bol.com 19 15
Radboud Universiteit 20 50

Nog weinig scale-ups en unicorns

Er wordt altijd veel geschreven over de (vermeende) populariteit van start-ups en scale-ups. Start-ups zijn logischerwijs te klein om hoog te scoren in deze rijtjes, maar het is opvallend dat ook scale-ups en (tech-)innovators als Booking.com, Adyen, JustEat, en Remote.com niet terug te vinden zijn in de top-50. Ook niet als we inzoomen bij jongeren. En 50-plussers blijken meer de voorkeur te geven aan bedrijven als Shell, de Belastingdienst, UWV, ANWB, Schiphol en KLM.

‘Als bureaus in de gaten krijgen dat employer branding echt een verschil maakt, kunnen ze nog meer gaan domineren.’

Verder opvallend is dat uitzendbureaus, zoals Randstad, of detacheerders als Brunel en YER, ook nauwelijks een voorkeurspositie genieten op de arbeidsmarkt, terwijl zij wel én grote werkgevers zijn én verantwoordelijk zijn voor honderdduizenden werknemersbewegingen per jaar. ‘Aangezien de krapte op de arbeidsmarkt langdurig aanhoudt, zou het van bureaus slim zijn om structureel en diepgaand te investeren in hun employer brand‘, aldus Waasdorp. ‘Op het moment dat deze bureaus in de gaten krijgen dat employer branding echt een verschil maakt, kunnen ze nog meer de arbeidsmarkt gaan domineren.’

Lees ook

Beeld boven: van Werken voor Nederland, vacaturepagina van de Rijksoverheid

Gemiddeld een 4,2: zo belabberd scoren vacatureteksten nog altijd

Een dikke onvoldoende. Belabberd. Ondermaats. Iets anders kun je het cijfer van 4,2 toch niet noemen dat de gemiddelde vacaturetekst krijgt in nieuw onderzoek, waarvoor 960 vacatures in 7 sectoren bekeken en geanalyseerd zijn. Let wel: die 4,2 is op een schaal van 1 tot 10. Daarmee zou je op de middelbare school dus blijven zitten. En dat is op z’n minst opvallend te noemen, gezien de nog altijd voortwoekerende schaarste op de arbeidsmarkt.

‘Doel van dit onderzoek was ontdekken of het echt zo slecht is gesteld met de kwaliteit van vacatureteksten als vaak wordt verondersteld, zelfs in deze krappe arbeidsmarkt’, aldus de initiatiefnemers van het onderzoek, Nicol Tadema (Scoren met woorden) en Mitch Gielen (Purple Squirrel Effect). Elke bekeken vacaturetekst hebben zij beoordeeld op 26 onderdelen. Zo is gekeken of er wel of geen salarisvermelding instond, of het taalniveau aansloot bij de doelgroep, of er niet te veel clichés of lange zinnen in de teksten voorkomen, of de werksfeer concreet omschreven is, en – ook belangrijk: of er bijvoorbeeld een sluitingstermijn in staat.

Belabberd

Op al die onderdelen samen is de score dus belabberd. Ze zouden wervend moeten zijn, en veel relevante informatie voor de kandidaat moeten bevatten. Maar alleen het taalniveau blijkt al meteen een behoorlijke afknapper. Maar liefst 98% van alle teksten is moeilijker geschreven dan B1-niveau, het taalniveau dat wordt aangeraden omdat het bijdraagt aan inclusieve werving, het aantal sollicitaties verhoogt en bijdraagt aan goede matches. ‘Zorgwekkend’, vindt Gielen deze bevinding. ‘Zeker nu 1,6 miljoen Gen Z’ers de arbeidsmarkt betreden en uit ander onderzoek blijkt dat de leesvaardigheid bij jongeren afneemt.’

In veel vacatureteksten zijn niet alleen te lange zinnen te vinden, en veel passief taalgebruik, ook worden er vaak onnodig veel moeilijke woorden gebruikt. Dit is vooral terug te zien bij vacatureteksten van overheidsinstellingen. Hier bestaan de teksten voor 13,6% uit moeilijke woorden. In de technische sector ligt dit verhoudingsgewijs het laagst, al bestaat ook hier de gemiddelde vacaturetekst nog steeds voor 11,6% uit (als zodanig geclassificeerde) moeilijke woorden.

Flexibele uitdaging

Niet alleen moeilijke woorden tieren welig in vacatureteksten, dat geldt ook voor clichés. De gemiddelde vacaturetekst bevat er maar liefst 6, aldus het onderzoek, met de sector logistiek als negatieve uitschieter: hier zijn het er gemiddeld zelfs meer dan 8. Het meest gebruikte cliché is ‘flexibel’, direct gevolgd door ‘uitdaging’. In de sector logistiek is het woord zelfs terug te vinden in maar liefst 83% van de vacatureteksten.

Al net zo belabberd (of eigenlijk: nog iets erger) scoren vacatureteksten als het gaat om de concrete beschrijving van de pullfactoren voor kandidaten. Zo is bekend dat werksfeer een belangrijke pullfactor is bij de keuze voor een nieuwe baan. Toch blijft het in de gemiddelde tekst vaak bij nietszeggende kreten als: ‘er heerst een informele werksfeer’ of ‘je komt te werken bij een leuk team’. Geen van de sectoren scoorde in het onderzoek dan ook punten op dit onderdeel.

Hoe kan dit toch?

Hoe kan het toch dat de kwaliteit van de vacaturetekst nog altijd ondermaats is, terwijl het tekort aan personeel ook nog steeds zo groot is? Arjan Elbers, voorzitter van Recruiters United: ‘Werkgevers laten het schrijven van de vacaturetekst vaak over aan de recruiter of HR-medewerkers. Deze professionals hebben vaak niet de tijd en het talent zoals een goede tekstschrijver dit wel heeft. Dat schrijven kan je ook niet even leren aan een recruiter of HR-medewerker. Je kunt recruiters wel trainen, maar vaak is het resultaat hetzelfde als trekken aan de oortjes van je konijn en hopen dat het een haasje wordt.’

‘Recruiters leren schrijven is als trekken aan de oortjes van je konijn en hopen dat het een haasje wordt.’

Opvallend: het is de overheid die het hoogst scoort voor zijn vacatureteksten, onder andere te danken aan de volledigheid ervan. Zo wordt bij de overheid in 100% van de vacatureteksten iets over het salaris vermeld, flink meer dan het gemiddelde van 62%. Toch is de score ook hier met gemiddeld 5,1 nog steeds een onvoldoende, vooral omdat de teksten 2 keer zo lang waren als de aan te raden lengte van zo’n 640 woorden. Tadema: ‘Het leek er in veel gevallen eerder op dat de overheid in de tekst risico’s wil uitsluiten dan dat zij mensen wil oproepen om te reageren.’

De laatste plaats is weggelegd voor de sectoren retail en horeca & toerisme. Zij behalen gemiddeld een 3,6. Opvallend is dat in de retail geen enkele vacaturetekst een sluitingstermijn benoemt. Binnen de sector horeca en toerisme zijn wel bonuspunten verdiend door enkele quotes van toekomstige collega’s. Toch waren er op de overige onderdelen geen positieve uitschieters. Onbegrijpelijk dat vacatureteksten nog steeds zo belabberd zijn, aldus Tadema. ‘Juist omdat de waarde van de vacaturetekst in het wervingsproces enorm is. Met de juiste woorden kan je ook latent werkzoekenden in beweging brengen. Ook in deze arbeidsmarkt.’

Lees ook

Meer weten

Op 11 maart vindt weer een training Schrijven van Vacatureteksten plaats bij de Academie voor Arbeidsmarktcommunicatie.

Inschrijven

Naar een continue instroom van skills in jouw organisatie – dit zijn dé 8 mogelijkheden

In de reis langs de evolutie van talentmanagement hebben we de kracht ontdekt van het in kaart brengen van huidige en toekomstige vaardigheden binnen organisaties. Deze ontdekkingstocht heeft ons geleid naar het identificeren van de skills-gap, en nu staan we op het punt om strategisch deze kloof te overbruggen. Het is een transformatie in recruitment die ons van ad hoc oplossingen naar een duurzame talent-toekomst leidt.

Traditionele recruitmentprocessen voldoen niet meer in het huidige dynamische werkklimaat.

Traditionele recruitmentprocessen voldoen niet meer in het huidige dynamische werkklimaat. De verschuiving naar een proactieve en strategische benadering is dus cruciaal. Dit betekent niet langer alleen kijken naar vacatures, maar het organiseren van een continue instroom van vaardigheden die de organisatie vooruit helpen. Het vakgebied Talent Intelligence helpt daarbij: hoe zet je Big Data en AI strategisch in om te berekenen welke skills je nodig hebt? En hoe kun je hieraan komen?

Strategisch advies voor recruitment next level

Met de skills-gap duidelijk in beeld, kunnen we organisaties strategisch adviseren over hoe zij hun toekomstige talentbronnen kunnen ontwikkelen. Dit gaat verder dan het traditionele wervingsproces en omarmt een langetermijnvisie op talentontwikkeling. Hieronder een achttal strategieën daarvoor:

#1. Tijdelijke inhuur

Veel techbedrijven zetten bijvoorbeeld freelance softwareontwikkelaars in om snel op te schalen voor projecten, een flexibele oplossing die directe vaardigheden levert zonder permanente kosten. Je kunt deze zelfstandigen via een mantelcontract in een flexibele schil opnemen, zodat je ze snel kunt inzetten met nadere overeenkomsten, tegen reeds bepaalde voorwaarden.

#2. Direct recruiten vanuit communities

Sommige skills wil je niet inhuren, maar in huis hebben, maar pas aantrekken op het moment dat je ze nodig hebt. Zoals een marketingbureau, dat een SEO-expert nodig heeft aan om zijn digitale voetafdruk te vergroten, waardoor het bureau zijn positie in de markt snel kan verbeteren. Je kunt nu al in online communities van dit soort experts vragen om je bedrijf te volgen, zodat op het moment dat je de vacature uitzet, jij deze direct onder de volgers van het bedrijf bekend kan maken.

#3. Up- en re-skilling

Een voorbeeld: een financiële dienstverlener investeert in trainingsprogramma’s voor data-analyse voor zijn werknemers, waardoor het bedrijf niet alleen de vaardigheden van zijn team verbetert, maar ook interne groeikansen biedt. Upskilling gaat over het verhogen van reeds aanwezige vaardigheden onder medewerkers. Reskillling gaat over het aanleren van nieuwe vaardigheden. In beide situaties is het belangrijk zicht te hebben op het bestaande personeelsbestand, om te kunnen bepalen wie er ‘opleidbaar’ is.

‘Het is belangrijk zicht te hebben op het personeelsbestand, om te kunnen bepalen wie er ‘opleidbaar’ is.’

A.I. kan hierbij helpen, door profielen van huidige medewerkers te vergelijken met publieke profielen van reeds opgeleide mensen. Welke combinaties van opleidingen, werkervaring en skills zorgen voor de grootste kans op succes? Dat wil zeggen: is het statistisch gezien aannemelijk dat iemand bepaalde skills (snel) kan leren en ook de overstap maakt naar dit nieuwe werk?

#4. Interne vaardigheden benutten

Soms zijn de vaardigheden gewoon al in huis, maar waren zij onzichtbaar. Neem een de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RvO) die een programma startte (genaamd Part-up) voor interne mobiliteit en jobcrafting, waardoor werknemers nieuwe rollen kunnen verkennen die passen bij hun vaardigheden en ambities. Projecten (part-ups) worden gedeeld op een online marktplaats en medewerkers hebben de mogelijkheid om tot 1 dag per week op een andere afdeling te werken. Managers mogen pas externe capaciteit inhuren als een opdracht eerst intern is uitgezet, om te checken of deze niet met de bestaande capaciteit kan worden uitgevoerd.

#5. Talentpools opzetten

Wil je toekomstig jong talent aan je binden? Een softwarebedrijf creëert bijvoorbeeld een talentenpool van afgestudeerde studenten door samen te werken met universiteiten, waardoor ze vroegtijdig toegang krijgen tot vers talent. Studenten krijgen een ‘skills-paspoort’ waarbij ze de projecten opgedane vaardigheden in een digitaal portfolio met zich meenemen. Aangesloten bedrijven kunnen in deze pool vissen en gericht (op skills) aanbieden doen aan studenten voor stages, projecten en startersbanen.

#6. Samenwerken met het onderwijs

Hierin kun je nog een stap verder gaan door actief in het onderwijs te participeren en het onderwijs af te stemmen op jouw behoefte als bedrijf. Een ingenieursbureau werkt samen met technische scholen om curriculum te ontwikkelen dat aansluit bij de toekomstige behoeften van de industrie, waardoor studenten beter voorbereid zijn op de arbeidsmarkt.

#7. Alumni betrokken houden

Nog een voorbeeld: een consultancybureau onderhoudt actief contact met oud-medewerkers via alumni-netwerken, wat de deur openhoudt voor toekomstige herintreding of samenwerking. Je kunt hierin zelf werken met een marktplaats voor projecten, zoals steeds vaker gebruik is in netwerkbedrijven. Oud-medewerkers krijgen notificaties van passende projecten en kunnen hulp bieden. Huidige medewerkers krijgen suggesties voor alumni die zij eventueel kunnen betrekken.

#8. Een ecosysteem voor talent ontwikkelen

In Twente vormen 80 bedrijven een consortium voor het delen van kandidaten. Ook bij het arbeidsmatchplatform is sprake van een samenwerking tussen bedrijven. Solliciteer je bij één bedrijf en word je afgewezen, dan word je via de skills-based infrastructuur gekoppeld aan een vacature bij een ander bedrijf waar je met 1 klik met jouw profiel kunt solliciteren.

Naast het delen van kandidaten, kunnen samenwerkende werkgevers ook overgaan tot het delen van talent, waardoor ze flexibel kunnen inspelen op veranderende behoeften zonder de volledige kosten van nieuwe aanwervingen te dragen. Voorbereidingen hiertoe worden bijvoorbeeld getroffen in de regio Vlaardingen en Maassluis, onder de projectnaam Riverboard.

Samenvattend

Recruitment wordt een veelzijdiger vak. De vele voorbeelden van geïntegreerde aanpakken stellen organisaties in staat niet alleen hun huidige behoeften te vervullen, maar ook proactief te plannen voor de toekomst. Door verder te kijken dan de traditionele methoden van recruitment en de kracht van strategische planning en samenwerking te omarmen, kunnen we een dynamische en veerkrachtige ‘total talent’ workforce creëren die klaar is voor de uitdagingen van morgen.

Meer weten?

Op deze events duiken we verder in de mogelijkheden.

Congres

Lees ook

Wim op woensdag: Waarom snelheid (in recruitment) tot kwaliteit leidt

Schaarste leidt tot snelheid. Hoe lang duurt jouw proces? Niet liegen! Van vacature-inventarisatie tot de uiteindelijke aanname? Zo’n 30 dagen? Droom verder. Ik schat in dat het eerder 60, 90 of zelfs 120 dagen zijn. Want zo is meestal de praktijk. En dat terwijl uit onderzoek blijkt dat een vacature die 2 maanden openstaat al snel 30% kost van een gemiddeld jaarsalaris, onder andere door een verlies aan productiviteit en omzet.

‘Goed, snel en goedkoop. Je kunt er slechts twee kiezen.’ Ook wel bekend als: de duivelsdriehoek.

‘Goed, snel en goedkoop. Je kunt er slechts twee kiezen.’ Zoals gesteld in de Algemene Wet van het Zakelijk Evenwicht die – zonder enig bewijs – wordt toegeschreven aan John Ruskin. Soortgelijke uitspraken worden vaak gebruikt om de sleutelfactoren van de driehoek kernachtig samen te vatten. Ook bekend als: de duivelsdriehoek.

Haastige spoed is zelden goed. Behalve in recruitment, stelt Wim van den Nobelen. Daar kan meer snelheid juist zorgen voor meer kwaliteit.

Snel of goedkoop?

Dat kwaliteit cruciaal is binnen recruitment behoeft geen nadere toelichting. Daarmee hou je dus maar twee opties over: snel of goedkoop. In de huidige markt waar tekorten in alle segmenten zijn en waar serieus aan mensen getrokken wordt, is snelheid essentieel. Werkzoekenden hebben meerdere opties dus bij die categorie is snel schakelen een must. Helaas wordt bij de ‘latent’ zoekenden vaak een verkeerde aanname gedaan.

Een kandidaat die is ‘aangezet’ gaat echt verder kijken.

Niemand is namelijk latent zoekend. Eenmaal geattendeerd op een vacature gaat er een knopje om. Het is niet alleen jóuw vacature die je heel knap onder de aandacht hebt weten te brengen bij die kandidaat die helemaal niet op zoek is maar nu toch interesse toont, maar opeens zijn zijn of haar ogen geopend voor álle passende vacatures. De hersenen zullen namelijk niet alleen jouw vacature als ideaal zien. Een kandidaat die is ‘aangezet’ gaat echt verder kijken.

Snelheid is in dit geval dus nóg belangrijker dan bij de kandidaat die zelf aan het zoeken was. Die heeft nagedacht over wensen en eisen waarover je kunt sparren. De ‘latent’ zoekende wordt getriggerd door het gras dat bij de buren groener is. Dat dit komt omdat zij ook meer shit hebben, doet voor hen niet ter zake. Snelheid is dus cruciaal. Dus wil je goede kandidaten, trek dan maar jouw portemonnee.

Over de auteur

wim van den nobelen recruiterdilemma'sWim van den Nobelen is recruiter salarisadministratie bij Strictly People. Hij schrijft voor Werf& de ‘Wim op woensdag’. Elke woensdag vind je hier een blog, onderzoek, artikel of interview van hem.

Lees ook:

6 praktische manieren om A.I. in te zetten bij je werving en selectie

In een fractie van de tijd die mensen ervoor nodig hebben, kan A.I. allerlei complexe digitale processen uitvoeren. Voorbeelden? Teksten schrijven, data analyseren en repeterende taken uitvoeren. Laten dit nu ook net 3 taken zijn waar je bij je zoektocht naar nieuw personeel vaak veel tijd aan kwijt bent. Daarom: 6 manieren op een rij hoe A.I. je nu al kan ondersteunen in je werving en selectie.

#1. Vacatureteksten schrijven

Een inkoppertje natuurlijk, maar we kunnen er niet omheen om ChatGPT toch nog even te noemen in een artikel over A.I. Deze superslimme chatbot kan natuurlijke gesprekken voeren, opdrachten uitvoeren en informatie verstrekken op basis van menselijke input. Om een vacaturetekst te schrijven kun je bijvoorbeeld een opdracht geven, zoals je ook zou doen aan een tekstschrijver.

Benoem daarbij:

  • De functietitel en een omschrijving van de functie
  • De vereisten en nice-to-haves voor de functie
  • Primaire en secundaire arbeidsvoorwaarden
  • Bedrijfsinformatie
  • Informatie over het sollicitatieproces
  • De sluitingsdatum

Binnen enkele seconden staat er een tekst die je vrijwel direct online kunt zetten. Nog even finetunen et voilá.

Naast deze feitelijke informatie kun je ook de schrijfstijl aangeven. Bijvoorbeeld formeel, informeel, zakelijk, eenvoudig, enzovoort. Zodra je op enter drukt, gaat ChatGPT voor je aan de slag. Binnen enkele seconden staat er een tekst die je vrijwel direct online kunt zetten. Nog even finetunen et voilá, je bent klaar.

#2. Kandidaten selecteren

Als je veel reacties krijgt op een vacature, wordt het een tijdrovende kwestie om de beste kandidaten eruit te filteren. Een A.I.-matchingtool kan dan helpen. Er zijn verschillende matchingtools die cv’s in een mum van tijd kunnen screenen en rangschikken op basis van relevantie. In SkillPool voer je bijvoorbeeld een omschrijving van de baan in en upload je vervolgens alle cv’s die zijn binnengekomen. Het algoritme berekent vervolgens wat de beste matches zijn.

De software analyseert het cv en zet alle informatie om in cijfers. Zo kan het algoritme objectief bepalen welk cv het beste past bij de baan. Het algoritme kijkt daarbij niet alleen naar trefwoorden, maar ook naar synoniemen, context en verkeerde of alternatieve spelling van woorden.

#3. Selecteren vanuit eerdere vacatures

Voordat je een nieuwe vacature uitzet, is het slim om te checken of er een match zit tussen reacties op eerdere vacatures. Wie weet heb je met een paar belletjes al geschikte kandidaten gevonden. Dat scheelt een hoop werk! Maar alle oude aanmeldingen doorspitten, is natuurlijk ook een tijdrovend klusje. Daarvoor gebruik je dan liever een A.I.-matchingtool als Ideal. Door je kandidatenpool netjes bij te houden in de software, vind je in een handomdraai een match in je huidige bestand. Van daaruit kun je ook direct een berichtje sturen.

#4. Sourcing automatiseren

Probeer je in contact te komen met talenten die momenteel al ergens anders werken? Dan krijg je meestal te maken met flink wat uitzoekwerk, contact leggen en nee bedankt-gesprekjes. Gelukkig kun je dit hele proces tegenwoordig grotendeels automatiseren. In een A.I.-tool als HeroHunt.ai geef je aan wat je zoekt in een kandidaat. Bijvoorbeeld:

  • Functietitel
  • Sector
  • Ervaring
  • Woonplaats

Nu A.I. iets minder de hype van de dag lijkt te zijn, wordt het tijd meer naar de praktische toepassingen in je werving en selectie te kijken. We zetten er 6 voor je op een rij.

De tool gaat vervolgens op zoek naar geschikte profielen op LinkedIn, GitHub en X en toont een overzicht met kandidaten die voldoen aan jouw zoekcriteria. Vervolgens kun je nog meer tijd besparen door de communicatie te automatiseren. Je kunt automatisch een gepersonaliseerd bericht versturen en bij geen reactie bijvoorbeeld automatisch een follow-up bericht sturen.

#5. Social media posts maken

Social media zijn een onmisbare schakel om vacatures onder de aandacht te krijgen bij de baanzoekers van nu. Maar hoe zorg je dat je berichten aanslaan bij je doelgroep? Ook daar kun je tegenwoordig A.I. voor gebruiken.

Nu A.I. iets minder de hype van de dag lijkt te zijn, wordt het tijd meer naar de praktische toepassingen in je werving en selectie te kijken. We zetten er 6 voor je op een rij.

Berichten worden steeds beter naarmate je er vaker gebruik van maakt.

Op basis van jouw vacatures en de tone of voice van je organisatie genereren tools als Phrasee automatisch social media posts voor tal van verschillende platformen en toepassingen. Omdat de software bijhoudt welke woorden, zinnen en zelfs emojis in jouw content het beste werken, worden berichten steeds beter naarmate je er vaker gebruik van maakt.

#6. Verzuim voorspellen

Op zoek naar invallers voor mensen die zich ziekmelden? Meestal gebeurt dit last-minute als de nood al hoog is. Zou het niet fijn zijn als je zou kunnen voorspellen wanneer je verzuimcijfers toenemen? Het kan met de VerzuimVoorspeller van Hyperlab. Deze A.I.-tool analyseert 2,5 miljoen verzuimdossiers en laat daar voorspellingen op los. In de dataset zijn zaken als datum, verloop, meldingsfrequentie, duur, sector, dienstverband, functie, leeftijd en geslacht per dossier opgenomen.

Nu A.I. iets minder de hype van de dag lijkt te zijn, wordt het tijd meer naar de praktische toepassingen in je werving en selectie te kijken. We zetten er 6 voor je op een rij.

Door deze data tegen het personeelsbestand van jouw organisatie af te zetten, kun je voorspellen hoe het verzuimverloop zich de komende maanden zal ontwikkelen. Zelf zeggen ze het al met 80% accuratesse te kunnen voorspellen. Conclusie: werving en selectie wordt leuker en efficiënter met behulp van A.I. Zo houd je meer tijd over voor zaken die écht van belang zijn (zoals het opleiden en ontwikkelen van personeel bijvoorbeeld).

Over de auteur

Dit verhaal is geschreven door Eliza Kruijdenberg, online marketeer bij IMK Opleidingen.

Meer weten?

Alles weten over de praktische toepassingen van A.I. in je huidige werving- en selectieprocessen? Schrijf je dan in voor het congres A.I. & Recruitment op 4 april:

Congres

Lees ook

Hoe onmisbaar is de recruiter nou werkelijk?

Als mens, en dus ook als recruiter, wil je graag van waarde zijn. Je wilt werk dat ertoe doet, echt het verschil maken voor organisaties. Maar gek genoeg is er nog weinig onderzoek bekend over die toegevoegde waarde van recruiters. Zijn ze hun geld waard? Leveren ze uiteindelijk meer op dan ze kosten? Doen organisaties mét recruiters het op langere termijn beter dan organisaties zonder? En waar zit die toegevoegde waarde hem dan precies in? Zijn ze werkelijk onmisbaar? En hoe kun je dat überhaupt vaststellen?

De toegevoegde waarde voor de recruiter blijkt moeilijk met harde cijfers aan te tonen.

Boeiende vragen, zo vonden ze ook bij de redactie van BNR Werkverkenners. Recent wijdden ze dan ook een hele uitzending aan deze ergens ietwat filosofische, maar ook relevante kwestie. Want als we als recruiters zo enorm onmisbaar zouden zijn voor organisaties, dan zou dat toch ook wel ergens uit moeten blíjken? Maar dat bleek in de uitzending toch nog niet zo makkelijk vast te stellen. Waar bijvoorbeeld salesconsultants redelijk kunnen aantonen hoeveel extra omzet ze binnenslepen, en inkopers hoeveel voordeel ze weten te bedingen, is de toegevoegde waarde voor de recruiter een stuk moeilijker met harde cijfers aan te tonen.

De arena van de recruiter

Gelukkig zeggen alle aangehaalde deskundigen in de uitzending uiteindelijk wel dat recruiters onmisbaar zijn. Tenminste, de mééste recruiters. Recruiters die de goede dingen doen. Dingen die dus werkelijk waarde toevoegen aan een organisatie. Strategische dingen. Maar wat dat dan precies zijn? Dan wordt het alweer een stukje schimmiger. Zoals: het nut van sollicitatiegesprekken. Zulke gesprekken zijn ‘de arena van de recruiter’, stelt Andries van der Leij (CTO BrainsFirst) in de uitzending. Maar zorgen zulke gesprekken wel voor een betere selectie, en zijn ze de tijdsbesteding waard? Daarover is een stuk minder duidelijkheid.

‘Laten we eerlijk zijn, met 11 Jordan Hendersons in je team scoor je nooit een goal.’

Dat deel van het recruitmentproces kun je dus misschien wel helemaal overslaan. Zoals bijvoorbeeld ook bij Open Hiring gebeurt. Of je besteedt het uit aan een interviewrobot als Tengai. Maar ook dan is een recruiter nog steeds wel van nut, zegt selectie-expert Bas van de Haterd. ‘Misschien dus niet voor het gesprek zelf, maar wel voor het interpreteren van de gegevens die daaruit komen. Laten we eerlijk zijn, met 11 Jordan Hendersons in je team scoor je nooit een goal, en met 11 Lionel Messi’s krijg je er weer heel veel tegen. Dat schiet dus niet op. En daarin een goede afweging maken, dat is iets waar A.I. nog heel slecht in is.’

Ondergeschoven kindje

‘Recruitment is een vak. En nog heel vaak onterecht een ondergeschoven kindje’, zegt Dorien Waasdorp, onder meer docent aan de Academie van Arbeidsmarktcommunicatie. ‘Natuurlijk heb je ook het team nodig waar de nieuwe medewerker terecht komt. En de vacaturehouder. Je moet het altijd samendoen. Maar jíj bent de professional die doelgroepgerichte vacatureteksten kan schrijven, omdat je met je marketingachtergrond weet hoe je die kandidaten naar je organisatie verleidt, of naar het bedrijf waarvoor je werft, als je een externe recruiter bent.’

‘Jíj bent als recruiter de professional die doelgroepgerichte vacatureteksten kan schrijven.’

Als je ooit hebt gewerkt met een goede recruiter, dan snap je zijn of haar toegevoegde waarde heus wel, aldus Waasdorp. ‘Dat merk je vanzelf als je ervaart dat hij of zij iemand heeft gevonden, met wie je heel blij bent.’ En dat bekende gevoel dan dat veel vacaturehouders hebben, van “dat had ik zelf ook wel gekund, zonder recruiter”, zoals presentator Rens de Jong het omschrijft? ‘Natuurlijk komt dat voor. Maar dat denk ik zelf ook wel heel vaak met andere dingen.’

Vacaturevraag verdiepen

Goede recruiters helpen ook een vacaturevraag verdiepen, zeggen de experts in de uitzending. Ze vragen door welke skills écht onmisbaar zijn bij de nieuwe medewerker. En kijken ook vooruit. Welke kant gaat een organisatie op? Wie past daar goed bij? ‘Het overall plaatje ziet de recruiter vaak beter dan de lijn zelf’, zegt Waasdorp. ‘Bovendien: een afdeling wil niet zo vaak veranderen, ook al zeggen ze natuurlijk van wel. Maar de praktijk is anders. Een goede recruiter kan dan het hele plaatje wel overzien, en veel breder kijken dan alleen die vacature en een profiel zelf, maar ook: waar zit de potentie van de kandidaat?’

‘Het terrein van de creatieve match of het atypische talent is toch wel art, en niet echt science meer.’

De waarde van de recruiter voor de kandidaat komt bij bijna alle experts terug. Zoals bij Van der Leij, die zegt te verwachten dat de rol van de recruiter zich in de toekomst steeds meer ontwikkelt naar die van een soort talent broker, die tussen de organisatie en de kandidaat instaat. ‘Wat je nu al bij veel grote organisaties ziet, is dat een goede recruiter bij een kandidaat die misschien niet helemaal past bij het profiel waarop hij solliciteerde, intern rondkijkt of er misschien andere mogelijkheden zijn. Dan kom je vaker op het terrein van de creatieve match of het atypische talent. En dat is toch wel art, en niet echt science meer.’

De recruiter als artiest

De recruiter als artiest, het is weer eens een andere benadering. Maar dan wel een artiest voor wie data onmisbaar zijn. ‘Als je niet weet wat de push- en pullfactoren van je doelgroep zijn, of hoeveel mensen er überhaupt op jouw arbeidsmarkt actief zijn, kun je moeilijk een strategisch gesprekspartner zijn’, aldus Waasdorp. ‘Maar als je wel die data kunt laten zien, heb je een beter gesprek, en kun je makkelijker dingen aanpassen.’

‘Het zien van patronen, daar moet je dus oog voor hebben.’

De data kunnen interpreteren is dus als skill voor elke recruiter onmisbaar, aldus Van de Haterd. ‘Het zien van patronen, daar moet je dus oog voor hebben, omdat je als recruiter steeds meer met systemen gaat werken. Je hebt binnen je recruitmentafdeling mensen nodig die als talent advisor die data interpreteren en naar de hiring managers gaan en zeggen: goh, wat heb je nou écht nodig?’ Iets dat Waasdorp ook beaamt. ‘Je moet het gesprek aangaan. Goh, heb je echt een schaap met 7 poten nodig? Ik heb er hier eentje met 4 poten. Wat kunnen we doen om die 3 extra poten aan te leren, of op een andere manier te verzorgen?’

Talent Acquisition Excellence

Van de Haterd heeft net samen met Kevin Wheeler het boek Talent Acquisition Excellence uitgebracht. Dat boek is ook bedoeld om ‘recruiters productiever te maken’, zoals hij in de uitzending zegt. ‘Maar ook om bedrijven te nalaten denken over: als jij zegt dat talent jouw belangrijkste asset is, waarom behandel jij dat dan niet als een kostbaar goed, maar als een uit te knijpen kostenpost?’ En goede recruiters kunnen volgens hem zeker daarbij helpen. ‘Al is het wel een probleem dat we in Nederland een recruiter een junior functie vinden. In Australië en Engeland is dat wel anders. En ook in de VS kom ik veel meer seniors tegen. Echte talent advisors, zoals wij dat noemen, die mensen op de goede plek kunnen neerzetten. Maar daar heb je wel een bepaalde skillset voor nodig.’

‘Het is wel een probleem dat we in Nederland een recruiter een junior functie vinden.’

Co-auteur Kevin Wheeler heeft vaak gezegd dat over een jaar of 5 een stuk minder recruiters nodig zullen zijn, omdat automatisering dan veel taken zal hebben overgenomen. ‘Daar ben ik het wel mee eens’, zegt Van de Haterd. ‘Er zijn er nu veel matig in hun werk. Die doen dingen die je eigenlijk niet zou moeten doen. Ik was laatst bij een organisatie waar de recruiters 80% van hun tijd bezig waren met het plannen van sollicitatiegesprekken. Ja, dat is echt overbodig. Daar is heel goede software voor, die door alle kandidaten ook nog eens als plezieriger wordt ervaren.’

Beter worden

Het vak is dus nog steeds belangrijk, maar recruiters moeten wel beter worden, vat presentator De Jong het samen. Bijvoorbeeld in verleiden, aldus Waasdorp. ‘Een aantal jaar geleden stonden kandidaten nog voor je in de rij. Maar zo is het niet meer. Nu moet je weten wat doelgroep belangrijk vindt, en daarop inspelen. Dat is echt anders dan vacatures vullen.’

‘Een aantal jaar geleden stonden kandidaten nog voor je in de rij. Maar zo is het niet meer.’

Ook is er in de selectie nog veel te winnen, zegt Van de Haterd. Als recruiters bad hires kunnen voorkomen, verdienen ze zichzelf volgens hem snel terug. ‘De beslissing om met een kandidaat door te gaan of niet ligt nu nog vaak bij de hiring manager. Ik ken organisaties, zoals de Vlaamse overheid, waarbij de eerste selectie juist door de recruiters gebeurt, aan de hand van testen, die dan dus daarna bepalen uit wie de hiring manager uiteindelijk mag kiezen. Daarmee willen ze het aantal mishires omlaag brengen naar 0.’ Kijk, als dat lukt, dat zet natuurlijk zoden aan de dijk.

Na 3 maanden

Ook in de onboarding kan de recruiter zeker zijn (of haar) toegevoegde waarde bewijzen, denkt hij verder. ‘Bijvoorbeeld door er in elk geval voor te zorgen dat de hiring manager zich aan zijn afspraken houdt.’ En zelfs als een (voormalig) kandidaat eenmaal 3 maanden in dienst is, is er nog wel een rol voor de recruiter, aldus Van de Haterd. ‘Ook om het algoritme te voeden over wie nou een goede kandidaat is en wie niet. Maar ik zou allereerst willen dat hier überhaupt meer aandacht voor is’, zegt hij. Waarmee de recruiter zich volgens hem meteen onmisbaar maakt. ‘Het wordt minder, maar wel belangrijker werk.’

‘Als een hiring manager zegt: we willen een probleemoplossende goalgetter, wat bedóélt hij dan?’

Iets waar Van der Leij zich bij aansluiten. Volgens hem is de recruiter óók onmisbaar bij de definitievorming. ‘Als een hiring manager zegt: we willen een probleemoplossende goalgetter, wat bedóélt hij dan? En hoe gaan we dat dan meten? Het gaat ook om context. Een probleem oplossen is voor een makelaar echt iets anders dan voor een developer. Ik heb het vermoeden dat veel recruiters dit werk zijn gaan doen omdat ze het menselijke, dat werk in context proberen te begrijpen, dat ze daartoe gedreven zijn.’

Rijk der fabelen

Het leidt bij presentator Rens de Jong tot de – geruststellende – conclusie dat recruiters al met al nog steeds niet te missen zijn in een organisatie. De geluiden die hij wel eens hoort, dat de recruiter zijn beste tijd gehad zou hebben, verwijst hij daarmee meteen naar het rijk der fabelen. ‘De juiste data verzamelen en analyseren, de brede overview van waar de hele organisatie heen wil, kandidaten weten te verleiden, daar kan de recruiter een cruciale rol in spelen.’

De return on investment voor de recruiter? Het blijft nauwelijks in cijfers te vangen.

Echt hard bewijs over de toegevoegde waarde van de recruiter leverde ook deze uitzending niet op. De return on investment voor de recruiter? Het blijft nauwelijks in cijfers te vangen (dat Britse lobby-onderzoek dat recruiters meer waarde zouden toevoegen dan accountants en advocaten daargelaten…). Het is ook een wat algemene vraag natuurlijk. En misschien ook wel wat te veel gevraagd voor een radioprogramma. Maar met zo’n groot en belangrijk takenpakket, voor zo’n cruciale poortwachtersfunctie, lijkt de goede recruiter zich in elk geval weinig zorgen te hoeven maken. Die blijft dus nog wel eventjes onmisbaar, voor elke organisatie.

Meer weten?

Beluister hier de hele uitzending

Werkverkenners

Verder verdiepen?

Tijdens de Leergang Recruitment van de Academie voor Arbeidsmarktcommunicatie leer je alles om kandidaten te vinden en in beweging te brengen uitgaande van je eigen recruitmentkracht. Op 4 maart begint een nieuwe editie. Zo leer je altijd toegevoegde waarde te leveren!

Leergang Recruitment

Lees ook

Meer kandidaten dankzij een goede functietitel: zo kan ChatGPT helpen

Waarop baseer jij de functietitels in de vacatures die je uitzet? Op gevoel, ervaring of online analyses? Ik hoop vooral het laatste. Want de naam die je een functie geeft, heeft veel impact op het succes van een wervingscampagne. Beroep je daarom op feiten en cijfers. Aan de hand van een voorbeeld uit de praktijk leg ik uit hoe je tot de beste functietitel voor jouw vacature kunt komen.

Het is zaak de functietitel zo goed mogelijk te laten aansluiten op het online zoekgedrag van je doelgroep.

De functietitel in je vacature heeft invloed op de twee belangrijkste doelen van een wervingscampagne: een zo groot mogelijk deel van de doelgroep bereiken én zoveel mogelijk geschikte kandidaten laten solliciteren. Laten we met dat bereik beginnen. Om bij zoveel mogelijk kandidaten (letterlijk) in beeld te komen, is het zaak de functietitel zo goed mogelijk te laten aansluiten op hun online zoekgedrag. En dus willen we weten wat kandidaten intypen in de zoekmachines van bijvoorbeeld jobboards, Google en LinkedIn. We nemen de proef op de som.

Op zoek naar de Brand( )manager

Even geleden zochten wij een ‘Brand manager‘ voor een bedrijf in de fietsindustrie. Iemand die de nieuwe groothandelformule in de markt moest zetten. Zo’n manager wordt een Brand manager genoemd, maar ook wel een Brand marketing manager en Brandmanager (zonder spatie). Laten we (met ChatGPT) onderzoeken welke functietitel we het beste kunnen gebruiken voor deze vacature.

Stap 1: Verzamel functietitels met ChatGPT

De eerste stap is het verzamelen van zoveel mogelijk relevante titels voor de functie. Van de werktitel die je intern gebruikt, tot aan de functietitels die online worden gebruikt, zoals op jobboards en Google Jobs. Een handig hulpmiddel hiervoor is een A.I.-tool als ChatGPT. Geef ChatGPT de volgende prompt (kopieer ‘m gerust voor jouw vacature):

  • Maak een tabel met daarin alternatieve titels voor de functie brand manager. Zet in de eerste kolom de Engelse titels, de tweede kolom het zoekvolume van deze Engelse titels, de derde kolom de Nederlandse titel alternatieven en de vierde kolom het zoekvolume van de Nederlandse titels. Voeg ook ‘brand manager’ en ‘brandmanager’ toe aan de tabel.

Dat levert de volgende tabel op aan synoniemen en geschatte zoekvolumes:

Zoals ChatGPT hierbij zelf al aangeeft: ‘Houd er rekening mee dat de zoekvolumes schattingen zijn en kunnen variëren afhankelijk van de regio en de gebruikte bronnen voor de gegevens.’

Stap 2: LinkedIn raadplegen

Met een stapeltje synoniemen op zak, gaan we vervolgens naar LinkedIn. Hier ga je na hoe professionals hun beroep zelf noemen in het werkgebied van de betreffende vacature. Een LinkedIn Recruiter-account helpt hierbij. Hier zie je de twee functietitels die het meeste resultaat opleveren binnen een straal van 40 kilometer rond bijvoorbeeld standplaats Zwolle:

Functietitel Professionals op LinkedIn

  • Brand manager 214
  • Brandmanager 89

Stap 3: Vergelijken in Google Trends

Dan is het tijd om Google in te schakelen, en wel de tool Google Trends. In Google Trends onderzoek je hoe vaak de verschillende functietitels worden ingetoetst in de grootste zoekmachine ter wereld. De resultaten zijn – in tegenstelling tot de schattingen van ChatGPT – betrouwbaar en kun je specificeren tot een bepaald gebied en periode. En heel handig: je kunt de verschillende functietitels met elkaar vergelijken, en weergeven in een mooie grafiek.

Kortom, hiervoor gebruik je Google Trends:

  • Zoekvolumes: Hoe vaak wordt in Google gezocht op bepaalde functietitels?
  • Trends: Stijgt of daalt het aantal zoekopdrachten?
  • Vergelijken: Hoe verhouden de zoekvolumes zich tot elkaar?

Zoals je kunt zien bevestigt de grafiek van Google Trends het beeld dat ChatGPT en LinkedIn al schetsten: vooral de functietitel ‘Brand manager‘ wordt gebruikt in de Google-zoekmachine (blauwe lijn).

Functietitel nog ladingdekkend?

De cijfers op een rijtje? Laat dan je gezonde verstand weer even spreken. Vraag jezelf af of de functietitel waarnaar je neigt nog altijd de lading dekt. Want ogenschijnlijke synoniemen kunnen soms een heel andere uitwerking hebben. Zo kwam er eens een bedrijf bij ons met een vacature voor Productieleider, zoals ze zelf zeiden. Het betrof een strategische functie. Hoewel ‘productieleider’ een veel gebruikte term is, bleek uit onze analyses dat de aanduiding ‘productie manager’ veel beter past bij het gewenste strategische niveau.

De cijfers op een rijtje? Laat dan toch je gezonde verstand weer even spreken.

Ondanks ons advies startte de campagne van deze organisatie toch (aanvankelijk) onder de titel ‘productieleider’. Wat bleek echter al snel: de sollicitanten die volgden waren vooral operationeel ingesteld. En dus werd de functietitel in de vacature alsnog gewijzigd. Met succes.

Van functieprofiel naar wervingstekst

Terug naar onze manager, die we nu definitief ‘Brand manager‘ noemen. De volgende stap is het opstellen van een wervingstekst op basis van het functieprofiel. Een functieprofiel is een intern document dat opsomt aan welke eisen de nieuwe collega moet voldoen. Vaak bevat het termen die alleen intern ingeburgerd zijn, de functietitel is er daar vaak één van.

Om ook de nummer 2 van het functietitel-lijstje vindbaar te maken, kun je deze term 1 of 2 keer laten terugkomen.

De wervingstekst is de aantrekkelijke versie van dit functieprofiel. Een goede wervingstekst bevat onder andere storytelling, neuromarketing-technieken én dus de meest geschikte functienaam in de titel. Tip: om ook op de nummer 2 van ons functietitel-lijstje vindbaar te worden (brandmanager), is het slim om ook deze term 1 of 2 keer in de lopende tekst te laten voorkomen.

Selecteer de juiste functiegroepen

Je wervingstekst klaar voor de start? Vergeet deze dan niet functiegroep(en) en branches mee te geven op de jobboards. Heel belangrijk, want deze bepalen de categorieën waarin je vacature terecht komt. Veel HR-managers maken de fout een te specifieke branche te selecteren voor een functie die in meerdere branches voorkomt. Zoek je bijvoorbeeld een HR-adviseur voor een zorgorganisatie? Selecteer dan niet (alleen) de branche Gezondheidszorg/Welzijn, maar zoveel branches en functiegroepen als het jobboard in kwestie toestaat.

Selecteer zoveel branches en functiegroepen als het jobboard in kwestie toestaat.

Moet je een keuze maken in branches? Raadpleeg dan de cv-databank van het betreffende jobboard. Hiervoor moet je eigenlijk altijd betalen, maar meestal kun je (onbetaald) al wel zien hoeveel cv’s van de betreffende functie binnen de branches aanwezig zijn. Selecteer de branches met de meeste cv’s.

Over de auteur

Dit artikel is geschreven door Reimer te Velde, business owner van Effectus HR

Lees ook

Meer weten?

Meer weten over hoe je A.I. kunt inzetten in je recruitmentproces? Schrijf je dan in voor het congres A.I. & Recruitment op 4 april:

Congres

Empowerment door inclusief leren: de impact van de Opleiding-taalklas (inzending HilverZorg)

We hebben geweldig nieuws te delen! Op 2 november 2023 is de langverwachte ‘Opleiding Helpende Taalklas’ van start gegaan op Zonnehoeve, een initiatief dat voortkomt uit ons streven om een inclusieve en ondersteunende omgeving te creëren voor alle medewerkers. Op 1 april 2024 start alweer de tweede klas.

‘Goede zorg kent geen grenzen.’

Als recruiter heb ik vaak kandidaten ontmoet die weliswaar de Nederlandse taal nog niet volledig beheersten, maar wel een diep zorgzaam hart hadden. Dit bracht mij op het idee om deze getalenteerde individuen toch de kans te geven om een baan te vinden, terwijl ze de nodige taalondersteuning zouden krijgen. Het is met veel trots en enthousiasme dat we deze visie hebben gerealiseerd door de introductie van de Opleiding Helpende Taalklas, een opleiding op niveau 2, die van start gaat bij de HilverZorg Academie met een klas van 10 gemotiveerde leerlingen.

Dit was onze visie:

Ben jij iemand die graag praktijk en theorie wil combineren en binnen slechts 12 maanden een gediplomeerd Helpende wilt worden? Als je daarnaast ook nog je Nederlandse taalvaardigheid verder wilt ontwikkelen, dan is onze Helpende Taalklas opleiding precies wat je zoekt! Bij HilverZorg zijn we een lerende organisatie in hart en nieren. In een lerende organisatie stimuleren en inspireren we elkaar voortdurend om onze vaardigheden aan te scherpen en te ontwikkelen. De zorgsector is voortdurend in beweging, steeds complexer, en we staan samen voor aanzienlijke, maar prachtige uitdagingen.

De HilverZorg Academie zorgt ervoor dat elke (toekomstige) professional kan leren op zijn of haar eigen tempo.

De HilverZorg Academie zorgt ervoor dat elke (toekomstige) professional kan leren op zijn of haar eigen tempo, waarbij theorie en praktijk naadloos op elkaar aansluiten. Bij HilverZorg kun je een leven lang blijven leren, op een manier die bij jou past, dankzij ons uitgebreide aanbod en onze vernieuwende kijk op leren. Laten we samen streven naar ‘Goede zorg kent geen grenzen’, zoals Demet Sharif, Corporate Recruiter bij Hilverzorg, het zo treffend uitdrukt. Samen maken we het verschil.

Wat was de impact van de case?

In november 2023 bracht HilverZorg een omwenteling teweeg met de Opleiding Helpende Taalklas, gedreven door inclusiviteit en ondersteuning voor haar medewerkers. Kwantitatief trok het programma meer deelnemers dan verwacht, elk met een hoog succespercentage. Kwalitatief bood het een transformatieve ervaring, waarbij deelnemers niet alleen taalvaardigheden verbeterden, maar ook empowerment ervoeren. Leren gebeurde zowel in de klas als op de werkvloer, met toegewijde werkbegeleiders die hen ondersteunden.

De integratie van opleiding, werk en taal stimuleerde Nederlands spreken, wat resulteerde in betere beheersing en begrip.

De integratie van opleiding, werk en taal stimuleerde Nederlands spreken, wat resulteerde in betere beheersing en begrip, vooral door vakjargon. Creatief samengebrachte praktijk en theorie leidden tot dieper begrip en professionele ontwikkeling. De lancering vergrootte het draagvlak voor inclusief leren binnen HilverZorg, versterkte de gemeenschap en creëerde een cultuur van empowerment, met blijvende impact op deelnemers en organisatie.

Kwalitatief gezien ervoeren deelnemers een diepgaande impact, met een gevoel van inclusie en empowerment. De praktijkgerichte benadering resulteerde in een beter begrip van de zorgpraktijk en professionele ontwikkeling. Kwantitatief overtrof het programma de verwachtingen met een hoog succespercentage en volgeboekte klassen, wat wijst op een grote vraag en effectieve werving.

Waarom moet deze case een Werf& Award winnen?

Onze case verdient een Werf& Award vanwege de impact ervan op zowel kwantitatieve als kwalitatieve niveaus. Het programma heeft niet alleen een grote vraag binnen de organisatie aangetoond, met volgeboekte klassen en een hoog succespercentage, maar heeft ook een diepgaande positieve impact gehad op de leerlingen. Het heeft empowerment en inclusie bevorderd door een unieke benadering van inclusief leren, waarbij praktijk en theorie naadloos samenkomen. Dit heeft geleid tot een cultuur van groei en ontwikkeling binnen de organisatie, waar medewerkers zich trots en betrokken voelen.

De creatieve impact van het programma heeft geleid tot een dieper begrip van de zorgpraktijk.

De creatieve impact van het programma heeft geleid tot een dieper begrip van de zorgpraktijk en een verbeterde professionele ontwikkeling bij de leerlingen. Kortom, onze case onderscheidt zich door zijn effectiviteit, innovatie en blijvende impact, waardoor het een uitstekende kandidaat is voor een Werf& Award.

Credits

Bij deze case zijn diverse in- en externe betrokkenen cruciaal geweest. De gemeente verstrekte subsidies voor taalondersteuning, terwijl het Werkgeversservicepunt hielp de vacatures te verspreiden. TopTaal verzorgde de lessen, terwijl onze HilverZorg Academie de opleiding faciliteerde en de locatie beschikbaar stelde. Gracia, de teamleider van de leerpleinen, en de werkbegeleiders op de vloer speelden een essentiële rol in de begeleiding van de leerlingen. Maar bovenal zijn het onze leerlingen zelf die deze kans aangrepen om te groeien en te bloeien. Hun enthousiasme en toewijding hebben de basis gelegd voor het succes van deze case.

 

Uitreiking op Werf& Live

De Werf& Awards worden uitgereikt op Werf& Live, dat plaatsvindt op 28 mei 2024. Werf& Live is dé ontmoetingsplek voor HR-professionals, recruitmentexperts en arbeidsmarktspecialisten die zich willen onderdompelen in de kernaspecten van employer branding. Wil je erbij zijn?

Meer informatie en tickets

 

Lees ook