maar Sint fronste zijn wenkbrauwen, want hij is nogal old skool.
Piet suggereerde: “Iets van Joboti, Recruit Robin of Nixz?”
“Nou Piet”, zei Sint, “is dat echt iets voor die recruitmentkids?
Geven we ze niet beter een Rolodex?”
“Sorry hoor, Sint”, zei Piet. “Recruitment is hiervoor echt te complex.”
“Candidate journey, digitaal onboarden, assessments en online solliciteren.
Dat is de standaard nu. Dat kun je niet meer negeren.”
“Digitaal onboarden, en online solliciteren. Dat kun je niet meer negeren.”
“Kom eens met een suggestie dan”, vroeg daarop de Sint.
“Jij bent hier het recruitment-Wonderkind.”
Maar Piet wist het ook niet zo een-twee-drie.
Van ellende gingen ze online op zoek naar inspiratie.
En zagen al snel dat recruiters veel met elkaar delen.
Niet alleen kennis en problemen maar ook dat ze elkaar aanbevelen.
Sint vond dit hartverwarmend,
En maakt alle recruiters daarom graag een groot compliment.
Al gaat het over het verleden, het nu of wat er komen gaat,
Samen sterker worden en van elkaar leren, daar is iedereen bij gebaat.
Samen sterker worden en van elkaar leren, daar is iedereen bij gebaat.
Misschien is dat wel het juiste cadeau,
Of je nu corporate recruiter bent of werkt bij een bureau.
Ga met elkaar de discussie aan, deel je kennis en leer van elkaar,
Dan wordt 2021 vast een prachtig recruitmentjaar.
Over de auteur
Wim van den Nobelen is recruiter salarisadministratie bij Strictly People. Hij schrijft voor Werf& de ‘Wim op woensdag’. Op (bijna elke) woensdag vind je hier een blog, onderzoek of artikel van hem.
Skills for the future. Leven Lang Ontwikkelen. Learning by doing. Loopbaanontwikkeling en -begeleiding. Wie even met Noloc-voorzitter Ester Leibbrand spreekt, komt zulke termen snel tegen. Het zijn dan ook termen die in Nederland veel te weinig aandacht krijgen, zegt ze. ‘Binnen Europa zijn we bijvoorbeeld verder in skills erkennen dan in Nederland. Hier ontbreekt het echt aan samenhang van initiatieven en er is geen gedeelde overheidsbrede visie op leven lang ontwikkelen. Daar hamer ik dus ook continu op.’
‘Er is helaas geen gedeelde overheidsbrede visie op leven lang ontwikkelen.’
Leibbrand is op 10 december dagvoorzitter van het Werf& Seminar voor Loopbaanprofessionals. Ze zegt te hopen op ‘een prikkelend seminar, dat mensen aan het denken zet en waar de goede voorbeelden dienen ter inspiratie van ons allemaal.’ Want er mag best een beetje meer inspiratie komen, vindt ze. Een beetje peper in het vak ook. ‘Ik hoop met mijn zendingsdrift te bereiken dat loopbaanprofessionals inzien hoe belangrijk het is proactief te zijn.’
In de spotlight
Loopbaanprofessionals zijn er natuurlijk al heel lang. Op allerlei fronten, en op allerlei manieren. Leibbrand is er zelf ook één, als directeur van haar eigen loopbaanbureau SAM& in Heerhugowaard en als onder (veel) meer programmamanager Arbeidsmarktmobiliteit van de gemeente Leiden. Maar nog nooit stonden loopbaanprofessionals en jobcoaches zó in de spotlight als dit jaar, nu door corona de behoefte aan loopbaancoaching enorm gegroeid is.
Nog nooit stonden loopbaanprofessionals en jobcoaches zó in de spotlight als dit jaar.
Dat vraagt ook wel wat van de professionals in het vak, stelt Leibbrand. ‘Het gaat allemaal snel nu, maar gelukkig ook niet helemaal over één nacht ijs. We zagen deze transitie aankomen en nu we erin zitten moeten we onszelf aanpassen. Als loopbaanprofessional blijft het daarom belangrijk dat je alert bent en in verbinding staat met je omgeving. Deze overgangsfase duurt nog wel even – en dan dient de volgende zich aan – dus learning by doing is hier wel op zijn plaats.’
Jubileumjaar
De beroepsvereniging die ze voorzit, beleeft dit jaar zijn 30-jarig bestaan. Dat wordt onder meer ‘gevierd’ met een nieuw landelijk keurmerk voor loopbaanprofessionals – een mijlpaal in dit jubileumjaar (samen met CMI). ‘Het mooiste keurmerk van Europa, als je het mij vraagt’, zei ze er laatst trots over tegen Jolan Douwes in het jubileummagazine. En over het jubileum: ‘Wij zijn een van de weinige beroepsverenigingen die vitaal en glorieus de 30 jaar halen.’
‘Het is nu veel vanzelfsprekender dat je een loopbaanadviseur inschakelt dan 30 jaar geleden.’
Dat heeft natuurlijk ook te maken met de situatie op de arbeidsmarkt, erkent ze meteen. ‘Het is nu veel vanzelfsprekender dat je een loopbaanadviseur inschakelt dan begin jaren 90. Toen was het hoogst haalbare dat je tot je pensioen bij dezelfde baas bleef. Nu zeggen we tegen iemand van 30 die na haar stage blijft plakken: hoog tijd dat je eens iets anders zoekt…’
‘Meer nodig dan ooit’
Als Noloc-voorzitter kan ze het niet nalaten het belang van het vak te onderstrepen. ‘Voor mij is ook belangrijk dat Noloc zichtbaar is in het politieke en maatschappelijke debat’, zegt ze. ‘We maken deel uit van denktanks, adviesraden, klankborden en onderzoeksgroepen. Met de minister van SZW en zijn beleidsmedewerkers zijn we volop in gesprek over het Ontwikkeladvies. Ze zetten daar geen stap in zonder dat wij
meedenken. Daar hebben we ook hard voor gewerkt.’
‘Met de minister van SZW zijn we volop in gesprek.’
Ze ziet de toekomst dan ook ‘uitzonderlijk zonnig’ in voor haar beroepsgroep. ‘Als wij niet relevant waren, zou de minister ons ook niet uitnodigen voor een gesprek. We zijn meer nodig dan ooit.’
Flexibiliteit als uitdaging
Als dagvoorzitter van het Werf& Seminar wil ze dat nog eens onderstrepen. ‘De arbeidsmarkt vraagt op dit moment veel, heel veel van ons’, zegt ze. ‘Flexibel zijn en ontwikkelgericht blijven zie ik daarbij als grootste uitdaging. Ik denk dus dat de loopbaanprofessional goed zicht moet hebben op trends en bewegingen binnen sectoren, branches en banen, maar ook kennis heeft van opleidingen.’
‘We hebben onze mensen in Nederland gemiddeld slecht opgeleid.’
Daar zou wat haar betreft overigens al in het onderwijs meer aandacht voor mogen komen. ‘We hebben onze mensen in Nederland gemiddeld slecht opgeleid. Binnen het onderwijs is weinig ruimte voor loopbaanontwikkeling en -begeleiding. En eenmaal aan het werk zien we zulke vaardigheden helemaal niet meer terug. Dus waar moet je je loopbaancompetenties aanleren? Ontwikkelen? Inzetten? Bedrijven zijn daar wat mij betreft (nog) niet genoeg mee bezig.’
Meer weten?
Meer weten? Op 10 december vindt het Werf& Seminar Loopbaanprofessionals plaats. In dit seminar delen de sprekers hun kennis over de trends en ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en komen ook skills en omscholing aan bod. Je kunt je hier inschrijven voor het seminar.
Een Applicant Tracking System; geen recruiter kan meer zonder. Maar de keuze voor zo’n ATS is nog niet zo makkelijk. Het aanbod is ruim, welk systeem is de juiste keuze voor jouw behoefte? Welk ATS past het best bij jouw wensen? En welke vragen moet je daarvoor zien te beantwoorden?
Een ATS; geen recruiter kan meer zonder. Maar de keuze is nog niet zo makkelijk.
In een recente whitepaper somt Carerix, zelf aanbieder van zo’n ATS, 5 van die vragen op. En dan blijken er best veel mogelijkheden om de voortgang in je werving- en selectieproces inzichtelijk te maken. Welke vragen moet je beantwoorden om een goede keuze voor een ATS te kunnen maken?
#1.Wat zijn je doelen?
Zoals met elk proces: begin eerst te bepalen wat de exacte (recruitment)doelen zijn voor jouw organisatie en werk vanuit hier verder. Wat zijn de kosten en opbrengsten van de oplossing die je met dit project voor ogen hebt? Wat wil je dat (ongeveer) de looptijd wordt? Welke eventuele knelpunten denk je te kunnen tegenkomen?
#2. Wat zijn de eisen, wat de wensen?
Als je een recruitmentsysteem kiest, heb je vast een aantal musthaves en een aantal nice-to-haves. Wil je vanuit het systeem automatisch je kandidaten kunnen mailen? Wil je videosolliciteren mogelijk maken? Vacatures meteen op allerlei sites kunnen posten? Een talentpool-faciliteit? Maak daarvoor eerst een lijst met functionaliteiten die voor jou een eis zijn en welke een wens.
Ben je een grotere organisatie? Stel dan een Request for Information op.
Ben je een grotere organisatie met een complexere werkwijze? Stel hiervoor dan een zogeheten verzoek om informatie (RFI, of Request for Information) op, waarin je alle wensen en eisen van jouw bedrijf onder elkaar zet.
#3. Hoe gebruiksvriendelijk wil je het?
Als een systeem daadwerkelijk gebruiksvriendelijk is, bespaar je juist tijd en verbeter je het proces. Dus vraag je bij een demo af: zijn de schermen logisch ingedeeld? Kun je zelf aanpassingen doen? Denk ook aan het kunnen verbergen van overbodige velden, of juist het verplicht maken velden bij een bepaalde stap op de workflow. Mocht je hieraan twijfelen, dan kun je natuurlijk altijd de leverancier om een aantal referenties vragen. En bespreek vooral ook hoe eventuele support geleverd wordt in geval van vragen of problemen.
#4. Kun je het koppelen?
Misschien werk je op dit moment wel met een backoffice-systeem of een feedbacktool die je graag wil koppelen aan je nieuwe recruitmentsysteem. Jouw werkenbij-site is natuurlijk ook belangrijk om te koppelen met het nieuwe ATS. Kan dat allemaal? Vaak werken leveranciers hiervoor samen met koppelingspartners. Past dit ook bij jouw wensen? Soms wordt er snel gezegd dat er een koppeling beschikbaar is met een ander systeem. Vraag hier dan ook goed op door. Is dat wel echt zo?
#5. Wat willen je medewerkers?
Probeer je al zo vroeg mogelijk de medewerkers te betrekken die met het nieuwe systeem gaan werken. Zo maak je niet alleen een betere keuze, je maakt hen ook meteen meer betrokken en ze zullen zich dan ook meer willen inzetten om het doel te behalen. Inventariseer in elk geval alle wensen bij alle medewerkers. En vergeet ook niet in elke fase de medewerkers te informeren over de stand van zaken. Wat wordt er nu van hen verwacht? En wanneer moeten zij overgaan tot actie?
Meer weten?
Meer weten over de keuze voor een Applicant Tracking System (ATS)? In de whitepaper zijn de keuzes nog veel verder uitgewerkt. Lees hem hier.
Het was de maand ná de Amerikaanse verkiezingen, waarin Trump zijn verlies maar niet wilde toegeven, maar ook de maand waarin de chaos losbarstte bij Forum voor Democratie en de nieuwe zeesluis bij IJmuiden eindelijk een naam kreeg. En dan was er ook nog veel goed nieuws rondom coronavaccins. Plus: een vuurwerkverbod rond Oud en Nieuw. Kortom: een maand waarin velen van het nieuws een stukje vrolijker werden dan ze tot nu toe in 2020 waren. Maar wat gebeurde er in november allemaal dat voor de arbeidsmarkt van belang is? Een beknopt overzicht.
#1.‘Bonus en borrel als perks in opkomst’
Het coronavirus heeft overal invloed op. En zelfs op de in vacatures geboden arbeidsvoorwaarden, zo maakte Indeed in november bekend. Zo zijn de tafeltennistafel, de gratis lunch en de ov-vergoeding vrijwel verdwenen uit vacatureteksten, maar is er wel (veel) meer aandacht voor sabbaticals, digitale borrels en – opvallend genoeg: ook bonussen. ‘In tijden van crisis zou je zeggen dat bedrijven zich meer bewust zijn van de kosten’, aldus Arjan Vissers (Indeed). ‘Maar een bonus is blijkbaar een beloning waarmee een werkgever kan spelen in deze onzekere tijden.’
#2.Nog volop discriminatie zwangeren in selectie
Discriminatie van zwangere vrouwen? Het gebeurt in werving en selectie nog volop, blijkt uit onderzoek van het College voor de Rechten van de Mens dat in november is gepubliceerd. En erger nog: ten opzichte van eerdere onderzoeken blijkt er eigenlijk niets veranderd. Daarmee is zwangerschapsdiscriminatie een ‘onverminderd groot probleem gebleven’, aldus de onderzoekers.
1 op de 10 kreeg expliciet te horen dat ze werden afgewezen vanwege hun zwangerschap.
Zo werd 1 op de 5 zwangere vrouwen bij sollicitaties afgewezen, bij 1 op de 10 werd zelfs expliciet gezegd dat dat vanwege de zwangerschap was. En bijna de helft van alle vrouwen met een tijdelijk contract kreeg geen verlenging of een vast contract vanwege hun zwangerschap of recente bevalling.
#3.Kwart meer zorgvacatures dan vorig jaar
Opnieuw goed nieuws uit de zorg, vanuit werkzoekenden bekeken: het aantal vacatures stijgt er namelijk nog steeds door. Het aantal vacatures in de zorg lag in november zelfs een kwart hoger dan vorig jaar, meldt Indeed. Ook het onderwijs blijkt een flinke talententrekker, met een plus van ruim 10%. In totaal zit het aantal vacatures volgens de vacaturesite overigens ook weer in de lift: het totaal aantal vacatures groeide in november voor de tweede maand op rij met 5%. Daardoor houdt de vacaturetrend zich nu 16 procent lager op dan de trend van 2019.
Meer weten? Op donderdag 10 december tussen 11:00 – 12:00 uur organiseren Jobdigger, OnRecruit en Intelligence Group weer een Webinar: Arbeidsmarkt Update met alle recente informatie over de vacaturetrends.
Hoe staat het ervoor met onboarding? Nou, daar is nog wel wat verbetering mogelijk, blijkt uit onderzoek van CoPilot.nl. Zo zegt bijna de helft van de door hen ondervraagde mkb-werkgevers (48%) geen gestandaardiseerd inwerkproces te hebben, ook niet in coronatijd.En als er wél sprake is van een gestructureerd proces, gaat dat bij 86% alleen maar om het afvinken van een checklist of nalopen van een stappenplan. Slechts 3% van hen gebruikt een digitale onboardingtool. Gemiddeld blijken de ondervraagde werkgevers één dag bezig met het voorbereiden van het inwerkprogramma.
Meer weten? Download dan deze recente whitepaper over onboarding.
#5.‘Groene kraag’ leidt wel tot 40% meer belletjes
De ‘groene kraag’ die op LinkedIn aangeeft dat iemand open staat voor een nieuwe baan, begint behoorlijk bekend te worden. En het leidt ook tot resultaat, stelt het platform zelf. Zo blijkt uit onderzoek onder ruim 1.000 Nederlandse professionals, dat in november verscheen, dat leden die deze tool gebruiken, gemiddeld 40% meer berichten van recruiters ontvangen en een 20% grotere kans kennen om berichten te ontvangen van andere LinkedIn-leden. De #OpenToWork-tool van LinkedIn is sinds de lancering in juni door ruim 3 miljoen mensen over de hele wereld gebruikt.
#6.HeadFirst dendert door
Een bijzondere maand voor HeadFirst. In november maakte het bedrijf eerst bekend een grote overname te doen, van branchegenoot Between Staffing Group (bekend van de merken Between, FastFlex, Yellow Friday en EXPR). Daardoor ontstaat naar eigen zeggen het ‘grootste opdrachtenplatform van Nederland’, met een omzet van wel zo’n 1,5 miljard euro.
Door Headfirst’s overname van Between ontstaat het ‘grootste opdrachtenplatform van Nederland’.
De impact die dat kan hebben, bleek al een paar weken later. Toen maakten het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) en de Dienst Uitvoering Onderwijs Den Haag (DUO DH) bekend na een Europese aanbesteding voor HeadFirst te hebben gekozen als partner voor externe ICT-inhuur. De gevraagde dienstverlening betreft zowel het werven, selecteren en contracteren van externe professionals. Headfirst is hier overigens niet de enige. Voor de ict-inhuur zijn ook Linkit, Ordina, Cimsolutions, Sogeti en Itaq geselecteerd.
#7‘Motivatiebrief blijft lastigst’
Terwijl aan de ene kant steeds meer werkgevers genoegen nemen met een whatsappje, zijn er aan de andere kant ook nog steeds die veel waarde hechten aan een specifiek voor de vacature geschreven motivatiebrief. Maar er is weinig waar werkzoekenden zo’n hekel aan hebben als aan het schrijven van zo’n brief, meldt recent onderzoek van Sollicitatiedokter onder 900 werkzoekenden. Het voeren van een sollicitatiegesprek vinden veel mensen (37%) ook lastig, terwijl bijna niemand (3%) voornamelijk moeite lijkt te hebben met het opstellen van een cv.
Niet alleen werkzoekers hebben een hekel aan de motivatiebrief, ook onder recruiters blijkt hij weinig populair. Annelies Brouwer-Kraaijeveld, eigenaar van recruitmentbureau Match!, vertelt op LinkedIn bijvoorbeeld dat ze motivatiebrieven eigenlijk nooit goed leest. ‘Als ik een sollicitatie krijg van een kandidaat met een goed cv, scan ik misschien diens motivatiebrief. Maar ik hecht er weinig waarde aan: als het cv me bevalt, plan ik direct een telefonisch gesprek in. Ik hoor namelijk veel liever waarom een kandidaat geïnteresseerd is in mijn vacature, dan dat ik het lees’, vertelt ze.
In de rubriek ‘De maand in werving’ belichten we trends en ontwikkelingen voor iedereen in de wereld van werving en selectie. In november iets gemist? Meld het ons!
Meer trends?
Welke arbeidsmarkttrends en kengetallen zijn in 2021 voor jou van belang? Wat zijn de laatste nieuwtjes en waarmee behaal je meteen een aantal quick wins? Op 15 december van 13:30-17:00 gaan Aad van der Werf en Geert-Jan Waasdorp er in sneltreinvaart op in tijdens een mindblowing online webinar. Lees hier alle informatie.
Vraag de whitepaper aan
Meer weten over de 10 grootste trends voor 2021? Er verschijnt binnenkort ookeen whitepaper van. Vraag hem hier alvast aan, dan ontvang je hem binnenkort in je mailbox.
Vlieger worden bij Defensie. Veel jongeren dromen ervan. Met heroïsche Tom Cruise-beelden uit films als Top Gun scherp op het netvlies is het misschien wel het aantrekkelijkste beroep bij de hele krijgsmacht. Maar juist in die aantrekkingskracht blijkt ook een barrière te schuilen.
Wegzakkende percentages
Jaarlijks zoekt Defensie zo’n 50 nieuwe kandidaten voor de vliegersopleiding. Een doelstelling die steeds uitdagender wordt. De afgelopen jaren laten campagne-effecten en doelgroeponderzoeken namelijk zien dat het percentage van de wervingsdoelgroep dat weet dat Defensie vliegers zoekt is afgenomen naar 27%. Daarnaast ligt het percentage van de doelgroep dat overweegt om vlieger te worden slechts op 23%.
Slechts 29% van de doelgroep ‘vlieger bij Defensie’ noemt het een ‘toegankelijk’ beroep.
Afgezet tegen andere Defensie-onderdelen ligt daar een enorm groot gat (daar liggen de percentages rond de 50%). Tevens is uit onderzoek bekend dat slechts 29% van de doelgroep ‘vlieger bij Defensie’ een toegankelijk beroep noemt. Om voldoende nieuwe vliegers te kunnen aannemen was het dus zaak het tij te keren en deze wegzakkende percentages op te krikken.
Veel uitval in de vliegertest
Een ander signaal om de strategische koers te wijzigen is de grote uitval bij de ‘vliegertest‘. Dit is de eerste stap van het sollicitatietraject, een online toets die je vindt op werkenbijdefensie.nl en die je vanuit huis kunt doen. Slaag je voor deze stap, dan mag je door naar de volgende stap in de selectiefase. Uit de cijfers is echter op te maken dat slechts 47% van de mensen die de test start, deze ook afmaakt. En van die groep slaagt dan ook nog maar 30%.
De uitdaging is om kandidaten serieuzer te laten starten aan de vliegertest.
Dat betekent dat van alle mensen die de test starten er dus uiteindelijk maar 14% overblijven. Terwijl aan de hand van een profiel dat kandidaten op voorhand invullen bekend is dat het om geschikt potentieel gaat (havo/vwo’ers, hbo’ers en academici). Het lijkt er dus op dat kandidaten onvoldoende beslagen ten ijs aan de vliegertest beginnen. De uitdaging is dus om kandidaten serieuzer, gemotiveerder en met een sterkere overweging te laten starten aan de vliegertest.
Schaars talent
Hoe daarmee om te gaan? De uitdaging wordt namelijk nog groter als je kijkt naar het concurrentieveld van Defensie. Kandidaten die geschikt zijn om vlieger te worden zijn op veel plekken gewild: jongeren van 17 t/m 27 haar met een havo- of vwo-diploma met wiskunde B én hbo/wo-studenten. Dat is een visvijver van ongeveer 1,3 miljoen jongeren (2,4 miljoen jongeren tussen 17-27 jaar van wie 54% schooljaar 4-6 van havo/vwo of hbo/wo).
Deze doelgroep is allesbehalve een easy catch.
De sourcingsdruk op jongeren die een studie aan een hogeschool of universiteit afronden is groot. Uit onderzoek van Intelligence Group (2017) blijkt dat bijna de helft (48%) van deze jongeren in het laatste studiejaar actief door werkgevers wordt benaderd. Eenmaal aan het werk wordt zelfs 61% van de starters benaderd door andere werkgevers. Kortom, deze doelgroep is allesbehalve een easy catch.
Campagne met aangescherpte doelstellingen
De voornoemde situatie heeft ervoor gezorgd dat Defensie in de afgelopen jaren de aanstellingsopdracht van 50 kandidaten niet weet te halen. De teller blijft al een paar jaar steken op 42 nieuwe vliegers. De opdracht is dan ook duidelijk: ontwikkel een nieuwe vliegers wervingscampagne die ervoor zorgt dat meer geschikte jongeren de stap richting sollicitatie zetten. Streven is: 100% vulling van de aanstellingsopdracht. Dat levert de volgende doelstellingen op:
Kennis:
Een groter deel van de wervingsdoelgroep weet dat Defensie op zoek is naar vliegers. KPI: Bekendheid verhogen van 25% naar 35%
Houding:
Een groter deel van de doelgroep overweegt om vlieger bij Defensie te worden. KPI: van 23% naar 30%
Een groter deel van de de doelgroep percipieert het vliegersvak als een toegankelijk beroep. KPI: van 29% naar 35%
Gedrag:
Om mensen beter voor te bereiden op de vliegertest neemt het websitebezoek toe. KPI: stijging van 10%
Door kandidaten met een serieuzere intentie te laten starten aan de vliegertest neemt het slagingspercentage van de vliegertest toe. KPI: om de aanstellingsopdracht van 50 kandidaten te halen moet, op basis van resultaten van voorgaande jaren, het slagingspercentage met 3% omhoog.
BARRIÈRE: Het stigma van de lucky few
Om deze doelen te halen, gingen Steam en Maximum, als bureaus voor arbeidsmarktcommunicatie, aan de slag (en ook nog Initiative Media voor de media, zoals de bioscoop). Het eerste bureau vooral voor de strategie en de uitvoering, het tweede met name voor de online vertaling ervan en voor de retargetingcampagne. Beide bureaus begonnen met te kijken naar de beeldvorming rondom het beroep. En dan viel op dat de aantrekkingskracht van het beroep tegelijkertijd ook afstand creëert.
Machtige toestellen dwars door de geluidsbarrière, wie durft dit aan?
Machtige toestellen dwars door de geluidsbarrière, manoeuvres waar je maag van omdraait en superhelden onder glinsterende helmen. Ook in eerdere wervingscampagnes lag de nadruk vooral op het stoere karakter, de specifieke kwaliteiten en de ongekende verantwoordelijkheid van het werk. Tel daar Hollywood-films als Top Gun met Tom Cruise bij op en je vraagt je af: wie kan dit werk aan? Wie durft dit?
Een ambitieuze spiegel
Kiezen voor een baan gaat over wie je bent, aldus Steam. Wat telt is je kunnen identificeren met het werk en de mensen die het doen. Een spiegel van jouw wensen, eigenschappen en kwaliteiten. Maar dan wel een ambitieuze spiegel. Een carrièreaanbod gaat over groeien, ontwikkelen, een bijzonder vak meester worden. En dus werd gekozen voor een tactiek die psychologen upward social comparison noemen: een net iets beter versie van jezelf laten zien: ‘zo wil ik zijn’.
Gekozen werd voor een tactiek die psychologen upward social comparison noemen: zo wil ik zijn.
Tegelijkertijd geldt, en dat is cruciaal: is de ambitie té groot, dan schrijven we onszelf af. En precies dat lijkt bij de vliegers van Defensie vaak aan de hand. Want wie zijn die helden onder die helmen? Hoe zijn ze gekomen waar ze nu zijn? Waar zijn ze goed in en waarin niet? Vragen die je beantwoord wil zien om je te kunnen verplaatsen. Dat gebeurt nu te weinig. Het gevolg is dat de barrière extra groot wordt: ‘ik zou best vlieger willen worden, maar het is vast niet voor mij weggelegd’.
INZICHT: Maak het vliegersvak identificeerbaar
Om het vak ‘identificeerbaar’ te maken voor de doelgroep, werd besloten het perspectief op het vliegersberoep te ‘kantelen’. Van ‘een onbereikbare droom voor die ene uitverkorene’, naar ‘een haalbare ambitie voor hoogopgeleide starters’. De rol van identificatie is daarin cruciaal, merkt Steam op. En wel om drie redenen:
Je kunnen verplaatsen in de mensen die het doen werkt drempelverlagend.
Hoe beter je kunt identificeren hoe beter voorbereid je solliciteert.
Jezelf herkennen in het werk betekent kiezen voor een baan die bij jou past, oftewel: de juiste keuze.
STRATEGIE: Open de black box
Maar dan nog, hoe geef je dat dan handen en voeten? Hoe doe je dat, het vliegersvak identificeerbaar maken? Hoe herintroduceer je de propositie zodat het beroep wél sexy blijft, maar tegelijkertijd bereikbaarder wordt voor de doelgroep? Er werd daarvoor gekozen om ‘de black box te openen’. Oftewel: we keren het vliegersvak binnenstebuiten met twee strategische pijlers:
#1. Geef de vlieger een gezicht
In tegenstelling tot voorgaande campagnes zijn in deze campagne hoofdrollen weggelegd voor de vliegers zelf. De kijker leert hen kennen als vakmensen en jouw toekomstige collega’s. De vlieger als iemand zoals jij. Een persoonlijke benadering van het vak. Aan de hand van deze professionals wordt ook de diversiteit van het vak in beeld gebracht: verschillende vliegers vliegen op diverse toestellen. Dus niet alleen de F-35 en F-16, maar ook: helikopters en vrachttoestellen. Voor die verschillende vliegtoestellen zijn immers ook verschillende type mensen nodig.
#2. Je hoeft geen geboren vlieger te zijn
Daarnaast ervaar je in de campagne als kijker dat je het vliegersvak kunt leren. De campagne opent de deuren van de opleiding en neemt je als kijker mee in het traject van sollicitant tot vlieger op een van de toestellen. Hiermee krijgen kandidaten grip op de weg naar het beroep. Je hoeft geen geboren vlieger te zijn, je kunt er één worden, zo klinkt de (impliciete) boodschap.
Vlieger worden? Ik ga het je leren!
In de campagne: ‘Vlieger worden? Ik ga het je leren!’ wordt een vlieger geïntroduceerd die jou als kijker aan de hand meeneemt langs de route die leidt tot jouw eerste missie als vlieger bij Defensie. In een serie van vijf onlinevideo’s zie je wat je moet doen en kunnen, maar ook hoe je wordt getraind om vlieger te worden. Van de online vliegertest, de militaire opleiding, de vlieger-opleiding tot en de typegerichte opleiding in de VS. Ook komt er een diversiteit aan leerlingen in beeld, waarmee je je als kijker kunt identificeren en waardoor je ziet dat de stereotype ‘Tom Cruise’-vlieger niet bestaat.
Dubbelloops communicatieplan
De campagne kende een ‘dubbelloops communicatieplan’. Allereerst werd via een slim getargete mediacampagne de aandacht van de doelgroep gevangen voor het beroep. Daarna kregen zij via de website een betere voorbereiding op de vliegertest.
De campagne startte online, met teaservideo’s en branded content.
Deze specifieke doelgroep is natuurlijk online het meest effectief te bereiken. Daarom startte de campagne met teaservideo’s en branded content waarin de doelgroep de uitdaging kreeg om op de website de 5 episodes van de serie ‘Vlieger worden? Ik ga het je leren‘ te gaan kijken. De gedachte is dat de sympathieke en benaderbare vlieger in de campagne identificatie stimuleert. Als deze vlieger je dan ook nog vertelt dat hij je het vliegersvak gaat leren, is hopelijk niet alleen de interesse van de doelgroep gewekt, maar ook hun zelfvertrouwen voldoende aangewakkerd: ‘Dat lijkt me tof. Ik denk best dat ik dit kan leren!’
Dankzij sequential targeting hebben uiteindelijk 400.000 personen de volledige serie bekeken. Daarna zijn de bezoekers nog ge-retarget met een after-sales-video waarin ze werden opgeroepen om de vliegertest te gaan doen.
Verzilverende website
Na de externe campagne volgt de verdieping op de website. Op de (door Maximum) speciaal ingerichte landingspagina is de volledige mini-serie van vijf video’s te vinden. Met deze content krijgt de doelgroep de munitie die zij nodig heeft om met de juiste mindset aan de vliegertest te beginnen. In de serie word je daarom op een heldere en compacte manier meegenomen door de vliegeropleiding. En, cruciaal in de strategie, de “hoofdrol-vlieger” begeleidt je helemaal door het verhaal.
Niet iedereen die de opleiding ingaat, wordt F35-vlieger.
Naast de mini-serie over de opleiding richt de website zich ook op de verschillende toestellen die je kunt gaan vliegen. Want niet elke vlieger is geschikt voor hetzelfde toestel. Door de diversiteit aan toestellen en persoonlijkheden van vliegers te benadrukken wordt het beroep extra identificeerbaar en toegankelijk gemaakt. Dit deel van de site managet de verwachtingen. Niet iedereen die de opleiding ingaat, wordt immers F35-vlieger.
Persoonlijk portret
Daarnaast is op de site ook een portret te vinden van een vrouwelijke vlieger die haar eigen werkervaring deelt. Over hoe zij in eerste instantie twijfelde of het vak iets voor haar was, over de opleidingstijd en hoe haar persoonlijke kwaliteiten tot z’n recht komen in haar dagelijkse werk.
Tot slot is ook ervoor gezorgd dat de uitleg over de vliegertest haarscherp is. Door duidelijk te stellen dat deze test de eerste stap in het sollicitatieproces is. Voor het beste resultaat krijgt de vlieger-in-spe het advies de test op een computer en in een rustige omgeving uit te voeren.
Geen Tom Cruise
Na deze campagne weet je precies wat je als leerling-vlieger te wachten staat en dat vlieger worden ook haalbaar is als je geen Tom Cruise bent, maar gewoon een jongen uit de Dorpsstraat in Bladel. Vlieger bij Defensie is een vak dat je kunt leren.
Nadat de campagne een jaar heeft gelopen, is te constateren dat het openen van de black box een succesvolle strategische keuze is geweest. De herintroductie van het vliegersvak met een sterk menselijk concept en slim mediaplan overtrof alle vooraf gestelde verwachtingen, getuige ook de recent gewonnen Zilveren Effie.
Overtroffen verwachtingen
Het deel van de doelgroep dat weet dat Defensie op zoek is naar vliegers is gestegen naar 36% (KPI 35%). Het aantal mensen dat overweegt om vlieger te worden is significant gestegen van 23% naar 33% (KPI 30%). En heel belangrijk: 43% van de totale doelgroep vindt het beroep vliegers toegankelijk. Dat is een stijging van 14%, terwijl op een stijging van 6% was gehoopt.
Het aantal mensen dat overweegt om vlieger te worden is significant gestegen van 23% naar 33%.
Deze resultaten betreffen een random steekproef onder de wervingsdoelgroep. Zoomen we verder in op de groep die de campagne actief heeft bekeken dan is zelfs te zien dat de toegankelijkheid van het vak met maar liefst 65% is gestegen. Dat heeft geresulteerd in 424.321 bezoeken aan de website, een stijging van 14% ten opzichte van voorgaand jaar (KPI was 10%).
Resultaten vliegertest
Maar daarmee zijn we er nog niet. Want de echt grote winst van de campagne is terug te vinden in de vliegertest. De hypothese was: beter geïnformeerde kandidaten gaan met een serieuzere intentie het selectietraject in, waardoor de kwaliteit van de kandidaten hoger is, zodat we meer geschikte kandidaten overhouden om aan te stellen.
De echt grote winst van de campagne is terug te vinden in de vliegertest.
Om de aanstellingsopdracht van 50 vliegers te vervullen was een stijging van 3 procentpunt nodig in het slagingspercentage (van 14% naar 17%). Na de campagneperiode is te zien dat 780 kandidaten geslaagd zijn van de 4048 die de vliegertest startten. Dat is een slagingspercentage van liefst 19%.
Selectie en keuring
Het effect van dit verhoogde slagingspercentage is duidelijk zichtbaar in het keuring en selectietraject. De 780 geslaagde kandidaten van de vliegertest worden uitgenodigd in Soesterberg. Daar ondergaan zij een psychologische keuring, maken ze een flightplan en daarna is het tijd voor hun eerste ervaringsvlucht. In deze vlucht van een uur wordt gekeken hoe je in het echt reageert op het vliegen en word je even goed getest met een paar loopings. Het selectietraject wordt afgesloten met een medische controle.
Geen campagne meer nodig
Het jaar voor de nieuwe campagne bleef 8,5% van de sollicitanten over na deze selectie en keuring. Dit jaar was dat 24%. En dat resulteerde in maar liefst 100 geschikte kandidaten voor de opleiding, twee keer zoveel als de behoefte dus. Dat betekent dat dankzij de campagne niet alleen de opleidingsplekken voor 2019, maar ook die voor 2020 volledig gevuld konden worden. Oftewel: de campagne heeft 200% van de aanstellingsopdracht gerealiseerd. Een ongekend resultaat, met een campagnestop voor een jaar tot gevolg.
Deze campagne heeft ervoor gezorgd dat de droom om vlieger voor meer jongeren realiteit is geworden.
Met een slimme herintroductie is ervoor gezorgd dat de droom om vlieger voor meer jongeren realiteit is geworden. Met een menselijk verhaal waarin je jezelf herkent en een compacte, overzichtelijke voorbereiding op de opleiding is de kwaliteit van de sollicitanten omhoog gebracht, tot een niveau waarmee de opleidingsplekken voor het eerst in jaren volledig zijn gevuld. En dat niet voor 1, maar zelfs voor 2 jaar.
Door de vele ontslagrondes sinds de coronaperiode uitbrak zijn veel mensen weer op zoek naar werk. Dat zijn vaak mensen die gestrest en bezorgd zijn, om verschillende redenen. Ze hebben misschien hun hele branche wel zien sluiten, en staan voor een grote carrièreswitch waarop ze zich niet hebben kunnen voorbereiden. Een beetje meer empathie in het sollicitatieproces is daarom van groot belang.
In hun schoenen
Recruitmentplatform ERE beschrijft empathie als ‘het vermogen om jezelf in de schoenen van de ander te verplaatsen en de dingen vanuit hun perspectief te bekijken. Je hoeft niet te voelen wat zij voelen, maar alleen al oprecht medeleven is genoeg.’
Je hoeft niet te voelen wat zij voelen, oprecht medeleven is al genoeg.
Volgens SmartRecuiters is empathie al een aantal jaar een belangrijk aspect in de candidate experience. Het draait allemaal om de ervaring van de kandidaat en hoe ze zich voelen in het hele proces. Volgens het State of Workplace Empathy–onderzoek uit 2018 blijft 90 procent van de werknemers eerder bij een organisatie die zich inleeft in hun behoeften. Zo’n 8 op de 10 zou bovendien bereid zijn meer uren te werken voor een werkgever die empathie toont.
Voorbereiding is het halve werk
Voor positieve ervaringen heb je geen dure cadeaus of een perfecte eerste dag nodig. Het succes zit hem in het trainen van de wervingsteams om voorbereid te zijn op de gesprekken, en hoe de recruiters de kandidaten voorbereiden. Als zowel de kandidaat als de recruiter voorbereid is op een sollicitatiegesprek, kan er meer tijd worden besteed aan het bespreken van wat de kandidaat in de organisatie kan brengen. Het is daarnaast beter om het te hebben over wat iemand kan toevoegen aan de bedrijfscultuur, in plaats van of iemand ‘erbij past’. Dat zorgt namelijk ook niet voor een divers personeelsbestand.
Eigen ervaringen
Naast datagestuurde beoordelingen, zijn de menselijk ervaringen van kandidaten dus net zo belangrijk. Het juiste talent aantrekken komt neer op de manier waarop sollicitanten het wervingsproces zien. ‘Kandidaten zijn niet op zoek naar een efficiënte ervaring. Ze zijn op zoek naar een ervaring die de moeite waard is’, aldus Sandi Lurie, senior director of global recruiting bij Optimizely.
Kandidaten zijn niet op zoek naar een efficiënte ervaring. Ze zijn op zoek naar een ervaring die de moeite waard is.
Je zou het zelf ook niet fijn vinden als je niks meer hoort nadat je hebt gesolliciteerd. Of dat je de moeite hebt gedaan om op sollicitatiegesprek te komen, en daarna in één zin zonder reden te horen krijgen dat je het niet bent geworden. Als je alleen al de dingen die je haatte toen je ooit zelf solliciteerde eruit haalt, dan ben je al een stap verder in het toevoegen van empathie in je sollicitatieproces, zegt Lurie. De andere stappen zijn ook goed te operationaliseren. Volgens Mary Faulkner kun je daarvoor een aantal empathische activiteiten in je wervingsproces bouwen. Hier een aantal suggesties om met meer empathie te werven.
#1. Denk goed na over je functievereisten
Tussen de sollicitanten zullen nu meer mensen zitten die niet de ervaring hebben die je gewend bent. En misschien passen ook hun opleidingen niet precies bij de huidige functie-eisen. Maar door jouw verouderde functieomschrijvingen, loop je misschien wel talent mis dat overstapt naar een andere branche.
#2. Denk in vaardigheden
Misschien dat je zelfs wel de hele vereisten van ervaring en opleiding kan schrappen in de vacaturetekst, en moet gaan werven op basis van vaardigheden. Veel organisaties krijgen te maken met bezuinigingen, waardoor het personeelsbestand in de toekomst zal worden beperkt.
Vraag sollicitanten dus naar hun vaardigheden en beoordeel ze ook op een correctie manier.
Je zult dus een strategie moeten bedenken: welke vaardigheden heeft het bedrijf nodig om flexibel te worden en te blijven? Door ook kandidaten aan te nemen op hun vaardigheden, kun je een team opbouwen dat zich kan aanpassen aan meerdere rollen en bedrijfsbehoeften.Vraag sollicitanten dus naar hun vaardigheden en beoordeel die ook op een zo correct mogelijke manier. Dat kan bijvoorbeeld via een test, voorbeelden of portfolio zijn.
#3. Herschrijf je communicatieteksten
Neem de tijd om al je communicatie nog een goed te bekijken. Denk: afwijzingsmails, bevestigingsmails dat de sollicitatie goed is ontvangen, maar ook communicatie naar kandidaten die nog wel in de race zijn . Deze kunnen waarschijnlijk best opnieuw geformuleerd worden naar de huidige stand van zaken. Leg het proces ook helder uit en schets duidelijke vervolgstappen.
Wees eerlijk over de status van een functie.
De meeste kandidaten begrijpen best dat als er een vacature wordt geplaatst, dit niet betekent dat hij meteen wordt ingevuld. Maar wees wel eerlijk over de status van een functie en houd je kandidaten en sollicitanten op de hoogte van de voortgang. Als dat betekent dat je deze updates kunt automatiseren, moet je dat zeker doen.
#4. Houd managers verantwoordelijk
Managers verantwoordelijk houden kan bijvoorbeeld door ze te trainen in meer gestructureerde sollicitatiegesprekken, en door te checken of ze de geboden tools dan ook echt gebruiken. Het betekent ook dat je in vergaderingen over de strategie er wat van moet zeggen als een manager per se iemand wil die 10 jaar ervaring heeft en een diploma van een bepaalde school. Verder kun je kijken naar de demografische kenmerken van de kandidaten-pijplijn, en bijvoorbeeld een beloning geven als er diverse kandidaten buiten de typische talentpool aangenomen worden.
Waar jarenlang het cv de allesbepalende waarde was om een nieuwe baan te bemachtigen, komen we er steeds meer achter dat het een slechte voorspeller is. Bovendien remt het de werking van de arbeidsmarkt: want eenmaal in een bepaalde baan ‘gevangen’, lukt het maar moeilijk om nog uit zo’n vak te stappen. Terwijl het beter zou werken als je meer let op ‘skills for the future‘. Dan stem je behoefte van mens en organisatie immers beter op elkaar af.
Selecteer je op skills, dan stem je behoefte van mens en organisatie beter op elkaar af.
Niet gek dus dat juist die ‘skills for the future’ als thema zijn gekozen van het aankomende Werf& Seminar voor Loopbaanprofessionals op 10 december. Daarbij gaat het onder meer over onderwerpen als het SkillsCV of Skillspaspoort, maar ook over intersectorale mobiliteit, regionale mobiliteitsteams, bij- en omscholing en een leven lang leren en datagedreven werken met de arbeidsmarktscan. Maar hoe belangrijk zijn die skills op dit moment eigenlijk al? We vroegen het 6 sprekers op de dag zelf.
Jack van Emden, teamleider mobiliteit en recruitment, gemeente Rotterdam, voorzitter (a.i.) CMI:
‘Skills zijn het fundament van de arbeidsmarkt. Als we echt goed en op een universele manier skills kunnen duiden, dan is dat de sleutel waar vraag en aanbod elkaar effectief en snel kunnen vinden.’
Christine Binnendijk, director Health & Mobility bij KLM:
‘Skills zijn vanuit medewerkersperspectief heel belangrijk en waardevol. En dus ook het inzicht erin. Maar om dit daadwerkelijk succesvol een centraal thema te kunnen laten zijn, zal er binnen veel bedrijven nog hard gewerkt moeten worden aan de acceptatie hiervan. Zolang de meeste bedrijven blijven selecteren op diploma’s en ervaring uit dezelfde branche, blijft de match tussen vraag en aanbod lastig.’
‘Skills zijn ontzettende belangrijk – zonder skills kun je namelijk niets. De wijze waarop skills worden beoordeeld is nu echter nog onvoldoende: we zijn gewend aan schoolsystemen, diploma’s en de waarde/herkenning die ze voor iedereen hebben. Deze eenzijdige herkenning van skills zorgt ervoor dat kennis en kunde van mensen onvoldoende op waarde worden geschat. Dat vormt een belemmering voor arbeidsmobiliteit.’
‘Als de arbeidsmarkt ergens behoefte aan heeft, dan is het wel het sneller (her)plaatsen van mensen binnen werk.’
Als de arbeidsmarkt ergens behoefte aan heeft, dan is het wel het sneller (her)plaatsen van mensen binnen werk. We moeten daarom skills centraler stellen. De visie van werkgever en overheid moet dus meebewegen. Denken in skills, en minder in diploma’s, is daarbij noodzakelijk. Een eenduidige waardering van skills helpt daarbij, we hebben wel een nationale erkenning van vaardigheden en kwalificaties en validering van niet-formeel en informeel leren nodig. Binnen Europa zijn we op dit gebied al verder dan hier in Nederland.’
Maurice Vermunt, directeur LDC:
‘Skills zijn en blijven heel belangrijk, vaardigheden en werkervaring als ijkpunt op de arbeidsmarkt. Goede zaak! Maar…. mensen en functies zijn meer dan alleen maar skills. Andere factoren spelen ook een rol; interesse, persoonlijkheid, salaris of persoonlijke belasting en belastbaarheid. Nieuwe technologie zorgt ervoor dat we naast skills ook andere persoonlijke variabelen kunnen laten meewegen. Zo brengen we ‘de arbeidsmarkt’ nóg gerichter naar het individu.’
Jos Sanders, lector Leven Lang Leren, Hogeschool Arnhem en Nijmegen:
‘Skills zijn cruciaal. Maar dat was altijd al zo. Waar het mij om gaat: diploma’s zijn ooit in het leven geroepen om skills te indiceren. Dat doen ze nog steeds. Daarom zijn ze ook een leidend ‘toegangsbewijs’ voor (delen van) de arbeidsmarkt. Zonder diploma mag je bijvoorbeeld (meestal) niet voor de klas en ook (meestal) niet aan het bed. Maar diploma’s geven slechts een beperkt beeld, ze ‘verouderen’ steeds sneller en ze zijn bovendien lang niet voor iedereen even goed bereikbaar.’
‘Diploma’s geven slechts een beperkt beeld, en ‘verouderen’ steeds sneller.’
‘En dat heeft lang niet altijd met de skills te maken die ze indiceren. Maar vaak óók met het pad dat naar dat diploma leidt. Voor de enorme diversiteit aan mensen die we hebben, is dat meestal een ‘gebaand’ pad. Een pad dat lang niet iedereen even goed bevalt. Om ervoor te zorgen dat mensen zich blijven ontwikkelen en ‘skilled’ blijven, moet je 1. laten zien wat iemand in huis heeft én 2. laten zien dat iemand die skills zélf ontwikkeld heeft, ín het werk. Daarmee versterk je vertrouwen in de eigen skillset én in het eigen leervermogen. Dat zijn belangrijke randvoorwaarden voor volgende stappen.’
Radboud van Hal, directeur Human Capital Group:
‘Skills zijn belangrijk, maar vergeet niet dat er twee manieren zijn om ze te leren. Enerzijds door opleidingen, cursussen en training. Maar anderzijds ook door werk- en levenservaring. De tweede soort vaardigheden zijn onbetaalbaar en van enorme waarde voor organisaties. Dus: herken ze en benut ze!’
Meer weten?
Op 10 december vindt het Werf& Seminar Loopbaanprofessionals plaats, met als thema ‘skills for the future’. Je kunt je hier inschrijven om meer te weten te komen over de toekomst van de in- en externe arbeidsmarkt.
In deze coronatijden is het voor elke organisatie moeilijk om de medewerkers betrokken te houden. En iedereen verzint daar weer andere manieren voor. Maar als je wordt uitverkoren tot Great Place to Work, een eer die maar 63 organisaties in Nederland treft, hoe vier je daar dan een feestje voor, als niemand op kantoor welkom is?
In deze coronatijden is het voor elke organisatie moeilijk om de medewerkers betrokken te houden.
Bij recruitment marketing-bureau Jobsrepublic hebben ze daar recent een idee voor verzonnen: de vier leden van het managementteam stapten in de auto en reden vervolgens het hele land door. In de achterbak: een Diner Distance. Oftewel: een thuisbezorgd verrassingsdiner van 5 gangen. Maar wel even dooreten, want om 19:30 ging de Zoom aan, om samen op het heuglijke feit te proosten.
Uitdagende tijd
Dit jaar was een ‘extreem uitdagende tijd’, blikt CEO Eric van Bourgonje terug op de voorbije maanden. ‘Niet alleen omdat we geconfronteerd werden met een enorme vraaguitval naar wervingscampagnes tijdens de eerste golf, maar ook omdat dat gebeurde terwijl we allemaal remote zijn gaan werken. We hebben onze manier van samenwerken en communiceren opnieuw moeten uitvinden.’
‘Zo’n grote sprong in score zien we eigenlijk nooit.’
Dat is gelukkig achteraf allemaal goed uitgepakt, constateert hij ook. En de waardering van de medewerkers is afgelopen jaar dan ook enorm gestegen, blijkt uit het Great Place to Work-onderzoek, van gemiddeld een 8,1 naar een 8,9. ‘Zo’n grote sprong in score op het hoge niveau waarop jullie al zaten zien we eigenlijk nooit’, aldus Tom Strouken, consultant van de onderzoeker naar medewerkertevredenheid.
Gelukkige timing
Jobsrepublic deed vorig jaar voor het eerst mee aan Great Place to Work. Volgens Annelieke Blom, People Operations Manager bij Jobsrepublic had die timing – achteraf gezien – niet beter gekund. ‘Door het onderzoek van 2019 hebben we geleerd waar we het goed deden, maar vooral waar en hoe we nog verbeteringen kunnen doorvoeren’, aldus Blom. Zo zijn afgelopen jaar vorm 20 medewerkers in 5 projectgroepen aan de slag gegaan om te werken aan die verbeteringen.
‘Het onderzoek van 2019 leerde ons waar we nog konden verbeteren.’
Als snel groeiend bedrijf is het soms lastig om op de hoogte te blijven van wat iedereen doet. Onderlinge communicatie was dan ook een belangrijk punt dat in 2020 is verbeterd, vertelt Blom. ‘Toen half maart de lockdown kwam hadden we net nieuwe afspraken gemaakt over hoe we elkaar op de hoogte gaan houden. We hadden dat heel gestructureerd opgezet en juist die strakke structuur kwam perfect van pas toen we opeens alles via Slack en Google Meets moesten gaan doen.’
Net als veel andere bedrijven ontsnapt ook de organisatie van Dennis (recruiter) en Danny (interim-manager) niet aan kostenbesparingen, als gevolg van de coronacrisis. Het vet moet van de botten, de broekriem aangehaald en ja, er zijn nog vacatures, maar tegelijk zijn gedwongen ontslagen bij de staf onvermijdelijk.
‘Wij gaan niet reorganiseren, maar dynamischer werken!’
‘Daar liggen kansen’, had Danny gezegd. Om eraan toe te voegen dat zijn tijdelijke contract net was omgezet in een vaste aanstelling als Corporate Implementation Director. ‘Wij gaan niet reorganiseren, maar dynamischer werken!’ Vervolgens zocht hij naar een filmpje op LinkedIn van een concullega-bedrijf om te laten zien hoe dat eruitziet.
Nu was Dennis aan de beurt
En nu was Dennis aan de beurt om te horen of hij mocht blijven. Het was waarschijnlijk te duur om hem op straat te zetten, maar met Danny had hij louter slechte ervaringen. ‘Ik zal maar met de deur in huis vallen, Dennis. Jouw functie verdwijnt.’ Er viel een pijnlijke stilte. ‘Maar jij niet.’
‘Ik zal maar met de deur in huis vallen, Dennis. Jouw functie verdwijnt.’
‘De ROI van recruitment moet omhoog’, ging Danny verder. ‘We moeten sneller mensen aannemen en daarom concentreer jij je voortaan uitsluitend op het voortraject. Jij wordt mijn Talent Acquisition Manager. De markt is gunstig voor ons, Dennis. Jij selecteert kandidaten met een mooi cv en vinkt alvast het salaris af. Zo tackelen we die dealbreker. De interviews en de rest van de procedure doen de teams verder zelf.’
Gefeliciteerd met je nieuwe functie!
Na Dennis was zijn collega aan de beurt. Zij werd benoemd tot Recruitment Marketeer, met verder dezelfde functieomschrijving als hij. De staf werd aangevuld met een: Workplace Wellness Insider, een Branding Executive, een Human Factors Analist en, omdat corpcomm voortaan ook onder Danny viel, een Chief Response Administrator, tevens plaatsvervanger. Naar een Dynamic Web Supervisor werd nog gezocht.
Naar een Dynamic Web Supervisor werd nog gezocht.
Toen Dennis – na stevig aandringen van Danny – zijn functietitel op LinkedIn had gewijzigd, ontving hij felicitaties van diverse oud-collega’s. Ze waren net als hij besmet met het virus van het sociale netwerk en getransformeerd tot: Product Group Supervisor, Regional Assurance Synergist en Future Identity Architect.
‘Wat zoek je precies?’
Dennis pakte er een recent sollicitatie bij. Hij las: ‘Ik werk nu als Relational Functionality Assistant en zou me bij jullie graag ontwikkelen tot Principal Team Planner…’ Hij belde de kandidaat en stelde zich voor met zijn nieuwe functietitel. ‘Wat zoek je precies’, vroeg hij. ‘Ja, wat doen jullie allemaal’, vroeg zij.
Een LinkedIn-vaccin laat waarschijnlijk nog wel even op zich wachten.
‘Nou…’ begon Dennis. Hij hield even in. Dynamisch werken, sprak hij tot zichzelf. Hij dacht aan het filmpje wat Danny had laten zien. ‘Omwille van de tijd stuur ik je een link. Kijk daar maar even naar en als je dan nog vragen hebt…’ Kon hij ondertussen mooi even Googelen op burn-outverschijnselen. Want een LinkedIn-vaccin? Dat zou waarschijnlijk nog wel even op zich laten wachten.
Over de auteur
Ruud Poels helpt organisaties met krachtige content en arbeidsmarktcommunicatie. Hij schrijft bij voorkeur over de subtiliteiten van het vak.
Vanaf december 2020 krijgt forensisch centrum Teylingereind in Sassenheim er vier groepen bij. Mogelijk volgt in het nieuwe jaar zelfs een uitbreiding met een vijfde groep. Een pittige opgave, waarvoor in totaal wel 50 nieuwe medewerkers zijn.
Op het eerste gezicht misschien een ‘mission impossible’.
Maar waar en hoe vind je die begeleiders? Zeker als je weet dat je maar 4 maanden hebt om ze te werven, terwijl het toch al gaat om een behoorlijk schaarse doelgroep. Op het eerste gezicht misschien een ‘mission impossible’. Het was dan ook ‘alle hens aan dek’, zoals recruiter Manouk Mens het uitdrukt.
Recruiter vanuit DJI
Samen met communicatieadviseur Anke Laterveer, HR-manager Marileen van Vredenburch, junior HR-adviseur Marlieke van Driel werd allereerst een intern werving & selectieteam samengesteld. Daarnaast werd recruiter Jorine Verhoeff vanuit de Dienst Justitiële Inrichtingen 4 tot 5 maanden vrijgemaakt om de justitiële inrichting voor jongeren tussen de 12 en 24 jaar te helpen.
Er volgde een pitch, waar het bureau Brandmannen als beste uit de bus kwam.
Zij kwam al snel met het idee een recruitment-marketingcampagne op te zetten, en daarvoor de hulp in te schakelen van Brandmannen, een bureau uit Heemstede, waar ze eerder goede ervaringen mee had opgedaan. Er volgde een pitch, waar het bureau als beste uit de bus kwam. ‘Hun aanpak sprak ons enorm aan, maar ook qua kosten wonnen ze het van hun collega’s’, aldus Mens.
10 leefgroepen
Forensisch Centrum Teylingereind kent momenteel 10 leefgroepen met elk 8 tot 10 jongens. Voor de uitbreiding met nog eens 5 extra groepen zijn in totaal zo’n 50 nieuwe zogenoemde Tey’ers nodig: pedagogisch medewerkers op hbo‐niveau en groepsleiders op mbo‐niveau. ‘Doorpakkers, die zich niet gek laten maken’, legt Mens uit. ‘Begeleiders die een voorbeeld voor de jongeren zijn. Die integer en consequent zijn en een natuurlijk overwicht hebben.’
‘we zoeken doorpakkers, die zich niet gek laten maken.’
Samen met Brandmannen gingen ze eerst aan de slag met het maken van persona’s om zo een optimaal beeld te krijgen van de specifieke doelgroepen en werden vervolgens verschillende doelgroepcampagnes uitgezet. ‘Daarvoor hebben we onder meer verschillende versies van uitingen gemaakt en laten A/B testen om te kijken wat het beste scoort’, aldus Rutger Groot, operations director van Brandmannen.
Maximale zichtbaarheid
Om maximale zichtbaarheid te creëren werd de campagne breed uitgezet via tal van relevante mediakanalen. Ook vond een optimalisieslag voor conversie plaats. ‘Zo is niet alleen gekozen voor bekende sociale media als Facebook, Instagram en LinkedIn, maar ook voor Medische banenbank, Gezondheidszorgbanen, BPSW (De Beroepsvereniging van Professionals in Sociaal Werk), Sociaalweb, Nationale zorggids, Indeed en De Nederlandse Zorg Site. Daarnaast hebben we gebruikgemaakt van Google Search en aangevuld met een zogenoemde addressable displaycampagne.’
‘De campagne bereikte een zekere mate van “viraliteit”, met alle gratis exposure van dien.’
Groot vervolgt: ‘Bij Brandmannen hebben we veel ervaring met data. Sterker nog: de data‐aanpak zit echt in onze genen. We kunnen precies zien welke kanalen iemand aanraakt tot zijn of haar sollicitatie. Bij de Teylingereind-campagne hebben we door slim gebruik te maken van storytelling en A/B-testen, de click‐ en interactieratio’s op de kanalen ver boven benchmark weten te verhogen. De uitingen leverden niet alleen veel kwalitatieve clicks op, maar ook veel reacties, likes en shares. Daarmee heeft de campagne een zekere mate van “viraliteit” bereikt, met alle gratis exposure van dien.’
Versnelde procedure
Als je zoveel nieuwe krachten wilt aantrekken, moet je zorgen voor een zo groot mogelijke aantrekkingskracht onder de juiste doelgroep. ‘We hebben de campagne zelf dan ook groot aangepakt’, aldus Mens. ‘Brandmannen vroeg ons om minstens 5 beelden per fase See, Think, Do, Care. Maar wij hebben in plaats daarvan bijna 50 korte video’s en foto’s van pedagogisch medewerkers en groepsleiders gemaakt, die kort vertellen wat de baan inhoudt en zo aantrekkelijk maakt. Die hebben we ook doorgezet op social media.’
‘Een sollicitatie mag natuurlijk geen hindernisbaan worden.’
Daarnaast is ook de sollicitatieprocedure versneld naar maximaal 3 weken, vertelt ze. Bovendien werd samen met Brandmannen een specifieke landingspagina ontwikkeld. ‘Daarop kunnen kandidaten onder meer bellen met de recruiters en beeldbellen met een teamleider. Vervolgens kunnen geschikte kandidaten een dienst meedraaien. En als het van beide kanten bevalt kunnen ze meteen beginnen.’ Groot haakt daarop in: ‘Een sollicitatie mag natuurlijk geen hindernisbaan worden. Daarom hebben we de procedure zo laagdrempelig mogelijk gemaakt en teruggebracht naar zo min mogelijk stappen.’
Bijna 3 keer zoveel reacties
Vooraf had ze er zelf een hard hoofd in, blikt Mens terug. ‘Zeker in deze coronatijd.’ Zouden er wel genoeg mensen bereid zijn om te solliciteren? Maar haar verwachtingen zijn inmiddels ruimschoots overtroffen. ‘Van april tot september hebben we 50 medewerkers weten aan te trekken. Inmiddels zijn dat er alweer 55. Dat komt heel goed uit, want er vertrekken ook mensen in hun proeftijd, voor wie werken met onze doelgroep toch iets te pittig blijkt.’
Vooraf had ze er zelf een hard hoofd in. ‘Zeker in deze coronatijd.’
Daarnaast zijn met de campagne ook nog eens 30 beveiligers geworven, vertelt zij. ‘Dat is een mooie bijvangst. Op onze werving in 2019 hebben we tot 1 september 172 reacties gekregen. Tot 1 september 2020 hebben we 477 reacties ontvangen. Dat zijn er dus bijna drie keer zoveel. En het aantal loopt nog steeds op. Wij zijn dan ook heel blij met de samenwerking.’
2020 was in alle opzichten een krankzinnig jaar. Heeft voorspellen voor 2021 dan wel zin? Zeker. Want een aantal trends en ontwikkelingen die de afgelopen tijd al zichtbaar waren, zullen volgend jaar zeker doorzetten. Daarom goed om voorbereid te zijn, zeker op 2021, door de 10 grootste recruitmenttrends te kennen – en de gevolgen ervan te begrijpen. Vorige week meldden we al de eerste 5, deze week de volgende 5:
#6. Flex én RPO worden dominanter
Ook in 2020 was de flexmarkt sterk in beweging. En niets wijst erop dat dit in 2021 minder zal worden. Headfirst was in 2020 al opgeklommen tot nummer 2 in deze markt, na Randstad, maar vóór partijen als Manpower, USG People, Timing en Adecco. Met de recente overname van Between Staffing is het helemaal een partij geworden om in de gaten te houden, zeker met hun sublabels als Staffing MS, Fastflex, Myler en EXPR. Als Headfirst die platforms kan bundelen met een goede propositie voor zzp’ers, flex- en gig-werkers, ontstaat hier mogelijk een sterke partij in de versnipperde markt van sites voor freelancers, zzp’ers en platforms.
Met de overname van Between Staffing is Headfirst een partij geworden om in de gaten te houden.
Het is aannemelijk dat het 25 jaar oude Headfirst in de komende jaren zijn dienstverlening meer zal opschuiven naar recruitment, RPO en Total Talent Management (in navolging van de Staffing Groep die zich via het in 2018 gekochte People4Office waagde in de RPO-wereld). Recruitment Process Outsourcingwordt sowieso steeds belangrijker, omdat organisaties hiermee makkelijker hun activiteiten kunnen op- en afschalen. Bovendien kunnen RPO’s beter bijblijven met alle technische ontwikkelingen. Van ATS tot DoelgroepenDashboard, Google Analytics, Hubspot, LTP en LinkedIn Recruiter Seat. En van multiposters tot partijen als Brandmannen en Adver-Online, Onrecruit, Cammio, Harver, Appical, en niet te vergeten: je e-assessment-leverancier.
#7.Employer Impact en Employee Serendipity
In de tweede helft van 2020 was een groeiende vraag te zien naar employer branding-onderzoek, EVP-bepalingen en werkgeversimago-strategieën, ingegeven door aanhoudende schaarste in bedrijfskritische doelgroepen en het ontbreken van klassieke campusrecruitment-instrumenten. Anderzijds ervaren werkgevers steeds meer dat door het thuiswerken het veel lastiger is geworden om de bedrijfscultuur te voeden en te borgen.
Het klassieke employer branding is vaak tijdrovend en duur, de resultaten zijn veelal teleurstellend.
Bouwen aan het employer brand is een belangrijk instrument om in- én extern te werken aan trots, cultuur, werkgevers- en bedrijfswaarden. Vandaar dat in 2021 veel extra aandacht voor employer branding is te verwachten, onder meer via functies als Chief Happiness Officer, Chief Joy Officer en Chief Fun Officer. Maar zoals al eerder betoogd is het klassieke employer branding tijdrovend en veelal teleurstellend. De trajecten zijn lang, duur en voordat de eerste resultaten gezien worden, is vaak de prioriteit binnen de (recruitment)organisatie gedraaid.
Eén punt uitzonderlijk goed
Vandaar dat het steeds meer gaat om: employer impact. Oftewel: een onderscheidend en aantrekkelijk werkgeversmerk opbouwen door minimaal één punt in de werving, het proces, of de branding uitzonderlijk goed te doen. Voordeel van deze strategie is dat het impactvol is, en snel te realiseren. Denk aan prachtige voorbeelden als de Ampelmann Study Weekender, of het werk aan de Spaanse Costa van Cendris en Jobsrepublic.
Om employer impact te realiseren zetten organisaties ook steeds meer in op employee experience. Denk aan bedrijven in Silicon Valley. Of aan Amazon dat een ‘mini rainforest work sphere’ heeft neergezet voor haar werknemers in Seattle. Een groter accent komt daarbij te liggen op ontmoeten en sfeer in plaats van standaard kantoorwerk. Dat laatste kan thuis immers ook. Daarmee wordt de employee experience ook een steeds belangrijker onderdeel van de employer branding-strategie. Een strategie die bijvoorbeeld Driessen al jaren omarmt, samen met een bedrijf als Hal-2 (hieronder een foto van de Brainport Human Campus in Helmond):
Collega’s ontmoeten wordt steeds belangrijker. Niet alleen vanuit menselijk oogpunt, maar ook omdat daar creativiteit en positieve energie uit voortkomt. Nu thuiswerken de norm is geworden, wordt Employee Serendity steeds meer onderdeel van de bouw van een bedrijfscultuur. Daarbij gaat het om ‘elkaar toevallig ontmoeten’ en iets onverwachts en bruikbaars vinden terwijl je op zoek bent naar iets totaal anders.
‘Het hele kantoor moet gewoon een geweldige ontmoetingsplek worden.’
De locatie van een werkgever is niet alleen meer belangrijk omwille van bereikbaarheid. Het gaat steeds meer ook om talent aantrekken, het creatieve proces faciliteren en een bijzondere employee experience bieden. De aloude spelregel dat het sollicitatiegesprek moet plaatsvinden in de mooiste kamer wordt zo opgerekt tot: het hele kantoor moet gewoon een geweldige ontmoetingsplek worden.
#8.Een steeds grotere wervingscirkel
Samenhangend met de vorige trend: op dure premium locaties als Silicon Valley en New York stoten steeds meer bedrijven traditionele kantoorruimte af, nu thuiswerken de norm wordt. Daarbij heeft corona de aantrekkelijkheid van dure steden met kleine appartementen aangetast. Voor werkgevers en recruiters zien we nu ook al dat reisafstand minder belangrijk wordt in de werving van talent. Dat betekent dat ‘wervingscirkels’ groter worden en daarmee de toegang tot talentpools.
Corona betekent ook op andere punten een interessante verschuiving in de spelregels van recruitment:
Selectieprocedures helemaal zonder of hooguit met minimaal face-to-face-contact.
Snellere time to fill/hire door makkelijker te maken afspraken. Reistijd is immers niet nodig, en vanuit huis werkende kandidaten kunnen solliciteren zonder vrij te hoeven nemen (of “naar de tandarts” te gaan).
Proeftijd vervalt in contracten.
Op kantoor werken wordt een aantrekkelijke pullfactor, zeker voor starters en jongeren.
Wervingscirkels worden groter; werkgevers kunnen nu in hun hele taalgebied werven.
Inrichten en faciliteren van goede thuiswerkplekken, van snelle wifi, IT-ondersteuning tot goede koffie(zetapparaten) en 2 schermen.
‘Gevarentoeslag’ voor mensen die veel in fysiek contact staan met anderen.
Andere invulling of afbouw van mobiliteitsvergoedingen en leaseauto’s.
Faciliteren om (tijdelijk) overal op de wereld je werkzaamheden uit te voeren,
Meer aandacht voor vitaliteit, zoals via personal training en (lifestyle) coaching.
Natuurlijk verandert er in veel beroepen helemaal niet zoveel, zoals in de bouw, of bij monteurs of distributiemedewerkers. Ook voor deze werknemers geldt echter dat zij het hun werkgevers sterk aanrekenen hoe zij omgaan met corona en de veiligheid van hun personeel. Bij die werkgevers zal het verzuim en het verloop toenemen, terwijl verantwoorde werkgevers aan aantrekkelijkheid winnen, blijkt uit onderzoek van Intelligence Group.
#9.Van adoptie naar gebruik van data
Het was volstrekt logisch geweest als op deze plek een betoog had gestaan over Big Data, Machine Learning en A.I. Daar gaat het immers al járen over. Maar het echte slimme, ‘zelfdenkende’ A.I. dat voor perfecte matching gaat zorgen, laat voorlopig nog op zich wachten, en dus ook in 2021. De Nederlandse taal is een hindernis hiervoor, net als het gebrek aan veel én biasvrijedata om de algoritmes te trainen. Grote bedrijven in de recruitmentindustrie die hierop inzetten liggen bovendien onder een vergrootglas.
Wat wél groeit, is het belang van weten hoe data te vertalen naar een succesverhaal.
Wat wél groeit, is het belang van data. En dan vooral: weten hoe deze data te vertalen naar een succesverhaal en businesscase. Dat is bijvoorbeeld te zien in de huidige versnelling in recruitment marketing automation, aangejaagd door ‘pioniers’ als Up in Business, SendtoDeliver, Onrecruit en Talmark, al dan niet in combinatie met het DoelgroepenDashboard of Jobdigger Insights. Ook andere databronnen zoals Google Analytics, Hotjar, Indeed Hiring Insights of LinkedIn Talent Insights zijn steeds meer gemeengoed in het vak.
Behalve deze adoptie van data is er ook een revolutie gaande in recruitment-KPI’s, aangejaagd door SmartRecruiters. Deze nieuwe KPI’s brengt het bedrijf onder de naam Hiring Successnaar de markt, met podcast, boeken, trainers en video’s. Ook in Nederland landt langzaam maar zeker deze manier om naar recruitment te kijken. In plaats van een kostenpost (cost per hire, time to file, quality of hire) wordt recruitment hierdoor een business en revenue driver.
#10.Skills worden steeds belangrijker
McKinsey had het in de vorige eeuw al over de ‘war for talent’. En dan is er altijd een grappenmaker die roept: ‘En het talent heeft gewonnen’. De realiteit is dat er wereldwijd geen gebrek aan talent is, zeker als je de landsgrenzen vergeet. Het is niet langer het talent dat ontbreekt, maar het zijn de unieke, nieuwe, onderscheidende en zeldzame vaardigheden waaraan een tekort is. Het gaat dus steeds meer om de war for skills.
De toekomst van recruitmnet is dus niet zozeer vacatures vullen, maar vooral ook: kunnen duiden welke skills en competenties nodig zijn om in de (nabije) toekomst winnend te opereren. Hoe ontwikkelt de markt zich? En hoe de business? Wat zijn voor onze organisatie de relevante skills for the future? Deze vragen kunnen beantwoorden, onderverdeeld in competenties, IT-skills en professionele skills, wordt essentieel én complex, aangezien er weinig relevante data voorhanden zijn.
Skills als hét ruilmiddel
Skills zijn de valuta op de arbeidsmarkt van de toekomst. Dan gaat het niet alleen om de miljarden die geïnvesteerd worden in de reskilling (bij- en omscholing) van de beroepsbevolking. Skills worden ook steeds meer de arbeidsmarkttaal van de toekomst, mede ook dankzij grote investeringen die in Nederland (en Europa) worden gemaakt in het classificeren ervan (ESCO, O*NET) en de ‘verbeterde’ classificaties door onder meer UWV, TNO, VDAB en CBS. Klinkt ver weg? Google for Jobs valt al terug op ESCO en O*NET.
Inmiddels zijn er ook al vele aanbieders van zogeheten skills-paspoorten.
Het beoogde eindresultaat is dat de recruitment-infrastructuur steeds meer gelijk gedefinieerd wordt. Zo wordt het makkelijker werknemers aan te nemen om wat ze kúnnen (skills), en niet alleen om wat ze kénnen (opleiding). Langzaam maar zeker zien we op dit gebied steeds meer initiatieven van het UWV, de sociale diensten, werkpleinen, en publiek-private samenwerkingen zoals House of Skills, PlaytoWork, of De Buitenboordmotor. Inmiddels zijn er ook al vele aanbieders van skills-cv’s, zoals SkillsCV, Skillspass, HalloWerk, Skillsinzicht, Skillspaspoort, Talentz, Tiptrack, Talentenpaspoort, Skillzilla, Fibonacci en natuurlijk Europass zelf.
Dat skills steeds bepalender worden voor het succes van recruitment is zeker. En ook dat we werken richting skills en een soort skills-cv of skills-paspoort. Maar eerst wacht nog wel een een interessante ‘war for skills-definities’. Als Google for Jobs zich niet terugtrekt uit deze markt, worden ESCO en O*NET de internationale norm, verwacht ik. Alle HR- en recruitmentsystemen zullen zich daarop aanpassen en uiteindelijk conformeren ook scholen, overheden en sociale diensten zich aan die norm. Waardoor matching op meetbare skills steeds meer realiteit wordt.
Tot slot…
Dit jaar misschien minder ronkende techverhalen als voorspelde trends voor 2021 (en verder). Het jaar 2021 wordt eerder een jaar waarin we de reeds aangeschafte en bestaande tech gaan gebruiken om de professionaliteit en productiviteit van recruitment te vergroten. Ook om zelf wendbaar te blijven in deze snel veranderende arbeidsmarkt. 2021 wordt weer een boeiend jaar. Voor het eerst in jaren zie ik dat recruitment echt een strategische agenda kan zetten en kan pakken. Talent en skills zijn schaars en allesbepalend voor succes of om te overleven. Mogen jullie raden wie die cruciale functie invult…
Meer weten?
Welke arbeidsmarkttrends en kengetallen zijn in 2021 voor jou van belang? Wat zijn de laatste nieuwtjes en waarmee behaal je meteen een aantal quick wins? Op 15 december van 13:30-17:00 gaan Aad van der Werf en Geert-Jan Waasdorp er in sneltreinvaart op in tijdens een mindblowing online webinar. Lees hier alle informatie.
Vraag de whitepaper aan
Meer weten over de 10 grootste trends voor 2021? Er verschijnt binnenkort ookeen whitepaper van. Vraag hem hier alvast aan, dan ontvang je hem binnenkort in je mailbox.
De vaak verwachte gig economy mag dan nog niet echt doorgebroken zijn, in de snelle en flexibele wereld van de online winkels en de bezorgdiensten speelt zich de werving en selectie wél steeds vaker af via platformen. Zo richt het recruitmentplatform van NOWJOBS zich sinds kort steeds meer op deze sector, door bijvoorbeeld koeriers en orderpickers te leveren voor het bezorgplatform van de lokale bakker DoorB en Bakker Bart.
De online verkoop van allerlei producten heeft door corona een enorme impuls gekregen.
Aanleiding is onder meer de zoektocht naar bezorgpersoneel als gevolg van de aankomende Black Friday en de feestdagen in december. Bovendien had de online verkoop van allerlei producten door corona al een enorme impuls gekregen. En wat werkt er dan makkelijker dan een app om werkgevers met (tijdelijke) personeelsbehoefte en werkzoekenden aan elkaar te koppelen?
Nieuwe opdrachtgevers
De shift naar e-commerce en bezorging legt NOWJOBS geen windeieren. Sinds het recruitmentplatform openging voor deze branches zag de recruitment-app de aanvragen van bedrijven razendsnel stijgen, vertelt country manager Reinier Vastenburg: ‘Webwinkels, logistiek dienstverleners en bezorgdiensten maken zich op voor een extreem drukke periode, en wij zijn blij dat we ze op een flexibele manier van personeel kunnen voorzien. We hebben het drukker dan ooit en ook wij zien onze omzet stijgen.’
‘Veel jongeren zijn hun bijbaan in de horeca door de coronasluiting verloren.’
Ook bijverdieners melden zich in groten getale bij NOWJOBS. Vastenburg: ‘Veel van deze jongeren zijn hun bijbaan in de horeca door de coronasluiting verloren. We helpen hen aan nieuw werk bij bijvoorbeeld Bakker Bart, waar ze nu werken als fietskoerier om bij alle thuiswerkers belegde broodjes, salades, panini’s en tosti’s te bezorgen.’