Hoe worden je werknemers je voornaamste ambassadeurs? (5 lessen van een Great Place To Work)

Je kunt een employer brand op veel manieren opbouwen. In het simpelste geval schiet je wat gunstige plaatjes en zorg je met een beetje window dressing voor een leuke, frisse uitstraling naar buiten. Het andere uiterste is dat je een merk van binnenuit opbouwt. Dat je aan de slag gaat vanuit de cultuur zodat je in staat bent om echt duurzame matches te realiseren en talent aan te trekken dat echt bij je past.

Bij het Amsterdamse Jobsrepublic hebben ze een paar jaar geleden gekozen voor de grondige aanpak.

Bij het Amsterdamse Jobsrepublic hebben ze er een paar jaar geleden voor gekozen om te gaan voor de tweede mogelijkheid, de grondige aanpak. Heel gericht en stap voor stap werd het beoogde werkgeversmerk vanaf de basis van de organisatie opgebouwd. Een proces waarbij vanaf het allereerste moment de medewerkers nauw werden betrokken; van het moment van de aangescherpte kernwaarden opstellen tot het nieuwe werkgeversmerk uitdragen naar buiten.

Geen onbekende naam in de recruitmentwereld

Met zo’n 40 medewerkers is Jobsrepublic zelf geen onbekende naam in de recruitmentwereld. Het bedrijf helpt organisaties met technologie voor recruitmentmarketing en candidate journey-optimalisatie. In 2018 wonnen ze nog een Werf& Award, voor de hypertargetting-case waarmee I-SEC voldoende beveiligers wist te werven (Dit jaar ook meedoen? Klik hier). Ze doen dit werk vanuit de missie om zoveel mogelijk mensen aan een baan te helpen waarin ze gelukkig worden.

‘Klanten zijn belangrijk, maar onze eigen mensen komen eerst.’

Maar, zo redeneerde het management op een gegeven moment: als je werkgeluk geloofwaardig wilt verspreiden, dan kan het niet anders dan dat je bij jezelf begint. Oftewel: iedere Jobsrepublic-medewerker moet – eigenlijk altijd – gelukkig zijn in zijn of haar werk. ‘Klanten zijn belangrijk, maar onze eigen mensen komen eerst’, aldus directeur Eric van Bourgonje. ‘We geloven er namelijk in dat als je de juiste mensen op basis van dezelfde waarden aan dezelfde concrete doelen laat werken, dat het dan met de belangen van onze klanten als vanzelf helemaal goedkomt.’

People-first-strategie

Een paar jaar geleden zette Jobsrepublic daarom een zogenoemde people-first-strategie in. Niet alleen om de beste werkplek voor de eigen medewerkers te worden, maar ook nadrukkelijk om het bedrijf nog aantrekkelijker te maken voor potentiële nieuwe medewerkers. Een proces dat bij elkaar bijna drie jaar in beslag heeft genomen, maar dat inmiddels ‘duidelijk zijn vruchten begint af te werpen’, aldus Van Bourgonje (foto).

Jobsrepublic besloot hiervoor om niet het wiel opnieuw uit te vinden, maar juist aansluiting te zoeken bij het bekende programma van Great Place To Work. Twee jaar lang werd er nadien heel doelgericht gebouwd om te komen tot een cultuur waarin mensen trots zijn op hun werk, plezier beleven met elkaar én een sterk vertrouwen hebben in het management.

Samen met Tony’s Chocolonely, Dopper en Salesforce behoort Jobsrepublic tot een exclusieve club van 63 organisaties.

En met succes, zo blijkt nu. Het bedrijf mag zich na uitvoerig onderzoek inmiddels officieel namelijk ‘Great Place To Work’ noemen. Daarmee behoort de organisatie samen met bedrijven als Tony’s Chocolonely, Dopper en Salesforce tot een exclusieve club van 63 organisaties die in Nederland dit label mogen dragen.

‘Het moet kloppen aan de binnenkant’

Met de ‘people first’-aanpak heeft Jobsrepublic een duidelijk doel voor ogen, vult Annelieke Blom aan. Om de hoge internationale ambities van het bedrijf waar te kunnen maken moet het immers aantrekkelijk zijn voor het beste talent, zegt de People Operations Manager. ‘Een employer brand werkt alleen als het aan de binnenkant helemaal klopt. Daarom zijn we aan de basis begonnen en hebben we ontzettend veel geleerd van de best practices van andere topwerkgevers.’

Mensen werven én mensen binden, dat is nu de kracht van Jobsrepublic als Great Place to Work, aldus Blom en Van Bourgonje. Maar wat is verder hun geheim? 5 inside tips.

#1. Bouw een cultuur op basis van kernwaarden

Oftewel: bewaak en versterk je cultuur voortdurend. Formuleer heldere kernwaarden en breng deze tot leven. Volsta niet met het ophangen van de waarden aan de muur, maar formuleer heldere normen en het gedrag dat daarbij hoort. Bespreek in individuele gesprekken wat de waarden betekenen voor je medewerkers en hoe zij vanuit hun rol en persoon kunnen bijdragen aan de cultuur. En deel vooral de verhalen van teamleden die een voorbeeld zijn voor de organisatie.

#2. Werk samen aan een droom

Geef je medewerkers het gevoel dat ze onderdeel zijn van een groter geheel. Ook bij je werknemers moet die missie in het bloed gaan stromen. Stel zowel individuele als gezamenlijke doelen en zorg dat deze naadloos met elkaar verbonden zijn. Durf grote doelen te stellen en zet die stip op de horizon. Vier successen. En herhaal dagelijks waar jullie het allemaal voor doen.

#3. Geef je werknemers een podium

Jouw werknemers zullen zich alleen ontplooien tot ware ambassadeurs als je hen daar de ruimte voor geeft. Door hen aandacht en verantwoordelijkheid te bieden, zullen ze niet alleen erkenning voelen, maar geef je hen ook de kans om werk te leveren waar ze trots op zijn.

great place jobsrepublic

#4. Wees streng en selecteer

Een scherp geformuleerde cultuur betekent ook dat er mensen zijn die er niet bij passen. Wees daar streng in. Niet iedereen wil op dezelfde manier werken of heeft dezelfde opvattingen over effectief en plezierig samenwerken. Neem je kernwaarden mee in je selectieproces en toets kandidaten hierop. Mensen die niet bij je cultuur passen zullen namelijk nooit gelukkig worden in hun werk binnen jouw organisatie. Door strenge selectie op de juiste mensen bewaak je de gekoesterde vibe in je organisatie en worden nieuwe mensen sneller opgenomen in het team.

#5. Laat je organisatie zien en shinen!

Als je cultuur staat, als de teamleden vertrouwen hebben in elkaar en in het management, als ze trots zijn op het werk én met elkaar plezier beleven, dan gaat het bruisen. Dat is het moment dat je kunt gaan oogsten. Dan heb je een employer brand gecreëerd met alleen maar ambassadeurs. Een authentiek werkgeversmerk dat er vanaf spat. Laat je team zien met hoogwaardige fotografie en video en stel testimonials op van je teamgenoten, waarin zij de cultuur van binnenuit uitdragen. Dan heb je een merk dat zichzelf verkoopt en trek je talent aan waar je eerst alleen maar van kon dromen, en dat nu als je beste ambassadeur kan optreden.

gptw jobsrepublic great place

Over de auteurs

Dit verhaal is geschreven door medewerkers van Jobsrepublic. Zij willen hiermee anderen inspireren om ook van binnenuit een solide employer brand te bouwen en een Great Place to Work te worden.

Ruim 44 miljoen sollicitaties per jaar in Nederland; klopt dat wel?

Het was een van de meer opvallende cijfers in het persbericht van software-intermediair Capterra. Recruiters hebben het maar heel druk met selecteren van goede sollicitatiebrieven en cv’s, wilden ze aangeven. En daarom hadden ze CBS-cijfers over het totaal aantal vervulde vacatures verrekend met een benchmarkcijfer dat uit een buitenlands onderzoek was opgedoken, waaruit bleek dat elke vacature gemiddeld rond de 36 sollicitanten trekt. Vermenigvuldig je dat met de 312.000 vervulde vacatures die eind vorig jaar gemeld werden, dan levert dat dus een totaal aantal ontvangen cv’s van 11 miljoen op. In één kwartaal.

Primeur: 1,2 miljoen vacatures vervuld

Gaan we nog even verder op deze spreekwoordelijke ‘achterkant van een bierviltje’, dan zien we dat vorig jaar voor het eerst in de geschiedenis meer dan 1,2 miljoen vacatures zijn vervuld in Nederland. Elk kwartaal kwam zelfs boven de 300.000 vervulde vacatures uit, en dat was daarvoor nog niet eerder voorgekomen. Nog steeds uitgaande van die 36 sollicitaties per vacature, zou dat neerkomen op in totaal zo’n 44,3 miljoen verstuurde brieven en cv’s in één jaar.

Elk kwartaal kwam boven de 300.000 vervulde vacatures uit; dat was nog niet eerder voorgekomen.

En dat is dan nog een lage schatting. Als je kijkt naar de cijfers van LinkedIn, zou je namelijk op zo’n 40 sollicitaties per vacature uitkomen, zo berekende LifeBrander ruim 4 jaar geleden. En eerdere jaren van het eerder genoemde Jobvite-onderzoek kwamen uit op gemiddeld 59 en 52 sollicitaties per vacature. Dat zou het aantal verstuurde sollicitaties opstuwen tot ruim 73 respectievelijk 64 miljoen. En baseren we ons op recente cijfers van Glassdoor, dan zouden (corporate) vacatures gemiddeld zelfs 250 sollicitanten trekken. Dat zou betekenen dat vorig jaar in totaal het duizelingwekkende aantal van 310 miljoen (!) sollicitaties zou zijn verstuurd.

Voor ieder lid van de beroepsbevolking zou dit ruim 33 sollicitaties zijn, bijna 2,8 per maand. En dat wetende dat miljoenen eigenlijk nooit solliciteren. Maar ook uitgaande van het lagere aantal van 44,3 miljoen verstuurde sollicitaties, komen we nog tot de conclusie dat iedere werkende afgelopen jaar gemiddeld 4,9 sollicitaties de deur uit zou hebben gedaan. En gaan we voor het gemak er even vanuit dat alleen werklozen solliciteren, en verder niemand, dan zou het betekenen dat elke werkloze gemiddeld 144 keer een cv heeft opgestuurd, liefst 12 keer per maand dus, ongeveer drie keer zoveel als voor het UWV meestal verplicht is.

Klopt dit wel?

Allemaal leuke rekenkundige exercities misschien. Maar de hamvraag is natuurlijk: klopt dit wel? En dan blijken echt harde gegevens moeilijk te vinden. Uit Brunel-onderzoek van een paar jaar geleden bleek dat ongeveer 1 op de 3 sollicitanten meer dan 5 keer per week een sollicitatie de deur uit doet, meer dan 250 keer per jaar dus. Maar ook dit was zelfrapportage, en dus nauwelijks betrouwbaar.

Verder zegt het onderbuikgevoel dat die ruim 44 miljoen sollicitaties nog steeds héél veel is. Zelfs als we meerekenen de dat de 300.000 werklozen in Nederland zo’n 50 keer per jaar móéten solliciteren. Iets wat dus alleen al 15 miljoen sollicitaties zou opleveren. Maar laten we even ervan uitgaan dat het klopt dat er in Nederland ongeveer 15.000 recruiters zijn. Dat zou dan betekenen dat elke recruiter zich mag verheugen in zo’n 3.000 sollicitaties per jaar. Oftewel: elke maand zo’n 250 nieuwe sollicitanten. Afgaande op de vele geluiden over krapte in de markt, zullen er veel recruiters zijn die zéér blij zijn als ze zulke aantallen halen.

Conclusie:

We beoordelen de claim dat in Nederland 44 miljoen sollicitaties worden verstuurd als: onbewezen, maar onwaarschijnlijk.

Meer (laten) weten?

Werf&, Intelligence-Group, de Academie voor Arbeidsmarktcommunicatie en Compagnon zijn weer gestart met het onderzoek naar Recruitment Kengetallen. In dit onderzoek bevragen we corporates en bureaus over hun belangrijkste recruitment kengetallen, zoals de workload, fullfillmentratio, time-to-hire, en het budget. Meedoen? Doe dat hier.

Het onderzoek kan worden ingevuld tot 23 maart. Ongeveer in april komen hiervan de resultaten naar buiten.

Deze 4 ‘vergeten’ manieren kunnen nog veel zorgpersoneel opleveren

Nee, niemand zegt dat het makkelijk zal zijn. De zorgsector staat echt voor een énorme opgave. Vorig jaar kwamen er dan weliswaar zo’n 152.000 nieuwe mensen bij, er stopten er ook maar liefst 111.000. Vooral jong en gemotiveerd zorgpersoneel vertrekt vaak, de helft zelfs binnen 2 jaar. Het dreigende tekort van meer dan 100.000 mensen in 2022 blijft zo nog wel bestaan.

‘Sommige werkgevers denken dat een beter fietsenplan het antwoord is. Die hebben het niet begrepen.’

‘Sommige werkgevers denken nog steeds dat een beter fietsenplan het antwoord is’, zei Doekle Terpstra eerder dit jaar tegen Trouw. ‘Die hebben het nog altijd niet begrepen’, aldus de voorzitter van de onafhankelijke adviescommissie Werken in de Zorg. Maar als de nood zo hoog is, waarom worden de volgende 4 oplossingen dan nog zo vaak over het hoofd gezien?

#1. Meer internationaal werven

Het kabinet kwam in 2018 met een lijvig actieprogramma om de personeelstekorten in de zorg aan te pakken. Daarin belooft de regering ‘alles op alles’ te zetten om het aantal vacatures terug te dringen. Maar in de 68 pagina’s van het Actieplan ‘Werken in de Zorg’ komt het hele woord ‘internationaal’ niet één keer voor. En dat terwijl de noodzaak groeit ‘om ook over de landsgrenzen heen te kijken’, zoals Erick Severijns, managing director van Korint MR, stelt op Skipr.

Nederlandse verpleegkundigen zijn inmiddels ‘een geliefd exportproduct’.

Nederlandse verpleegkundigen zijn inmiddels ‘een geliefd exportproduct‘. Ze komen terecht van Zwitserland tot Nieuw-Zeeland. Gelokt door betere arbeidsvoorwaarden en betere roosters. Terwijl de markt hier alleen maar krapper wordt. ‘Toch aarzelen veel zorginstellingen nog altijd om de stap naar het buitenland te zetten’, constateert Severijns. Onterecht, zegt hij. Want ‘bij een juiste benadering van een internationale kandidaat kunnen zij juist een cruciale en duurzame oplossing van het personeelstekort in de zorg zijn.’

Bij een juiste benadering kan een internationale kandidaat een cruciale oplossing van het personeelstekort zijn.’

In veel andere sectoren is het werven over de grens al volop gebruikelijk. Maar de zorg blijft hierin behoorlijk achter. Een paar jaar geleden werd de oplossing ook al genoemd, bijvoorbeeld toen het ging om het ‘Personeelspact Ouderenzorg‘. Maar sindsdien lijkt er op dit gebied nog weinig veranderd. Sterker nog: toen D66 deze maand vroeg of migratie een mogelijke oplossing zou kunnen zijn voor het tekort aan zorgpersoneel, antwoordde minister Hugo de Jonge (VWS) snel daar niets in te zien, ‘omdat mensen in de operatiekamer elkaar dan mogelijk minder goed kunnen verstaan’. Zou dat echt het probleem zijn?

#2. Betere roosters = meer uren

‘Het is belangrijk dat medewerkers in de zorg een passend contract krijgen dat aansluit op hun individuele behoeften en mogelijkheden’, stelt het eerder genoemde Actieplan. Met als speerpunten: ‘kleine’ deeltijders meer uren laten werken, en betere roosters, die passen bij de behoefte van de werknemers. ‘Dit vraagt om creatieve oplossingen en flexibiliteit van de werkgever en de werknemer.’ Toch lijkt dat nog lang niet overal te gebeuren.

Bijna drie kwart van de medewerkers in de zorg wil ‘onder voorwaarden’ best meer uren werken.

Zo blijkt uit recent onderzoek van stichting Het Potentieel Pakken dat een kwart van het zorgpersoneel best meer uren per week wil werken, en nog eens 46 procent wil dat best ‘onder voorwaarden’. Deeltijdmedewerkers, met name vrouwen, met een contract van minder dan 25 uur per week, willen gemiddeld 6 uur per week meer werken en het liefst per direct, zo blijkt uit het onderzoek. Van de ondervraagden die contractuitbreiding ziet zitten, werkt 70 procent bij een organisatie die nu al tekorten kent. Van degenen die alleen ‘onder voorwaarden’ meer wil werken, noemen de meesten als wens: invloed op hun rooster en de flexibiliteit om de uren later weer aan te kunnen passen.

Uitbreiding van uren staat zelden op de agenda van bestuurders, managers en HR-afdelingen.

Daarbij zijn beloning en een prettige organisatiecultuur de belangrijkste voorwaarden voor meer werken. Werkgevers kunnen die voorwaarden volgens de stichting grotendeels zelf creëren. Desondanks staat urenuitbreiding zelden op de agenda van bestuurders, managers en HR-afdelingen, zegt de stichting, terwijl dat wel zou moeten. Bijna de helft van het ondervraagde zorgpersoneel bespreekt dit nooit met hun werkgever. Goh. Zou daar niet een oplossing voor het tekort kunnen zitten?

#3. Meer samenwerking

Als het in het Actieplan al gaat over ‘samenwerking’, dan gaat het meestal over samenwerking tussen instellingen en bijvoorbeeld het onderwijs. Of over samenwerking tussen sociale partners en en lokale overheden. Of over zorgverzekeraars en zorgaanbieders. Maar waarom zo weinig over samenwerking als het gaat om werkgeverschap?

Slechts één voorbeeld wordt genoemd: de ‘Werkgeverij‘, een arbeidsmarktconcept waarbij deelnemende werkgevers onderling werk en professionals delen. En het gaat een paar keer over ‘combibanen’, waarbij zorgpersoneel twee functies bij verschillende werkgevers combineert. In de praktijk zijn hiermee goede ervaringen opgedaan, bijvoorbeeld met het project VerzorgdThuis in Zoetermeer, en met het project Ondersteuning Thuis, – voor passende thuiszorg in Bronckhorst. Bij beide projecten worden zorgmedewerkers getraind voor combinatiefuncties die zorg en welzijn verenigen.

Waarom worden combibanen vaak als oplossing genoemd, maar krijgt het zo weinig handen en voeten?

Maar waarom zien we dit concept verder zo weinig terug, en zeker niet in het beleid van instellingen? Waarom wordt dit als oplossing wel vaak genoemd, maar krijgt het zo weinig handen en voeten?

Of, ander voorbeeld van gebrekkige samenwerking: waarom moet elke zorginstellingen nog steeds zijn eigen campagne op poten zetten (zie voorbeeld 1, 2, 3, 4 en 5), terwijl het jaren duurde voordat er één gezamenlijke campagne ontstond? Wie ben je met al die individuele campagnes aan het beconcurreren? Zou het niet interessanter zijn om meer de handen ineen te slaan, sámen te werven en vervolgens het personeel over meer organisaties uit te wisselen? Voor verpleegkundigen zou dat bijvoorbeeld een heel interessant aanbod kunnen zijn, zo blijkt in de praktijk.

#4. Aanboren ‘onbenut potentieel’

De zorgsector heeft geen personeelstekort, maar ‘een arbeidsmarktcommunicatieprobleem’, zo kopte de Intelligence Group zo’n anderhalf jaar geleden in een persbericht. Uit onderzoek van het bureau zou blijken dat ruim 230.000 Nederlanders graag in de zorg werken en daarvoor ook gekwalificeerd zijn. ‘Ze worden echter nooit benaderd, bereikt of gevonden door werkgevers in de branche.’ De tekorten in de branche worden sterk overdreven, concludeerde onderzoeker Geert-Jan Waasdorp destijds dan ook al. ‘We zien zelfs dat er nog steeds zorgwerkgevers zijn die hun werving moeten staken omdat ze te veel aanbod hebben.’

‘Er zijn zelfs nog steeds zorgwerkgevers die hun werving moeten staken omdat ze te veel aanbod hebben.’

In het onderzoek zegt 68 procent van het huidige zorgpersoneel dat ze afgelopen jaar ‘nooit’ benaderd zijn voor een andere baan. En dat terwijl 32 procent van de hele doelgroep zegt daar wel voor open te staan, terwijl ze nu niet benaderd worden. Dit komt overeen met zo’n 167.000 personen, die dus gekwalificeerd én benaderbaar zijn. Daarnaast zeggen 204.000 mensen die nu niet in de zorg werken dat ze best een overstap naar de sector willen maken. Van hen heeft zelfs al 22 procent een zorggerelateerde opleiding voltooid.

‘Sommige geschikte kandidaten worden nooit benaderd. Anderen wordt het bijna onmogelijk gemaakt om te solliciteren.’

‘Een meer professionele aanpak van recruitment kan in de zorgsector nog veel verschil maken’, aldus Waasdorp. ‘Sommige geschikte kandidaten worden nooit benaderd door werkgevers. Andere kandidaten wordt het bijna onmogelijk gemaakt om te solliciteren. Goede arbeidsmarktcommunicatie en een goede behandeling van geïnteresseerde kandidaten kunnen werkgevers zeker helpen hun tekorten te lijf te gaan.’ Dat was dus bijna anderhalf jaar geleden. Maar er zijn nog steeds weinig signalen te zien die erop wijzen dat dit inmiddels sterk ten goede is veranderd.

Lees ook

Meer weten?

Op 26 maart organiseert de Academie voor Arbeidsmarktcommunicatie weer het seminar ‘Beter werven in de zorg’, vol met concrete handreikingen om op korte, middellange en lange termijn jouw werving als zorgorganisatie te optimaliseren en meer zorgpersoneel te vinden en te binden. Met veel praktijkvoorbeelden, twee sprekers en twee inspirerende gastsprekers. Schrijf je dus nu in!

Google for Jobs is nu dus live – maar hoe groot zijn de kansen eigenlijk?

Hij noemde het zelf ‘een beetje als jarenlang schatzoeken en dan eindelijk de hoofdprijs te vinden’; het moment dat Jos van der Kooij, senior Google-specialist bij VONQ, ontdekte dat Google for Jobs nu ook in Nederland resultaten liet zien. Officieel is het nog niet, maar het voelt toch ook wel als een doorbraak, nadat er bijna 3 jaar op is gewacht, sinds in mei 2017 de dienst live ging in de Verenigde Staten.

Het ene superlatief rolt over het andere heen. Maar is de revolutie wel zo groot?

Op diverse plekken was er een soort juichstemming te horen: hier hebben we zolang op gewacht, en nu is het er dan eindelijk! En zoals dat gaat, met nieuwe introducties, dan worden de verwachtingen meteen hooggespannen. Het ene superlatief rolt over het andere heen. ‘De recruitmentmarkt zal schudden op z’n grondvesten.’ Maar is de revolutie wel zo groot? In het buitenland zie je juist de eerste signalen al bovenkomen dat het resultaat aardig kan tegenvallen…

‘Mogelijk piek al bereikt’

‘Het zou wel eens kunnen zijn dat Google for Jobs zijn piek al heeft bereikt’, schrijft bijvoorbeeld jobboard-consultant Chris Russell. Met daarachter zelfs de vraag: ‘Zal het nu voorgoed verdwijnen?’ Het is de auteur opgevallen dat er opmerkelijk weinig nieuws rondom de zoekmogelijkheid vanuit Google zelf komt. De laatste update was de lancering in Frankrijk, maar ook dat is alweer ruim acht maanden geleden. En een paar maanden daarvoor was er een update over een filter voor remote jobs. Maar als dat alles is, hoe belangrijk zou het product dan zijn voor Google zelf, vraagt Russell zich af.

Daarnaast zijn er steeds meer signalen dat de grote boost in traffic dankzij Google for Jobs ook achterblijft bij de verwachtingen. Waar zijn bijvoorbeeld de succesverhalen over de zoekresultaten? Bij de lancering in 2017 bracht CEO Sundar Pichai nog enthousiaste resultaten naar buiten van bijvoorbeeld Johnson & Johnson, dat dankzij Google for Jobs ineens een 18 procent ‘hogere kans op een sollicitatie’ tegemoet mocht zien. Maar sindsdien is het eigenlijk met een vergrootglas zoeken naar andere bedrijven die soortgelijke successen durven te delen. Sterker nog: eigenlijk zijn ze er niet. Wie heeft er nog ergens op de wereld iemand op een podium gezien die trots de opzienbarende resultaten sinds de introductie van Google for Jobs heeft gedeeld?

‘Het verkeer dat Google for Jobs oplevert is op z’n best armzalig te noemen.’

Russell zegt zelfs een bemiddelaar gesproken te hebben die het verkeer dat Google for Jobs oplevert ‘op z’n best armzalig’ noemt. De kwaliteit van clicks die van de zoekmachine afkomt schijnt prima te zijn: de bounce rate is laag, de conversie hoog. Maar het probleem is meer: het zijn al met al wel heel weinig clicks, aldus de betrokken bemiddelaars. Het zijn vooral de grote jobboards die het grootste deel van de taart pakken bij Google for Jobs. Voor de kleintjes blijven hooguit wat kruimels over. Oftewel: ‘Vooral het aantal banen dat je te bieden hebt, is essentieel. Hoe meer banen, hoe meer verkeer je zult krijgen.’ En vice versa.

Het verkeer via Google for Jobs is al dalende…

Een werkgever, bemiddelaar of jobboard met hooguit een paar dozijn banen, zal weinig voordeel halen uit Google for Jobs, zo zegt hij. En dat verkeer daalt zelfs de afgelopen maanden. Een recente discussie op deze (besloten) Facebook-groep laat dat ook zien, net als Matt Lozar van Haley Marketing Group, een bedrijf dat recruitmentsites voor uitzenders en andere bemiddelaars bouwt.

Russell voegt zelfs een analytics-overzichtje toe van een van zijn eigen sites, met meer dan 6.000 vacatures. Zijn conclusie: hooguit 40 tot 50 bezoeken per dag komen dankzij Google for Jobs. Wel goede bezoeken in kwaliteit, maar toch. De piek in de laatste maanden is daarbij vooral te danken aan het feit dat toen meer vacatures zijn toegevoegd. ‘Zeker fijn verkeer, hoor, als je het kunt krijgen… Maar voor de grote meerderheid aan sites en werkgevers die vacatures naar Google sturen, zullen de bezoekersaantallen vanuit Google for Jobs nogal teleurstellend zijn.’

En dat is niet alles

Het gebrek aan succesverhalen en tegenvallende bezoekersaantallen is niet de enige donkere wolk boven Google for Jobs, aldus Russell. Ook het feit dat er al ruim een half jaar geen productaanpassingen zijn aangekondigd, baart hem zorgen. ‘Het kán een teken zijn dat de dienst nu al verlaten wordt, in voorbereiding op een definitieve sluiting.’

‘Het kán een teken zijn dat de dienst nu al verlaten wordt, in voorbereiding op een definitieve sluiting.’

Daar komt bij dat in augustus vorig jaar Eurocommissaris Vestager aankondigde (voor)onderzoek naar de site in te stellen, rondom de vraag of de Amerikaanse techgigant met Google for Jobs zijn dominante marktpositie misbruikt. En ook in de Verenigde Staten schijnen alle 50 staten bezig te zijn zich voor te bereiden op een grootschalig antitrust-onderzoek, waarbij Google for Jobs ook nadrukkelijk onderzoeksobject is. ‘Things that make you go hmmm’, zoals Russell het samenvat.

Adverteren niet makkelijk

En dan is er ook nog eens geen makkelijke manier voor werkgevers en jobsites om via Google for Jobs te adverteren. ‘Je moet een xml-feed in het juiste formaat hebben om het te kunnen leveren aan de Google Search Console, een interface die nauwelijks bekend is buiten SEO-kringen. De gemiddelde HR-medewerker heeft geen idee wat dat is of wat het doet. En ATS-leveranciers zijn over het algemeen te traag geweest om dit volledig te integreren voor hun cliënten.’

Het roept de vraag op: hoe denkt Google hier ooit geld aan te verdienen?

Dat betekent, zegt Russell, dat om het naadloos te laten lopen, Google eigenlijk een nieuw soort advertentieplatform zou moeten lanceren specifiek voor zijn Jobs-zoekfunctie. ‘Maar dat zie ik voorlopig echt niet gebeuren.’ En ook Adwords acht hij hiervoor niet geschikt. ‘Maar dat roept wel de vraag op: hoe denkt Google hier ooit geld aan te verdienen? Ze verdienen geld aan keywords. Niet aan vacatureoverzichten. Daar zie ik ze dan ook nog niet snel veel tijd en moeite in investeren.’

Google Hire ook al gestopt

En dan is Google vorig jaar augustus ook nog eens gestopt met zijn andere activiteit op recruitmentgebied, het eigen mkb-ATS ‘Hire’. ‘Het doet je afvragen hoe groot de honger van het bedrijf eigenlijk is om een aparte banenzoekfunctie te houden binnen de normale zoekresultaten.’

En dan was er afgelopen maand (bij Chad & Cheese) ook nog het nieuws dat Facebook het trucje min of meer aan het kopiëren is, en een vacature-scrape-functie aan het integreren is. Facebook gaat banen van carrièrepagina’s scrapen en ze automatisch toevoegen aan de Facebook-pagina van de organisatie. Als die organisaties dat niet willen, moeten ze dat actief aangeven. Aan de andere kant kan Facebook, dankzij de enorme hoeveelheid data die het van z’n gebruikers heeft, eenvoudig inschatten of iemand een baan zoekt. In dat geval kunnen de vacatures getoond worden aan de relevante gebruikers. Dit kan uiteindelijk ook het verdienmodel van Facebook Jobs worden, als partijen in de vorm van advertenties betalen voor het laten tonen van deze vacatures.

Conclusie: tijd voor hosanna?

De conclusie? Het is natuurlijk te vroeg om Google for Jobs al af te schrijven voordat het goed en wel in Nederland begonnen is. Het is tenslotte wel Google waarover we praten, een van de grootste en meest innovatieve bedrijven op aarde. Maar aan de andere kant: het zou ook niet voor het eerst zijn dat het bedrijf een grootse aankondiging doet en vervolgens een paar jaar later toch de stekker eruit trekt (remember Google+, de Google Glass, Jaiku, Lively, Wave, Orkut, de slimme contactlens, anyone?).

Joepie, we zijn als Nederland dus niet vergeten.

Het laat ook zien dat enige nuance op z’n minst op z’n plek is. Ja, het is best groot nieuws dat Google for Jobs ein-de-lijk de overstap naar de Nederlandse arbeidsmarkt heeft gemaakt. We zijn als Nederland dus niet vergeten. Maar de verwachting dat we straks kunnen zeggen dat in 2020 de revolutie is begonnen? Die conclusie lijkt op zijn minst toch wel met een korreltje zout te mogen worden genomen…

Meer weten?

Kittie Spierings geeft vandaag, maandag 10 februari, het webinar ‘Google for Jobs, be prepared! 10 tips’. Hier hoor je alles over hoe je je kunt voorbereiden op de komst van Google for Jobs. Schrijf je dus nu in voor de Webinar Week die nog plaatsvindt van 10 t/m 14 februari 2020. 

Tijdens deze week kun je verder ook nog gratis webinars volgen over Future Proof Recruitment, Candidate Experience, Professioneel inhuren in de praktijk, Out of the Box en Total Talent Acquisition.

De maand in werving: wat gebeurde er allemaal in januari?

Met het coronavirus in China, de plotse sneeuw in Groningen, een geweigerd Kamerlid in Rusland en héél veel gedoe rondom vuurwerk bood de maand januari ook in 2020 weer genoeg nieuws om je al dan niet behoorlijk over op te winden. Maar wat gebeurde er allemaal dat voor recruiters relevant was?

#1. Geen cellen-, maar cipiertekort

Als het gaat over de Nederlandse gevangenissen, dan ging het jarenlang over het cellentekort. Maar de aandacht heeft zich verdrongen naar een ander tekort: dat aan gevangenisbewaarders en gekwalificeerde zorgmedewerkers. Eigenlijk geldt voor alle functiegroepen binnen de justitiële instellingen dat de personeelstekorten moeilijk op te vullen zijn in de huidige arbeidsmarkt. En dat nu ook net gedetineerden met een verstandelijke beperking, psychische problematiek, verslaving, ouderdomsproblematiek of een combinatie van deze problematieken toeneemt.

‘Bij de gevangenissen is ook veel uitstroom. Alle werving is daarom een druppel op een gloeiende plaat.’

Bij de Scheveningse gevangenis (foto hieronder) werd daarom deze maand een (succesvolle) wervingsdag georganiseerd, in navolging van bijvoorbeeld de collega’s in Zwolle. Ruim 120 geïnteresseerden meldden zich aan, voor de ongeveer 30 vacatures die er zijn (op circa 500 medewerkers). Of het genoeg is? Vakbond FNV twijfelt en luidt alvast de noodklok. ‘Er is ook veel uitstroom. Het is daarom een druppel op een gloeiende plaat’, aldus FNV-bestuurder Yntse Koenen, die daarom voor een grotere en meer structurele investering in het personeel pleit.

#2. WRR pleit voor meer kwaliteit van werk

In alle aandacht rond het rapport van de Commissie-Borstlap zou je het misschien bijna vergeten, maar ook de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid bracht deze maand een langverwacht rapport uit, en wel over ‘de kwaliteit van werk’ in Nederland. In Het betere werk formuleert de WRR drie condities voor goed werk, die passen bij de wensen vanuit de Nederlandse samenleving en de aard van de economie:

  • grip op geld, oftewel: een gepast loon met zekerheden;
  • grip op het werk, dat wil zeggen: autonomie en verbondenheid op het werk; en
  • grip op het leven, met een goede balans tussen werk en privé.

De Raad constateert dat er in Nederland weliswaar veel banen bijgekomen zijn (tot zelfs meer dan 9 miljoen!), maar dat de kwaliteit van werk daar wel onder lijdt. ‘Als het gaat om goed werk, is Nederland in Europees perspectief geen voorloper, zo blijkt uit studies van de OESO en Eurofound. Een toenemend aantal mensen heeft onzeker werk (36 procent in 2018). En bijna de helft van de werkenden ervaart een gebrek aan autonomie op het werk – ook dat aantal is toegenomen.’

Ruim 1 op de 3 mensen heeft onzeker werk. En bijna 1 op de 2 werkenden ervaart een gebrek aan autonomie.

Tijd om daar iets aan te doen, aldus de WRR, die daarbij onder meer pleit voor een actiever arbeidsmarktbeleid, met meer aandacht voor persoonlijke begeleiding. Ook basisbanen zouden volgens de Raad kunnen helpen de kwaliteit op de arbeidsmarkt te vergroten.

#3. En dit is dus het allerbeste cv van het jaar

Met een strakke indeling, een QR-code, en een heldere persoonlijke introductie heeft de Delftse marketingprofessional Jerney Steur in januari de verkiezing van ‘cv van het jaar’ gewonnen. Haar cv kreeg van de vakjury net iets meer punten dan het infographic-cv van Vincent Mirck uit Utrecht en het cv van Denise Bettink uit Ede.

januari best cv

De jury roemt het cv van Steur vanwege de stevige inhoud, alle relevante successen en beoogde doelen die erin staan. ‘Een cv is vaak een opsomming van alle ervaring. Maar wat kandidaten nou echt bereikt hebben, ontbreekt nog wel eens’, aldus Cees Bakker, een van de initiatiefnemers van de verkiezing bij SollicitatieLAB. Steurs cv ziet er volgens de juryleden verder fris en strak uit, zonder al te veel informatie. Dat laatste punt is ontzettend belangrijk, zegt Bakker. ‘Bedenk goed hoe je jezelf wil verkopen en wat iemand van je moet weten. Een cursus van 6 jaar geleden die niet aansluit bij de functie waarop je reageert, laat je liever achterwege.’

‘Een cursus van 6 jaar geleden die niet aansluit bij de functie waarop je reageert, laat je liever achterwege.’

Het sleutelen aan haar cv heeft overigens zijn vruchten afgeworpen: Steur heeft inmiddels een baan gevonden.

#4. Lonen stijgen harder dan ooit

De aanhoudende krapte op de arbeidsmarkt begint zich nu eindelijk ook door te vertalen in hogere lonen. Sterker nog: met een gemiddelde van 2,5% was de loonstijging vorig jaar al de hoogste in 10 jaar tijd, aldus werkgeversvereniging AWVN. En voor 2020 zit er nog meer in het vat, met name omdat zoveel werkgevers moeite hebben om vacatures te vervullen.

Jarenlang leidde de krapte nauwelijks tot druk op de lonen, maar daarin lijkt nu een kantelpunt bereikt.

Jarenlang leidde de krapte nauwelijks tot druk op de lonen, maar daarin lijkt dus nu een kantelpunt bereikt. Met 3,1% was de loonstijging in cao-afspraken in december zelfs ‘hoger dan ooit’, aldus de AWVN. En vakbond FNV houdt voor dit jaar vast aan een looneis van 5%. Ergens ook wel logisch. Want de lonen mogen dan in de lift zitten, dat zitten de prijzen ook: de consumentenprijzen waren sinds 2002 niet meer zó hard gestegen als vorig jaar, meldde het CBS begin januari.

#5. 88% recruiters: ‘kandidaten overdrijven hun vaardigheden’

Recruiters maken zich steeds meer zorgen over de eerlijkheid van sollicitanten, aldus onderzoek van Monsterboard onder 200 recruiters in Nederland (en 1.700 wereldwijd). Ruim 7 op de 8 van hen denken dat kandidaten qua vaardigheden en soft skills een loopje met de waarheid nemen. Ook geven zij aan grote moeite te hebben met het werven van Generatie Z. Daarnaast zijn dubieuze socialemediaprofielen (77%), onverklaarbare gaten in een cv (75%) en moeilijk bereikbare referenties (74%) vaak genoemde ergernissen van de ondervraagde recruiters.

januari hottest jobs
Credit foto

#6. Zonnepaneelmonteurs en fietskoeriers erg in trek

De arbeidsmarkt is over de hele linie nog krap, maar applicatiebeheerders, gespecialiseerd verpleegkundigen en werkvoorbereiders hoeven zich dit jaar in elk geval helemáál geen zorgen te maken als ze een baan zoeken, zo blijkt uit de lijst van meest kansrijke beroepen in 2020 die Randstad in januari presenteerde. Ook monteurs van zonnepanelen, fietskoeriers, docenten Frans en Duits en tandartsassistenten staan op die lijst hoog genoteerd.

De meest aangeboden vacature in het afgelopen jaar is die van ‘logistiek medewerker’, met 38.000 vacatures in heel 2019.

De meest aangeboden vacature in het afgelopen jaar is die van ‘logistiek medewerker’, met 38.000 vacatures in heel 2019. De vraag naar monteurs metaal is het sterkst toegenomen ten opzichte van 2018 (146%). In het algemeen is de arbeidsmarkt onverminderd krap in de techniek, ICT en bouw, de zorg en het onderwijs.

#7. Codeerschool (ook voor niet-geeks) van start in Amsterdam

Leuk nieuws uit Amsterdam: daar is afgelopen maand een ‘Wild Code School‘ van start gegaan. In een oud schoolgebouw aan de Pieter de Hoochstraat worden hier studenten van verschillende achtergronden in 5 maanden (fulltime) opgeleid tot webdeveloper. De in januari gestarte lichting studenten bestaat uit 7 nationaliteiten, en grotendeels uit vrouwen, met dank aan de Wild Code School’s scholarships voor Women in Tech.

januari wild code school

De opleiding in Amsterdam is de eerste Nederlandse stap van de Franse scale-up, die momenteel al 24 campussen in 11 landen telt, en zo is uitgegroeid tot Europese marktleider in techonderwijs met opleidingen voor webdevelopment en data-analisten. Na de start van de eerste fulltime opleiding voor webdeveloper begint in Amsterdam in april ook een parttime variant op deze opleiding. Opvallend is dat de school niet specifiek studenten zoekt die al codeerervaring hebben, maar juist een eigen test heeft ontwikkeld om potentiële cursisten te selecteren.

#8. Cartoon van de maand

januari hottest jobs

Bron: van9tot5

Meer trends?

In de rubriek ‘De maand in werving’ belichten we belangrijke trends en ontwikkelingen die voor iedereen actief in de wereld van werving en selectie van belang zijn. Iets gemist? Meld het ons!

Lees ook:

8 dingen die recruiters moeten weten over de Commissie Borstlap

Het was een behoorlijke steen in de vijver. Zeg maar gerust een rotsblok. Het vuistdikke rapport dat de commissie-Borstlap vorige week naar buiten bracht, leidde alom tot heftige reacties. Vooral onder zzp’ers, die zowel hun vrijheid als hun fiscale voordelen aangevallen zagen, was de kritiek fel. De ideeën zouden dan ook wel eens ‘het einde van het huidige ZP-model’ kunnen inluiden, zoals ZipConomy het duidelijk samenvatte. Wat is er precies aan de hand? 8 vragen die hopelijk wat duidelijkheid scheppen.

#1. Borstlap, wie is dat?

Voor wie het niet helemaal heeft kunnen volgen, eerst maar even een samenvatting van wat eraan voorafging. Hans Borstlap is een voormalig topambtenaar, die op verzoek van minister Koolmees de afgelopen jaren een commissie heeft geleid, onder de naam ‘Commissie Regulering van Werk‘. Die commissie kreeg de taak mee de arbeidsmarkt van morgen te onderzoeken, en bracht 23 januari (ruim 2 maanden na deadline) haar rapport uit: In wat voor land willen wij werken?

#2. En, wat staat er in dat rapport?

Een heleboel. Er zijn ruim 100 pagina’s, en 4 verschillende delen. De adviezen daarin variëren van invoering van een arbeidsongeschiktheidsverzekering voor alle werkenden tot loopbaanwinkels en persoonlijke ontwikkelbudgetten. Met het rapport doet Borstlap naar eigen zeggen de oproep naar de toekomst te kijken. Die arbeidsmarkt zou volgens hem vier kenmerken moeten bevatten. ‘Iedereen en alles moet wendbaarder, weerbaar worden, wederkerig zijn en de arbeidsmarkt moet duidelijk zijn.’

#3. Waar komt de grootste kritiek vandaan?

Met name zzp’ers zijn furieus over het rapport. ‘Een klap in het gezicht‘, zo oordeelde zzp-expert Pierre Spaninks onder meer op de ideeën om de zelfstandigenaftrek én mkb-winstvrijstelling in te perken en op het advies om de spelregels zo te veranderen dat iemand die werk wil doen bij een ander, dat in principe moet doen binnen een dienstverband of via een uitzendbureau. Werken op overeenkomst van opdracht zou zo weer een uitzondering worden. ZipConomy hield het erop dat voor 2 op de 3 zzp’ers uitvoering van de maatregelen zelfs het einde van het zelfstandig ondernemerschap zou kunnen betekenen.

‘Kennelijk hebben we het over zzp’ers verkeerd opgeschreven. We willen juist ondernemerschap stimuleren.’

Volgens Borstlap zelf wordt de soep echter niet zo heet gegeten als hij wordt opgediend. Op Radio 1 zei hij: ‘Kennelijk hebben we het over zzp’ers verkeerd opgeschreven. We willen juist ondernemerschap stimuleren.’ Wat hij vooral wil aanpakken zijn de zzp’ers die met oneigenlijke argumenten voor ondernemerschap kiezen, zoals verpleegkundigen of leerkrachten. ‘Die heeft op vrijdagmiddag een vaste baan, gaat naar de baas en zegt ‘ik neem ontslag’ en zegt ‘je kunt me maandag weer inhuren als zelfstandige voor hetzelfde werk, maar voor aanmerkelijk betere nettobetaling vanwege fiscale voordelen’.’

#4. Komen er hierdoor dus weer meer werknemers beschikbaar?

De commissie Borstlap adviseert inderdaad dat het werknemerschap weer de norm moet worden voor alles wat betreft ‘reguliere arbeid’. Het werknemersbegrip moet daarvoor fors worden aangescherpt, wat er min of meer op neerkomt dat organisaties geen zelfstandige professionals meer kunnen inhuren voor werkzaamheden bínnen de eigen organisaties.

Het advies is min of meer dat organisaties geen zzp’ers meer kunnen inhuren voor werkzaamheden bínnen de eigen organisatie.

Wat ook weer meer mensen richting werknemerschap moet jagen is het idee om werkgevers een hogere premie te laten betalen voor flexibele krachten voor het geval ze werkloos raken. Dat geldt dan dus eigenlijk voor iedereen, behalve voor mensen met een vast contract.

#5. Hoe vult Borstlap dat dan in?

Een van de adviezen is dat iedereen automatisch als werknemer wordt gezien. Dus ook zzp’ers, tenzij is aangetoond dat de arbeidsverhouding anders ligt. De bewijslast wordt dus omgedraaid, als het aan Borstlap ligt. Voor de beoordeling hiervan moeten duidelijke criteria komen.

Onduidelijke constructies, waarbij werknemers aan verschillende bedrijven worden uitgeleend, moeten worden verboden.

Naast een apart contract voor zelfstandigen, moeten uitzendkrachten in een bedrijf ook dezelfde arbeidsvoorwaarden krijgen als de mensen die daar in dienst zijn. Ook moet er een maximumtermijn voor uitzendwerk komen, adviseert Borstlap. Verder mogen tijdelijke contracten volgens de commissie in totaal nog maar 2 jaar duren. En onduidelijke constructies, waarbij werknemers aan verschillende bedrijven worden uitgeleend, moeten worden verboden.

#6. Wat staat er verder nog in de adviezen?

Het minimumloon zou bijvoorbeeld ook omhoog kunnen, stelt Borstlap. En werknemers zouden bij hun werkgever eerder mogen vragen om andere werktijden of werklocaties. Daar staat tegenover dat werkgevers mensen die langdurig ziek zijn nog maar een jaar zouden hoeven door te betalen. Nu is dat nog 2 jaar. Ze kunnen iemand ook makkelijker ontslaan als hij of zij niet functioneert of de arbeidsrelatie is verstoord. Bovendien krijgen ze meer rechten om personeel ander werk of een andere werklocatie aan te bieden. En de wirwar aan wettelijke regels en verplichtingen moet verdwijnen, zodat werkgevers beter weten waar ze aan toe zijn.

De wirwar aan wettelijke regels en verplichtingen moet verdwijnen, zodat werkgevers beter weten waar ze aan toe zijn.

Ook belangrijk is dat Borstlap meer ‘interne flexibiliteit’ voorstelt. Vaste arbeidscontracten moeten veel flexibeler worden, bijvoorbeeld door werkgevers meer mogelijkheden te geven om bij tegenwind personeel minder te laten werken en ook minder loon aan te bieden. En een concurrentiebeding zou bij een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd alleen nog toegestaan zijn bij een zwaarwegend bedrijfs‐ of dienstbelang, om maar een voorbeeld te noemen.

  • Lees hier meer over de verschillende voorstellen

#7. Wat betekent dat voor mij als recruiter?

Dat wisselt natuurlijk sterk, afhankelijk van je positie. Als corporate recruiter zou het kunnen dat je in de nabije toekomst weer iets meer kandidaten voor vaste vacatures tegemoet kunt zien, en ook als uitzendbureau kan het advies een (al dan niet tijdelijk) steuntje in de rug zijn, omdat meer mensen zich als uitzendkracht zouden kunnen laten uitlenen. Ook het soepeler ontslagrecht kan natuurlijk flinke gevolgen hebben op het aantal te vervullen vacatures.

Het soepeler ontslagrecht kan natuurlijk flinke gevolgen hebben op het aantal te vervullen vacatures.

Maar hoe dan ook; de adviezen vergen een nieuwe blik op Total Talent Acquisition, de gedachte dat je je vaste én je flex sourcingstrategie integraal moet bekijken, een gedachte die in veel organisaties nog niet bepaald gemeengoed is.

#8. Hoe nu verder?

Hoe verder? Dat is de grote vraag. Borstlap heeft geen vastomlijnd plan willen maken, maar wel de agenda voor de toekomst willen schetsen. In de campagne voor de verkiezingen van maart 2021 zal de herziening van de arbeidsmarkt zeker een belangrijk onderwerp worden. Maar voor die tijd worden eigenlijk geen grote ingrepen verwacht die op invoering van Borstlaps ideeën duiden. Sterker nog: de commissie-Borstlap is zelfs uitermate kritisch over twee wetsvoorstellen rondom zzp’ers die minister Koolmees momenteel in voorbereiding heeft.

Borstlap heeft geen vastomlijnd plan willen maken, maar wel de agenda voor de toekomst willen schetsen.

Hoe het verder gaat is dus nog even afwachten. Op 12 februari overlegt minister Koolmees met de Tweede Kamer over de verdere toekomst van de arbeidsmarkt. Mogelijk trekt dan de mist iets meer op. Maar of het werk van de commissie-Borstlap ongeschonden de eindstreep haalt, is zeer twijfelachtig. ‘Het gebrek aan nuance in de voorstellen over de zelfstandigen legt bij voorbaat al een hypotheek op de zo broodnodige discussie’, concludeert Hugo-Jan Ruts, hoofdredacteur van ZipConomy, die op vrijdag 14 februari in een webinar ‘heet van de naald‘ de laatste ontwikkelingen zal schetsen.

Meer weten?

Volg het webinar ‘Heet van de naald: de laatste politieke ontwikkelingen rond wetgeving zzp en inhuur externen’. 

Aan bod komen: de reactie van het Kabinet op het rapport van de Commissie-Borstlap, het wel of niet doorgaan van wetgeving die de Wet DBA moet vervangen, de eventuele webmodule, het overleg tussen de Tweede Kamer en minister Koolmees van 12 februari. Hugo-Jan Ruts praat je in dit webinar in een half uur weer helemaal bij over de laatste stand van zaken.

Schrijf je hier in voor dit webinar (zie programma op de vrijdag)

Waarom het niet vanzelf goed komt met leeftijdsdiscriminatie

Ouderen niet innovatief, flexibel of ondernemend? Helemaal niet! Prekash Ramsingh is het zat dat er nog steeds zo over 50-plussers gedacht wordt. Hij merkt zelf juist het tegendeel. Wat nou afgeschreven op de arbeidsmarkt als je pas boven de 40 bent? In ouderen zit nog veel talent, en het zou zonde zijn om dat niet te benutten, zegt hij.

Wat nou afgeschreven als je boven de 40 bent?

Speciaal daarvoor richtte hij vorig jaar al het online recruitmentplatform Connect By Talent op, dat cv’s achterwege laat, maar vooral matcht op competenties, en zo leeftijdsdiscriminatie wil tegengaan. En vandaag komt daar een nieuw initiatief bij: de Experience Award, een jaarlijkse prijs voor werknemers en ondernemers van 50 jaar of ouder die uitblinken in inzet, ervaring, deskundigheid en innovatie. ‘De eerste en enige jaarlijkse prijs voor oudere werknemers’, aldus Ramsingh.

Verfrissend tegengeluid

Het is een verfrissend tegengeluid. Elk jaar zijn er talloze verkiezingen, gericht op jongere generaties, zoals de jonge ondernemer van het jaar of de 25 onder de 25. Allemaal bedoeld om jong talent te ontdekken en te stimuleren. Maar een prijs waarmee buitengewone inzet van werknemers uit de oudere generatie wordt beloond? Die was er nog niet, aldus Ramsingh. En dat terwijl juist die ouderen best een positief pluimpje verdienen.

Nog steeds negatieve beeldvorming

Want ondanks de krappe arbeidsmarkt is het voor veel werkloze ouderen nog steeds héél moeilijk om werk te vinden. De beeldvorming speelt hen parten: ze worden vaak bij voorbaat afgeschreven als te duur, zonder dat er überhaupt een loononderhandeling heeft plaatsgevonden. Ook overheerst het beeld dat ouderen ‘minder productief, flexibel en innovatief’ zijn, aldus Ramsingh, en mede daardoor niet zo makkelijk breed zijn in te zetten.

leeftijdsdiscriminatie bevolkingspiramide

Daar staat tegenover dat velen ‘jong’ zien als synoniem voor: goedkoop, flexibel en innovatief. En dat niet alleen, ook de demografische ontwikkeling helpt een stevig handje mee in de discriminatie van ouderen. Van 50-plussers zijn er nu eenmaal heel veel, en van 30-minners een stuk minder. Dat betekent dat veel organisaties ook sterk vergrijzen. Vind je het gek dat als er dan ergens een vacature ontstaat, dat organisaties zo’n kans aangrijpen om te streven naar verjonging?

Langer werkloos

Dat heeft dus wel tot gevolg dat ouderen langer werkloos blijven dan andere leeftijdsgroepen. ‘De werkloosheid is in een decennium niet zo laag geweest, maar de werkzoekende 50-plussers merken hier maar weinig van’, aldus Ramsingh. En dat is niet goed voor de economie, noch voor de samenleving, benadrukt hij. ‘Ten eerste wordt hierdoor de professionele ervaring en deskundigheid, en ook persoonlijke levenservaring van de oudere generatie compleet genegeerd. Door te makkelijke generalisaties worden individuele talenten van oudere sollicitanten niet gezien en dus ook niet ingezet. Dat laat ontzettend veel menselijk kapitaal onbenut, waardoor bedrijven miljarden aan omzet laten liggen. Tot wel 90 miljard per jaar, blijkt uit PwC-onderzoek.’

‘Door leeftijdsdiscriminatie laten bedrijven tot wel 90 miljard aan omzet liggen.’

Ramsingh vindt het daarom ‘de hoogste tijd om eens een realistisch en positief beeld neer te zetten van de oudere werknemer’. Bovendien wil hij met zijn award meer voorbeelden laten zien van ‘de bijdrage die dit substantiële deel van de beroepsbevolking elke dag levert’. Het is een roep die in elk geval weerklank vindt. In december kreeg hij pas patent op de prijs en de naam ‘Experience Award‘, maar nu kan hij al een flinke groep partners aankondigen, variërend van Kantoor van Nu, tot MotivationLeaders en de NVP (de Nederlandse Vereniging voor Personeelsmanagement). ‘Samen willen we beweging krijgen in het denken van werkgevers, HR-managers en iedereen die met selectie te maken heeft. Met The Experience Award willen wij inclusief personeelsbeleid stimuleren en focussen op de gelijkwaardigheid van de oudere werknemers’, zegt hij.

Leeftijdsdiscriminatie meest hardnekkig

De lancering van de nieuwe award komt bijna tegelijk met nieuw (Amerikaans) onderzoek dat aantoont dat leeftijdsdiscriminatie misschien wel de meest hardnekkige vorm van bias is op de werkvloer. Waar er veel aandacht is voor bijvoorbeeld gender-bias en de achterstand van migranten, lijkt leeftijdsdiscriminatie veel meer ‘geaccepteerd’. Liefst 4 op de 10 recruiters geven in ander onderzoek toe wel eens niet te hebben uitgenodigd vanwege diens leeftijd. En zou de rest het nooit gedaan hebben, of het misschien gewoon niet durven toegeven? Ook onderzoek van de Amerikaanse organisatie AARP, eind vorig jaar verschenen, laat zien dat ageism, zoals het in het Engels heet, nog steeds schering en inslag is. ‘Er zijn talloze signalen van’, zo vatten de onderzoekers de bevindingen samen.

leeftijdsdiscriminatie onderzoek

Ben Tiggelaar schreef vorig jaar in het NRC ook nog over ‘het schandaal van leeftijdsdiscriminatie’. ‘Het is niet de leeftijd die veranderen moeilijker maakt. Het is het gebrek aan rouleren. Ook is het niet de oudere die een probleem heeft met managers. Het zijn juist vaak jongere managers die zich onzeker voelen bij het aansturen van ouderen.’

‘Het is niet de leeftijd die veranderen moeilijker maakt. Het is het gebrek aan rouleren.’

Hoog tijd om ook die oudere sollicitant wat meer serieus te nemen. Dat begint vaak al bij de manier waarop organisaties zich presenteren op hun recruitmentsites, schrijft bijvoorbeeld Fast Company. ‘Daarmee laat je je cultuur zien aan potentiële kandidaten en zullen mensen inschatten of ze zich er thuis voelen.’ Ook programmatic advertising, alleen gericht op jonge mensen, komt steeds vaker voor, ziet expert Kelly Charles-Collins. En dat helpt niemand, zegt ze. ‘Juist in een krappe arbeidsmarkt is het beter om een brede kandidatenpool op te bouwen. Dus ook inclusief ouderen.’ Daar zijn er nu eenmaal heel veel van, zegt ze. En het zou zonde zijn om die allemaal zomaar buiten te sluiten, alleen vanwege rare vooroordelen of de stijgende leeftijd van je huidige personeelsbestand…

ouderen leeftijdsdiscriminatie

Meer over diversiteit?

Op donderdag 20 februari organiseert Werf& een speciaal seminar Diversiteit & Inclusiviteit. Deze middag zit vol met tips, tricks en inspiratie over hoe je als werkgever of bureau aan de slag kunt gaan met dit thema. Niet met diversiteit & inclusiviteit als doel an sich, maar als middel om betere mensen aan te trekken voor betere teams voor de eigen organisatie (of klanten).

diversiteit seminar cummings misfits

Lees ook:

 

‘Volgend jaar moeten 50 bedrijven met Open Hiring werken’

Bij het Amerikaanse Greyston Bakery nemen ze letterlijk iedereen aan. Tenminste: bij de kassa van deze bakkerij ligt al ruim 30 jaar een wachtlijst. Daarop kun je je naam en nummer opschrijven, en als je aan de beurt bent, word je benaderd en mag je er beginnen. Betaald. De eerste op de lijst krijgt de baan aangeboden. No further questions asked. Zo wordt uitsluiting in het selectieproces uitgesloten, en krijgt iedereen een kans (…als je geduld hebt).

Als je aan de beurt bent, mag je beginnen. No further questions asked.

Het concept kwam vorig jaar naar Nederland overgewaaid. Officieel was babyartikelwinkel MamaLoes uit Goirle de eerste, gevolgd door het Udense transportbedrijf Chain Logistics en leerlooijerij ECCO Leather in Dongen. Ook De Koekfabriek in Wageningen, aannemer Kleywegen in Woerden worden toegevoegd aan de lijst, die inmiddels 13 bedrijven telt die in elk geval een deel van hun vacatures openstellen voor iedereen die maar wil. Belangrijk daarbij: niemand krijgt een afwijzing. Je kunt hooguit een telefoontje krijgen: ‘Gefeliciteerd, je mag aan het werk.’

Meer werk voor kansarmen?

Ook in de politiek is het initiatief inmiddels opgevallen. Via een (aangenomen) motie van Kamerleden van 50PLUS en D66 is de regering in september opgeroepen in overleg te gaan met sociale partners en VNG om te kijken of Open Hiring de kans op werk kan vergroten voor mensen met de grootste afstand tot de arbeidsmarkt. En daar lijkt het wel op, volgens de eerste ervaringen, zoals die recent zijn opgetekend in Sociaal Bestek.

Bij de eerste 3 bedrijven meldden zich ongeveer 200 mensen voor de aangeboden vacatures.

Wat bijvoorbeeld opvalt, is dat bij de eerste drie bedrijven ongeveer 200 mensen zich hebben gemeld voor de aangeboden vacatures. Geen klein aantal, schrijven Fabian Dekker en Lisa Jansen, beide verbonden aan de betrokken Start Foundation. Zeker ‘gezien de huidige periode met lage werkloosheid en de moeite die veel werkgevers hebben om personeel te vinden.’ En dan blijken het over het algemeen ook nog eens heel gemotiveerde mensen die graag willen werken, constateren ze.

De recruiter overbodig?

‘Zowel Start Foundation als de deelnemende bedrijven hadden niet verwacht dat zoveel mensen zich zouden inschrijven op de wachtlijst’, aldus Dekker en Jansen. Waar dat succes aan te danken is? ‘De eerste signalen wijzen erop dat dit komt door niet van bovenaf te willen sturen op matching en te dreigen met kortingen op uitkeringen, maar door een signaal van vertrouwen af te geven richting werkzoekenden. Dit stimuleert […] de motivatie van mensen.’

Kan Open Hiring ook werken voor hoger geschoold werk? Een relevante vraag…

Maakt het daarmee de recruiter overbodig? Bij de deelnemende bedrijven natuurlijk wel. Hooguit is de recruiter nog nodig om de wachtlijst bij het bedrijf voldoende bekend te maken bij de juiste doelgroep. Al zal ‘de toegevoegde waarde van het concept zich in het komende jaar moeten gaan bewijzen’, aldus de auteurs. Met name de vraag of het ook lukt voor hoger geschoold werk achten ze daarbij relevant. Zou je bijvoorbeeld ook iedereen die dat maar wil als beleidsambtenaar kunnen benoemen? En wat zouden daarvan de gevolgen zijn?

Solliciteren blijkt voor velen lastig

Spannende vragen, erkennen de auteurs meteen. Maar met deze open vragen ‘in het achterhoofd’ roepen ze evenwel enthousiaste werkgevers in Nederland op om volop te gaan experimenteren met Open Hiring. Zo moeten die 50 deelnemende bedrijven, die ze zichzelf voor volgend jaar ten doel hebben gesteld, vanzelf volgen. En met het huidige groeitempo is dat nog niet eens zo’n gekke verwachting.

‘Een sollicitatiegesprek, daar zie ik enorm tegenop.’

Ondertussen zou voor de Nederlandse recruiters ook nog een andere conclusie getrokken kunnen worden. Solliciteren blijkt namelijk voor velen nog een heel spannend proces, waar veel mensen ook zacht gezegd een fikse hekel aan hebben. Zoals de 31-jarige Martijn Walraven, met een opleiding in het bank- en verzekeringswezen, die in Trouw vertelt over zijn sollicitatievrees. ‘De drempel om te solliciteren is erg hoog voor mij’, vertelt hij. ‘Ik heb wel brieven geschreven, maar ben nooit uitgenodigd. Een sollicitatiegesprek, daar zie ik trouwens ook enorm tegenop.’

‘Geen sollicitatiegesprek? Heerlijk!’

Nu werkt Walraven – tot veel genoegen – bij ECCO in Dongen. En zo zijn er meer soortgelijke verhalen. Het geldt bijvoorbeeld ook voor de 49-jarige Natasja van Gimst, die in april bij MamaLoes in Goirle begon. ‘Ik zag op Facebook dat ze mensen zochten en geen sollicitatiegesprek zouden voeren. Dat leek me wel wat, want ik keek er tegenop om weer te moeten solliciteren’, zei ze er vorig jaar over.

Recruiters jagen blijkbaar veel mensen schrik aan, uit angst voor wéér een afwijzing.

Misschien zit daar nog wel de grootste les van het hele Open Hiring-verhaal tot nu toe. Dat ‘een afstand tot de arbeidsmarkt’ vaak synoniem is geworden voor: ‘Een afstand tot het overtuigen van de recruiter’. Als poortwachters van organisaties jagen recruiters blijkbaar velen schrik aan, uit angst voor wéér een afwijzing. Soms geven mensen de hele zoektocht dan maar op. Waarmee kostbaar talent voor de arbeidsmarkt verloren gaat. En juist dat zou toch te denken moeten geven. Want óók als je niet van plan bent met Open Hiring aan de slag te gaan, denk dan in elk geval eens na over de toegevoegde waarde van al die zware selectiemechanismes die je optuigt. Zijn ze werkelijk nodig om jouw organisatie beter te laten functioneren? Of zou het ook anders kunnen? Wie sluit je daarmee – op voorhand – buiten?

Lees ook:

Dit zijn de 7 allerbeste boeken van 2019 (voor recruiters)

Ook in 2019 verschenen er weer tal van boeken die – al dan niet direct – het vak van de recruiter vooruit probeerden te helpen. Wij namen vrij frequent zo’n boek ter hand, en haalden er dan wat tips uit. Welke boeken bleven ons daarvan het meeste bij, en wat leerden we daaruit?

#1. Ralf Knegtmans en Ylva Poelman – Leiderschap in de digitale wereld

Minder een strikt boek over recruitment dan zijn voorganger, over Agile Talent. Maar opnieuw laat Knegtmans, dit keer samen met ‘De Bionische vrouw’ Ylva Poelmans, overtuigend zien te weten waar je kandidaten in deze digitale tijd op zou moeten selecteren – en hoe tools dat op een goede manier kunnen ondersteunen. Met aandacht voor tools als HumanPredictions, Crystal Knows en LinkedIn Talent Insights om goed te kunnen sourcen, en tools als HFM Talentindex, Skeeled, Seedlink en Humanize om beter te leren selecteren.

Al die tools leiden er volgens de auteurs van dit boek toe dat werving en selectie steeds meer proactief kan worden: niet pas beginnen zodra een vacature ontstaat, maar al daarvóór kun je je dan als recruiter als strategisch adviseur opstellen op het gebied van leiderschap. Want leiderschap, dat is nu misschien wel harder nodig dan ooit, zo stellen ze. Al gaat dat dus wel om héél andere leiders dan we gewend zijn.

wim thielemans boeken#2. Wim Thielemans – Jobrepair

Nog een auteur die hier al vaker de kolommen vulde, destijds met het boek Slim Interviewen, waarin Thielemans uitlegt hoe je aan de hand van het CACTUS-model beter attitudegerichte sollicitatiegesprekken kunt voeren. Dit keer duikt hij in het terrein van job crafting, job carving, reskilling en upskilling. Aan de hand van aansprekende en herkenbare verhalen helpt hij twijfelaars bij de vraag hoe ze hun baan weer leuk kunnen maken, maar tegelijk biedt hij ook recruiters een toolkit met middelen om hieraan óók te kunnen bijdragen.

Auteur Wim Thielemans organiseert op 17 december een webinar over dit boek.

Auteur Wim Thielemans organiseert overigens op 17 december om 15.00 een webinar over dit boek (inschrijven wel zo handig, ook als je de uitzending eventueel later wilt (terug)kijken). Zijn belangrijkste boodschap: functiebeschrijvingen zijn eerder een sta-in-de-weg dan een hulpmiddel, en je baan leuk maken, dat zul je vooral zelf moeten doen. Maar het is soms ook wel heel fijn als iemand er een handje bij helpt. En Thielemans weet ook hier weer een fijn rijtje nieuwe acroniemen toe te voegen, zoals:

  • DODO (Demotivatie, Opportuniteit, Depressie en Optimisme)
  • BROUWT (Beloning, Relaties, Omgeving, Uw Waarden en Taken) en
  • CAFEE (Contact, Analyse, Feedback, Engagement en Evaluatie).

#3. Victor Assad – Hack Recruiting

Nationaal was de oogst dit jaar misschien wat beperkt, internationaal verschenen er wel opvallend veel recruitmentboeken om rode oortjes van te krijgen. Zo besteedden we eerder op deze site al aandacht aan uitstekende boeken als Katrina Colliers The Robot-Proof Recruiter en Recruiting Sucks… But It Doesn’t Have To van Steve Lowisz. En dan waren er ook nog bijzonder lezenswaardige boeken van bijvoorbeeld Jan Tezge (The Full-Stack Recruiter), Greg Savage (The Savage Truth) en een mooie wetenschappelijke benadering van recruitment door Kate O’Loughlin (The Science of Talent). Om maar een paar voorbeelden te noemen.

Zeer speciale vermelding verdient ook het vuistdikke Hack Recruiting, een boek waarin Victor Assad uitlegt hoe moderne technologie kan helpen om de recruitmentfunctie nu eens echt analytisch en strategisch te maken. Volgens hem kunnen recruiters nu beschikken over dezelfde mooie technologie als marketeers om hun employer brands te bouwen en goede kandidaten te vinden. Maar technologie is geen silver bullet, zegt hij. Nog steeds moeten organisaties volgens hem zélf hun proces onder de loep nemen en vooral: beter gaan interviewen.

#4. Sprout – Hard gaan met de beste mensen

Sprout, platform voor en over jonge ondernemers, start-ups en scale-ups, onderging afgelopen jaar (opnieuw) een gedaanteverandering. Het magazine van weleer werd al een tijdje geleden ingeruild voor het formaat van een bookazine, maar dit jaar verschenen als papieren bijlage bij het merk zelfs alleen nog maar boeken rondom één thema, de zogeheten ‘groeigidsen’.

Het is mooi te zien hoe snelgroeiende bedrijven naar hun personeelsvraagstuk kijken.

Het eerste boek in die reeks ging over mensen. Want het zijn je medewerkers die het groeisucces van je bedrijf maken of breken, aldus Sprout. Met onder meer learnings van jonge bedrijven als Swapfiets, Bynder, ScySports en Voys neemt de auteur de lezer mee in onderwerpen als hiring plannen, de software rondom selectie, het nut van cv’s en hoe je goede onboarding vormgeeft. Niet alles is nieuw of wisten we nog niet, maar auteur Alex van der Hulst schrijft het wel lekker vlot op, en het is mooi om een gedegen inkijkje te krijgen in hoe snelgroeiende bedrijven naar hun personeelsvraagstuk kijken.

#5. David Ducheyne en Fons Leroy – Zero Exclusion

Na #2 het tweede Vlaamse boek in deze lijst. Maar daarom zeker nog niet minder interessant, want ook op de Nederlandse markt speelt het diversiteitsvraagstuk steeds meer. En dan trouwens niet alleen diversiteit, maar vooral ook inclusiviteit. Oftewel: niet alleen being invited to the party, maar ook asked to join in and dance, zoals het cliché inmiddels luidt.

De auteurs weten in dit boek 10 inspirerende voorbeelden van bedrijven over dit onderwerp samen te vatten, naast 15 inhoudelijke expertbijdragen. Vooral de cijfers over demografie overtuigen daarbij sterk in de hoofdboodschap dat diversiteit allang geen PR-dingetje meer is, maar gewoon bittere noodzaak als je op de arbeidsmarkt van morgen nog aan talent wil komen. ‘Wie morgen nog medewerkers wil vinden, zal de eigen blik moeten verruimen, naar de overkant van de zaal moeten stappen en uitnodigen om te dansen’, aldus de auteurs. Hun optimistische reactie is daarbij dat het kan, dat het zelfs niet eens zo moeilijk is, maar ook: dat het niet vanzelf gaat. #ZeroExclusion is overigens ook nog eens veel meer dan een boek. Het is de start van een heuse campagne die 5 december van start gaat en (vooral Vlaamse) organisaties en experts uitnodigt om samen een ‘#All-Inclusivereis’ mee aan te vangen.

boeken ongekend talent#6. Bartel Geleijnse – Ongekend talent

‘Eindelijk iedereen werk’ is de ondertitel – en mooie belofte – van dit boek van een van de drijvende krachten achter ‘sociale onderneming’ The Colour Kitchen. ‘Vacatureoverschot? Er staat voldoende talent te trappelen om aan het werk te gaan. Je moet alleen weten waar te zoeken. Of in dit geval: hoe te kijken’, aldus auteur Bartel Geleijnse.

‘Vacatureoverschot? Er staat voldoende talent te trappelen. Je moet alleen weten waar te zoeken.’

Echt nieuwe inzichten staan er niet in, in dit boek. Maar inspirerend is het zeker. En vol met mooie vragen als: ‘Hoe kan het nou zo zijn dat wij niet iedereen laten meedoen op de arbeidsmarkt? Waarom moet iedereen perfect zijn? Waarom willen we de 100 dingen die we vandaag door 4 mensen laten doen volgend jaar door 3 mensen laten doen?’ Allemaal vanwege dat ene doel: de 1,3 miljoen mensen die in Nederland nu nog langs de kant staan ook laten meedoen. Omdat het kan. En omdat het goed is.

boeken hr analytics#7. Fenna Piersma en Alicia Streppel – HR Analytics

Er waren natuurlijk al wel meer boeken over HR-analytics en data-driven beslissingen in HRM. Maar dit boek vat de bevindingen daarover nog eens mooi samen in een ‘praktische inleiding’. Die is met name bedoeld voor studenten en anderen in het onderwijs, maar ook voor vele anderen die al wel eens van het onderwerp gehoord hebben, maar er toch nog meer van willen weten.

Het naar eigen zeggen ‘eerste studieboek op het gebied van HR Analytics‘ bevat speciale (korte) hoofdstukken over thema’s als arbeidsmarktcommunicatie, de wervingsbehoefte, welke kanalen je daarvoor kunt inzetten en hoe je analytics kunt gebruiken in je selectieprocedures. Het scheert soms misschien iets te veel langs de oppervlakte, en mist de diepgang die we bij eerdere boeken op dit terrein soms wel zagen. Maar dat kun je natuurlijk ook in het voordeel van dit boek uitleggen: wie een eerste stap op dit gebied wil zetten, is hier aan het goede adres.

Boek gemist?

Hebben we een boek gemist? Of ben je zelf iets moois aan het schrijven dat in 2020 verschijnt? Laat het ons weten!

Lees ook:

Arbeidsmarkt krap als nooit tevoren, maar baan zoeken blijven we lastig vinden

Hoewel er ook wat signalen van een kanteling zijn, is het in feite nog steeds hosanna op de arbeidsmarkt. Onze werkloosheid is laag, het aantal vacatures enorm hoog, en steeds meer bedrijven ervaren beperkingen in hun groei door de personeelstekorten. Volgens CBS-data had 25% van de werkgevers dit jaar problemen met productie of andere activiteiten als gevolg van een tekort aan gekwalificeerde werknemers, een cijfer dat in jaren niet zo hoog is geweest.

tekort aan arbeidskrachten

Sectoren zoals verhuur van goederen en andere zakelijke diensten (42%), transport en opslag (32%) en informatie en communicatie (31%) worden het meest getroffen door een tekort aan arbeidskrachten. Ook in de horeca is het kommer en kwel: het aantal horecabedrijven dat kampt met een personeelstekort steeg in het derde kwartaal naar 35 procent, een recordhoogte. Er staan ruim 23.000 vacatures open in de sector, aldus het CBS.

De andere kant van de arbeidsmarkt

En dan stuiten we ineens op een opmerkelijke paradox. Want ondanks het recordaantal vacatures en bedrijven dat zegt te kampen met krapte, is er ook een andere kant aan de arbeidsmarkt. En dat zijn niet alleen de 1,0 miljoen mensen die nog steeds langs de kant staan (het zogeheten onbenut arbeidspotentieel), maar ook het feit dat nog steeds veel mensen zeggen dat het best lastig is om een (andere) baan te vinden.

Ondanks de krapte zeggen nog steeds veel mensen dat het lastig is om een baan te vinden.

Uit een online onderzoek van vacaturezoekmachine Jobrapido onder zo’n 3.500 werkzoekenden blijkt dat de meerderheid van de respondenten (58%) van mening is dat het vinden van een baan in Nederland nog steeds moeilijk (39%) of zelfs heel moeilijk (19%) is. Onder respondenten die (willen) werken in de klantenservice of administratie is dit zelfs 71%: 50% vindt het moeilijk, 21% zelfs ‘heel moeilijk’.

arbeidsmarkt moeilijk jobrapido

‘Talent mismatch’

Er is blijkbaar sprake van een ‘talent mismatch’, zegt Rob Brouwer, CEO van Jobrapido. En die mismatch moeten we volgens hem hoognodig corrigeren. ‘Om bedrijven te laten groeien en mensen vooruit te helpen in hun loopbaan.’

‘We moeten de talent mismatch corrigeren om bedrijven te laten groeien en mensen vooruit te helpen.’

De oplossing van Jobrapido daarvoor: relevante vacatures onder de aandacht te brengen van relevante kandidaten, via bijvoorbeeld ‘Programmatic Recruitment’ en de eigen ‘Smart Intuition Technology™’, een tool die kunstmatige intelligentie loslaat op vacatures en zoekgedrag om vacature en werkzoekende automatisch te koppelen – op maat en op tijd.

jobrapido rob brouwer media breakfast

De Amazon-experience

Het grote doel van Brouwer is een baan zoeken de ‘Amazon-experience’ mee te geven. ‘Partijen als Amazon en Bol.com hebben op de markt van online shopping het probleem allang opgelost. Vraag en aanbod zijn daar via technologie heel dicht bij elkaar gebracht. Ze kunnen elkaar heel makkelijk vinden. Waarom is dat op de arbeidsmarkt nog niet zo? Als er zoveel banen beschikbaar zijn, waarom moet ik dan nog steeds zo lang zoeken naar een baan, en kan ik nog steeds niet gewoon gevonden wórden?’

‘We hebben van bijna 100 miljoen mensen niet alleen naam, leeftijd en opleiding, maar ook hun intent data.’

De Nederlander Brouwer is sinds 2015 CEO van het Italiaanse Jobrapido. Daarvoor werkte hij onder meer bij Randstad, Jobline en Monsterboard. Steeds zag hij hoe moeilijk het was om matches op de arbeidsmarkt tot stand te brengen. Maar hij gelooft erin dat met de stand van de huidige technologie dat makkelijker wordt dan ooit. ‘We hebben op elk moment van de dag 20 miljoen jobs in de hele wereld op onze site staan, in Nederland zo’n 500.000. Daarnaast hebben we profielen van bijna 100 miljoen mensen in onze database. En dan niet alleen naam, leeftijd en opleiding, maar ook hun intent data: wie ben je? En wat wil je graag? Als je al die data kunt koppelen, kun je een heel nieuwe ervaring creëren.’

Je hoeft alleen nog maar te solliciteren

Als je dit idee ver doortrekt, kan het zo zijn dat je als kandidaat niet meer op zoek hoeft naar een relevante baan, maar dat je de vacatures gewoon naar je toegestuurd krijgt, en je eigenlijk alleen nog maar hoeft te solliciteren. Liefst zelfs met één simpele druk op de knop. Zoals Amazon dat ook doet als het gaat om consumentenaankopen, aldus Brouwer.

Als kandidaat krijg je alleen nog de jobs te zien die matchen met jouw profiel.

Het sleutelwoord daarbij is ‘relevantie’, zegt de Jobrapido-CEO. Door statische data (zoals opleiding en ervaring) en gebruikersgedrag te analyseren, kun je mensen volgens hem een relevante, gepersonaliseerde ervaring bieden, en hoef je als werkgever ook steeds minder te communiceren naar mensen die toch eigenlijk geen interesse in je hebben. Als kandidaat krijg je dan alleen jobs te zien die matchen met jouw profiel, en kun je ook gepersonaliseerde alerts krijgen. Ook kun je comments over een werkgever lezen, en kun je – net als bij Amazon – een overzicht krijgen van meerdere vendors. Alleen gaat het hier dan niet om producten, maar om vacatures.

De beloofde relevantie waargemaakt

Daarvoor is natuurlijk wel nodig dat zowel de beschikbare vacatures als de profielen in de database goed op elkaar kunnen worden gelegd, zodat de beloofde relevantie ook kan worden waargemaakt. Maar Brouwer denkt dat met de zelfgebouwde ‘Smart Intuition Technology™’ nu ook daadwerkelijk in de praktijk te kunnen. Zijn belofte is daardoor: ‘On-demand gekwalificeerde kandidaten, dankzij slimme programmatic oplossingen.’ En dan ook nog eens: snel geleverd. ‘Want dat zijn we inmiddels ook gewend van de online consumentenmarkt.’

belofte jobrapido

Volgens Brouwer willen zowel werkgever als werkzoekende op de arbeidsmarkt tegenwoordig grotendeels hetzelfde: niet al te lang zelf zoeken, maar liever geleverd kríjgen. En dan ook nog eens relevant en op tijd. ‘Onze missie is de Amazon for Jobs te worden’, zegt hij. Niet dat hij meteen net zo groot wil worden. ‘Maar het gaat me wel om de relevante ervaring die Amazon aan zijn klanten biedt.’

Iedereen een persoonlijke mail

Kandidaten krijgen een profiel op basis van wat ze zelf aangeven, maar ook op basis van waar ze op klikken en bijvoorbeeld welke sollicitaties ze bewaren. ‘Eigenlijk gewoon op basis van alles wat ze doen op onze site’, aldus Brouwer. Met als gevolg dat je volgens hem veel beter campagnes kunt voeren. ‘Stel dat ik verpleegkundigen zoek. Dan kan ik hiermee snel alle verpleegsters in een straal van 100 kilometer rondom mijn ziekenhuis uit de database trekken en een persoonlijke mail met een vacature sturen.’

Kandidaten krijgen een profiel op basis van ‘eigenlijk alles dat ze doen op onze site.’

Dat gebeurt nu eigenlijk al, zegt hij. ‘Elke maand sturen we zo 650 miljoen mails uit.’ En dat dus zo relevant mogelijk. Want alleen dan kan de belofte waargemaakt de Amazon-experience ook naar de wereld van werving en selectie te hebben gebracht. En alleen dan kan de paradox op de arbeidsmarkt – met veel vragers aan de ene, en net zo goed veel aanbieders aan de andere kant – naar tevredenheid worden opgelost.

Lees ook:

 

Hoe goed is de recruitmentsite van de ANWB? (Een academisch onderzoek)

Hoe zorg je voor een vloeiend en gebruiksvriendelijk verloop van het sollicitatieproces op je recruitmentsite? Een proces dat past bij de young professional die je wilt bereiken? De ANWB besloot laatst de eerder dit jaar op de som te nemen, voor haar eigen werkenbij-site, gemaakt door de specialisten van Talmark. Ze vroegen daarom de faculteit ‘Innovation Sciences’ van de TU Eindhoven om zowel kwanti- als kwalitatief onderzoek ernaar te doen. Twee studenten, Ayda Frings en Maxine Derksen, onder supervisie van Sima Ipakchian (Human Technology Interaction group), gingen vervolgens de uitdaging aan.

Literatuuronderzoek

Dat begon – zoals het hoort – allereerst met een duik in de literatuur. Daaruit bleek onder meer dat aantrekkelijke sites inderdaad leiden tot meer sollicitaties, en dat je bij voorkeur voor zo’n site het aantal kleuren beperkt tot 4, om te voorkomen dat hij rommelig en onoverzichtelijk overkomt. Ook ondervonden ze hier het belang van beeld, bulletpoints en een opmaak die bij belangrijke woorden afsteekt van de rest van de tekst. Verder bleek belangrijk: kort en bondig, actief taalgebruik. En mobielvriendelijk natuurlijk, wat onder meer wil zeggen dat het menu tot een minimum beperkt moet blijven.

Maar dan de praktijk…

Maar dan, de praktijk. Frings en Derksen besloten eerst tot een kwalitatief onderzoek met een aantal participanten. Die kregen in drie kwartier tot een uur een usability test voorgeschoteld, gevolgd door een interview. Het ging daarbij om twee soorten vacatures: vaste en vakantiebanen, op zowel een mobiel device als een desktop computer. In totaal namen 11 mannen en 8 vrouwen van gemiddeld 22 jaar – precies de ANWB-doelgroep – deel aan dit deel van het onderzoek.

11 mannen en 8 vrouwen van gemiddeld 22 jaar namen deel aan het kwalitatief onderzoek.

Zij kregen daarbij vragen als: ‘Stel, je bent een ICT’er met affiniteit voor Java. Zoek een vacature die hierbij aansluit. Hoeveel vrije dagen heb je per jaar? Waar is jouw afdeling verantwoordelijk voor? En met wie kun je contact opnemen?’ Of: ‘Je wilt graag een zomerbaantje bij de ANWB. Je woont in Den Haag. Je wilt een baantje op minimaal MBO-niveau. Zoek een vacature die hierbij aansluit. Welke talen heb je hiervoor nodig? Welke persoonlijke eigenschappen heb je hiervoor nodig?’

Think-aloud-protocol

Tijdens het uitvoeren van de opdrachten moest de participant steeds een zogeheten think-aloud-protocol volgen. Dit houdt in dat de participant zijn/haar
gedachten tijdens de opdrachten hardop moest uitspreken, zodat deze tekst later aan een analyse kon worden onderworpen. Ook werden er schermopnames gemaakt tijdens de opdrachten. Waarna dan nog een semi-gestructureerd interview met de experimentleider volgde, waarbij de interviewer dieper inging op bepaalde antwoorden van de participanten.

Bijna alle participanten gaven aan bij voorkeur een computer te gebruiken om vacatures te zoeken.

Daar kwamen al meteen opmerkelijke resultaten uit. ‘Handig’, ‘overzichtelijk’ en ‘makkelijk in gebruik’, oordeelden bijvoorbeeld sommigen over de ANWB-site. Maar anderen waren ook kritisch. ‘Niet duidelijk dat ook plaatsnaam ingevoerd kan worden.’ ‘Verschil tussen vakgebied en werkgebied onduidelijk’. Of: ‘filtermenu niet gezien’ (smartphone). Opvallend verder: de doelgroep van het onderzoek mag dan jong zijn geweest, dat betekent nog niet dat ze voor vacatures allereerst op hun telefoon kijken. Sterker nog: bijna alle participanten gaven aan hiervoor bij voorkeur een computer te gebruiken, omdat dit overzichtelijker en sneller zou zijn. Bovendien staat hun cv ook zelden op hun mobiel.

werken bij anwb

Liever een grid dan een lijst

Na het literatuur- en het kwalitatieve onderzoek stelden de twee studenten ook nog een online survey van 19 meerkeuzevragen op in GoogleDocs. Doel hiervan was om de voorkeuren van young professionals met betrekking tot inhoud en opmaak van het vacatureoverzicht en de vacaturepagina van de ANWB te kwantificeren. In totaal 30 hoogopgeleide participanten deden hieraan mee, 21 mannen en 9 vrouwen, met een gemiddelde leeftijd van 23 jaar.

De meeste gebruikers zien liever een ‘grid’-weergave van de vacatures dan een lijst.

Hier konden de onderzoekers dus nóg iets meer de diepte in. Zo bleek hier bijvoorbeeld dat de meeste gebruikers liever een ‘grid’-weergave van de vacatures zien, dan een lijstweergave. Bij de eerste vorm (links) zie je in één oogopslag meer functies, en kun je sneller vinden wat je zoekt, aldus het merendeel van de respondenten. Van de lijsten werd dan weer gezegd dat ze ‘rustiger’ ogen, en dat je maar in één scanrichting hoeft te zoeken.

Postcode zelden als filter geselecteerd

De onderzoekers keken ook welke zoekfilters de kandidaten in hun zoektocht selecteerden. Daarbij bleken vakgebied, opleidingsniveau en regio veruit het meest populair. Met name postcode werd echter zelden als filter gebruikt.

Mínst belangrijk op een recruitment, zo zeggen de respondenten, zijn informatieve filmpjes.

En wat valt er eigenlijk te zeggen over de inhoud van de vacature? Dat de meeste respondenten de functievereisten als duidelijk de belangrijkste informatie zien, gevolgd door de werkzaamheden, het salaris en de werkdagen. Het mínst belangrijk, zo zeggen ze, zijn informatieve filmpjes, informatie over de inhoud van de sollicitatiebrief en informatie over de organisatie. Andere bevindingen: het overgrote merendeel wil graag een ‘markeerfunctie’ om vacatures makkelijk terug te kunnen vinden. En 97 procent zegt het liefst via e-mail om te solliciteren, 2 keer zoveel als het aantal mensen dat graag een contactformulier invult en 4 keer zoveel als mensen die graag via whatsapp zeggen te solliciteren (mensen mochten 3 mogelijkheden selecteren).

anwb wegenwacht

Aanbevelingen: liever mailbutton

De onderzoekers hebben ook een aantal aanbevelingen in petto om de verbeterde ANWB-site, in 2016 al genomineerd voor een Digitaal Werven-Award, nóg verder te verbeteren. Zo raden ze aan om bijvoorbeeld filters toe te voegen voor ‘opleiding’, ‘aantal uur’, ‘dienstverband’ en ‘taal’. Ook adviseren ze een functie waarmee gebruikers een vacature kunnen opslaan. Dit zou moeten kunnen op de pagina zelf, of door de gebruiker de vacature naar zichzelf te laten mailen.

De onderzoekers raden aan filters toe te voegen voor ‘opleiding’, ‘aantal uur’, ‘dienstverband’ en ‘taal’.

Ook mag van de onderzoekers met name voor de smartphone de whatsapp-button kleiner in beeld komen, ‘zodat het beperkte schermformaat niet nog verder gelimiteerd wordt’. En ze zien liever een mailbutton dan een whatsapp-button, omdat de doelgroep aangeeft toch vooral via mail te willen solliciteren. Verrassende resultaten misschien, maar het laat in elk geval wel zien dat geen enkele site zo mooi is of hij valt nog te verbeteren. (En dat ook jonge mensen niet altijd zo digitaal savvy zijn als we wel eens geneigd zijn te denken, maar dat terzijde…).

Meer weten?

Vraag het hele onderzoek op bij Talmark. Of lees de whitepaper met 8 geheimen van een goede recruitmentsite.

Hoe staat het nu écht met de arbeidsmarkt? (12 signalen)

Is het glas op de arbeidsmarkt nou halfvol of halfleeg? Gaat het nog steeds de goede kant op, of zitten we op een kantelpunt en staat een flinke afkoeling te wachten? Er zijn ‘mixed signals‘, hield Geert-Jan Waasdorp vorige week zijn gehoor voor tijdens het bureaudirecteuren-evenement dat Intelligence Group organiseerde. ‘Maar ik zie meer kleine minnetjes dan kleine plusjes.’ Laten we dan maar met die plusjes beginnen:

#1. Vacatures nog steeds op top

‘Het gaat echt héél goed’, zei CBS-hoofdeconoom Peter Hein van Mulligen recent nog tegen het FD. ‘De dynamiek op de arbeidsmarkt is enorm. Voor een net zo krappe arbeidsmarkt als nu moeten we waarschijnlijk terug naar de jaren 60 van de vorige eeuw.’

In september 2019 lag het aantal openstaande vacatures op 288.000, een record.

Eind september 2019 was het aantal openstaande vacatures opgelopen tot 288.000, opnieuw een groei van 4.000 ten opzichte van een kwartaal eerder, toen ook al een record werd aangetekend. Het is nu al 6 jaar lang dat het aantal openstaande vacatures elk kwartaal toeneemt. Er zijn momenteel zelfs ruim 3 keer zoveel vacatures als op het dieptepunt in 2013. En ook niet eerder werden er zoveel vacatures vervuld in een kwartaal als in het derde kwartaal van dit jaar: 312.000.

#2. Ook vacaturegraad op recordniveau

Net als het aantal vacatures staat ook de vacaturegraad, het aantal vacatures per 1.000 banen, nog steeds op piekniveau. Het gaat nu om 33 vacatures per 1.000, wat nog steeds hoger is dan de vorige top, in 2007 en 2009 (toen er 32 vacatures per 1.000 werknemersbanen waren). Het hoogst is de vacaturegraad (al jarenlang) in de bedrijfstak informatie en communicatie. Eind september waren er in deze bedrijfstak 66 vacatures op duizend werknemersbanen, 1 meer dan aan het einde van het tweede kwartaal. Hierna volgen de bouwnijverheid met 55 vacatures per duizend banen en de horeca met 51 vacatures per duizend banen. In deze bedrijfstakken is het gebrek aan werknemers dus het meest nijpend.

Het aantal vacatures is historisch hoog, gerelateerd aan het aantal banen en werklozen.

Niet alleen relatief aan het aantal banen is het aantal vacatures overigens historisch hoog. Dat is het ook gerelateerd aan het aantal werklozen. Er zijn nu gemiddeld 90 vacatures per 100 werklozen. Het hele jaar lang ligt dit aantal al boven de 80, wat tot eind vorig jaar juist het record was.

#3. Aantal banen nog nooit zo hoog

Niet alleen het aantal vacatures bereikt records die voorheen ondenkbaar waren, dat geldt in zijn algemeenheid ook voor het totaal aantal banen. Het aantal banen groeit al 5 jaar achter elkaar, in het vorige kwartaal nog met 21.000, en het afgelopen jaar met in totaal 128.000. Vanaf het tweede kwartaal van 2014 zijn er al 958.000 banen bijgekomen (een groei van +9,8 procent). De groei van de banen piekte in het derde kwartaal van 2017 met 74.000.

Vanaf het tweede kwartaal van 2014 zijn er al 958.000 banen bijgekomen.

Het aantal mensen met betaald werk nam in oktober toe tot 9,0 miljoen, aldus het CBS. En dat waren ook nog eens steeds meer vaste banen zo blijkt. In het derde kwartaal hadden 5,6 miljoen werknemers een vaste arbeidsrelatie, 213.000 meer dan een jaar eerder.

#4. Werkloosheid nog steeds zéér laag

Het aantal langdurig werklozen, degenen die al een jaar of langer op zoek zijn naar werk, is in het derde kwartaal van 2019 gedaald naar 82.000. Dat zijn er 28.000 minder dan een jaar eerder in hetzelfde kwartaal. Het aandeel van de werklozen die een jaar of langer op zoek zijn naar werk kwam hiermee op 27 procent. In het derde kwartaal van 2018 was dat nog 34 procent.

Al sinds het tweede kwartaal van 2014 vinden er meer werklozen werk dan er mensen met werk werkloos worden.

De totale werkloosheid beliep in het derde kwartaal van 2019 zo’n 319.000. Dat waren er 14.000 méér dan het kwartaal ervoor. Hierdoor steeg ook het werkloosheidspercentage, van 3,3 naar 3,4. Maar toch kun je dit ook als goed nieuws opvatten: het betekent namelijk ook dat er méér mensen de arbeidsmarkt opstromen. Het aantal werklozen steeg dus vooral doordat in het afgelopen kwartaal meer mensen die niet actief waren op de arbeidsmarkt op zoek gingen naar werk en niet direct aan de slag raakten. Al sinds het tweede kwartaal van 2014 vinden er meer werklozen werk dan er mensen met werk werkloos worden.

#5. Demografie helpt handje mee

Een ander signaal dat de arbeidsmarkt niet zomaar zal omslaan is te vinden in de demografie. Door de vergrijzing komen nu eenmaal steeds minder jonge mensen de arbeidsmarkt op. Althans: het aantal jongeren dat instroomt houdt nu nog ongeveer gelijke tred met het aantal ouderen dat uittreedt. Maar als we immigratie niet meerekenen, stromen de komende 10 à 15 jaar veel meer mensen uit dan er bij komen. Dat werkt verdere krapte natuurlijk alleen maar in de hand.

#6. Arbeidsmarktactiviteit nog steeds hoog

Er is nog steeds veel dynamiek op de arbeidsmarkt. Intelligence Group komt in zijn Arbeidsmarkt Gedragsonderzoek tot maar liefst meer dan 1 miljoen actieve baanzoekers. Van de Nederlandse beroepsbevolking zou 12 procent actief op zoek zijn naar een andere baan, een stijging van 33.000 personen in 1 jaar. En dan is daarnaast ook nog eens ruim 46 procent van de Nederlandse beroepsbevolking niet actief op zoek, maar wel open voor ander werk. Ook dat is een record.

Bijna 17 procent van de hele beroepsbevolking stapte afgelopen jaar over naar een andere baan.

Naast een hogere activiteit, is ook het aantal personen dat daadwerkelijk van baan is gewisseld toegenomen ten opzichte van het derde kwartaal 2018. Bijna 17 procent van de hele beroepsbevolking stapte afgelopen jaar over naar een andere baan. De dynamiek en mobiliteit op de arbeidsmarkt zijn daarmee nog altijd ongekend hoog, aldus dit onderzoek.

Maar er zijn ook (flinke) minnetjes…

Als je het zo bekijkt, lijkt er dus geen vuiltje aan de lucht voor de arbeidsmarkt. Volop banen en vacatures te vervullen, volop werk voor recruiters dus ook. Maar er is ook een andere kant van de medaille. Het aantal ‘minnetjes’ in de signalen op de arbeidsmarkt. Zoals:

#7. Aantal uitzenduren daalt maar door

Het meest zorgelijke nieuws is waarschijnlijk dat het aantal uitzenduren al een tijd aan een vrije val bezig is. Het aantal uren daalt al 14 maanden achtereen, de afgelopen maanden zelfs met 9% ten opzichte van een jaar eerder. En wisten de uitzendbureaus de omzet eerst nog wel op peil te houden met een hogere marge, ook daarvan is nu geen sprake meer. De omzet daalt ook al 8 maanden achtereen. En die krimp lijkt bovendien toe te nemen. Zorgelijk, want de ontwikkeling van het aantal uitzenduren wordt vaak gezien als voorbode van de rest van de economische ontwikkeling.

De omzetkrimp bij de uitzendbureaus lijkt toe te nemen.

Vooral in de administratieve sector is de achteruitgang fors, met 11 procent minder uren ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar, en 7 procent minder omzet.

#8. Al 6 maanden neemt werkloosheid toe

Het is allemaal nog niet heel schokkend, maar de werkloosheid is alweer 6 maanden achter elkaar aan het groeien, meldt het CBS. En zo’n groei van het aantal werklozen gebeurde hiervoor voor het laatst in 2015. Het CPB voorziet zelfs een verdere stijging in 2020. Nog steeds licht, maar toch. Hier staan vrijwel alle seinen op rood. Het aantal werklozen steeg het afgelopen kwartaal met gemiddeld 3.000 per maand naar 323.000. En waar in het tweede kwartaal van dit jaar nog 95.000 werklozen een baan vonden, was dit het afgelopen kwartaal gedaald tot ‘slechts’ 86.000.

Bovendien groeide het aantal werklozen in dat kwartaal sterker dan het aantal vacatures. Het zijn misschien allemaal geen grote veranderingen, en netto leiden ze nog steeds tot een lage werkloosheid, maar het duidt wel op een ‘kantelpunt’ op de arbeidsmarkt.

#9. Sourcingsdruk stijgt niet meer

Intelligence Group meet in het Arbeidsmarkt Gedragsonderzoek al sinds 2013 onder meer de arbeidsmarktactiviteit, het aantal baanwisselingen in de beroepsbevolking en de zogeheten ‘sourcingsdruk’: het aantal mensen dat zegt het afgelopen kwartaal actief benaderd te zijn voor een andere baan. Al die indicatoren staan nog steeds op groen, maar de groei neemt wel duidelijk af. De sourcingsdruk is ten opzichte van vorig jaar bijvoorbeeld nog wel flink gestegen, maar sinds het vorige onderzoek een kwartaal eerder wel gedaald. ‘En dat is voor het eerst sinds ik dit meet’, aldus Waasdorp. ‘Er zit niet veel beweging meer in.’

#10. Zoekduur daalt niet meer

Nog zo’n indicator is de verwachte zoekduur: de periode die mensen aangeven zelf nodig te zullen hebben om een andere baan te vinden. Het kan gezien worden als de ‘vertrouwensindicator’ van de arbeidsmarkt. Denken mensen snel een andere baan te kunnen vinden? Of niet? Ook deze indicator kende de afgelopen jaren steeds een gestage daling. Maar in het laatste kwartaal stokte die daling ineens op 3,7 maanden. Toeval? Of zou er meer aan de hand zijn?

de arbeidsmarkt verwachte zoekduur

#11. Aantal online vacatures kent nulgroei

Belangrijk voor recruiters is natuurlijk de vraag: hoe gaat het aantal vacatures zich ontwikkelen? En daarvoor zijn verschillende indicatoren, zoals de conjunctuuronderzoeken die het CBS en het Economisch Instituut voor de Bouw regelmatig uitvoeren. Ook Jobfeed, de tool van Textkernel die de online verschijnende vacatures indiceert en bijhoudt, is wat dat betreft een goede graadmeter.

vacatures kantelpunt arbeidsmarkt

In de Jobfeed-cijfers lijkt het hoogtepunt inmiddels wel achter de rug zijn. Ook de andere indicatoren laten de laatste maanden vooral een knik omlaag zien. Afgelopen kwartaal is zelfs voor het eerst sinds eind 2013 een daadwerkelijke daling van het aantal vacatures gemeten, zo blijkt uit een analyse van Intelligence Group op vacaturedata van Jobfeed.

Al tekenen de onderzoekers hierbij wel aan dat de afname van het aantal vacatures ‘wel in perspectief moet worden geplaatst. In de afgelopen jaren steeg het aantal vacatures juist zeer sterk. Nu is er sprake van een daling, maar het absolute aantal vacatures is nog steeds erg hoog.’

#12. Onzekerheid neemt toe

En zo komen we bij de meest onzekere factor van allemaal: de toekomst. Want wie zal durven voorspellen hoe volgend jaar eruitziet? Wel is zeker dat er veel onzeker is. Of het nu gaat om de gevolgen van de WAB, de (al dan niet) Brexit, de internationale (handels)spanningen, de stikstofcrisis of de grillige huizenmarkt: het kan grote impact hebben op de arbeidsmarkt. ‘Ons vermoeden is dat de arbeidsmarkt komend jaar heel afwachtend is’, aldus Waasdorp. ‘Dus zowel voor werkgevers als werknemers. De huizenmarkt en arbeidsmarkt zijn duidelijk communicerende vaten. Als de huizenmarkt goed blijft, geldt dat ook voor de arbeidsmarkt. Maar draait het om, dan kun je wel eens de poppen aan het dansen hebben…’

Lees ook: