Frank Roders: ‘Dit is hét moment om na te denken over je recruitment’

Om te stellen dat ze het recruitmentvak in Nederland hebben uitgevonden, dat is misschien wat overdreven. Maar toen Frank Roders en Hetty Moll 20 jaar geleden met ‘hun’ Compagnon begonnen, zag het vak er nog wel héél anders uit. Ze waren destijds bijvoorbeeld een van de eerste klanten van Monsterboard in Nederland. ‘Dat zat toen nog gewoon in een woonhuis’, herinnert Roders zich.

‘Toen wij begonnen, zat Monsterboard nog in een woonhuis…’

Compagnon-directeuren Frank Roders en Hetty Moll
Compagnon-directeuren Frank Roders en Hetty Moll

Recruitment was nog helemaal post & pray: je plaatste een vacature, en moest vervolgens maar afwachten wie er ook daadwerkelijk een sollicitatiebrief op de bus deed. Hoe anders is dat nu, stelt de Compagnon-directeur. ‘Het gaat nu om een complex proces van data, selectie en rapportage. Er is sourcing bijgekomen, een CRM-deel, noem maar op. Het is niet alleen maar: je moet nu ook sociale media erbij doen. Je moet het hele proces beheersen wil je succesvol zijn.’

Meer dan Messi

Of, in de voetbalanalogie zoals hij die graag gebruikt: ‘Met alleen Messi win je de wedstrijd niet meer. Het wordt pas een gestroomlijnd proces als alle schakels kloppen. Dus als én je verdediging, én je middenveld én je aanval optimaal is. Ik denk ook dat het zo complex is geworden dat één recruiter het voor een hele organisatie nauwelijks meer aankan.’

‘Het wordt pas een gestroomlijnd proces als alle schakels kloppen.’

Roders begon 20 jaar geleden overigens ook met een voetbalterm. Naar analogie van het – zeker in die tijd – grote Manchester United noemde hij zijn bureau aanvankelijk ‘Recruiters United‘. Maar Compagnon, de naam waaronder Hetty Moll haar bedrijf was begonnen, bleek veel beter te lopen. En dat werd dus de gezamenlijke naam. De naam ‘Recruiters United‘ kwam in een la te liggen. ‘Totdat ik bijeenkomsten ben gaan organiseren voor het vak, en we vervolgens de naam mooi konden gebruiken voor een platform waar recruiters elkaar kunnen ontmoeten.’

Goede vriend én zakelijk partner

De naam Compagnon bleek niet alleen beter aan te slaan, hij past ook beter bij het bedrijf, zegt Roders. ‘Vanaf dag één hadden we onszelf als doel gesteld een echte compagnon te zijn voor klanten, kandidaten én collega’s. Zowel een goede vriend dus als een zakelijk partner. Beide kanten van de medaille. Relatie én resultaat. Zakelijk én privé. Hard én zacht. En-én dus, geen óf-óf.’

De tulp werd hét symbool voor groei.

De tulp als symbool was er daarbij al vanaf het begin, zegt hij. ‘In het begin hadden we daar alleen voor gekozen omdat Hetty toevallig tulpen spaarde. Maar het heeft daarna heel goed gewerkt, en bleek echt bij ons te passen. De naam Compagnon en de tulp zijn echt met elkaar versmolten geraakt. De tulp werd het symbool voor groei.’

tulpendag compagnon frank roders interview
Tulpendag, een Compagnon-traditie waarbij vlak voordat de lente écht begint, tulpentaarten worden langsgebracht bij projectprofessionals en relaties.

Vertrouwen gaat sneller

Beiden werkten aanvankelijk in een nogal hiërarchische organisatie. Frank als marketeer, Hetty als HR-manager. Ze vonden elkaar onder meer in het idee dat het effectiever werkt als je mensen vertrouwen geeft, en niet alles top-down bepaalt. ‘We wilden laten zien dat je bedrijfsvoering beter gaat als je als compagnon samenwerkt met je mensen’, aldus Roders. ‘Dat was toen nog een heel moderne opvatting.’

‘We wilden laten zien dat je bedrijfsvoering beter gaat als je als compagnon samenwerkt met je mensen.’

In 2008 werden ze in dat idee versterkt toen ze de oudste zoon van Stephen Covey ontmoetten, die destijds net The Speed of Trust had geschreven. In dat boek stelde Stephen M.R. Covey dat vertrouwen sneller gaat dan controle. Zoals Roders het samenvat: ‘Mensen mogen privé alles doen. Maar komen ze bij een bedrijf binnen, moeten ze dat ineens inleveren en luisteren naar wat de baas zegt. Binnen bedrijven lijkt het wel afgelopen met de democratie. Wij wilden juist laten zien dat het anders kan, en dat het beter werkt als je mensen wel hun persoonlijkheid laat meenemen, en daarin vertrouwen uitstraalt.’

Voorname partij

Maar, zo voegt hij meteen toe, ‘Als je dat pretendeert, dan moet je natuurlijk ook meedoen om te winnen. Dan moet je laten zien dat het niet alleen een verhaal is, maar dat het ook werkt.’ Iets dat volgens hem overigens in die 20 jaar behoorlijk goed gelukt is. Niet alleen doordat er vanuit Zoetermeer een bedrijf is ontstaan waaraan vele tientallen recruiters en consultants verbonden zijn, maar ook vanwege ‘de bijdrage aan het vak’. Zoals de activiteiten met Recruiters United, maar ook met Werf&, Recruitmenttech, het Recruitment Kengetallen-onderzoek en vele andere initiatieven in het vak.

frank roders hetty moll compagnon ineke pompen
Frank Roders en Ineke Pompen, destijds partnermanager van Werf&, bij het 10-jarig bestaan van het gezamenlijke partnership.

Niet dat het altijd van een leien dakje liep in die 20 jaar. Een bedrijf beginnen is één ding, het twee decennia lang volhouden echt wel iets anders. ‘Toen we begonnen, hadden we geen doel voor 2020’, zegt Roders. ‘We startten alleen met het idee: we hebben vrij hoge principes, en die willen we zolang mogelijk vasthouden. Maar in de vorige crisis hadden we bijvoorbeeld te kampen met een lastige bank. De Deutsche Bank besloot afscheid te nemen van zijn mkb-klanten, net op het moment dat die geen alternatief hadden. Dan wordt het wel lastig om je principes hoog te houden, hoor.’

‘We startten met het idee: we hebben hoge principes, en die willen we zolang mogelijk vasthouden.’

Het is wel een stuk makkelijker om goed om te gaan met klanten, kandidaten en collega’s als er voldoende geld is, blikt hij terug. ‘Als je geld genoeg hebt, kun je een crisis afkopen. Maar als je onvoldoende geld hebt, moet je soms heel vervelende, complexe keuzes maken. Dat hebben wij dus ook moeten doen. Maar ik denk dat we daar in de loop der jaren wel een stuk minder slecht in zijn geworden. En we hebben ook gezien dat mensen – zelfs na een gedwongen ontslag – tóch bij ons terugkomen. Dat zegt ook wel iets over het belang van de relatie, denk ik.’

Zij van de structuur, hij van de innovatie

Als ondernemers hebben de twee elkaar door de jaren heen steeds beter leren aanvullen, zegt hij. ‘Wij zijn twee uitersten; Hetty is supernetjes, houdt van een strakke, nette organisatie en heeft alle kwaliteitscertificaten in de kast. Ik ben meer ondernemend, van de creativiteit en innovatie. Ik ben ook heel erg van de technologie; wil elke nieuwe gadget uitproberen. We zijn misschien zelf geen innovator, maar wel een early adopter van nieuwe tech. We selecteren ook voor klanten welke recruitmenttechnologie interessant is – en zorgen dat het werkt en geïntegreerd is in de andere systemen.’

‘In elk succesvol recruitmentproject blijkt de menselijke factor altijd cruciaal.’

Een tegenstelling tussen mens en technologie? Daar gelooft hij niet in. De techniek kan de mens niet overnemen, wel aanvullen, zegt hij. ‘In elk succesvol recruitmentproject blijkt de menselijke factor altijd cruciaal. Je moet wereldwijde sterke technologie altijd lokaal vertalen, en daar de factor “mens” aan toevoegen, zoals onder meer ook Steven van Belleghem zegt. De factor ‘lokaal’ en de factor ‘mens’, daar kunnen wij als Compagnon dus aan bijdragen.’

frank roders hetty moll compagnon
Digitale ontmoetingen met elkaar in coronatijd, met Frank Roders en Hetty Moll linksonder.

De eerste RPO-provider

Het bedrijf begon 20 jaar geleden vooral als bemiddelaar in HR-professionals. Inmiddels is het vooral bekend als grootste partij in allerlei recruitmentservices, en eigenlijk de eerste grote RPO-provider in Nederland. Talloze recruiters van Compagnon zitten bij bedrijven binnen om daar het recruitmentproces te ondersteunen en te optimaliseren. Een specialisme dat in 15 jaar behoorlijk tot wasdom is gekomen, aldus Roders. Al had hij er naar eigen zeggen nog wel meer van verwacht.

‘Ik schreef in 2002 al: “RPO wordt het helemaal”. Met 3 uitroeptekens.’

‘Ik schreef in 2002 al een artikel in PW onder de kop “RPO wordt het helemaal”. En dat met 3 uitroeptekens. Als je in Nederland rondkijkt, zie je meestal kleine recruitmentafdelingen, van hooguit 2 à 3 mensen. Dan begin je eigenlijk elke keer opnieuw. RPO leek me dan de ideale combinatie van binnen en buiten; een oplossing waarbij je kennis opbouwt, voor lange tijd genoeg mensen beschikbaar hebt, maar toch voldoende kennis van de organisatie. En die bovendien betaalbaar is, ook in mindere tijden.’

Een serieus vak

Het gebruik van RPO mag in de praktijk dan nog niet de hoge vlucht hebben genomen die hij eerder ervan had verwacht, het geloof erin is hij nog zeker niet verloren. ‘Ik denk dat goed recruitment in de loop der jaren zo complex is geworden dat één recruiter dat nooit meer in z’n eentje aankan. En dan ga je het dus uitbesteden. Niet de strategie en de uiteindelijke selectie, dat wil je doorgaans zelf bepalen, maar wel alles eromheen.’

‘Als je echt wilt uitblinken, snapt iedereen dat partijen die niet anders doen de beste keus zijn.’

En ja, dat is een serieus vak, en steeds serieuzer, benadrukt hij nog maar eens. ‘Als je een waterleidingbedrijf hebt, zul je goed water kunnen leiden. Maar betekent dat ook dat je een kandidaat een goede beleving kunt bieden? Dat kun je dan waarschijnlijk beter uitbesteden aan een partij die dáárin gespecialiseerd is. Over marketing en recruitment kletst iedereen mee. Het is moeilijk om te zien wie er wel en geen verstand van hebben. Maar als je echt wilt uitblinken, snapt iedereen dat je dat het beste kunt vragen aan partijen die dag-in-dag-uit niet anders doen.’

compagnon hr runners
Een team door Compagnon gesponsorde ‘HRunners’, een groep (hard)lopende HR-professionals en recruiters. hier tijdens de City-Pier-City-loop 2017

Goed in sport A, niet in sport B

Juist nú, zegt Roders. ‘Dit is hét moment dat veel organisaties nadenken over hoe ze hun recruitment willen organiseren. Met een RPO-proces hoef je niet steeds na elke crisis opnieuw te beginnen. Die houdt gewoon het vuurtje brandend. En blijft doen wat je ook in een crisistijd moet doen, om na de crisis niet achter te lopen. Zowel op menselijk vlak als op het digitale vlak, dat bij ons strak is georganiseerd. Wij zijn goed in sport A, zoals andere organisaties goed zijn in sport B. Dat moet je niet met elkaar vermengen, je kunt niet in iedere sport uitblinken.’

‘Wij zeiden 20 jaar geleden al: kandidaten zijn klanten. Dat is nu nog steeds heel modern.’

Want ‘de juiste kandidaat op de juiste plek’, dat klinkt misschien makkelijk. Maar in de praktijk vergt het nog steeds heel wat, zegt hij. ‘Wij zeiden 20 jaar geleden al: kandidaten zijn klanten. Dat is nu nog steeds heel modern. Het heeft te maken met respectvol omgaan met mensen, waarbij je niet alleen selectiegesprekken voert, maar daar echt kennismakingsgesprekken van maakt. Het gaat om een nieuwe baan. Dat is een nogal belangrijke keus, zowel voor de sollicitant, als voor de organisatie.’ En daar moet je professioneel mee omgaan, zegt hij. Om vervolgens te besluiten met alweer een mooie voetbalanalogie: ‘Als je je team selecteert onder het mom van “Als we er maar 11 hebben”, dan word je natuurlijk nooit kampioen…’

Lees ook

Ook bijdragen?

Werf& Live ondersteunt dit jaar Stichting Compassie, verbonden aan Compagnon. Ook jij kunt jouw steentje bijdragen door een donatie te doen als je je aanmeldt voor Werf& Live op 1 oktober.

Start-ups die nieuw talent zoeken, hebben met CareerCafe nu hun eigen platform

Kleine opstartende bedrijven hebben nog zelden een recruitmentsysteem of goede werkenbij-site. Ze zijn ook nog niet heel bekend en zichtbaar, maar willen wel dat er goede mensen in hun bedrijf komen werken. Want dat is juist voor beginnende bedrijven natuurlijk cruciaal, als ze de sprong naar voren willen maken. Maar hoe kom je dan aan die goede mensen? Het is precies die uitdaging waarin het net gelanceerde CareerCafe gedoken is.

Video en beeld zijn een key factor om vacatures over te brengen op een storytelling manier.

Het platform wil een overzicht van nieuwe Nederlandse start-ups, en de vacatures die hier openstaan. Het concept is gebaseerd op flexibiliteit. Start-ups kunnen dus zelf hun pagina’s voor banen, stages en traineeships creëren en aanpassen. Om een compleet beeld te geven van hun bedrijf kunnen ze bijvoorbeeld ‘job stories’ maken. Ook kunnen ze teams in de spotlights zetten, of interviews van medewerkers in vergelijkbare functies laten zien. Video en beeld zijn cruciaal om dit over te brengen op een storytelling manier.

Authenticiteit

Het platform wil de focus zoveel mogelijk leggen op het authentieke verhaal achter het bedrijf. Als start-up wil je dat je mensen passen bij de missie en het innovatieve karakter van de organisatie en ook willen meegroeien, aldus Marilyn Burgersdijk, director Talent Acquisition & Employer Branding EMEA bij Mendix, en als founder betrokken bij CareerCafe. Daarom wordt ook de context bij een vacature getoond en geeft het een breder beeld van de cultuur van het bedrijf.

Als start-up wil je dat je mensen meegroeien

Het idee is volgens haar om talent ‘een goed overzicht en inhoudelijk inzage geven’ van de innovatieve start-ups die Nederland rijk is, en de vacatures die zij hebben. Burgersdijk: ‘Kenmerkend voor start-ups is dat zij talent nodig hebben dat adaptief is, met een flinke drive voor de missie van zo’n organisatie, met leervermogen, ondernemingszin, en eigenaarschap. Om succesvol te zijn in een start-up zijn soft skills belangrijker. Door te laten zien hoe het is om voor jou als start-up te werken, en de context en perspectief rond een vacature te laten zien, onderscheid je je en trek je het talent aan dat past bij je innovatieve karakter.’

‘Coolste Nederlandse start-ups’

Iedereen kan zich aanmelden, als je maar een start-up bent of een scale-up (een start-up die na 5 jaar nog bestaat), en gemotiveerd om de beste mensen aan te trekken. Het platform biedt een aparte kolom met een joboverzicht waar alle openstaande vacatures staan. Zo moeten die voor elke bezoeker makkelijk te vinden zijn. De werkzoekende kan daar onder meer terecht voor functies bij coole en al wat bekendere bedrijven als FairPhone en Picnic Technologies. Maar er zijn ook bedrijven in de blockchainindustrie te vinden, of start-ups die aan de Hyperloop werken.

CareerCafe

Net als de start-ups waarvoor het platform talent wil recruiten, is ook de site van CareerCafe zelf overigens nog volop in ontwikkeling. Zo zit de optie om een talentpool te beheren nog in de testversie. Maar deze zal binnenkort actief zijn, verzekert Burgersdijk. Ook staat alles vooralsnog alleen in het Engels te lezen. Maar ook hier is een Nederlandse versie volgens haar nog in de maak.

Lees meer

Recruitment aan/uit: moet je dat wel willen?

Veel organisaties regelen hun recruitment nog steeds het liefst intern. Maar is dat wel zo verstandig, vroeg spreker, futurist en auteur Kevin Wheeler zich recent nog af. ‘Juist door corona moeten organisaties zich afvragen wat hiervan de toegevoegde waarde is.’

Is outsourcen wel zo verstandig als Kevin Wheeler stelt?

Grappig, deze inleiding. Want als je het mij had gevraagd had er precies het tegenovergestelde gestaan. Oftewel: ‘Steeds meer organisaties besteden hun recruitment uit. Maar is het outsourcen wel zo verstandig, vraagt Jurriaan Pennartz – zelf freelancer – zich af. ‘Juist door corona moeten organisaties zich afvragen wat hiervan de toegevoegde waarde is.’’

Externen zijn helden, interne recruiters losers

De strekking van het artikel van Kevin Wheeler komt overeen met de ideeën die ook al in een groot aantal andere publicaties op Werf& over RPO (Recruitment Process Outsourcing) staan. Interne recruiter, zet je schrap!

Wie al die artikelen erop naslaat, verbaast zich dat er überhaupt nog steeds zoiets bestaat als de corporate recruiter. Wat een losers! Ze leveren niet, zijn weinig innovatief, hebben onvoldoende kennis van de markt en zijn door hun reactieve manier van werken in een diepe winterslaap gesukkeld.

Wat dénken ze wel?

Was ík corporate recruiter geweest, dan was ik de barricades opgegaan om het tegendeel te bewijzen. Wat denken ze wel? Wat een arrogantie! Maar blijkbaar wordt de drang tot verweer bij mijn interne vakbroeders en -zusters niet gevoeld. Althans… het blijft zo stil. Zijn ze druk met andere dingen? Of nog steeds niet ontwaakt uit die winterslaap?

Als freelance recruiter neem ik het op voor mijn interne vakgenoten aan de corporate kant.

Prima, moeten ze zelf weten, dan doe ík het wel weer! Als freelance recruiter – ook een externe dus – neem ik het hierbij dus maar eens op voor mijn interne vakgenoten aan de corporate kant. You owe me guys!

Een haast filosofische vraag

Eerst een algemene opmerking over het artikel van Kevin Wheeler – en eigenlijk over al die artikelen waarin recruitment uitbesteden aan RPO-partijen als een soort heilige graal wordt gepresenteerd. Als ik de argumenten die hij opvoert nog eens op me laat inwerken, drijft de vraag boven in hoeverre deze redenaties exclusief van toepassing zijn op recruitment. Eigenlijk denk ik dat de argumenten van Wheeler niets meer zijn dan de alom bekende voordelen van uitbesteding in algemene zin. Zeg: verhoogde kwaliteit, kostenbesparing, flexibiliteit. Die zijn dus evengoed van toepassing op andere bedrijfsonderdelen. Kunnen we met die zienswijze niet beter álles uitbesteden, denk ik dan. Dus ook inkoop, sales, logistiek, R&D, compliance en HR?

Stel dat Mars alles uitbesteedt… In hoeverre bestáát Mars dan nog?

Een haast filosofische vraag bij deze denkrichting is wat er in dat geval uiteindelijk overblijft van ‘de oorspronkelijke organisatie’. Stel dat een bedrijf als Mars naast recruitment, inkoop, logistiek, sales ook de ontwikkeling en de productie van haar dierenvoer en chocoladeproducten – haar kernactiviteit – zou uitbesteden. In hoeverre bestáát Mars dan nog? En als bedrijven die alles uitbesteden daardoor niets meer zijn dan een juridische entiteit, een postbusfirma, een keurmerk, een pakketje aandelen wellicht (en met dank aan corona ook nog zonder kantoor), hoe erg is dat dan?

Hogere kwaliteit, kostenbesparing, flexibiliteit: kunnen we met dat idee niet beter álles uitbesteden?

De vraag die daarop volgt en die voor ons als recruitmentspecialisten relevant is: als uitbesteding verder doorzet en organisaties zo hybride worden dat van een werkgever in traditionele zin haast geen sprake meer is, welke invloed heeft dát dan op (corporate) recruitment? Eerlijk gezegd levert die vraag volgens mij veel interessantere inzichten op dan de afgestofte riedel over het heldendom van RPO-recruiters. Dus Kevin, bij dezen!

Ziende blind

Terug naar het begin. Waar Wheeler stelt dat organisaties zich door corona moeten afvragen wat de toegevoegde waarde is van hun intern ondergebrachte recruitmentcapaciteit, vraag ik me juist af hoe toekomstbestendig het uitbesteden van recruitment is, nu vanwege corona en de terugval in het aantal vacatures, ook de recruitmentcapaciteit (bijna) volledig is weggevallen.

De massale afschaling van recruitmentcapaciteit door corona ziet Wheeler waarschijnlijk als hét bewijs van het nut van RPO.

Zou ik die vraag aan Wheeler stellen, dan zou hij me waarschijnlijk uitlachen. ‘Nou Jurriaan, als het voordeel van uitbesteding voor de inhurende organisatie je nu niet duidelijk is, ben je ziende blind!’ De massale afschaling van recruitmentcapaciteit als gevolg van corona ziet hij waarschijnlijk als hét bewijs van het nut van RPO: snelle op- en afschaling. De afschaling die we nu zien (kostenbesparing) is immers een stuk moeilijker als recruitment hoofdzakelijk intern is belegd. En sec gezien klopt dat. 1-0 voor de externe recruiter, zo had Wheeler het geformuleerd.

Een ‘snaarstrak recruitmentproces’

Toch is het een zwak argument. Voor de toelichting neem ik je mee naar een artikel over de voordelen van RPO uit december 2019. Daarin spreekt Geert-Jan Waasdorp over de RPO-recruiter als regisseur van een ‘snaarstrak recruitmentproces’. Bij RPO-partijen, zo schreef de Intelligence Group-directeur, zitten ‘blauwe’ recruiters; recruiters die vooral operationeel en functioneel werken.

De traditionele recruiter is meer een ‘geler iemand’.

De traditionele recruiter, zo zet de auteur uiteen, is meer een ‘geler iemand’. Oftewel: iemand die het ook belangrijk vindt om te praten over cultuur, employer branding en waarden. Een RPO-recruiter zegt gewoon: ik heb posities te vullen, daar word ik op afgerekend. Daar gaan we voor.

Sterk én zwak

Zie hier de sterkte – en tegelijkertijd de zwakte – van de RPO-recruiter. Deze recruiter, en daarmee de RPO-provider, werkt primair vacaturegedreven. En in tijden van hoogconjunctuur en groei is dat een aantrekkelijk uitgangspunt – aan de bak met die vacatures! Maar wat is de rol van de RPO-partij als die vacatures plots wegvallen, zoals nu? En wat betekent dat voor hun klanten, de inhurende organisaties?

Wie bekommert er zich om je employer brand als er ineens geen vacatures meer zijn?

Want leuk, dat afschalen van recruitmentcapaciteit. Maar wie bekommert zich dan om je employer brand als er ineens geen vacatures meer zijn? Thea van HR? (Tussen jou en mij: ik kreeg gisteren nog een mail van d’r waarin ze vroeg wat de URL is van Google for Jobs…) Dus hoe zit dat? Wie onderhoudt het werkgeversmerk van al die organisaties die hun volledige recruitment op basis van een voormalige wervingsbehoefte aan RPO-providers hebben uitbesteed?

Niet ad hoc

Misschien dat Wheeler zegt: ‘Niemand. Maar is dat erg dan? Als er geen vacatures (meer) zijn, is de RPO-provider (even) uitgespeeld, prima toch?’ Of ligt het niet zo zwart-wit? En zijn RPO-partijen wel degelijk óók van waarde op een meer strategisch niveau, zoals bijvoorbeeld Marieke van Heek, voormalig RPO-manager bij Compagnon, in een artikel uit 2017 stelt:

‘Professioneel recruitment gaat niet om ad hoc oplossingen. Het gaat er niet om 1 kandidaat voor 1 functie te leveren. Een klant mag van een RPO-leverancier verwachten dat hij dat proces onder de knie heeft. Maar waar de RPO-partij zich volgens mij echt kan onderscheiden is in de strategie: nadenken over wat voor mensen de organisatie nu en in de toekomst nodig heeft, en daar vervolgens de goede invulling aan geven.’

Rete-efficiënte vacaturevullers of meer dan dat?

Tja, da’s interessant. Hoe zit het nu? Zijn RPO-providers nu die rete-efficiënte vacature-invullers of hebben ze toch óók de denkkracht om een rol te spelen bij vraagstukken die daaraan voorafgaan? Vraagstukken over positionering van de organisatie als werkgeversmerk en de vormgeving van een recruitmentstrategie vanuit de business needs. Kortom: blauw of geel?

Hebben RPO-providers óók de denkkracht om een rol te spelen bij vraagstukken die aan de vacature voorafgaan?

Wie het aan de RPO-dienstverleners zelf vraagt, hoort ongetwijfeld dat ze beide kunnen. Maar dat betwijfel ik, zeker als het verdienmodel van die RPO-partijen is gestoeld op vacatures invullen, bijvoorbeeld middels een start- en succes-fee. Hoe gaan zíj de omslag maken van het invullen van vacatures naar het ontwikkelen van positionerings- en strategische recruitmentvraagstukken? Vacatures krijgen = vacatures invullen, zei de eigenaar van een RPO-dienstverlener ooit tegen me. Dat is die RPO-mentaliteit waarover Waasdorp het heeft. Maar welke waarde heb je dan nog voor je opdrachtgever als die vacatures plotsklaps uitblijven?

Ook zonder vacatures is er werk – maar niet voor RPO-providers

Dat is precies waar de schoen wringt. Juist organisaties die recruitment grotendeels hebben uitbesteed aan RPO-dienstverleners, partijen die primair gericht zijn op het invullen van vacatures, lopen momenteel – nu er even geen vacatures zijn – een achterstand op ten opzichte van organisaties waarin er zich (nog) wél interne recruitmentcapaciteit bevindt.

Dat er nu nauwelijks vacatures zijn, betekent niet dat er op recruitmentgebied geen werk meer ligt.

Want dat er nauwelijks vacatures zijn, betekent niet dat er op het gebied van (strategisch) recruitment, employer branding en arbeidsmarktcommunicatie geen werk ligt. Sterker nog: juist in een tijd waarin je niet alle recruitmentcapaciteit hoeft aan te wenden voor het met spoed invullen van vacatures, is er ruimte om met meer structurele en dus tactisch/strategische recruitmentvraagstukken aan de slag te gaan.

Waar is Thea?

Hebben we onze doelgroepen op de arbeidsmarkt goed genoeg in kaart? Weten we hoe we deze professionals het meest effectief kunnen werven? Met welke narratieven? Via welke kanalen? Met welke budgetten? Sluit ons baanaanbod en onze JVP (job value proposition) goed aan op de behoeften, eisen en wensen van deze professionals? Passen de workflows in het ATS-systeem bij onze kijk op de candidate experience? Moeten we onze tone-of-voice in onze e-mail-templates niet eens herzien? Zijn onze hiring managers goed genoeg in sollicitatiegesprekken met kandidaten? Hoe is onze onboarding geregeld?

Eén ding weet ik zeker: dit is niet het type vragen voor de blauwe RPO-recruiter.

Veel Engelstalige termen (sorry daarvoor), maar bovenal cruciale vragen. En wat als de uitbestede recruitmentcapaciteit als gevolg van het uitblijven van vacatures (bijna) helemaal is weggevallen…? Wie beantwoordt ze dan? Thea van HR? Eén ding weet ik zeker: dit is niet het type vragen voor de blauwe RPO-recruiter. Snaarstrakke processen: prima. Maar houd ze weg van het vertalen van cultuur, waarden, missie naar een strategisch personeelsplan, het bedenken van creatieve arbeidsmarktcommunicatie, het schrijven van messcherpe teksten. Daarvoor heb je andere mensen nodig. Gele mensen, geen blauwe.

Corporate recruiter, this is your time!

Dus beste collega aan corporate zijde. Laat ze maar lullen, die gelikte RPO’ers. Laat ze maar denken dat jullie in een diepe winterslaap gesukkeld zijn. Terwijl jullie ondertussen, in de luwte van dit tijdsgewricht – nu de stofwolken van de war for talent zijn opgetrokken – keihard aan het sleutelen zijn aan het brand van jullie werkgevers. Om het te repareren, om het toekomstbestendig te maken, het in gereedheid te brengen voor betere tijden. Het échte werk, zeg maar. Iets wat alleen júllie kunnen.

jurriaan pennartz recruitment vacature intake

Over de auteur

Jurriaan Pennartz is freelance recruiter (remote only) en werft hoger opgeleiden voor mkb-bedrijven en non-profitorganisaties. Daarnaast is hij actief blogger. Meer weten? Neem contact op.

Lees ook

Hoe Arkin een prijswinnende campagne opzette: ‘Álle puzzelstukjes moeten in elkaar vallen’

Ja, als campagnemaker is het natuurlijk heel fijn als je BN’ers als Wim Kieft, Heleen van Royen, Filemon Wesselink, Jet van Nieuwkerk en Glenn Helder kunt inzetten. Hun namen openen overal deuren en trekken al snel de aandacht. Maar het waren heus niet alleen de bekende namen die ervoor zorgden dat de recruitmentcampagne van Arkin afgelopen jaar zo succesvol werd, zegt Leonie Fotiadis. ‘Uiteindelijk moeten álle puzzelstukjes in elkaar vallen.’

Wim Kieft, Heleen van Royen én Glenn Helder kunnen inzetten, dat is natuurlijk fijn.

De Amsterdamse GGZ-organisatie Arkin won voor die totale puzzel eerder dit jaar een felbegeerde Werf& Award. Tijdens Werf& Live, op 1 oktober, zullen ze op het podium ook meer vertellen over hoe die campagne tot stand kwam, en wat er allemaal bij kwam kijken. Hier alvast een voorproefje, aan de hand van een interview met marketing- & communicatieadviseur Fotiadis, zelf ook opgeleid als (neuro)psycholoog.

> Hoe hebben jullie de Werf& Award-winst beleefd?

‘We wisten natuurlijk wel dat het – op meerdere vlakken – een bijzondere campagne is. Het is denk ik nog niet eerder gelukt om zoveel BN’ers in één campagne te laten meedoen. En dat nota bene in de GGZ-zorg! We wisten dus wel dat de campagne PR-matig veel aandacht zou trekken.’

‘Het is denk ik nooit eerder gelukt zoveel BN’ers in één campagne te laten meedoen.’

‘Dat was ook de belangrijkste reden dat we hen gevraagd hebben deel te nemen. De zorg komt al niet vaak in beeld. En áls de zorg in beeld komt gaat het relatief toch vaak om ziekenhuiszorg. Maar het vak is veel breder. Wij zijn dan ook nog steeds erg dankbaar dat deze BN’ers de moed en openheid hadden om voor dit onderwerp te gaan staan.’

‘Maar er is natuurlijk nog een groot verschil tussen weten dat je aandacht trekt met een campagne en weten dat je deze award gaat wínnen. We waren ook erg onder de indruk van de andere campagnes, dus zeker van de winst waren we absoluut niet. We zaten dan ook met meerdere collega’s op verschillende plekken toch in spanning af te wachten. En als dan toch je deurbel gaat, ja, dat was wel een verrassing! Voelde toch een beetje alsof je een loterij had gewonnen, zo met direct een camera op je gericht. Maar ongelofelijk georganiseerd in zo’n bijzondere periode. Dank voor het feestelijk onthaal in elk geval…

Voelde toch een beetje alsof je de loterij had gewonnen, zo met direct een camera op je gericht.

Helaas konden we het vanwege corona niet uitgebreid vieren. Maar we hebben uiteraard wel allerlei online afspraken ingepland en met elkaar geproost. En intern zijn we vooral aan de gang gegaan met een uitgebreide evaluatie: wat ging goed, wat kon nog beter?

> Wat heeft de Award jullie opgeleverd? 

‘De leukste reacties kwamen van nieuwe medewerkers die de campagne hadden gezien of van huidige medewerkers die zich trots voelden onderdeel te zijn van Arkin of een van onze specialismen. Het heeft voor meer verbinding gezorgd zonder het unieke karakter van al die specialismen teniet te doen.

de puzzelstukjes campagne arkin

De campagne heeft gezorgd voor meer sollicitaties, voor grotere naamsbekendheid, maar ook voor meer openheid rondom de thema’s ‘destigmatisering’ en ‘sociale inclusie’. In dat kader waren ook de reacties van collega ggz-instellingen of bijvoorbeeld stichting Samen Sterk zonder Stigma mooi. Dit liet ons zien dat dit zoveel meer was dan alleen een recruitmentcampagne.’

> Hoe staat het nu met jullie werving?

‘De campagne liep eigenlijk tot aan het moment dat corona in Nederland werd geconstateerd. Maar ook tussen april en juni liep de werving voor onze diverse doelgroepen, zoals verpleegkundigen en psychologen, verrassend goed door. Ondanks corona dus. Inmiddels staan er echter weer steeds meer vacatures langer open. We hopen dan ook opnieuw verpleegkundigen te interesseren voor de ggz en GZ-psychologen te overtuigen een kijkje te komen nemen bij het aanbod van Arkin en onze specialismen.’

‘Tussen april en juni liep de werving voor onze diverse doelgroepen verrassend goed door. Ondanks corona.’

‘We weten alleen niet of de vacatures weer langer open staan omdat de campagne nu al een tijdje is gestopt of dat mensen gezien de huidige situatie graag meer zekerheid zoeken en niet zo snel van baan switchen. Of natuurlijk: een combinatie van beide.’

> Welke les heeft de campagne jullie geleerd?

‘De belangrijkste les is dat het de moeite loont om met je medewerkers in gesprek te gaan over hun intrinsieke motivatie om aan de slag te gaan in de ggz-zorg. Echte, inhoudelijke gesprekken. Deze gesprekken hebben ons aanleiding gegeven om een campagne ervan te maken met een sterk inhoudelijke boodschap.

‘We hebben medewerkers gevraagd hun functietitel aan te passen op LinkedIn. Dat werkte.’

Daarnaast verbind je je huidige medewerkers zo met nieuwe medewerkers. Maar al te vaak leggen bedrijven de nadruk op bijvoorbeeld nieuwe klanten ten opzichte van trouwe klanten. Nieuwe klanten krijgen vaak de hoogste kortingen, terwijl je vaak meer eraan hebt je trouwste klanten te behouden. Zo werkt het voor ons ook in deze campagne. Door onze huidige medewerkers te betrekken en hen ook actief te vragen de campagne te ondersteunen, bijvoorbeeld door hun functietitel aan te passen op LinkedIn, is het een campagne geweest die in heel de organisatie bekend was – en is.’

puzzelstukjes arkin
Beeld van het tijdelijke ‘recruitmentbureau’ dat Arkin voor de campagne opzette.

‘Onze succesfactor was denk ik een combinatie van meerdere aspecten. Er was niet slechts één doorslaggevend idee. Het ging in de eerste plaats om een sterke, creatieve, inhoudelijk sympathieke boodschap die verder reikt dan ‘Kom hier werken’. Daarnaast hadden we een ware PR-stunt met de vele bekende Nederlanders (complimenten ook aan Café Society en The Gardeners daarvoor). En dat dan weer gecombineerd met een pop-up event met onze Mensoloog Recruitment Store, en een echte omnichannel, visueel én auditief aantrekkelijke campagne. En dat met een team van toegewijde mensen die volledig achter de boodschap staan. Uiteindelijk moeten álle puzzelstukjes in elkaar vallen.’

Schakel je ook in voor Werf& Live?

Het aantal toegangskaarten voor de aankomende jubileumeditie van Werf& Live is helaas op. Maar via een livestream kan wel iedereen erbij zijn. En het programma is het zeker waard! Naast de winnaars van de Werf& Awards (zoals Arkin) zijn dat bijvoorbeeld ook Dr. John Sullivan, Sief Khafagi (Scoutpads/Facebook), en Sara Cauwenbergh (Indeed). Meld je hier aan om het helemaal te horen.

live cendris award

Lees ook:

Hoe voorkom je dat het concurrentiebeding een onding wordt?

Eerst maar eens even een praktijkvoorbeeld. We hebben een kandidaat, die direct uit dezelfde branche komt als de opdrachtgever. Dit wordt al besproken tijdens de eerste kennismaking, maar inhoudelijk nemen noch de kandidaat noch de opdrachtgever hier direct actie. Het bedrijf vond dit de verantwoordelijkheid van de kandidaat. En de kandidaat wilde bij zijn huidige werkgever geen slapende honden wakker maken, zolang hij nog niet zeker was over hoe deze sollicitatie afliep.

Soms blijkt het concurrentiebeding ineens een showstopper, met alleen maar verliezers. Au.

Maar dan zijn we ineens een stap verder. Er is een klik, beide partijen willen met elkaar in zee. Maar dan komt de contractbespreking. Nu blijkt het concurrentiebeding ineens een showstopper, met alleen maar verliezers. Au. De opdrachtgever geen nieuwe collega, de kandidaat geen nieuwe functie en de relatie met de huidige werkgever is bekoeld.

Hoe belangrijk is branchekennis?

Wat is hier misgelopen? En interessanter: hoe had je dit kunnen voorkomen? De opdrachtgever in dit voorbeeld was erg gebrand op een kandidaat met kennis van de branche. De kans dat je dan tegen een concurrentiebeding aanloopt, is groot. Wat als je je eerst had afgevraagd hoe belangrijk deze kennis nu écht is voor je vacature? Of is deze kennis misschien ook intern op te doen via ervaren collega’s? Of breng je met de nieuwe collega ook nieuwe kennis binnenboord?

Wil je écht kandidaten die nu bij jouw concurrenten werken?

Als kennis van jouw branche een belangrijke wens is voor jouw profiel, bedenk dan van tevoren wat je als bedrijf hiervoor over hebt. Wil je écht kandidaten die nu bij jouw concurrenten werken? En ben je dan bereid om hen te helpen met hun concurrentiebeding? Je kop in het zand steken helpt dan niet, je kunt er maar beter vanaf het begin af aan duidelijk over zijn.

​Kan lastig zijn

Natuurlijk, een concurrentiebeding kan een lastig onderwerp zijn tijdens een sollicitatiegesprek. Een kandidaat weet niet altijd alle ins en outs van de afspraak en wil het in dit stadium van zijn sollicitatie ook nog liever niet bij zijn huidige werkgever ter sprake brengen. Het liefst bespreekt een kandidaat dit pas op het moment dat hij of zij zekerheid heeft over de nieuwe baan. Dat kan ervoor zorgen dat pas laat in het traject naar voren komt hoe strikt de huidige werkgever de kandidaat aan zijn concurrentiebeding wil houden.

Situaties in de praktijk hebben vaak te maken met onder- of juist óverschatten van een concurrentiebeding.

Vooropgesteld: wij zijn geen juristen. Dus voor de precieze juridische mogelijkheden kun je beter met een advocaat contact opnemen. Dat doen wij in zo’n geval namelijk ook. We kunnen wél aangeven welke situaties wij in de praktijk tegenkomen. Die hebben vaak te maken met het onderschatten of juist óverschatten van een concurrentiebeding. Een viertal voorbeelden:

> Omzetting naar relatiebeding

Een kandidaat solliciteerde op een accountmanagersfunctie in een voor hem bekende branche. Bij zijn huidige werkgever had hij een concurrentiebeding. Toen duidelijk werd dat de keuze op deze kandidaat viel, zette zijn huidige werkgever in goed overleg het concurrentiebeding om naar een relatiebeding. Alle klanten die hij bij deze werkgever onder zijn hoede had, waren verboden terrein. Dat was werkbaar voor de kandidaat, voor zijn nieuwe werkgever en voor zijn oude werkgever.

Een concurrentiebeding omzetten naar een relatiebeding is vaak een reële optie.

Een concurrentiebeding omzetten naar een relatiebeding is vaak een realistische optie. Dit is wel afhankelijk van de relatie tussen de kandidaat en zijn huidige werkgever en de vraag of de ‘verboden klanten’ niet juist op het wensenlijstje van de nieuwe werkgever staan.

> Bepaalde tijd contracten

Een zakelijke relatie neemt een kandidaat aan die de afgelopen 3 maanden thuis zat. Deze kandidaat had bij zijn vorige werkgever een jaarcontract inclusief concurrentiebeding, met motivering. Hoewel zijn contract al 3 maanden geleden was beëindigd, was het concurrentiebeding nog steeds van kracht en vormde nu dus een struikelblok bij de aanname van deze kandidaat. Dat was een tegenvaller, voor zowel de potentiële nieuwe werkgever als de kandidaat.

De zakelijke relatie vraagt vanaf nu elke kandidaat of ze nog een lopend concurrentiebeding hebben, inbetween jobs of niet.

Had dit voorkomen kunnen worden? Waarschijnlijk wel. De kandidaat had bij uitdiensttreding kunnen vragen om het concurrentiebeding te laten vernietigen, omdat de werkgever geen belang had bij handhaving. De zakelijke relatie vraagt vanaf nu elke kandidaat of ze nog een lopend concurrentiebeding hebben, inbetween jobs of niet.

> Dichtgetimmerd

Er zijn ook kandidaten met een concurrentiebeding dat echt stevig dichtgetimmerd is. Daar kwam een klant van ons helaas achter. Zij wilden een nieuwe collega aannemen die in dezelfde industrie werkte. In deze situatie waren maar twee opties mogelijk: het concurrentiebeding bespreekbaar maken met de huidige werkgever, of het voorleggen aan de kantonrechter op basis van vrijheid van arbeidskeuze. De kandidaat wilde het niet laten escaleren en ook voor de nieuwe werkgever waren er te veel onzekerheden. Daarop werd besloten om deze kandidaat toch niet aan te nemen. Ideale kandidaat of niet.

> Gentlemen’s agreement

Als laatste praktijkvoorbeeld een kandidaat die zelf al aangaf bij zijn sollicitatie dat hij een concurrentiebeding had. Hij ging met zijn eigen rechtsbijstand bespreken wat de mogelijkheden waren. De klant had echter als stelregel dat ze geen medewerkers van hun leveranciers of grote accounts aannemen. Hoe graag de leidinggevende deze kandidaat ook wilde aannemen, hij werd teruggeroepen door zijn directie. Door een gentlemen’s agreement wilden zij niet tornen aan het concurrentiebeding van hun leverancier.

Voorkomen beter dan genezen

Uiteraard is deze lijst met praktijkvoorbeelden verre van volledig. Het geeft wel aan dat het concurrentiebeding een belangrijk aspect is om rekening mee te houden tijdens een werving- en selectietraject. En ook hier geldt: voorkomen is beter dan genezen. Daarom nog enkele tips om te voorkomen dat het venijn hem in de staart van het concurrentiebeding zit.

  • Bedenk van tevoren of een kandidaat uit dezelfde markt echt een vereiste is.
  • Bespreek voordat je de vacature online zet, wat je een kandidaat kunt aanbieden als er een concurrentiebeding speelt. Waar kan en wil je hem of haar mee helpen?
  • Maak bij de eerste kennismaking met de kandidaat een eventueel concurrentiebeding al bespreekbaar en vraag door naar de specifieke inhoud ervan.
  • Speelt er een concurrentiebeding? Blijf dan tijdens het werving- en selectietraject bij de kandidaat monitoren wat de status is en welke mogelijkheden er zijn.
  • Bedenk welke (potentiële) klanten op het wensenlijstje van jouw bedrijf staan. Het is niet handig als deze ook op de lijst van ‘verboden klanten’ van de kandidaat staan.

Umut ErdoğanOver de auteur

Umut Erdoğan werkt als Senior Management Consultant en Partner bij Velde.

Lees ook

Daar is-ie dan: de Recruitercode. En, wat staat er precies in?

‘Hoe heurt het eigenlijk?’ Als het gaat om recruitment was dat eigenlijk nooit goed opgeschreven. Maar gelukkig is daar sinds kort: de Recruitercode. Een kleine 2 jaar is eraan gewerkt. Een commissie van 9 personen, vanuit alle hoeken van het vak, is er een aantal keer voor bij elkaar geweest, er zijn vele (online) sessies gehouden met recruiters voor input en feedback, en er is ruggespraak geweest met belangrijke stakeholders.

‘Het stempel ‘concept’ is er nu af: de tekst van de code is definitief.’

Maar nu ligt de code er dus. ‘Hij is definitief’, zegt Koen Roozen, voorzitter van de Recruitercode-commissie. Alhoewel, definitief… ‘Hij is natuurlijk nooit definitief, in die zin dat we hem wel willen blijven herijken. Tot 1 oktober 2021 kijken we hoe hij in de praktijk werkt en eind 2021 gaan we de code herijken. Maar het stempel ‘concept’ is er nu af: op basis van de informatie die we uit de markt hebben opgehaald is dit de afgeronde versie.’

Nog veel werk te doen

De tekst van de code staat nu dus vast, maar er is nog wel veel werk te doen, stelt Roozen. ‘De volgende stap is dat we nog willen kijken: hoe kun je dit bestuurlijk het best organiseren? Willen we de codecommissie bijvoorbeeld in een stichting onderbrengen? En waar kun je vervolgens terecht als je als kandidaat klachten hebt? Met deze vragen gaan we in de komende maanden aan de slag.’

‘Ook de kandidaat die de code leest, weet nu wat hij of zij van de recruiter mag verwachten.’

De Recruitercode is volgens de commissievoorzitter bewust zo geschreven ‘dat iedereen hem snapt. Hij is echt naar buiten toe gericht. Ook de kandidaat die hem leest, moet snappen wat hij of zij van de recruiter mag verwachten.’ Dat is nog best lastig gebleken om op te schrijven, erkent hij. De markt kent vele smaken recruiters, met allemaal eigen normen. Wat bij de ene een minimumnorm is, is bij de ander onhaalbaar. ‘Daarom hebben we geprobeerd harde normen te ontwijken, zoals: “je moet binnen twee weken antwoorden”. Maar we zeggen aan de andere kant bijvoorbeeld wel dat je transparant moet zijn over bijvoorbeeld je reactietermijn. En als je zomaar een cv van een kandidaat doorstuurt, zonder dat hij of zij dat weet, keuren we dat af.’

Tweede gedragscode

Het is niet voor het eerst dat er een ‘code’ wordt opgesteld voor hoe om te gaan met sollicitatieprocessen. De Nederlandse Vereniging voor Personeelsmanagement & Organisatieontwikkeling (NVP) kent al jaren de zogeheten sollicitatiecode, waarin basisregels staan voor werving en selectie bij vacatures. Die code beschrijft de norm voor een transparante en eerlijke werving- en selectieprocedure.

‘Als je zegt “ik doe alles wat in de Recruitercode staat”, dan ben je serieus met je vak bezig.’

De nu nieuwe Recruitercode is daarentegen een beroepscode, oftewel: een code die beschrijft hoe jij je beroep goed uitoefent. Het is een persoonlijke code die gaat over jouw professionaliteit, aldus Roozen. En daarbij hoort dus ook dat je handelt in overeenstemming met de sollicitatiecode. ‘Als je zegt “ik werk in lijn in de Recruitercode”, dan ben je serieus met je vak bezig.’

Code is gewenst

Dat de Recruitercode gewenst is, is duidelijk. Recruiters liggen onder het vergrootglas en krijgen regelmatig kritiek op hun werkwijze als ze niets meer van zich laten horen na een sollicitatie of te weinig kennis hebben van vacature waarvoor ze werven. Met een kleine 40 bepalingen probeert de Recruitercode daar nu helderheid in te scheppen, en zo het vakgebied te professionaliseren.

‘Als recruiter beslis je of iemand een baan krijgt of niet. Dat kun je alleen heel zorgvuldig doen.’

‘De grote winst is dat het vak nu eindelijk zelf eens heeft opgeschreven: hoe vinden we dat je met je vak moet omgaan?’, aldus Roozen. Een vak met volgens hem ‘serieus veel impact’ verdient dat ook, zegt hij. ‘Je beslist over of iemand een baan krijgt of niet. Dat kun je alleen heel zorgvuldig doen. Maar iedereen kan zich recruiter noemen. Daarom is het goed dat er nu een code is waarmee je je als recruiter kunt onderscheiden, en laat zien dat je professioneel bent.’

Opmaat naar certificering?

Is het een opmaat naar certificering? Roozen sluit het niet uit. ‘Het vak ontwikkelt zich immers steeds verder. Je zou bijvoorbeeld kunnen denken aan het model van de NOLOC, de vereniging van loopbaanadviseurs. Die werken met keurmerken met verschillende niveaus erin. En je ziet dat bijna elke zichzelf serieus nemende loopbaanadviseur daar nu bij aangesloten is.’

‘Dit is het begin van de reis. Maar het is wel een heel belangrijke stap.’

Maar zover is het dus nog niet met de Recruitercode. Roozen: ‘Dit is het begin van de reis. Maar het is wel een heel belangrijke stap, denk ik. De Recruitercode beschrijft voor het eerst het gedrag en de kennis die hoort bij het bekwaam en integer uitoefenen van de rol van recruiter. We willen daarom voorlopig vooral met deze code aan de slag. Kijken of veel mensen zich erachter willen scharen. En dan feedback die we krijgen verwerken in een versie 2.0.’

Internationale trend

De Nederlandse Recruitercode past overigens in een internationale trend. Ook elders klinkt steeds vaker de roep om een gedragscode, of zelfs om certificering van het recruitersvak. Er zijn internationaal trouwens ook al steeds meer mogelijke certificaten beschikbaar.

Er zijn internationaal steeds meer mogelijke certificaten beschikbaar.

John Vlastelica ging recent nog een stap verder en schreef bijvoorbeeld over een mogelijke ‘License to Hire‘ voor vacaturehouders. Bij IBM schijnt dit al te werken (video hierover hier te zien). Vacaturehouders bij dit bedrijf moeten een certificering behalen voordat ze kandidaten mogen interviewen. Daarbij krijgen ze onder meer te horen welke vragen ze wel en niet mogen stellen aan sollicitanten.

Meer over de Recruitercode?

De Recruitercode-commissie bestaat uit Aaltje Vincent, Britt van Capelleveen, Eric Houwen, Geert Jan Waasdorp, Karen Hulshof, Koen Roozen, Lijnske Bogaarts, Margriet Koerts en Rini de Groot. Check de speciaal hiervoor ontwikkelde website, met niet alleen alle bepalingen, maar ook een FAQ over het hoe en waarom van de code.

de recruitercode

Lees ook

Feel Good Friday: ‘Employer dancing’ met de Jerusalema Challenge

Losse heupen, soepele schouders en een gezonde dosis enthousiasme. Meer is er niet nodig voor wat inmiddels wel het ‘volkslied van corona‘ wordt genoemd. En welhaast de hele wereld lijkt inmiddels te dansen op de Zuid-Afrikaanse gospelbeat van het Jerusalema. Het nummer en de bijbehorende dance challenge werden inmiddels meer dan 100 miljoen keer bekeken op YouTube. ‘Zonder corona was dit niet gebeurd’, aldus de maker, Master KG (Kgaugelo Moagi).

Vooral zorgorganisaties lijken het ‘volkslied van corona’ te omarmen.

Vooral zorgorganisaties lijken het nummer te omarmen. In een bijna continue stroom duiken ze op, de filmpjes van ziekenhuizen waar het personeel het beste beentje voorzet. Wat talloze zorg-campagnes maar zo moeilijk lijkt te lukken, lijkt deze dans ineens wel voor elkaar te krijgen: laten zien hoe leuk het kan zijn om in de zorg te werken. De vele reacties op de overal opduikende filmpjes zijn in elk geval vrijwel zonder uitzondering (zéér) positief en enthousiast.

Check de moves van de medewerkers van het Eindhovense Catharina Ziekenhuis:

Symbool van hoop

Het nummer is inmiddels uitgegroeid tot ‘symbool van hoop in deze zware periode’. Talloze parkeerplaatsen, gazons en operatiekamers zijn het decor geworden van de bijbehorende danspassen. Deze week stond Jerusalema op nummer 1 van de top-200 van de meeste gedownloade muziek ter wereld op de Shazam-app. Juventus-spits Cristiano Ronaldo tweette vorige week zijn pasjes. Vlak na Janet Jackson.

Hier maken vooral zorgorganisaties er een mooi staaltje ‘employer dancing‘ van.

Maar hier zijn het dus vooral de zorgorganisaties die er een mooi staaltje ‘employer dancing‘ van weten te maken. Van woonzorgcentrum Noorderkroon (Brabantzorg) tot de afdeling Oogheelkunde van het Amphia, van TMZ-locatie Borsthuis in Hengelo tot Woon-/Zorgcentrum Rhederhof, en van het Zuyderland tot de Zorggroep in Zuidlaren; de populaire dans verovert ook de Nederlandse zorgwereld zienderogen. Waarbij sommige organisaties – heel slim – ook de hashtag #wijhebbenvacatures niet vergeten te vermelden…

Ook in Haarlem werd de Jerusalema Challenge aanvaard:

Meer weten?

Donderdag 24 september vindt het Seminar Beter werven in de Zorg plaats, waar Martijn Hemminga hoofdspreker is, samen met Inge Beckers. Het seminar focust zich op concrete tips & tricks waar je als zorgorganisatie zelf mee aan de slag kunt gaan. Aan het einde van de dag heb je een lijst met actiepunten voor de korte, middellange en lange termijn. En daarnaast veel inspiratie, onder meer van 2 praktijkcases: Amsterdam UMC en Zorggroep Noorderboog. Het seminar vindt plaats in Utrecht binnen de richtlijnen van het RIVM, maar het is ook mogelijk het seminar live online te volgen. Kijk hier voor meer informatie en om je aan te melden.

Banner - beter werven in de zorg

De drie voorgaande seminars die hebben plaatsgevonden waren uitverkocht. Dus schrijf je tijdig in voor het seminar op donderdag 24 september.

Lees ook

Is de arbeidsmarktcommunicatie in Nederland te ‘wit’?

Hoe ‘wit’ is de Nederlandse arbeidsmarktcommunicatie? Oftewel: is de Nederlandse arbeidsmarktcommunicatie eigenlijk wel inclusief genoeg? Spreekt de gemiddelde campagne ook mensen met verschillende culturele achtergronden aan? En zo niet: hoe kan het beter? Nu de thema’s racisme, diversiteit en discriminatie steeds meer het maatschappelijke debat bepalen, worden zulke vragen steeds urgenter.

Spreekt de gemiddelde campagne ook mensen met diverse culturele achtergronden aan?

Als employer branding- en arbeidsmarktcommunicatiespecialist vindt Steam het dan ook belangrijk om deze onderwerpen bespreekbaar te maken. Daarom organiseerde het bureau hierover onlangs een eerste rondetafelgesprek. Daarover de komende tijd een reeks blogs. Bij de aftrap hiervan alvast één belangrijke conclusie: er is lef nodig bij zowel bureaus als opdrachtgevers om dit onderwerp op de agenda te krijgen. En te houden.

Point of no return

Al in het begin van het gesprek wordt duidelijk dat bij alle aanwezigen een gevoel van urgentie leeft als het gaat om de thema’s inclusiviteit en diversiteit – óók als het gaat om arbeidsmarktcommunicatie. Er lijkt, zo zegt Marieken Westerink (adviseur, Staf Korpsleiding Nationale Politie) sprake te zijn van een ‘Uur U’, een point of no return, gezien de wereldwijde aandacht voor de Black Lives Matter-beweging.

‘Onze verantwoordelijkheid gaat verder dan het belang van klant en campagne.’

Jari Kloppenburg (Strategy Director van Steam) ziet het om die reden als een groeiende uitdaging om arbeidsmarktcampagnes zó vorm te geven dat ze de kpi-doelstellingen van de klant overstijgen en actuele maatschappelijke issues aan de orde stellen. ‘Ik denk dat we als communicatiemakers een verantwoordelijkheid hebben om ook bepaalde beeldvorming en stereotypes te doorbreken. Dat gaat verder dan het belang van klant en campagne, het gaat over kwesties die in de samenleving aan de hand zijn.’

Modellen van kleur

Freelance reclamefotograaf Suzanne Karsters, die zelf deels een Surinaamse achtergrond heeft, geeft aan dat dit in de praktijk nog best lastig is. Als zij voor een shoot voorstelt om modellen van kleur te gebruiken krijgt ze geregeld te horen: ‘Daar herkent niemand zich in, we maken het toch voor Nederland?’ Karsters: ‘Ik denk dan: Kom je wel eens op straat? Hoe denk je eigenlijk dat Nederland eruitziet?’

‘Kom je wel eens op straat? Hoe denk je eigenlijk dat Nederland eruitziet?’

Maikel Boksteen (Directeur 2Trust) zegt deze uitdaging ook wel te begrijpen, gezien de vaak uiterst ongenuanceerde reacties op sociale media. Denk bijvoorbeeld aan de zwartepietendiscussie. Toch vindt ook hij dat als er bij een opdrachtgever de gelegenheid is om het verschil te maken, je als bureau die kans moet grijpen. Hij krijgt daarin bijval van Sascha Becker (Head of Strategy, PROOF). De ‘Logeion Communicatieman van het jaar 2020’ zegt dat het juist nu een mooi moment is om met HR-directies en teams in dialoog te gaan over wat een employer branding-campagne nou eigenlijk voor de organisatie betekent, onder andere voor het discriminatie- & integratiebeleid.

Doorbreken van de clichés

Natuurlijk, er zijn ook uitzonderingen. Zeeman staat bijvoorbeeld al jaren bekend om zijn zeer diverse campagnes die zich richten op alle sociale klassen. Toch ontbreekt het veel opdrachtgevers aan durf, stellen een aantal van de aanwezigen. Maar voor een bureau of freelancer is het niet altijd eenvoudig een door de klant gewenste ‘witte man’ of ‘Hollands gezinnetje’ ter discussie te stellen.

Beeld uit een Zeeman-campagne uit 2012

Karsters: ‘Het is lastig. Het is ook je werk waar je je hypotheek van betaalt. Toch is het belangrijk om dan standvastig te blijven.’ Kloppenburg noemt de podcast ‘Room to talk’ als voorbeeld. Daarin komt een cameraman voor die uiteindelijk een opdracht van een energiemaatschappij weigert omdat die bezwaren heeft tegen een door hem gecaste familie van kleur.

Parallel met de jaren 70

Westerink ziet parallellen met de vrouwenemancipatie in de jaren 70. ‘Bij de politie hebben we gezien dat dit soort bewegingen heel schoksgewijs en nooit vloeiend gaan.’

‘Ik zie wel goede intenties, maar dat ook waarmaken is een enorme challenge.’

Maar Becker vindt wel dat we hierover als communicatieprofessionals met organisaties in gesprek moeten gaan. ‘Het is aan ons om te zeggen: “Beste klant, dit is een blind spot bij jullie. Jullie beloven extern iets, maar het is intern niet waar. Kijk hier, en hier en hier.” Om dan vervolgens echt de dialoog aan te gaan. Bij bureaus zie ik echt wel goede intenties om zo’n divers mogelijk beeld te schetsen. Maar dat ook waarmaken gedurende de hele employee experience of employee journey is een enorme challenge. Daar valt veel winst te behalen.’

Meer culturele diversiteit in de sector

Ook Jari Kloppenburg zegt niet aan de goede intenties van bureaus te twijfelen. Maar hij kaart nog wel een ander probleem aan: hoe divers zijn arbeidsmarktbureaus eigenlijk zélf? Zolang de marktpartijen die de ideeën en concepten bedenken nog overwegend ‘wit’ zijn, kunnen de intenties nog zo goed zijn, maar is het zeer de vraag of de juiste inclusieve insteek en tone-of-voice wel kan worden gevonden.

Hoe diverser het team, hoe breder de scope en hoe rijker de ideeën.

De eerste eindconclusie luidt dan ook dat de arbeidsmarktcommunicatie er zeker van zou profiteren als er meer culturele diversiteit in de sector aanwezig zou zijn. Immers: hoe diverser het team, hoe breder de scope en hoe rijker de ideeën.

Meer grassroots

Moderator Rocky Hehakaija (oprichter Favela Street) vraagt zich tot slot af of arbeidsmarktcommunicatie niet veel meer ‘grassroots’ zou moeten zijn om mensen van kleur of met een andere culturele achtergrond te bereiken. Zelf zegt ze altijd het meeste te bereiken door ‘met beide benen in de modder te gaan staan’. Westerink is het daarmee eens: ‘Als je op een eiland blijft zitten – hoogopgeleid, wit, zakelijk – dan kijk je ook niet verder.’

‘Als je op een eiland blijft zitten – hoogopgeleid, wit, zakelijk – dan kijk je ook niet verder.’

Maar hoe lastig het kan zijn om de juiste toon te treffen blijkt uit een case die Ricardo Risamasu te berde brengt. Het ging, aldus de Talmark-directeur, om een campagne met beeldvoorstellen voor een grote multinational, die ook actief is in andere Europese landen. ‘We dachten een mooi verhaal te vertellen met familiefotografie. Alleen: er stonden ook twee vrouwen als levenspartners. De campagne werd hier in Nederland heel goed ontvangen. Maar toen bleek dat de kantoren in Zuid-Europa moeite hadden met die twee vrouwen is de foto uiteindelijk toch afgewezen. We hebben daar nog flink over gediscussieerd, ons standpunt gedeeld en gezegd: je moet ergens voor durven staan. Maar de weerstand was te groot. Dus uiteindelijk is de campagne toch aangepast.’

Social dynamics

Een mooie case, zegt Sascha Becker. ‘Dit maakt duidelijk dat arbeidsmarktcommunicatie wel degelijk ook draait om social dynamics. En dus om het discriminatie- en integratiebeleid. Ik denk dat de sector die discussie breder moet trekken. We moeten organisaties uitdagen om in een bredere context na te denken over hun positionering en wat dat betekent voor de beïnvloedingsfactoren die ze inzetten. Arbeidsmarktcommunicatie gaat over beeldvorming, de dialoog aangaan, maar ook om verwachtingsmanagement. Net als andere vormen van communicatie. Als we het met elkaar eens zijn dat we inclusiever en diverser willen communiceren, is dat al een eerste stap. Ik denk dat veel organisaties het intrinsiek wel willen, maar vooral worstelen met de hoe-vraag. Het is aan ons om ze daarbij te helpen.’

Meer weten? Of meepraten?

Wat zijn jouw ervaringen met discriminatie en diversiteit in arbeidsmarktcommunicatie? Kan het inclusiever? En zo ja hoe? We horen graag je mening om zo ook online de discussie over dit onderwerp te starten.

Lees ook

Platforms voor omscholing schieten als paddenstoelen uit de grond

Dat omscholing een trend is, is duidelijk. Het haalde deze week zelfs de Troonrede. ‘Behoud van zoveel mogelijk banen blijft het doel’, zei koning Willem-Alexander toen. ‘Maar na de fase van noodsteun is het nu ook belangrijk dat mensen door scholing en training de overstap kunnen maken naar sectoren waar een tekort aan personeel is, en dat bedrijven zich aan kunnen passen aan de nieuwe realiteit.’

De mismatch op de arbeidsmarkt wordt met vele initiatieven te lijf gegaan.

Omscholing dat een plekje krijgt in de Troonrede, het is weer eens wat nieuws. Maar goed, het kabinet trekt er dan ook veel geld voor uit. En de verwachtingen zijn hoog. Niet alleen bij de overheid overigens, ook andere organisaties zien ineens het licht en ontvouwen plannen om de al langer bestaande mismatch op de arbeidsmarkt nu eens goed aan te pakken.

De vele werkzoekenden aan de ene kant, maar ook de vele openstaande vacatures aan de andere kant, ze lijken bijna iedereen opgevallen te zijn. Dat is in elk geval te merken aan de vele initiatieven met gratis trainingen en cursussen voor mensen met banen die in zwaar weer verkeren, of waar door de pandemie juist meer vraag naar is. Van logistiek tot ICT tot in de zorg. Het gaat te ver om het een ‘revolutie’ te noemen, maar dat er iets aan de hand is, zoveel is wel duidelijk. En dat allemaal in de zogeheten ‘Week van de Loopbaan’. Een klein en recent overzicht van de vele initiatieven:

#1. Microsoft en LinkedIn: Werkinhetvooruitzicht.nl

LinkedIn concludeert uit onderzoek dat er momenteel veel banen beschikbaar zijn waar niemand voor gevonden kan worden, denk aan account- en projectmanager, analisten en softwareontwikkelaars. Daarom hebben Microsoft en LinkedIn ook in Nederland de handen ineengeslagen en recent het platform werkinhetvooruitzicht.nl gelanceerd.

De focus ligt vooral op het aanleren van digitale vaardigheden.

Het doel hiervan is om mensen die hun baan zijn verloren door de coronacrisis, te helpen met het vinden van een baan door gratis omscholing of bijscholing met trainingen. De focus ligt vooral op het aanleren van digitale vaardigheden en de trainingen zijn steeds gericht op een specifieke rol en baan in een bedrijf. Microsoft en LinkedIn verwachten met het platform 50.000 mensen aan de juiste actuele trainingsprogramma’s te helpen.

Werkinhetvooruitzicht LinkedIn Google omscholing

#2. Overheid: NL Leert Door

De twee Amerikaanse softwarereuzen zijn natuurlijk niet de enigen met zo’n soort idee. Zo heeft de Nederlandse overheid onlangs de regeling NL Leert Door opgestart. Vanuit de NOW-regeling was 50 miljoen beschikbaar gesteld voor dit crisisprogramma, gericht op ontwikkeladvies en om- en bijscholing. Werkzoekenden of werkenden die hun baan dreigen te verliezen konden geholpen worden door loopbaanadviseurs. Hierbij wordt op basis van een arbeidsmarktscan in kaart gebracht waar iemands mogelijkheden liggen in de arbeidsmarkt. Het profiel wordt dan gematcht en hieruit komt een advies. Verder geeft het mensen een bron aan informatie over de vacatures in Nederland die beschikbaar zijn. Het maximum aantal adviezen is nu echter bereikt.

NL Leert Door omscholing

De regeling van de overheid moet niet worden verward met het wél commerciële Nederlandleertdoor.com, waar vier organisaties bij zijn aangesloten, en NLleertdoor.com, een dochter van het bedrijf Helixers, waar ‘oprichters Joost, Wouter en Rick’, naar eigen zeggen alle drie ‘een omslagpunt hebben gehad in hun loopbaan om het werk te gaan doen dat écht bij hun past’ en dat nu ook graag aan anderen gunnen.

#3. Olympia: gratis trainen voor tekortberoepen

Ook Olympia stortte zich sinds het uitbreken van de coronacrisis meer op omscholing van werkzoekenden, vooral gericht op praktische en uitvoerende beroepen. In april maakte het uitzendbureau bekend 1.000 werkzoekenden een gratis training aan te bieden om hen op te leiden voor functies waar sinds de coronacrisis een tekort aan is.

‘Waar werk verdwijnt, ontstaan ook weer nieuwe kansen.’

Het bureau biedt bijvoorbeeld gratis trainingen voor beroepen zoals logistiek medewerker, magazijnmedewerker of orderpicker. ‘Waar werk verdwijnt, ontstaan ook weer nieuwe kansen’, aldus Rogier van Hamburg, directeur Innovatie bij Olympia. De trainingen konden thuis, online gevolgd worden met begeleiding op afstand van de Olympia intercedent. Na de training werden de werkzoekenden geïntroduceerd bij klanten zoals Renewi, Samsung, Webhelp, Jumbo, Etos, Gall&Gall en The Greenery.

#4. Hogescholen: Make IT Work

Een ander opvallend initiatief is te noteren aan diverse hogescholen. In de ICT is er al een lange tijd een tekort aan gekwalificeerde medewerkers, en het tekort is door corona eigenlijk alleen nog maar meer gestegen. De Hogeschool van Amsterdam heeft om die reden omscholingsprogramma Make IT Work geïntroduceerd. Ook andere hogescholen, zoals Fontys en de IT Academy Noord-Nederland, onderdeel van de Hanzehogeschool Groningen, doen erin mee.

Vrouwen blijven vaak achter in de ICT-branche, terwijl een goede balans juist nodig is.

Het programma wil zich ook met nadruk op omscholing van vrouwen richten. Het aantal vrouwen blijft immers nog altijd achter in de ict-branche, terwijl een goede balans juist hier gewenst is. Wat dat betreft lijkt Make IT Work overigens in zijn doel te slagen. Het aandeel vrouwen in de allereerste groep van het programma was namelijk maar liefst 80%.

#5. Regio Amsterdam: Transferpunt Zorg en Welzijn

Weer een heel ander initiatief komt van het Transferpunt Zorg en Welzijn, dat een pilot draait in de regio Amsterdam. Zowel online als fysiek koppelt dit begin september gelanceerde platform vraag, opleiding en aanbod nauwkeuriger aan elkaar tussen geïnteresseerden die in zorg of welzijn willen werken en instellingen die zorgmedewerkers zoeken.

Vele zorgorganisaties hopen zo een snellere instroom te krijgen voor schaarse functies.

Verschillende organisaties in de zorg hopen dat er met dit platform een snellere instroom komt voor zorgfuncties waar nu nog veel schaarste is. Je kunt hier onder meer ontdekken welke skills je al hebt met de ‘Zorgscan’, en hoe je deze skills het beste kunt inzetten. Daarnaast worden er online trainingsprogramma’s aangeboden in samenwerking met onderwijsinstellingen en versnelde opleidingen voor mbo en hbo.

#6. Noord-Brabant: Brabant Leert

Dit programma van diverse partnerorganisaties in Noord-Brabant is gestart vanuit het motto ’een Leven Lang Ontwikkelen’. ‘Brabant Leert’ is een online platform dat werkgevers en werknemers toegang biedt tot een breed aanbod van online cursussen van online aanbieders, branche-organisaties en het beroepsonderwijs. Sommige tegen betaling, maar het gros van deze cursussen is gratis. Denk daarbij aan minicolleges van Fontys Hogeschool, een EHBO-cursus (of andere training voor de zorg) en technische bijscholingscursussen. De regionale leerwerkloketten zorgen voor online ondersteuning om de juiste cursus te vinden. En VNO-NCW zegt toe werkgevers actief erbij te betrekken.

#7. Dutch start-ups: Ondernemer worden?

En dan noemen we hier als laatste ook nog het recent gelanceerde initiatief ‘Startout’, een idee van de Dutch Startup Association (DSA). Altijd al ervan gedroomd om eigen ondernemer te worden? Dit zou wel eens hét moment ervoor kunnen zijn. Dit project wil huidige werknemers namelijk omscholing bieden tot ondernemers, om zo minder ontslagen bij bedrijven noodzakelijk te maken.

Gedroomd van eigen ondernemerschap? Dit kan wel eens hét moment ervoor zijn.

Met het initiatief kunnen bedrijven – in plaats van een transitievergoeding uit te betalen – investeren in de start-ups van de ondernemers in spe. Als de opgezette bedrijfjes groeien en succesvol worden, profiteren ook de oorspronkelijke bedrijven daar vervolgens weer van, via hun initiële investering. Het initiatief volgt op de gratis bijscholing die DSA al sinds dit voorjaar aan start-ups geeft. De vereniging denkt dat het project wel eens zo’n 500 nieuwe start-ups zou kunnen opleveren.

Nog een interessant initiatief gemist? Laat het ons weten!

Lees meer

5 tips om kandidaten goede feedback te geven

Veel kandidaten willen graag feedback ontvangen nadat ze een sollicitatiegesprek hebben gehad. De kandidaat weet dan meteen waar hij of zij zich op moet concentreren, of verder aan moet werken. En ook voor de recruiter is dit een kans: elke feedback is immers beter dan géén feedback te geven. En bovendien kun je er misschien zelf ook weer van leren.

Geef feedback, en je weet ook meteen hoe iemand op feedback reageert.

Zo schept goede feedback voor beide partijen aan tafel duidelijkheid voor het begin van de baan of bij het zoeken naar een andere baan. Daarnaast weet je als bedrijf neteen hoe de kandidaat op feedback reageert. Ook heel handig om te weten! Maar hoe doe je dat nou goed, feedback geven op een kandidaat? 5 tips.

#1. Wees specifiek en nauwkeurig

Als je de kandidaat geen heldere reden geeft over wat er wel en vooral wat er niet goed ging, raakt hij of zij alleen maar verward en geïrriteerd. Het is de bedoeling dat ze specifiek weten wat ze moeten verbeteren. Laat de kandidaat dus niet alleen maar weten dat ze veel fouten hebben gemaakt, maar ook welke. Anders ontneem je hen een kans om te leren.

#2. Maak geen vergelijkingen

Vertel kandidaten nooit dat ze niet zijn aangenomen omdat iemand anders beter was. Vooral niet als het gesprek een groepsinterview was. Het helpt ze niet bij verbeteren van zichzelf en het is zelden leuk om te horen dat andere kandidaten meer diploma’s of betere vaardigheden hebben. Bovendien zijn zulke oordelen meestal nogal arbitrair, en zullen kandidaten ze vaak niet geloofwaardig vinden.

Vertel kandidaten nooit dat ze niet zijn aangenomen omdat iemand anders beter was.

#3. Gebruik de sandwich-methode

Een van de meest populaire manieren om feedback te geven is om kritiek te verpakken tussen positieve punten. Geef eerst een compliment, geef dan verbeterpunten aan en sluit het af met een ander compliment. Deze manier is niet alleen populair, maar ook effectief. Zo voelt het toch wat minder ongemakkelijk of opgelaten om feedback te geven – en te krijgen.

Feedback kandidaten

#4. Geef suggesties over verbeteringen

Feedback zal pas echt nuttig zijn als er ook goede suggesties gedaan worden over hoe de kandidaat zich kan verbeteren. Het is belangrijk om te concentreren op hoe het beter kan en niet op wat er fout is gedaan. Als iemands presentatie-skills bijvoorbeeld wat minder zijn, geef dan verschillende suggesties en tips over hoe het beter kan.

#5. Bedank de kandidaat achteraf

Uiteindelijk wil je dat elke kandidaat een positieve ervaring heeft met jouw bedrijf en zich welkom voelt. Feedback geven is dus extra belangrijk. Het beste is om ze te bedanken voor hun tijd en voor hun interesse in het bedrijf. Voor kandidaten zijn sollicitatiegesprekken echt een big deal. Ze hebben er vaak veel moeite voor gedaan, en tijd in geïnvesteerd. Laat duidelijk merken dat je dat waardeert.

Lees meer

Hoe zorg je in tijden van corona nog voor een knallende candidate experience?

Face-to-face interviews, lunches met het hele team of persoonlijke koffiegesprekken? In deze tijd van de anderhalvemetersamenleving zijn ze allemaal geen optie meer. Als recruiter moet je dan ook creatiever worden en nieuwe manieren vinden om je kandidaten zich alsnog gewaardeerd te laten voelen. Oftewel: hoe zorg je in tijden van corona nog voor een knallende online candidate experience? 4 tips.

Tip 1: Laat virtueel het kantoor zien

Uit LinkedIn-onderzoek (van vóór corona) bleek dat 51% van de kandidaten graag het kantoor wil bezoeken om een idee te krijgen van de bedrijfscultuur. Maar omdat sollicitanten uitnodigen op kantoor momenteel voor de meeste organisaties geen optie is, bied je met een virtuele kantoorrondleiding een creatieve oplossing. Nog een voordeel: je hoeft deze maar één keer op te nemen om hem vervolgens aan al je kandidaten te kunnen laten zien.

Zo kun je voor het sollicitatiegesprek je kandidaten al een video sturen van jullie bedrijf. Daarin laat je dan niet alleen je kantoor zien, maar ook de mensen die er werken en de faciliteiten die jullie hebben. Zo krijgen nieuwe kandidaten al snel een idee van de bedrijfscultuur, wat meteen de drempel voor de eerste dag enorm verlaagt.

Tip 2: Bereid je kandidaten voor

We beginnen al een beetje te wennen aan vergaderen via video, maar voor veel kandidaten zal het toch nog de eerste keer zijn dat ze een sollicitatiegesprek hebben dat digitaal plaatsvindt. Zorg er dus voor dat je je kandidaten ondersteunt bij de voorbereidingen. Geef kandidaten alles wat ze nodig hebben om de beste indruk te maken. Vertel ze: welke tools ga je gebruiken? Wat is een goede opstelling wat betreft verlichting? En welke achtergrond gebruik je? Denk ook aan:

  • Wie is de recruiter?
  • Wie is de hiring manager?
  • Welke apparatuur hebben ze nodig?
  • Welke omgeving is handig voor het gesprek (rustig, veel licht en een neutrale achtergrond)
  • Wat voor soort vragen gaan er gesteld worden?
  • Een link naar een pagina met tips & tricks voor een goed sollicitatiegesprek

Doordat kandidaten zich zo goed mogelijk kunnen voorbereiden, schept dit meteen een gevoel van vertrouwen. Ze voelen zich serieus genomen en hierdoor zullen ze zich meer op hun gemak voelen. De tijd nemen om kandidaten te helpen laat zien dat je het belangrijk vindt dat hij of zij succes heeft. Het betekent ook dat je kwalitatief betere antwoorden kunt verwachten.

Tip 3: Bereid je team voor

Net zo goed als je kandidaten moet voorbereiden, moet je dat ook intern doen, dus met het team dat de sollicitanten aan de tand voelt. Als niet alle kandidaten gewend zijn aan een digitaal sollicitatieproces, dan is de kans groot dat de recruiters dit ook niet zijn. Het is dus ook voor recruiters van belang dat ze beschikken over goede apparatuur, en weten hoe ze virtueel gesprekken moeten voeren en hoe ze zich non-verbaal moeten gedragen. Kies bijvoorbeeld geen kleding met te felle of te veel verschillende kleuren. Dit is druk en kan afleiden van het gesprek.

Niet alle kandidaten zijn gewend aan digitaal solliciteren, maar de recruiters evenmin.

Tot slot is het belangrijk dat de recruiters die de gesprekken voeren weten wat ze moeten doen als bijvoorbeeld de video vastloopt, de verbinding slecht is of de kandidaat slecht hoorbaar is. En dat ze de kandidaat ook erop voorbereiden wat er in zo’n geval gebeurt.

Tip 4: Onboard bij de kandidaten thuis

De candidate experience houdt natuurlijk niet op als de kandidaat de baan eenmaal aangeboden heeft gekregen. Een naadloze overgang van kandidaat naar werknemer is misschien moeilijker als dit op afstand moet, maar daarmee zeker niet minder belangrijk. Stuur bijvoorbeeld een welkomstcadeau naar het huis van de kandidaat met spullen die het thuiswerken vergemakkelijken. Denk aan: een laptopsteun, een yogamatje of een ergonomische zitbal. En plan een groepsmeeting in waarin de kandidaat de collega’s kan ontmoeten. Doe dit liefst niet midden van de dag, maar liever in de ochtend bij het opstarten of op vrijdag rond borreltijd.

Goede onboarding is misschien moeilijker op afstand, maar zeker niet minder belangrijk.

Een online inwerktraject loopt anders dan onboarding op kantoor. Het is van belang om een heldere planning van het online inwerktraject te hebben voor zowel de nieuwe als de ervaren medewerker. Zo is het in de eerste week vaak wat meekijken, zelf wat dingen inlezen en proberen en daarna: zelfstandig aan de slag. Zorg dat de nieuwe medewerker elke dag een vast contactmoment heeft met één ervaren medewerker om eventuele vragen te stellen. Zo voelt de medewerker zich gehoord.

Conclusie

Het coronavirus heeft in korte tijd voor grote veranderingen gezorgd. Dit heeft bedrijven ertoe gedwongen anders om te gaan met hun sollicitatieproces. Het goede hieraan is dat we creatief leren omgaan met deze situaties en ervoor kunnen zorgen dat we kandidaten ook in tijden van corona nog de best mogelijke candidate experience kunnen geven vanaf het moment van solliciteren tot ingewerkt worden voor de baan.

Meer weten?

laura beekwilder over passieve kandidaten en ats en marketeersMeer weten over de candidate experience in tijden van corona? Neem dan contact op met Laura Beekwilder (SendtoDeliver) en geef in het contactformulier aan dat je “meer wilt weten over candidate experience”. Of bekijk hier eerst alle artikelen van Laura.

Meer weten over werkgeluk?

Op 29 oktober organiseert de Academie voor Arbeidsmarktcommunicatie de training ‘werkgeluk’. Met plezier naar je werk gaan, energie voelen, er voldoening uithalen: dat is wat iedereen wenst. Maar wat vraagt dit van de werkgever en werknemer nu we langer inzetbaar moeten blijven op een continu veranderende arbeidsmarkt? En waarom is dit zo belangrijk voor medewerkers binnen organisaties? Wat kan of wil ik ermee als HR/loopbaanprofessional of als manager/leidinggevende? In 1 middag ben je weer helemaal bij.

Alliander: ‘Sollicitanten verwachten eenvoudig en laagdrempelig contact’

Ze behoorden al eerder tot de inzenders, en zelfs tot de genomineerden, onder meer met een heuse 360°-VR-experience. Maar steeds grepen ze net mis bij de uitreiking van de Werf& Awards. Tot mei dit jaar, toen het dan eindelijk prijs was voor Alliander. Het netwerkbedrijf sleepte een publieksprijs in de wacht voor de casus ‘Chatten vóór je sollicitatie!’, waarbij de organisatie al met potentiële collega’s in gesprek gaat vóór hun sollicitatie.

Een mooie beloning voor jarenlange inspanning, waarbij de focus steeds meer verschoven is van sollicitaties naar persoonlijke online gesprekken. En dat is nodig ook, aldus Marnix de Groot, Manager Employer Branding & Digitalisering. ‘Ondanks de gevolgen van corona zien we nog geen afnemende schaarste onder voor ons belangrijke doelgroepen: elektromonteurs, maar ook andere functies binnen Techniek en IT. Een elektromonteur die een (nieuwe) baan zoekt, kan momenteel nog steeds zo bij zo’n 30 bedrijven aan de slag.’

Interne en externe effecten

Alliander was een van de eerste werkgevers in Nederland die een marketingtechnologie gebruikt waarbij kandidaten kunnen chatten met Alliander, zonder direct te solliciteren. Dat gebeurt niet alleen op de eigen website, maar ook op veel andere. De Groot: ‘We bereiken doelgroepen via online marketing op honderden websites zoals AD.nl, LinkedIn en Facebook. Daar geven we bezoekers de mogelijkheid om via interactieve banners in gesprek te gaan met onze recruiters, zónder de website te verlaten. Zo komen potentiële collega’s laagdrempelig, snel en buiten werktijden met ons in contact.’

‘We bereiken doelgroepen via online marketing op honderden websites zoals AD.nl, LinkedIn en Facebook.’

Op Werf& Live, op 1 oktober, zal De Groot – samen met young talent recruiter Wouter de Jong – meer vertellen over hoe de casus tot stand kwam en wat het effect ervan is geweest, zowel extern als intern. Hier alvast een voorproefje.

> Hoe hebben jullie de winst van de Award beleefd?

‘Wij zijn er heel trots op dat het publiek deze casus heeft beloond. En eerlijk is eerlijk, we vonden het ook wel spannend. Helaas hebben wij het nog niet live met het hele team kunnen vieren. Wel via MS Teams, direct na de prijsuitreiking, en dat was al ontzettend leuk. Al is de ontlading natuurlijk wel anders in een leeg kantoor met een paar collega’s in plaats van voor een zaal vol met vakgenoten. Mede daarom kijken we dan ook uit naar Werf& Live.’

> Wat heeft de Award jullie opgeleverd?

‘Intern: veel waardering en trots. Dat geeft voor ons de bevestiging dat we als recruitment de juiste dingen aan het doen zijn. Extern zagen we hierdoor ook toenemende interesse vanuit andere bedrijven. Ook hebben we hierover nu al een paar keer een presentatie gegeven, bijvoorbeeld bij het CIO Platform, en via een webinar, samen met MrWork.’

> Hoe staat het nu met jullie werving?

‘Ook bij ons heeft corona natuurlijk impact gehad. Niet direct op het aantal vacatures overigens, we hebben nog steeds een groot tekort aan elektromonteurs. Daarom is het recruitmentteam dit jaar ook verder gegroeid. We hebben nu bijvoorbeeld 4 sourcers paraat die het eerste contact via de chat oppakken. De energietransitie is nog in volle gang en daarvoor moeten we als Alliander nog veel werk verzetten. We richten ons daarbij steeds meer op jongeren en starters op de arbeidsmarkt. We zien ook andere kandidaten op de arbeidsmarkt. ‘Vaste mensen’ zitten tegenwoordig nog vaster, maar we zien wel meer interesse van jongeren en vanuit werkzoekenden uit andere sectoren.’

‘Momenteel hebben we meer dan 150 vacatures. Daarvan is zeker 80% in de zeer schaarse doelgroepen.’

‘Momenteel hebben we meer dan 150 vacatures. Daarvan is zeker 80% in de zeer schaarse doelgroepen, zoals Techniek en IT. Corona heeft bij ons trouwens ook zaken versneld. Ons sollicitatieproces en onze onboarding zijn volledig digitaal gegaan. Zo voerden we dit jaar al met 2.000 mensen een online sollicitatiegesprek. Het leverde Alliander ruim 900 nieuwe werknemers op, die echt van het begin tot eind via online werving zijn aangenomen.’

‘Voor potentiële leerling-monteurs hebben we bijvoorbeeld ook twee live uitzendingen gemaakt, inclusief kijkje in de monteursbus. Daar deden ruim 100 deelnemers aan mee, en dat leverde ook direct sollicitaties op. En dan heb ik het nog niet eens gehad over de inhousedagen, die we nu ook volledig online laten doorgaan en waarmee we nu een meer diverse en grotere doelgroep bereiken.’

> Welke les heeft de casus jullie geleerd?

‘Het succes is wat mij betreft terug te voeren op: denken vanuit de klant. In ons geval dus: de kandidaat. De sollicitant verwacht een eenvoudig en laagdrempelig contact. Het gebruik van WhatsApp en chat sluit daarop aan. Het enthousiasme van kandidaten over deze aanpak bevestigde ons al vroeg in het begin dat dit een mooie stap ging worden. De volgende stap is wat ons betreft: kijken hoe je talentpools opbouwt, commitment creëert en aansluit op de wensen van de kandidaat van de toekomst.’

Marnix de Groot en Wouter de Jong met hun toen kersverse Award

Schakel je ook in voor Werf& Live?

Het aantal toegangskaarten voor de aankomende jubileumeditie van Werf& Live is helaas op. Maar via een livestream kan wel iedereen erbij zijn. En het programma is het zeker waard! Naast de winnaars van de Werf& Awards (zoals Alliander) zijn dat bijvoorbeeld ook Dr. John Sullivan, Sief Khafagi (Scoutpads/Facebook), en Sara Cauwenbergh (Indeed). Meld je hier aan om het helemaal te horen.

live alliander

Lees ook: