Dit zijn de 7 geheime ingrediënten van goede arbeidsmarktcommunicatie

Wat zijn de geheimen van goede arbeidsmarktcommunicatie? Tijdens de 5-daagse Leergang Arbeidsmarktcommunicatie, die 4 april weer van start gaat, komt het allemaal aan bod. Hier alvast 7 ingrediënten, die soms misschien wat voor de hand liggen, maar die onmisbaar zijn wil je zelfs in tijden van krapte toch jouw vacatures vervullen.

Ingrediënt 1: Denk doelgroep

Pieker vooral niet over wat jij wilt vertellen. Bedenk in plaats daarvan liever aan wie je het vertelt. Ken je de Golden Circle-methode van Simon Sinek? In plaats van te bedenken wát je als organisatie doet, moet je volgens deze methode bedenken wáárom je het doet. Neem bijvoorbeeld een bedrijf als Apple. Vertellen zij wat ze doen, namelijk computers en telefoontjes maken? Dan vindt niemand dat interessant. Maar vertellen ze waarom ze dat doen, namelijk: de status quo uitdagen? Dan sta je opeens in de rij voor de nieuwste iPhone.

Wil jij op deze krappe arbeidsmarkt succesvol werven? Dan moet je eigenlijk hetzelfde doen. Dus vraag je af: waarom zou je doelgroep je interessant vinden? De hamvraag is vervolgens: hoe doe je dat, de doelgroep afbakenen die jij wilt bereiken? Door een zogeheten persona op te stellen, inclusief push– en pull-factoren bij werkgevers. Et voilà: je hebt een gezicht bij wie je wilt bereiken! Het is nu een stuk makkelijker om jouw doelgroep aan te spreken, toch?

Ingrediënt 2: Data zijn je beste vriend

Goed, je hebt nu je persona, je ideale kandidaat. Maar dan nu de slag naar de échte wereld. Want gelukkig leef je in 2023, en heb je dus allesomvattende datasets tot je beschikking – zij helpen je een handje! Neem een dashboard als Giant, een tool die je feilloos inzicht geeft in de persona’s en doelgroepen die jij kunt werven. Dus niet alleen: met hoeveel ze zijn. Maar ook: hoe ze naar werk zoeken, en welk soort media ze daarbij gebruiken. Experimenteer er eens mee: voor je het weet zijn jouw vacatureteksten afgestemd op je droomkandidaat, die dan zelfs op deze krappe arbeidsmarkt binnen een mum van tijd aan jouw sollicitatietafel zit.

Ingrediënt 3: Bouw een ERM

Wil je om tafel met jouw droomkandidaat? Dan gaat daar de opbouw van Employee Relationship Management aan vooraf, oftewel: je moet nadenken over hoe jij relaties met (voormalige, huidige en potentiële) werknemers wil aangaan, onderhouden en uitbouwen. Goed ERM verloopt bovendien via verschillende kanalen: je werknemers horen via sociale media, maar ook via events, een personeelsblad, het intranet en een jaarlijkse kerstkaart iets van je.

Ingrediënt 4: Zorg voor referral

Heb jij een goede manier van ERM uitgestippeld? Dan komen we in de buurt van het doel. Immers: jouw werknemers hebben je inmiddels hoog zitten. En heb jij nieuwe vacatures te vervullen? Reken maar dat ze dan hun netwerk erover vertellen – zelfs zonder dat jij daar ook maar iets voor hoeft te doen. Ze hebben tenslotte een geweldige werkgever, en dat gunnen ze de beste professionals die ze kennen ook.

Referrals blijken gemiddeld van hogere kwaliteit, en zorgen voor een korter recruitmentproces.

Boem, de bal ligt in het netje! Jouw ERM heeft namelijk een hoge interne referral opgeleverd. In andere woorden: veel kandidaten komen bij jou binnen nadat ze door een werknemer zijn getipt. Zulke interne referrals blijken gemiddeld van hogere kwaliteit, en zorgen voor een korter recruitmentproces. Bovendien blijven kandidaten die een interne referral waren gemiddeld langer bij je werken, en hebben ze minder moeite om zich aan te passen aan je huidige team, zo blijkt onder meer uit het onderzoeksrapport Stand van Werven. En dat tegen een lagere investering.

Ingrediënt 5: Doe aan employer branding

Goede employer branding begint en eindigt letterlijk met rugdekking van je mensen; zonder dat val je door de mand. Vertel dus vooral wat jou onderscheidt op je socials en je website, zolang het ook maar écht zo is. Kijk naar het voorbeeld van Dirco, die zijn werkgever, de destijds 100-jarige KLM, op z’n rug liet tatoeëren. Tussen z’n schouderplaten, zo zien we op onderstaande foto, prijkte de toren van vliegveld Schiphol, een KLM-toestel, en het retro-logo van de airline.

Wat maakt dit nou zo goede employer branding?

  • Het zorgt voor relevante zichtbaarheid bij relevante doelgroepen vanuit jouw organisatie.
  • Het is continu en consistent aanwezig.
  • Het draait om gevoel: ‘Hoe praten medewerkers over jouw organisatie?’
  • Het is een indirect doel. Dus ook als je geen vacatures hebt kun je hieraan werken.

Goede employer branding is meer dan zomaar een campagne.

Goede employer branding is meer dan zomaar een campagne. Je kunt niet 4 weken lang op LinkedIn of op tv uitleggen wat jou als werkgever bijzonder maakt, en dan een inbox vol (open) sollicitaties verwachten. Natuurlijk, het is belangrijk dat jij je verhaal vertelt. Maar je werknemers moeten dat verhaal op kringverjaardagen en buurtbarbecues wel kunnen bevestigen. Ze moeten je net als Dirco (figuurlijk) rugdekking geven. En dat doen ze alleen als je écht een toffe werkgever bent. En niet als je in je advertenties alleen maar doet alsof.

Ingrediënt 6: Zoek wat je uniek maakt

Fijn dat je een toffe werkgever bent. Maar daarmee ben je er vanzelfsprekend nog niet. Immers: wel meer bedrijven zijn prettige werkgevers: ze betalen op tijd, hebben een vrijmibo en een 13e maand. Wil jij boven het maaiveld uitsteken? Dan moet je bedenken wat jou bijzonder maakt, en juist dat verhaal ook uitdragen. Ga op zoek naar jouw unique selling points en maak die wereldkundig op je website, LinkedIn en andere sociale media.

Ingrediënt 7: Maak een plan

Heb je een visie, en een strategie bedacht? Dan wordt het nu tijd voor een plan. Haal de input op van je HR-, communicatie- en recruitmentafdeling. Zij moeten je plan immers uitvoeren, of krijgen te maken met de gevolgen ervan. Elk goed (arbeidsmarktcommunicatie)plan begint met een probleemstelling: jouw plan is er tenslotte niet voor de sier – hij biedt concrete tools die krapte in jouw organisatie (preventief) gaan oplossen. Breng dus in kaart hoe jouw werkgeversmerk nu bekend staat en in hoeverre je in- en externe arbeidscommunicatie aanslaan, en vergelijk dat met je ideale scenario. Je probleemstelling is het gat ertussen.

Stribbelt de penningmeester tegen? Herinner haar of hem dan aan de huidige kosten van een vacature.

Daarna volgt de rest als vanzelf: aan welke randvoorwaarden moet jouw organisatie voldoen, wil het die doelen bereiken? Welke doelgroepen moet je aanboren om je visie te realiseren, en welke boodschap trekt hen aan? Via welke media kun je die boodschap het effectiefst onder hun aandacht brengen? En hoeveel geld is daarvoor nodig? Stribbelt de penningmeester tegen? Herinner haar of hem dan aan de huidige kosten van een vacature – die gaan met een sterk plan immers flink omlaag. Zorg vervolgens dat al je collega’s van je plan weten, en het draagvlak heeft – consistentie is immers belangrijk. En bedenk tot slot hoe en wanneer je de boel gaat evalueren. Belangrijk, want aan een plan zonder resultaat heeft niemand iets.

Meer weten?

Heb jij de ambitie om dit jaar the war for talent te winnen? Duik dan vanaf 4 april tijdens de 5-daagse Leergang Arbeidsmarktcommunicatie de diepte in. Daar ontdek je hoe je de arbeidsmarkt naar jouw hand zet, en hoe je zelfs in tijden van krapte jouw vacatures vervult. Via deze link vind je meer informatie, of schrijf je jezelf direct in.

Inschrijven
leergang arbeidsmarktcommunicatie

Detacheerders jubelen, maar gedetacheerden zijn minder happyhappyjoyjoy

In de Nederlandse detacheringsbranche valt weinig te klagen. Ja, het Binnenhof schakelt uitzendkrachten gelijk met gedetacheerden, wat allerlei nare consequenties heeft, maar ondertussen klotst het geld tegen de plinten. De VvDN (Vereniging van Detacheerders Nederland) constateerde vergenoegd over het derde kwartaal van 2022 dat de omzet met liefst 17% per werkdag is gestegen, vergeleken met een jaar eerder. Het aantal gedetacheerden in dienst steeg naar 16%. En het uurtarief zo’n 7%.

‘De groei gaat maar door. De krapte zorgt voor enorme kansen.’

Fred Boevé, bestuurslid VvDN zei hierover: ‘De groei gaat maar door. De enorme krapte op de arbeidsmarkt zorgt ervoor dat er veel kansen voor onze sector zijn. Waar organisaties en uitzendbureaus al de mensen niet meer hebben, hebben wij ze juist wel.’

Enorme turbulentie

Hij krijgt gelijk van de website ZiPconomy.nl, die voor de afgelopen negen jaar de mutatiecijfers vergeleek van gedetacheerden, zzp’ers, uitzendkrachten en mensen met een vast contract. Het is duidelijk dat van 2020 tot en met 2022 corona voor enorme turbulentie zorgde in de flexbranche en ‘voor storm, zelfs revolutie op de arbeidsmarkt’.

‘Corona zorgde voor enorme turbulentie in de flexbranche.’

Tijdens die lockdown vonden noodgedwongen veel arbeidsmutaties plaats. In de nasleep ervan kwam de werkloosheid in januari 2023 op 3,6%, leverden uitzendbureaus diezelfde maand veel uren in (tot -18,2%) maar herstelden detacheringsbureaus zich pijlsnel om op een gemiddelde kwartaalgroei van 9% uit te komen. Zzp’ers (13,5%) en detacheerders profiteren dus van de krappe arbeidsmarkt.

(bron)

Dus zouden de gedetacheerden nu helemaal happyhappyjoyjoy moeten zijn, en de uitzendkrachten de blues moeten voelen.

Toch niet, blijkt uit nieuwe onderzoekscijfers. Over de naar schatting 400.000 gedetacheerden in Nederland is relatief weinig bekend, zeker vergeleken met uitzendkrachten en mensen met een vaste baan. Met behulp van data en analyses van Intelligence Group keken we hoe gedetacheerden zélf hun arbeidsmarktsituatie beoordelen.

Gedetacheerden zitten anders in de film dan mensen in loondienst.

‘Ik ben bang binnen 12 maanden mijn baan te verliezen’: Waar de verschillen tussen de groepen klein zijn als het gaat om (zeer) mee eens op deze stelling, zien we bij (zeer) mee oneens duidelijk een verschil. Gedetacheerden zijn de enige categorie waar er minder personen mee (zeer) mee oneens zijn (van 70% naar 66%), terwijl bij de NBB als uitzendkrachten de groep groter werd. Mensen kregen meer vertrouwen in plaats van minder.

Misschien komt dat wel omdat het percentage uitzendkrachten dat mensen in hetzelfde beroep kende die werkloos zijn, van 9,9 naar 4,6% zakte, terwijl dat bij de gedetacheerden bijna even hoog bleef (van 9,6 naar 8,9%).

Optimistisch over vacatures

Over de hoeveelheid vacatures voor mensen in hun beroepsgroep zijn zowel uitzendkrachten als gedetacheerden steeds optimistischer, allebei ruim 5% erbij in het afgelopen jaar. Uitzendkrachten zijn gemiddeld trouwens jonger dan de gedetacheerden, onder de 25 jaar alleen al 38,5% versus 16,2%. Daartegenover staat de leeftijdscategorie 25-35 jaar: meer gedetacheerden (30,6%) dan uitzendkrachten (18,4%).

De gedetacheerde wordt vaker benaderd.

De gedetacheerde komt op het eerste gezicht somberder over, ondanks de gunstige arbeidsmarkt. Kijken we verder, dan wordt dat steeds merkwaardiger. Hij/zij wordt steeds vaker benaderd voor een nieuwe baan, de populairste heren en dames wekelijks, van 5,5 naar 6,5%.

Vast contract

Laten gedetacheerden zich van de ene naar de andere baan sturen, of zoeken ze zelf nieuwe opties? Actief of latent? Veel van de mensen die gedetacheerd zijn, kijken nu actief naar andere banen (16,9%, ongeveer twee keer zoveel als mensen in loondienst). Dat impliceert dat ze niet happy zijn in hun huidige werkplek. Kijk naar de jonge gedetacheerden die binnen 1 jaar vertrekken als ze zijn gedetacheerd: zoals bij banken die Know Your Customer-beleid moeten voeren (onderzoek naar financiële fraude bij cliënten) zijn enorme hoeveelheden researchers nodig voor saai bureaucratisch werk.

Uiteindelijk gaat 38,2% van de gedetacheerden op zoek naar een andere baan, omdat de huidige ze niet bevalt (21,8% in 2021). Een nieuwe uitdaging zoeken staat voor 13,7% centraal.

Jong en veel verloop

Gedetacheerden zijn veelal jong. Hebben een hoge doorlooptijd (en dus lage retentie). Al met al is het veelal een opstap naar een andere baan. Het verkoopargument dat je als gedetacheerde bij veel bedrijven binnen kijkt, is een stuk minder sterk dan het op het eerste gezicht klinkt: waarom zijn dan zoveel jonge gedetacheerden op zoek naar een andere baan? Kans bestaat dat ze het na de tweede opdracht voor gezien houden. In dat geval is het maar de vraag of ‘het goede werkgeverschap’ waar detacheringsbureaus vaak mee schermen wel hout snijdt.

Wie de data van Intelligence Group bekijkt, ziet dat als het gaat om vertrouwen in de toekomst of tevredenheid, een uitzendkracht nog beter af lijkt te zijn. Als ze kunnen kiezen, opteert de meerderheid der gedetacheerden voor een vast contract, daar zoekt 34,9% naar. Geen angst meer om je baan binnen 12 maanden te verliezen!

5 redenen waarom ook de middelgrote uitzendbureaus de race winnen van de grote jongens

Je kunt natuurlijk altijd een nieuw filiaal in GTA V openen, zoals Randstad Nederland recent deed. Als een van de grootste uitzendbureaus in ons land moet je steeds nieuwe terreinen verkennen, desnoods virtueel, nietwaar? Bakstenen filialen passen niet meer in de strategie, maar een kantoor om racefanaten te lokken, leek Kathleen Verpalen, senior account intercedent bij Randstad Transport en zelf fervent gamer, wel een goed idee. Ze vertelde eerder dat er al 4 in real life-gesprekken op volgden, voor functies als bijvoorbeeld zorgprofessional, beveiliger of medewerker schadebeheer.

Het marktaandeel van de grote uitzendbureaus zakt steeds verder weg.

Of de andere grote bureaus Randstad achterna racen na dit resultaat, moeten we nog afwachten. Er is in elk geval wel haast bij, want het marktaandeel van de grote bureaus (meer dan 1.000 werknemers) zakt steeds verder weg. In 2018 waren ze al ingehaald door de kleine uitzenders (10-199 werknemers) op basis van het aantal uniek geplaatste vacatures (bron, bewerkt door Intelligence Group), maar bleven ze de middenmoters (200-1.000) nog wel behoorlijk voor.

De middenmoot stoomt op

Vier jaar en twee coronagolven verder ziet de pitchstraat er ineens heel anders uit. In de sector intermediairs/arbeidsbemiddelaars zijn de kleine bureaus (tot 200 werknemers) begin 2023 goed voor 56% van alle vacatures. Daarmee hebben zij gezamenlijk (veruit) het grootste aantal vacatures. De grote bureaus zitten nu op 20%. Voor het eerst passeren de middenmoters (200-1.000 werknemers) hen met 24%.

Even opletten: de grote bureaus hebben daarmee meer dan 50% marktaandeel verloren (in unieke vacatures) na 2018! Dit past bij het beeld dat door de ABU wordt geschetst voor de eerste weken in 2023. Deze club – van vooral de grotere bureaus – meldt dat het aantal plaatsingen in januari met 18% is gedaald, de omzet met 9%.

5 verklaringen

Het zijn niet alleen deze cijfers die laten zien dat de grotere bureaus het nu relatief moeilijker hebben dan de middelgrote en kleinere. Hieronder nog 5 verklaringen voor deze ontwikkeling:

#1. Klein maar fijn

Tijdens de covid-19-pandemie zijn er veel nieuwe bureautjes bijgekomen. Die kunnen zich makkelijker op allerlei niches storten. Nieuwe partijen zonder zware IT-legacy kunnen snel groeien omdat ze meteen de marktconforme systemen kunnen inzetten en gebruik kunnen maken van de laatste technieken. Denk aan de juiste recruitment/ATS-systemen, zoals RecruitNow, Tigris, Byner of Otys. Ze vertrouwen meer op data zoals Jobdigger Insights en Giant en integreren makkelijk automation en platformtechnologie.

#2. Kandidaat centraal

Kleinere en middelgrote partijen zetten van oudsher al meer de mens centraal. Een kandidaat is hier geen nummer in een systeem. En wie nu de kandidaat heeft, heeft de markt. Daarom zie je dat bureaus zich meer gaan richten op de behoeften van kandidaten, zoals dagelijks betaald worden, 4 dagen werken, remote werken (in het buitenland), thuiswerken, zinvol werk. Een filiaal openen op GTA V is leuk en aardig, maar de kandidaat wil zich gezien voelen, liefst in een bakstenen filiaal met een levend mens – geen bot. In een markt waar de werknemer de baas is, moet de baas (en zijn uitzendbureau) beter luisteren. Dat is moeilijk met A.I.-chats.

#3. Geen MSP-deals uit het verleden

Kleine en middelgrote bureaus kunnen makkelijker groeien doordat ze geen slechte MSP-deals of wurg-SLA’s hebben met de grote inkooporganisaties. Daardoor hebben ze veel meer slagkracht om tot een betere match te komen voor een kandidaat, ze hoeven zich niet bezig te houden met het vervullen van de SLA-verplichtingen. Ook kunnen kleinere bedrijven makkelijker veranderen van koers naar het meer lucratieve detacheren. De verschuiving van bulk-uitzenden naar kleinere werving & selectie-deals is niet te stoppen, zo blijkt ook uit de ABU-cijfers.

#4. Internationaal door nationale bril

In heel Europa is talent schaars, maar in absolute termen nog volop aanwezig. Het zijn vooral de middelgrote gespecialiseerde bedrijven (bouw, techniek, IT) die deze markt opgaan en ze vreten daarmee marktaandeel af van grote internationale uitzenders, die wel internationaal zijn, maar internationale werving lastig kunnen organiseren omwille van hun organisatiestructuur (en interlandelijke verrekeningen). Voor internationale bureaus is het aantrekkelijker om geen internationaal bedrijf te zijn met landenorganisaties.

#5. Achter de computer vs zichtbaar zijn

Cijfers zeggen niet alles. Heel veel ontwikkelingen zijn minder goed te meten. Zo kunnen videovacatures en social media minder goed gescrapet worden, datzelfde geldt voor wat er gebeurt binnen de tientallen platforms (met gigs) die gouden tijden meemaken. Sommige van deze platforms zijn een verlengde van de grotere uitzenders (zoals YoungOnes). Maar een groot deel is een geheel eigen (relatief kleine) organisatie (zoals Temper). In de komende jaren blijft deze discipline naar verwachting alleen maar meer marktaandeel winnen.

Meer weten?

Op dinsdag 28 maart 2023 vindt alweer voor de 5e keer Werf& Bureaurecruitment Live plaats. Het thema dit jaar is ‘Digitaliseren, professionaliseren en automatiseren’. Naast de uitreiking van de Bureaurecruitment Awards vinden hier interessante keynotes, tafelgesprekken en breakoutsessies plaats. Dus mis het niet!

Inschrijven

Han Mesters: ‘Een tegenreactie op alle digitalisering zou mij niks verbazen’

Al jarenlang horen we hoe snel en dynamisch onze wereld is. Met de exponentiële opkomst van A.I.-tools worden dit soort uitspraken nog eens nadrukkelijk bevestigd. Maar Han Mesters ziet ook een tegenreactie ontstaan. ‘Bij ABN Amro zitten wij bijvoorbeeld in een doorgaand proces van automatisering’, vertelt de doorgewinterde bankier, die daarnaast ook bedrijfskundige en economisch historicus is, én op dinsdag 28 maart de openingsspreker tijdens Werf& Bureaurecruitment Live.

‘Fysiek contact geeft meer grip op de werkelijkheid.’

‘Nu hebben wij een drietrapsraket ontwikkeld voor onze klanten in de toekomst’, legt hij uit. ‘De eerste trap is het online contact tussen de particulier en de bank. De tweede trap is als de klantcase complex is en de klant contact opneemt met onze klantenservice. Vereist de case zorgvuldige aandacht? Dan betreedt zowel de zakelijke als de particuliere klant de derde trap, waar persoonlijk advies van pas komt. In dit digitale tijdperk willen we dus vooral een human bank zijn.’

Menselijke verbinding

Het geeft voor hem aan hoe belangrijk persoonlijk contact is, ook, of misschien wel: júíst in een tijd van verregaande digitalisering en automatisering. ‘Dat we nu collectief de menselijke verbinding proberen te eroderen door de inzet van tech, vind ik niet houdbaar’, stelt de geboren en getogen Limburger. ‘Er is zoveel nep-informatie in omloop dat je niet snel meer kunt concluderen wat nu nog écht is. Terwijl fysiek contact meer grip geeft op de werkelijkheid.’

‘Complexiteit en gemak zijn anders invulbaar in elk digitaal proces.’

Het zou hem dan ook niks verbazen als er een tegenreactie komt op alle digitalisering, die de menselijke relatie weer centraal stelt. ‘Simpele taken moet je natuurlijk digitaliseren, maar de grote vraag is natuurlijk: bij welke complexe zaken moet de mens in beeld blijven? Dat verschilt van mens tot mens. Waar de ene persoon bijvoorbeeld eenvoudig videobelt met zijn hypotheekverstrekker, is dat voor de ander te complex, en alles daartussenin. Complexiteit en gemak zijn dus anders invulbaar in elk digitaal proces.’

Han Mesters: ‘De zachte afstemming tussen werkgever en werknemer is moeilijk te automatiseren.’

Reflectie noodzakelijk

Dit geldt voor hem ook voor het recruitmentvak. ‘Dat kun je niet volledig digitaliseren. De menselijke reflectie hierin blijft noodzakelijk. We zien nu bijvoorbeeld ook dat kandidaten het liefst bij bedrijven werken die maatschappelijk relevant zijn. De zachte afstemming tussen werkgever en werknemer is moeilijk te automatiseren. Daardoor zie je dat de mens weer belangrijk wordt. Waar recruiters eerst met een berg aan cv’s aan de slag gingen, moeten ze nu toch mensen overtuigen om hun werkgever in te ruilen voor een nieuwe. Dit proces vereist een persoonlijke aanpak die niet volledig te automatiseren valt.’

‘De term Human Capital suggereert dat je mensen kant-en-klaar uit een stapel kunt halen.’

Volgens Mesters is het human capital een belangrijk en steeds relevanter thema voor bedrijven. ‘Dit onderwerp is niet alleen van toenemend belang in mijn eigen sector, maar ook in alle andere. Al suggereert de term dat je werknemers als kant-en-klare hulpbronnen kunt zien die je simpelweg uit een stapel kunt halen en kunt inzetten.’ Maar zo is het natuurlijk niet, zegt hij. ‘Ik pleit dan ook voor een betere term: resources for humans. Dit benadrukt het belang van werknemers als belangrijkste kapitaal van een bedrijf.’

Relationeel geconditioneerd

In de 20 jaar dat hij werkt in de zakelijke dienstverlening, ook op de Amsterdamse Zuidas, is hij naar eigen zeggen altijd relationeel geconditioneerd gebleven. Hij ziet momenteel de traditionele hiërarchische bedrijfsmodellen tegen zijn eigen grenzen aanlopen, ‘met name op het gebied van innovatie en de voorkeuren van jonge werknemers. Het is daarom belangrijk dat we opnieuw gaan nadenken over de vraag: hoe halen we het beste uit ons menselijk kapitaal?’

‘De belangrijkste oorzaken voor verloop zijn een giftige bedrijfscultuur en slechte management.’

‘De belangrijkste oorzaken voor het verloop van werknemers zijn een giftige bedrijfscultuur en slechte management’, benadrukt hij. ‘De meeste managers hebben nooit eerder een managementfunctie gehad. Het zijn vaak professionals die doorgroeien en daardoor belangrijke competenties missen. Dat is in deze tijd niet meer genoeg. De lat om verantwoordelijk te zijn voor human capital is overal hoger geworden. Manager zijn vergt tegenwoordig andere competenties dan voorheen. Dat is heel belangrijk in een tijdperk van structurele tekorten. Uitval op basis van slecht management of cultuur kun je dus als bedrijf niet meer veroorloven.’

Doelen en voelsprieten

Behoud begint dus bij goed management, benadrukt hij. Voor het goede voorbeeld daarbij laat Mesters zich onder meer inspireren door het leger. ‘Ik ben betrokken bij een aantal projecten bij het Ministerie van Defensie. Daarbij zie ik hoezeer het helpt als je een gemeenschappelijke purpose hebt. Als werknemers hetzelfde doel hebben, is er minder controle nodig. Daarbij hebben diezelfde werknemers voelsprieten die overal doorheen prikken, met name door onoprechte interesses van de managers.’

‘In het leger ben je verantwoordelijk voor je manschappen en moet je onbaatzuchtig en oprechte interesse hebben in je medemens. Daarbij geldt: creëer wederzijds vertrouwen in elkaar. Is dat vertrouwen er niet, dan is het afgelopen. Naast customer relationship-bases heb je ook een database nodig voor je eigen werknemers om te weten hoe het met hen gaat. Om uitval van werknemers te voorkomen heb je oprechte interesse nodig in wat er in hun hoofd speelt. Daarvoor heb je allereerst een veilige omgeving nodig om dat bespreekbaar te maken. Je moet van elke werknemer willen weten hoe diegene in de wedstrijd zit.’

‘Je moet van elke werknemer willen weten hoe diegene in de wedstrijd zit.’

Daarvoor moeten bedrijven zich bewust zijn van hun bedrijfsgrootte, benadrukt hij. ‘Als mens kun je maar met een bepaalde hoeveelheid mensen persoonlijk contact onderhouden. Alles daarboven is te abstract.’ Bedrijven met 18.000 personeel? Die zijn al gauw te onpersoonlijk, ziet Mesters. ‘Ik verwacht dat we in de toekomst kleinschaliger zullen werken. Kijk eens naar de AEX: hoeveel groeibedrijven staan daar nog in? Die hebben dankzij hun matige employer branding moeite om kandidaten aan te trekken, bij sommige zelfs omdat ze klimaatverandering veroorzaken. In the future there will be two kinds of companies: the employee friendly and the dead.

Stille revolutie

‘De stille revolutie die bedrijven nu ondervinden is het verloop van werknemers in een wereld van structurele schaarste’, vervolgt hij. ‘Je kunt ook zeggen dat al die bedrijven veel tijd hebben gestoken in hun omgevingsanalyse en op de loer bleven voor bedreigingen, maar niet zagen wat er intern gebeurde: dat generatie Z hen gewoon wegwuift als werkgever als zij niet in lijn staan met hun eigen normen en waarden.’

‘Europa zal een hergeboorte ondergaan, omdat dit het enige continent is dat mensenrechten heel serieus neemt.’

Eenzelfde beweging zullen we gaan terugzien op geopolitiek niveau, verwacht Mesters. ‘Europa zal een hergeboorte ondergaan, omdat dit het enige continent is dat mensenrechten heel serieus neemt. De jongere generaties hebben mensenrechten ook hoog in hun vaandel staan en je zult dan ook zien dat we in de toekomst niet meer naar China of de Verenigde Staten zullen toetrekken, maar liever naar Europese hoofdsteden, waar nog altijd de mensenrechten zegevieren.’

Mesters: ‘Ik denk dat we in de toekomst kleinschaliger gaan werken.’

Horizontaal management

Een voorbeeld van die beweging ziet hij al in zogenoemde DevOps-achtige teams. ‘Dat zijn teams waarbij de werknemers op elkaar ingespeeld zijn en er veel vertrouwen is in elkaar. Wat je in dat soort teams ziet, is dat professionals ook zonder manager in staat zijn om andere professionals binnen hun eigen teams aan te spreken. Zo ontstaan er managerial competenties.’

‘Bij Adyen nemen ze alleen de slimste kandidaten aan, maar die mogen het vervolgens zelf uitzoeken.’

Laatst was hij nog bij een presentatie bij Pieter van den Does, mede-oprichter van Adyen. ‘Die inspireerde mij. Hij heeft een manier van coördinatie van arbeid gevonden die niet op hiërarchie is gebaseerd, maar veeleer zichzelf staande houdt door cultuurafspraken. Ze nemen alleen de slimste kandidaten aan, maar die mogen het vervolgens zelf uitzoeken. Als er gaandeweg problemen ontstaan, dan worden ze ondersteund door het bestuur. De vraag is dan: hoe schaalbaar is dat model dan? Toch breiden ze nog steeds uit – en hebben ze nu al een personeelsbestand van 4.000 mensen.’

Meer weten?

Benieuwd naar meer toekomstverwachtingen van Han Mesters? Bijvoorbeeld over waarom een pingpongtafel níet werkt om de juiste werknemers aan te trekken? Of waarom cognitive diversity cruciaal is voor het voortbestaan van je bedrijf? Kom dan op 28 maart 2023 naar Werf& Bureaurecruitment Live. Meer informatie vind je hier. Mis het niet!

Inschrijven

Dit zijn dé 5 meest onderbelichte oorzaken van de krapte

De vergrijzing en ontgroening worden vaak als belangrijke oorzaken van de nog steeds grote krapte genoemd. En ja, dat is ook helemaal terecht. Net als de conjunctuur natuurlijk, en iets met corona. Maar wie even verder kijkt, ziet dat er heus ook nog wel andere factoren zijn aan te wijzen die de personeelstekorten op zijn minst flink hebben aangewakkerd. Deze 5 punten worden niet zo vaak benoemd als de demografie, maar zijn waarschijnlijk minstens zo belangrijk.

#1. De geldpomp stond aan

De eerste factor: de geldpomp heeft de laatste jaren flink zijn best gedaan. De rente was op een gegeven moment negatief, de centrale banken stopten miljarden euro’s in de economie, de overheden ‘investeerden‘ erop los. Het heeft geleid tot een behoorlijke bubbel-economie en ‘massale loonkostensubsidie‘, ook in Nederland, waar in het laatste regeerakkoord ook volop plannen werden bedacht waarbij het personeelstekort al meteen als de achilleshiel werd aangemerkt.

Hoog tijd om de generieke steunmaatregelen van de overheid om te zetten in meer gerichte steun, betoogde econoom Sandra Phlippen daarom recent in het FD. Zo zou de arbeidsvraag volgens haar wat kunnen afkoelen. En dat is nodig, omdat centrale banken anders mogelijk harder op de rem moeten trappen, met diepere recessies en meer leed tot gevolg. Volgens Phlippen staat juist de Nederlandse arbeidsmarkt er ‘naar bijna alle maatstaven extreem voor’, en rest ons dan ook ‘geen andere keuze dan de steunmaatregelen over de volle breedte af te bouwen en alleen nog gericht te gaan stutten.’

‘De grote transitievraagstukken zijn niet van vandaag of gister. Waarom moeten ze per se morgen zijn opgelost?’

Ook Bas ter Weel, directeur van SEO Economisch Onderzoek, hoogleraar economie aan de Universiteit van Amsterdam en kroonlid van de SER, denkt dat het helpt ‘de kranen dicht te draaien’. ‘De arbeidsmarkt is nu oververhit. Natuurlijk: de grote transitievraagstukken hebben urgentie, maar die vraagstukken zijn niet van vandaag of gister. Waarom moeten ze per se morgen zijn opgelost? Waarom moeten ze allemaal tegelijk aangepakt? Het risico van dit beleid is dat de gestelde doelen niet worden behaald of tegen veel hogere kosten dan met een normale arbeidsmarkt.’

#2. Verzuim in de lift

Nog zo’n vaak onderbelichte oorzaak voor het personeelstekort: het enorme ziekteverzuim. Het verzuim onder werknemers passeerde in 2022 voor het eerst in 20 jaar de 5%, aldus verzekeraar Nationale-Nederlanden. In de zorg 2022 was het verzuimpercentage gemiddeld genomen zelfs 8,36%. En dat hoge verzuim leidt ook weer tot een vicieuze cirkel: verzuim, gecombineerd met vacatures, werkt verhoging van de werkdruk in de hand, wat weer tot nieuw verzuim leidt, enzovoorts. Dit wordt nog eens versterkt doordat een groot deel van de groei te vinden is in het zogeheten mentale verzuim.

‘Inmiddels is een derde van het verzuim gerelateerd aan psychische klachten’, vertelde Igno Schings, directeur collectieve inkomensverzekeringen bij NN, hierover eind vorig jaar aan de Volkskrant. ‘Zes jaar geleden was dat nog maar een vijfde.’ Uit recente CBS-cijfers blijkt bovendien dat werknemers met mentale klachten veel langer thuiszitten: gemiddeld ruim 2 keer zolang als werknemers die om andere redenen verzuimen. Schings: ‘In een tijd dat er meer vacatures zijn dan mensen is dat extra vervelend.’

#3. Nauwelijks productiever

En zo komen we op een derde onderbelichte oorzaak van de historische krapte: de al even historisch lage groei van de arbeidsproductiviteit, gecombineerd met jarenlange lage lonen. Het bedrijfsleven is er lui door geworden, aldus een recent artikel van Jan Luiten van Zanden. ‘Het zorgt ervoor dat steeds meer arbeidsinput nodig is om de economie te laten groeien. Dat is ook hoe de politiek over het probleem spreekt: werktijden moeten verlengd, parttime werken minder aantrekkelijk gemaakt, om zo de beroepsbevolking te doen toenemen. Terwijl – zeker in internationaal perspectief – Nederland al sterke groei van de arbeidsinput kent.’

‘Zeker in internationaal perspectief kent Nederland al een sterke groei van de arbeidsinput.’

We moeten het volgens hem dan ook niet hebben over hoeveel we werken, maar eerder over: hoe slim. Want we mogen dan wel denken dat we in tijden van snelle technologische verandering leven, in feite hebben al die tools nauwelijks invloed op onze productiviteit, stelt de econoom, die de neergang daarvan zelfs ‘dramatisch’ noemt. En de huidige inflatie helpt ook al niet, zegt hij. ‘Het beleid dat er nu komt lijkt gericht op nog meer van hetzelfde streven om meer arbeid uit een door stress en burn-out geplaagde beroepsbevolking te persen.’

De kern van het probleem, zo zegt hij, ‘is dat het neoliberale offensief van na 1982 in Nederland niet alleen leidde tot grotere ongelijkheid, maar ook tot de ontmanteling van de economische motor van de industriële economie. Ondernemers zijn in zekere zin zo gepamperd – door lage loonkosten, lage kapitaalkosten, lage belastingen en hoge rentabiliteit – dat er geen redenen waren nieuwe arbeidsbesparende technologie te zoeken. Daardoor zijn we nu haast gedwongen om de economische problemen op te lossen door het ‘zweet en tranen’ van meer uren arbeid in plaats van de creativiteit van nieuwe ideeën en technieken.’

#4. Het inclusietekort

Nog een oorzaak van de krapte: het nog altijd grote onbenut arbeidspotentieel. Hoe kan het dat we zo’n krappe arbeidsmarkt hebben en toch ook nog steeds een miljoen mensen langs de kant hebben staan? Het is een opmerking die je vaak hoort, en hoewel ook al heel vaak ontkracht, raakt hij ergens ook wel aan een kern van waarheid, namelijk dat Nederland er slecht in slaagt kwetsbare werkzoekenden voldoende te ondersteunen, en de match tussen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt te dichten, zoals ook een recent onderzoek van de Arbeidsinspectie nog eens onderstreepte.

De arbeidsmarkt ‘werkt niet voor iedereen’, stelt het SCP.

Paradoxaal genoeg hebben we in Nederland namelijk naast een personeelstekort ook ‘een inclusietekort’, zoals de OESO dat noemt. De arbeidsmarkt ‘werkt niet voor iedereen’, schreef niet voor niets het SCP recent nog in zijn publicatie Eigentijdse ongelijkheid. ‘Niet voor mensen met een beperking of kwetsbaarheid, fysiek, verstandelijk, psychisch of sociaal. Niet voor migranten, voor ouderen, voor langdurig werklozen’, onderstreept Marjet van Houten (Movisie) het nog maar eens. ‘Zij krijgen soms jarenlang geen kans om via arbeid te participeren en raken maatschappelijk aan de zijlijn.’

Volgens haar gaat het er niet alleen om de uitkeringen en het minimumloon voor deze groepen te verhogen, maar vooral ook om ‘anders gaan kijken, denken en vooral doen. Organiseer arbeid zo dat we dat inclusietekort opheffen. Het barst in Nederland van de initiatieven waar mensen waardevol werk verrichten. Maar die komen te weinig in beeld bij gemeenten, en zijn daardoor zelf bestaansonzeker. Het is tijd dat zij aan zet komen.’ En dat gemeenten en UWV weer persoonlijke aandacht kunnen geven aan mensen die dat nodig hebben natuurlijk.

#5. De vele baanwisselingen zelf

Hoge vraag, hoge arbeidsparticipatie, lage groei van de productiviteit, en nauwelijks instroom van arbeid: daarmee zijn de voornaamste oorzaken van de krapte waarschijnlijk wel benoemd. Maar er is er nog eentje die ook niet onbenoemd mag blijven: de dynamiek van de arbeidsmarkt zelf. Want ook die leidt weer tot versterkte krapte. Niet alleen omdat er steeds meer mensen in de arbeidsbemiddeling werken die de hele carroussel op gang moeten zien te houden, en dit probleem ook steeds meer tijd van organisaties vergt, maar ook omdat het tijd kost voordat al die overstappers in hun nieuwe omgeving volledig productief zijn.

De mobiliteit op de arbeidsmarkt was niet eerder zo hoog als vorig jaar.

Uit arbeidsmarktcijfers van Intelligence Group blijkt dat de afgelopen jaren de mobiliteit niet eerder zo hoog was als vorig jaar, met in totaal ruim 1,8 miljoen baanwisselaars, bijna 1 op de 5 mensen, van wie het overgrote deel daarvoor ook al werkte, een trend die niet veel later ook door het CBS werd onderschreven. ‘Economische tegenwind zorgt er momenteel niet voor dat die geest terug in de fles gaat en werkgevers zullen eerder een stapje bij moeten zetten op de arbeidsmarkt’, aldus Intelligence Group-oprichter Geert-Jan Waasdorp.

In de afgelopen 10 jaar zijn Nederlanders steeds vaker van baan gaan wisselen, constateert ook het UWV. Dat heeft onder meer te maken met de voortgaande flexibilisering van de arbeidsmarkt. Maar ook met de krappe arbeidsmarkt, waarin zowel werknemers met een vaste als een flexibele baan gemiddeld vaker van werkgever wisselen. Wat het precies betekent voor (het gevoel van) de krapte, blijft voer voor onderzoekers. Maar dat het domino-effect van mensen die van de ene naar de andere organisatie gaan uiteindelijk weinig helpt tegen de algemene tekorten op de arbeidsmarkt, dat is al met al weinig omstreden.

Lees ook

Werkgevers trappen op de rem in de ICT-markt, maar bemiddelaars werven gewoon door

De arbeidsmarkt voor ICT’ers bevindt zich momenteel in behoorlijk woelige wateren. Hoewel de vraag nog steeds hoog is, en het aanbod laag, lijken met name directe werkgevers op dit moment een pas op de plaats te maken als het aankomt op de werving van deze doelgroep. Ze lijken even de kat uit de boom te kijken, terwijl juist bureaus daarentegen gewoon ermee doorgaan deze mensen op de arbeidsmarkt te werven, zo blijkt uit recente analyses van Intelligence Group, op basis van data van Jobfeed en eigen data van 2019 tot en met februari 2023.

‘Nu talentpools aanleggen getuigt van lef en visie.’

Bureaus lijken zich te wapenen voor de toekomst en er in hun wervingsstrategie al rekening mee te houden dat de vraag naar ICT’ers op korte termijn weer aantrekt, constateert Geert-Jan Waasdorp, directeur van Intelligence Group. ‘Het lijkt erop arbeidsbemiddelaars talentpools aanleggen voor het moment dat het aanbod van ICT’ers straks weer opdroogt. Slim, en dat getuigt van lef en van een zekere visie van op de arbeidsmarkt.’

3% daling

In de data valt op dat de totale vraag naar ICT’ers in de eerste maanden van dit jaar 3% lager lag dan in dezelfde periode in 2022. Bij directe werkgevers is de vraaguitval maar liefst 18% ten opzichte van de eerste tweede maanden van vorig jaar. Bij de grote werkgevers was dit zelfs nog iets hoger. Daar daalde de vraag naar ICT-professionals met maar liefst 26%. Bij arbeidsbemiddelaars is daarentegen sprake van een totaal ander beeld. Daar groeide het aantal vacatures voor ICT’ers gemiddeld met maar liefst 15%.

‘Wie nu het talent in huis haalt, bepaalt straks de markt.’

Met gemiddeld een groei van 27% is vooral bij kleinere bureaus sprake van een nog altijd zeer sterke markt. Onder het mom van ‘regeren is vooruitzien’, lijken de bureaus er alvast rekening mee te houden dat ICT’ers vinden en behouden straks weer een stuk lastiger wordt. En ze lijken daarmee ook alvast te anticiperen op aantrekkende vraag in de komende kwartalen. Waasdorp: ‘Wie nu het talent in huis haalt, bepaalt straks de markt. Talent dat nu vrijgespeeld wordt bij scale-ups en andere ICT-bedrijven die de broekriem moeten aantrekken, kun je straks optimaal inzetten als de ICT-markt weer aantrekt.’

Nog altijd hyperschaars

Hij voegt eraan toe dat recruitmentafdelingen van grote bedrijven die zich bezighouden met het aantrekken van ICT-talent nu zeker niet moeten gaan afschalen. Dat zou op termijn namelijk wel eens heel kostbaar kunnen zijn, denkt hij. ‘Dat zou doodzonde zijn. Je zult zien dat de markt in het tweede of derde kwartaal van 2023 net weer gaat aantrekken en dat deze afdelingen dan tegen een enorm capaciteitsprobleem oplopen. En dat bureaus die wel zijn blijven doorwerven dan als grote winnaar uit de bus komen.’

‘Bureaus die nu blijven doorwerven komen straks als grote winnaar uit de bus.’

Uit de analyses van Intelligence Group en Jobfeed blijkt verder dat ICT’ers nog steeds hyperschaars zijn. Dat komt niet alleen door de kwantiteit, maar ook doordat ICT’ers eigenlijk nauwelijks bewegen op de arbeidsmarkt (al naargelang de doelgroep tussen de 4 en 10%, zo blijkt uit Giant, het talent intelligence-dashboard van Intelligence Group).

Bureaus Aantal vacatures jan/feb 2022 Aantal vacatures jan/feb 2023 Index 2022-23
Klein (<50 medewerkers) 10.961 13.084 119
Middelgroot(50-500) 4.084 3.139 77
Groot (>500) 3.294 4.186 127
Totaal (incl. onbekende grootte) 23.240 26.635 115
Directe werkgevers
Klein (<50 medewerkers) 8.006 7.244 90
Middelgroot (50-500) 4.201 3.763 90
Groot (>500) 10.922 8.038 74
Totaal (incl. onbekende grootte) 26.716 21.867 82
Totaal vraag naar ICT’ers 49.956 48.502 97

Meer weten?

Over de hardnekkige loonkloof – en 6 andere dingen die recruiters op Vrouwendag moeten weten

Gaat het de goede kant op? Of is er nog een lange weg af te leggen? Op Internationale Vrouwendag is het altijd goed om stil te staan bij de positie van vrouwen in het recruitmentproces. Wat valt er dan op te maken uit al het onderzoek dat traditioneel begin maart rondom vrouwen op de arbeidsmarkt verschijnt? We pikken er weer 7 interessante onderzoeken uit.

#1. ‘Pas in 2086 gelijk loon’

Nederlandse vrouwen verdienen gemiddeld 13,5% minder dan mannen. Dit verschil is iets groter dan het EU-gemiddelde van 12,7%, zo blijkt uit nieuwe cijfers van Europees statistiekbureau Eurostat, waarover onder meer de Volkskrant recent berichtte. In België (5,0%) is het verschil flink kleiner dan in Nederland, in Duitsland met 17,6% juist fors hoger. Het gaat hierbij om bruto uurlonen, zonder correctie voor bijvoorbeeld functie of opleiding. Uit eerder CBS-onderzoek blijkt dat Nederlandse vrouwen in het bedrijfsleven gemiddeld 6% minder verdienen dan een man in dezelfde functie.

Sourcing en rapportages zijn de processen die bureaus in de Benelux het meest hebben geautomatiseerd.

Sourcing en rapportages maken (beide 34%) blijken de processen die het meest geautomatiseerd zijn bij bureaus in de Benelux. Het screenen en valideren (33%) scoort marginaal minder, terwijl de communicatie met kandidaat na afloop van de opdracht (20%) een beetje achterblijft. Als Bullhorn vervolgens kijkt naar hoe recruitmentbureaus technologie gebruiken om hun organisatie te transformeren, is datadigitalisatie (30%) de nummer één. Selfservice software (zoals chatbots) wordt daarnaast door 27% gebruikt om processen te stroomlijnen. Automatisering van ‘diverse processen’ wordt met 19% genoemde als derde.

Meer groei door digitalisering

Bullhorn zag dat de toppresteerders in het onderzoek nu al zoveel mogelijk data digitaliseren in hun organisatie. ‘Topperformers verdubbelen hun initiatieven op het gebied van digitale transformatie en adoptie van recruitmentsoftware’, zo stelt het rapport. ‘De snelstgroeiende bureaus van 2022 maakten veelvuldig gebruik van recruitmenttechnologie om succesvol te zijn in de uitdagende omgeving van dit moment.’

bullhorn onderzoek

Volgens Bullhorn toont het jaarlijkse onderzoek onder recruitmentorganisaties aan dat de inzet van technologie twee keer vaker leidt tot omzetgroei. Althans: het is twee keer zo waarschijnlijk dat de bureaus met de hoogste omzetgroei hun werkzaamheden grotendeels geautomatiseerd hebben.

Gebruik database biedt succes

Een ander opvallend resultaat is dat het opnieuw inzetten van kandidaten en het gebruik van de eigen database sterk correleren met succes in de markt. De bureaus die het vaakst een functie vervulden met een kandidaat die al in hun database stond, hadden vorig jaar namelijk twee keer zoveel kans op omzetgroei en 50% meer kans om groei te verwachten in 2023. Toch gebruikt nog altijd minder dan 10% van de bedrijven hier automatisering voor, zo stelt het Bullhorn-onderzoek ook.

‘Versnelling van de digitale transformatie is de sleutel tot het winnen van de war for talent.’

Volgens Boomsma geeft de Benelux op veel gebieden wel het goede voorbeeld: de adoptie van technologie door recruitmentbureaus is hier hoog. ‘Organisaties leggen hier dit jaar bijzondere nadruk op versnelling van de digitale transformatie, en dit is ook de sleutel tot het winnen van de war for talent. Bedrijven die prioriteit geven aan het bieden van een moderne, naadloze en goed verbonden ervaring voor kandidaten, zullen zich onderscheiden van de concurrentie en de eerste keuze worden voor zowel kandidaten als opdrachtgevers.’

Meer weten?

Lees het volledige rapport hier.

Onderzoek Bullhorn

Meer over digitalisering?

Op dinsdag 28 maart 2023 vindt alweer voor de 5e keer Werf& Bureaurecruitment Live plaats. Het thema voor dit jaar is ‘Digitaliseren, professionaliseren en automatiseren’. Naast de uitreiking van de Bureaurecruitment Awards vinden hier diverse interessante keynotes, tafelgesprekken en breakoutsessies plaats. Ook Femke van Logtenstein, account director van Bullhorn, zal hier van de partij zijn, om het onderzoek nader te duiden. Dus mis het niet!

Inschrijven

Lees ook

Weer 7 fijne nieuwe boeken voor op het nachtkastje van elke recruiter

Aan boeken voor de recruiter eigenlijk geen gebrek. Recent schreven we bijvoorbeeld nog over het interessante werk van Paul de Beer (over de mythe van de arbeidsmarkt). En ook eind vorig jaar maakten we nog een mooie opsomming. Maar nu zijn we slechts enkele maanden verder, en hebben we alweer een aardige oogst op het nachtkastje liggen. Welke boeken zijn daarbij het meest de moeite waard, en waarom?

#1. Elske Doets – Leeftijdsloos werken

Ouderen op de werkvloer? Het voelt nog vaak als een taboe, maar waarom eigenlijk, zo vraagt voormalig zakenvrouw van het jaar Elske Doets zich af in haar nieuwe boek De leeftijdloze samenleving. Leeftijdsgrenzen? Die zijn hopeloos achterhaald, schrijft de onderneemster, zelf net de kaap van de 50 gepasseerd. ‘Stop met het voeden van het chagrijn tussen generaties. Werk liever aan wederzijdse meerwaarde in plaats van (letterlijke) afkeuring.’

‘In Elskes wereld is het fijn oud worden.’

In haar boek rekent ze af met allerlei vooroordelen. Tegelijk stapelt ze tal van voorbeelden op van hoe het anders kan. Van flamboyante tachtigers en nuttige ervaringsdeskundigen die je nog lang niet moet afschrijven, alleen omdat ze de pensioengerechtigde leeftijd hebben bereikt. ‘In Elskes wereld is het fijn oud worden’, laat Humberto Tan op de achterflap schrijven. Soms wat over-optimistisch, maar voor veel recruiters, die vaak een voorkeur voor ‘jong’ aan de dag leggen, in elk geval een confronterende en inspirerende visie.

#2. Lynn Berger – Ik werk al

Nog zo’n boek dat tot nadenken stemt. Lynn Berger toont in Ik werk al (ik krijg er alleen niet voor betaald) de gevolgen van de grootste, onzichtbare strijd van onze tijd: die tussen betaald en onbetaald werk. Want waar je in tijden van personeelstekort vaak hoort dat deeltijders maar meer moeten gaan werken, laat zij zien dat de meeste van die deeltijders allang (meer dan) fulltime aan de slag zijn. Ze krijgen er alleen niet voor betaald.

Omgerekend is alle onbetaalde zorgarbeid in Nederland goed voor maar liefst 215 miljard euro per jaar.

Een paar cijfers uit het boek: de omvang van onbetaalde zorgarbeid in Nederland bedraagt maar liefst 215 miljard euro per jaar. Ons gezamenlijke huishoudelijke werk is goed voor 170 miljard, de zorg voor onze kinderen voor 15 miljard en onze mantelzorg voor 30 miljard. Daarvan komt 60 procent voor rekening van vrouwen. Dat is ongeveer evenveel als alle overheidsuitgaven aan zorg en sociale zekerheid bij elkaar opgeteld. En ruim 14 keer zoveel als het budget voor Defensie. Heel veel werk, met heel veel waarde dus, dat in het debat rondom de krapte eigenlijk zelden een rol speelt. Dat mag best eens veranderen, stelt Berger in een kraakhelder pleidooi.

#3. Marjolein ten Hoonte – Nooit meer ontslag

Een samenleving waarin niemand bang hoeft te zijn voor ontslag. Waarbij je van werk naar werk beweegt op het moment dat jij die wens hebt of je werkgever dat van je vraagt. En waarbij de arbeidsmarkt geen grote fabriek meer is, maar een werkend leven eerder een ‘reis’. Ook Marjolein ten Hoonte, directeur Arbeidsmarkt en Sociale Impact bij Randstad Groep Nederland, weet in haar boek Kunnen we het even over werk hebben de zinnen behoorlijk te prikkelen.

Ze verwondert zich over de ongekende krapte, terwijl een grote groep nog steeds werkloos thuiszit.

Ten Hoonte verwondert zich over de ongekende krapte op de arbeidsmarkt, terwijl een grote groep nog steeds werkloos thuiszit. En tegelijk ook een paar honderdduizend mensen wel werken, maar toch in armoede leven. En ook over het feit dat we ons continu zouden moeten laten bij- en omscholen, maar dat toch niet genoeg doen. Ze ziet daarbij een oplossing in het ontwarren van de kluwen aan contractvormen, complexe cao’s en functieprofielen, waarmee we de arbeidsmarkt ten onrechte veel complexer hebben gemaakt dan nodig is. En we te veel zijn gaan denken in ‘banen’ en ‘baanzekerheid’, in plaats van ‘werk’ en ‘werkzekerheid’.

#4. Nicol Tadema – Gegoochel met woorden

Nicol Tadema behoeft voor de gemiddelde recruiter waarschijnlijk weinig introductie, als oprichter van VoorTekst en auteur van al meerdere boeken over vacatureteksten. In haar nieuwste bundel pakt ze het nog iets ambitieuzer aan, en richt ze zich tot alle professionals die woorden inzetten om hun lezers (en luisteraars) te overtuigen. Van webteksten en social mediaberichten, tot brochureteksten, slogans, vacatures en offerteteksten.

Een ‘goochelboek’ voor iedereen die met woorden wil goochelen.

Aan de hand van de beïnvloedingstechnieken van Robert Cialdini behandelt ze bijvoorbeeld de kracht van ogenschijnlijk eenvoudige woorden als ‘Maar’, ‘Niet’ en ‘Als’, en hoe je die gericht kunt inzetten. Een ‘goochelboek’ voor iedereen die met woorden wil goochelen, noemt ze het zelf. Waarbij ze bijvoorbeeld laat zien hoe je de resultaten soms al kunt verdubbelen door maar 1 letter toe te voegen. Kijk, dat zijn natuurlijk goocheltrucs die iedereen wel onder de knie wil krijgen, schrijver of niet.

#5. Youssef Kobo – Plek voor iedereen

Hboeken recruiteroe meer diversiteit te brengen in je teams? Daarvoor kun je terecht bij A seat at the table, een boek vol handvatten van auteur Youssef Kobo (bekend van de gelijknamige Belgische stichting, die kansarme jongeren helpt door te stromen naar het bedrijfsleven). Als bedrijfsleiders en managers hem vragen: waar vinden we goede mensen? Dan is zijn antwoord: ‘kijk uit het raam, daarbuiten lopen veel talentvolle jonge mensen met een migratie-achtergrond’.

‘Hoe hoger de diversiteit in je organigram zit, hoe meer diversiteit je zult aantrekken.’

Vanuit zijn eigen verhaal laat de in Vlaanderen zeer gekende opiniemaker (Antwerpenaar met Marokkaanse roots) zien hoe we de kloof kunnen dichten tussen jong divers talent en het bedrijfsleven. Onder meer door gewoon het gesprek aan te gaan met jongeren met een buitenlandse achtergrond. En je niet op sleeptouw te laten nemen door nutteloze identiteitsdebatten. En verder: door gewoon te beginnen. Want, zo stelt hij: ‘hoe hoger de diversiteit in je organigram zit, hoe meer diversiteit je zult aantrekken.’

#6. Fabian Dekker – Werken in de nacht

boeken recruiter nachtwerkersArbeidssocioloog Fabian Dekker toont zich de laatste jaren ook productief schrijver van allerhande interessante boeken die ook voor de gemiddelde recruiter zeker het lezen – en overdenken – waard zijn. Na een eerder boek over circusartiesten, is zijn meest recente werk gewijd aan nachtwerkers. Waarom is dat werken in de nacht voor sommige mensen toch zo aantrekkelijk, terwijl we weten dat het ongezond is voor lichaam en welzijn, en de kans groot is dat je huwelijk erdoor op de klippen loopt?

Nederland telt zo’n 1,3 miljoen nachtwerkers, 14% van de beroepsbevolking die hier uit overtuiging voor kiest.

‘In de statistiek vind je bijna nooit hoe nachtwerkers hun leven gesynchroniseerd hebben met de nacht’, zegt Dekker er zelf over. ‘Het gaat vrijwel uitsluitend over de risico’s.’ Zijn boek gaat daarom over de werknemers die nachtwerk als zinvol ervaren. Geen kleine groep, want volgens Dekker gaat het maar liefst om 1,3 miljoen nachtwerkers in Nederland. Zo’n 14% van de beroepsbevolking dus – die meestal uit overtuiging kiest voor nachtwerk. Voor zijn boek interviewde hij er zo’n 25 van hen, in 8 verschillende beroepenvelden: zorg, haven, trein, politie, schoonmaak, horeca, vrachttransport en radio. Een mooi inkijkje in een soms letterlijk vergeten deel van de arbeidsmarkt, waar desalniettemin veel mensen actief zijn die echt houden van hun werk.

#7. Marcel van der Ven – Innovatie door cultuur

Boeken over innovatie lijken misschien niet meteen literatuur voor op het nachtkastje van de recruiter. Maar Marcel van der Ven weet in zijn recente bundel mooi uit te leggen hoe innovatie een gevolg is van je bedrijfscultuur – en daarmee dus toch ook weer voor een deel een taak van werving en selectie. Onderzoek laat immers zien dat het werkklimaat in de organisatie de meest invloedrijke factor voor creativiteit en innovatie is.

‘Mensen zien onvoldoende in hoe belangrijk het is om zich emotioneel met elkaar verbonden te voelen.’

En in het creëren van zo’n werkklimaat kun je als recruiter dus een rol spelen. ‘Mensen zien onvoldoende in hoe belangrijk het is om zich als team of organisatie, ondanks de onderlinge verschillen, emotioneel met elkaar verbonden te voelen’, zei de auteur (van oorsprong architect, en daarna leidinggevende bij meer dan 300 creatieve teams)  er eerder over. ‘Heel jammer, want sluimerende conflicten hebben een vernietigend effect op het innovatieklimaat.’

Bonus: Anthro-vision

En dan hebben we hier af en toe ook oog voor een Engelstalig boek. Een boek dat dit keer zelfs niet eens over recruitment gaat. Maar desalniettemin voor de gemiddelde recruiter wel de moeite waard is. Gillian Tett, voormalig journalist van het jaar in de VS, beschouwt hierin de gemiddelde werkvloer op een antropologische manier. Compleet met aandacht voor tribal conflicts, onuitgesproken rituelen, en bijna religieuze adoratie van bepaalde businessgoeroes en CEO’s.

Een antropologische lens kan je als organisatie helpen navigeren.

Volgens Tett kan zo’n antropologische benadering bedrijven helpen door de woelige baren van de huidige businesswereld te navigeren. Bijvoorbeeld doordat je dan eindelijk leert begrijpen waarom de IT-afdeling zulke andere prioriteiten stelt dan de rest van de organisatie. Of doordat je eindelijk gedragspatronen leert doorgronden waar je eerst maar geen vat op kreeg. Niet zozeer de meest recente technologie bepaalt het succes van een organisatie, betoogt Tett. Maar juist wie het best menselijk gedrag leert begrijpen – beschouwd door een antropologische lens.

Boek gemist?

Hebben we een boek gemist? Of ben je zelf iets moois aan het schrijven dat nog in 2023 verschijnt? Laat het ons weten!

Lees meer over de recruitment-bibliotheek:

Nederlander steeds minder bang om zijn baan te verliezen

Bang om in de komende 12 maanden je baan te verliezen? Die angst is vanaf 2019 in heel Nederland duidelijk afgenomen. In 2022 vreesde bijvoorbeeld nog maar 6,6% van de Nederlandse beroepsbevolking (in loondienst) in de komende 12 maanden zijn of haar baan te verliezen, zo blijkt uit onderzoek van Intelligence Group, dat sinds 2003 elk kwartaal 4.000 personen ondervraagt (representatief voor de Nederlandse beroepsbevolking).

Zowel mannen als vrouwen vreesden de laatste 2 jaar nauwelijks voor baanverlies.

Sinds 2020 zie je dat steeds minder mensen in loondienst bang zijn dat ze binnen een jaar hun baan zullen kwijtraken. Zowel mannen als vrouwen in loondienst vreesden de afgelopen 2 jaar niet of nauwelijks voor baanverlies. En dat is eigenlijk nog steeds zo. Bij de vrouwen was vorig jaar 6,4% bang haar baan te verliezen, terwijl bij de mannen het percentage in 2022 net iets hoger lag, maar ook nog net geen 7,0% was (ongeveer 1 op 14).

Academici net iets banger

Opvallend gegeven...

Dit artikel gratis lezen?

Dit artikel is alleen beschikbaar voor Werf& Pro leden.

Waarom een Werf& Pro account super handig is:

  • Je krijgt toegang tot exclusieve content.
  • De homepage wordt aan de hand van jouw voorkeuren weergegeven.
  • Je ontvangt 2 keer per week onze nieuwsbrief;
  • Je krijgt 10% korting op al onze events*
  • Je ontvangt speciale aanbiedingen van onze partners.
  • Je download gratis het Jaarboek 2022/2023

*Exclusief RLN events

Maak binnen 1 minuut een gratis Werf& Pro account.

Registreren Al een account? Log dan hier in

Deze site onthoudt via een cookie die geplaatst wordt bij inloggen dat gebruikers na 48 uur weer worden uitgelogd. Als je het ‘remember me‘ vinkje aanzet onthoudt de site het voor 14 dagen. Dit geldt niet als je hebt ingesteld in je browser dat wanneer je deze site sluit je  ook meteen je cookies wist.

Lees ook

De maand in werving: 7 dingen die ons opvielen in februari 2023 (met podcast)

Februari 2023, zo kun je stellen, was de maand van de aardbevingen. Dat begon met de zware bevingen in Syrië en Turkije, en eindigde met een snoeihard rapport over hoe de Nederlandse staat, Shell, ExxonMobil en de NAM hebben opgetreden in het nog steeds door aardbevingen geteisterde Groningen. Tussendoor maakte Shell zijn hoogste winst ooit bekend, kwam Heineken onder vuur te liggen, net als schrijvers van kinderboeken (en games en strips), en Oekraïne ook – letterlijk – al een jaar lang.

Februari 2023 begon en eindigde met nieuws rondom aardbevingen.

Daarnaast was er nog gedoe rond uit de lucht geschoten Chinese ballonnen, een plan om asielzoekers op te vangen in… Rwanda (!), mobieltjes in de klas, en een UvA-docent die de zogenaamde woke-cultuur op zijn universiteit hekelde. En op sportgebied hadden we niet alleen de Super Bowl, maar ook de Super-Bol, die een 41 jaar oud wereldrecord uit de boeken liep. Maar wat gebeurde er in februari 2023 eigenlijk allemaal dat recruiters moeten weten? Een beknopt overzicht:

#1. ‘Ferme keuzes tegen krapte nodig’

Het grootste nieuws voor de arbeidsmarkt was waarschijnlijk het SER-rapport over de aanpak van de arbeidsmarktkrapte in publieke sectoren als zorg, onderwijs, kinderopvang en veiligheid. De oplossing van de belangrijkste adviesraad voor de regering, kort samengevat: minder bureaucratie en meer technologie. Maar dan drastisch. Niet alleen moet (meer uren) werken aantrekkelijker worden, aldus de SER, ook is gerichte sturing nodig om het werk slimmer en innovatiever te organiseren. Al erkent de raad dat hoe dan ook menskracht de komende 30 jaar waarschijnlijk een beperkende factor zal blijven.

Het arbeidsmarktbeleid van de overheid is nu te versnipperd, ziet de SER.

Naast ‘drastische maatregelen’ als hogere lonen, adviseert de SER ook vol in te zetten op het nog onbenutte arbeidspotentieel: werkzoekenden, deeltijders die meer willen werken, gepensioneerden die zich nuttig willen blijven maken, nieuwkomers, statushouders en – waar mogelijk – arbeidsmigranten. De SER pleit ook voor een meer integrale aanpak. Het huidige arbeidsmarktbeleid is nu te versnipperd over ministeries, sectoren en organisaties. ‘Betere samenwerking biedt kansen voor duurzame inzetbaarheid over sectorgrenzen heen en kan concurrentie om schaars personeel helpen voorkomen.’

#2. 4-daagse werkweek groot succes

Ander groot arbeidsmarktnieuws kwam vanuit het Verenigd Koninkrijk. En nee, dan hebben we het niet over het gebrek aan tomaten en komkommers, maar juist over een economisch succes: de vierdaagse werkweek. Uit een Britse pilot waarbij 61 bedrijven en hun in totaal bijna 3.000 werknemers 6 maanden lang 1 dag minder op kantoor kwamen, blijkt eigenlijk iedereen enthousiast over de werkweek van 32 uur (tegen hetzelfde salaris). Zo enthousiast zelfs, dat 92% (!) van de deelnemende ondernemingen nu niet meer terug naar 5 dagen in de week wil.

Werkgevers zijn enthousiast vanwege de flink verbeterde personeelsretentie.

Het enthousiasme onder werkgevers moeten we vooral zoeken in hun flink verbeterde aantrekkingskracht en personeelsretentie – die is op de krappe arbeidsmarkt van nu immers goud waard. Uit de pilot blijkt bijvoorbeeld dat bedrijven die van 5 naar 4 werkdagen per week gaan 64% minder ontslagbriefjes ontvangen. En ze hoeven ook een stuk minder vaak hun mensen ziek te melden: het aantal werknemers dat een burn-out ontwikkelde nam tijdens de proef met maar liefst 71% af. Van de werknemers zegt daarnaast 73% na de proef bijvoorbeeld blijer in het leven te staan, en 40% slaapt nu beter.

#3. ‘Quota zijn discriminatie’

En dan gaan we nog een stukje verder de aarde over: in de gepolariseerde wereld aan de andere kant van de grote plas was er ook weer een recruitment-zaak die de gemoederen bezighield. De Republikeinse gouverneur van Texas, Greg Abbott, maakte begin februari 2023 bekend dat alle door de staat gefinancierde instellingen moesten stoppen met hun inspanningen op het gebied van diversiteit, gelijkwaardigheid en inclusiviteit. Zulke activiteiten, en met name quota, zouden ‘illegaal’ zijn, en discriminatie aanmoedigen, aldus Abbott. ‘Selectie mag niet op andere factoren plaatsvinden dan verdienste.’

Greg Abbott, credit

De memo kwam gouverneur Greg Abbott meteen op veel kritiek te staan.

De memo van de gouverneur kwam hem meteen op veel kritiek te staan. Discriminatie is namelijk allang verboden in Amerika, maar deze actie wordt vooral uitgelegd als een manier om ‘initiatieven te stoppen ten gunste van een demografische groep die Abbott weigert te benoemen’, en a shameful attempt to whitewash history.’ Een aantal politici riep zelfs sportorganisaties op om geen grote sportevenementen meer in de staat te houden, totdat de gouverneur zijn richtlijnen had ingetrokken.

#4. ‘Te weinig hulp voor kwetsbare werkzoeker’

Mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt krijgen vaak niet de hulp die ze nodig hebben. Medewerkers van gemeenten en het UWV zijn vaak zo druk dat juist de mensen die hun ondersteuning het meest nodig hebben, deze niet krijgen, blijkt uit onderzoek van de Arbeidsinspectie. Ministers Van Gennip (SZW) en Schouten (Armoedebeleid) betreuren dit, schrijven ze in februari 2023 in een reactie. ‘Zeker in deze tijden van een krappe arbeidsmarkt.’ Ze vinden het zonde dat een groep mensen geen werk vindt terwijl de roep om personeel zo groot is en zeggen toe de Kamer nog voor de zomer te informeren over hoe dit te verbeteren.

1 op de 3 kwetsbare werkzoekenden krijgt te weinig ondersteuning door de gemeente.

Naar schatting krijgt ongeveer 1 op de 3 kwetsbare werkzoekenden onvoldoende ondersteuning door de gemeente, meldt het rapport. Professionals pakken vanwege tijdgebrek vaak de minder ingewikkelde zaken op en hebben bovendien hun handen vol aan administratie. Desondanks zien de onderzoekers dat er ook veel goed werk wordt geleverd. Een deel van de problemen zit in hoe de re-integratie is geregeld. Zo heeft niet iedereen die hier baat bij zou hebben recht op hulp om weer aan het werk te gaan, zoals coaching of een opleidingstraject. De betrokken instanties werken daarnaast niet altijd goed samen, stellen de onderzoekers.

#5. Veel leerbudget onbenut

Veel tegenstrijdige berichten over opleiden deze maand. Aan de ene kant bijvoorbeeld de Vereniging van Detacheerders Nederland die in een persbericht meldt dat zijn leden in de huidige krapte volop inzetten op het extra opleiden van personeel, en daarbovenop ook nog eens LinkedIn dat in zijn jaarlijkse Workplace Learning Report (waarvoor wereldwijd meer dan 1.500 L&D-professionals werden ondervraagd) constateert dat organisaties die geen goede mensen op de arbeidsmarkt kunnen vinden steeds vaker overschakelen naar ‘zelf opleiden’, ook om mensen makkelijker te kunnen behouden.

Maar er is ook een andere kant aan het verhaal, en die komt uit de jaarlijkse Learning & Development Monitor van Studytube. Zij melden juist dat organisaties weliswaar steeds hogere opleidingsbudgetten hebben, maar dat een flink deel daarvan ongebruikt blijft. Zo groeide het persoonlijk leerbudget vorig jaar met 25%, van gemiddeld 800 tot 1.000 euro. Bijna 40% van de organisaties laat echter ruim de helft hiervan op de plank liggen, zo meldt het onderzoek. Nog eens 34% geeft slechts de helft tot driekwart van het budget uit. CEO Homam Karimi: ‘Met alleen leerbudget reserveren ben je er niet. Organisaties moeten het ook inzetten.’

#6. Dag minder les, of meer docenten?

Om even in het klaslokaal te blijven: er was in februari ook weer veel te doen rondom de schaarste in het reguliere onderwijs. Aanleiding was bijvoorbeeld het bericht dat leerlingen (en ouders) in het basisonderwijs voortaan moeten rekenen op verschillende gezichten voor de klas, onder meer vanwege het nijpende lerarentekort. En een basisschool in Almere (met 400 leerlingen in 17 groepen) haalde het nieuws vanwege het besluit de kinderen voortaan nog maar vier dagen per week les te geven.

Het Amsterdamse plan om vaker niet-bevoegde professionals voor de klas te zetten, kon overigens niet bij iedereen op instemming rekenen. ‘Een schoffering voor het beroep van leraar’, aldus Thijs Roovers, bestuurder van de Algemene Onderwijsbond, in Trouw. En ook minister Dennis Wiersma reageerde bij Goedemorgen Nederland zeer kritisch. ‘Als je het idee van één leraar loslaat en accepteert dat de standaard iets anders is, span je het paard achter de wagen en geef je de status van het beroep niet wat het nodig heeft. We zijn juist druk met het salaris, het verlagen van de werkdruk en hulp om de lessen heen.’

#7. ‘Recruiter vaak misleidend’

Opmerkelijk verhaal in AG Connect in februari 2023: recruiters die in hun jacht naar developers, DevOps-specialisten en data scientists een loopje nemen met de werkelijkheid. Zoals over de mogelijkheid om remote te werken, of over de hoogte van het salaris. ‘Een salaris van 7.000 euro bruto per maand werd me meerdere keren voorgehouden’, vertelt bijvoorbeeld een DevOps-specialist. ‘Maar als je in gesprek gaat, blijkt dat allemaal toch iets te mooi om waar te zijn: Je moet dan namelijk allerlei dingen zelf gaan betalen, zoals een deel van je pensioen. Onder de streep wordt het dan toch gauw 6.000, 5.000 of nog minder per maand.’

‘Veel lokkertjes hadden uiteindelijk dit soort addertjes onder het gras.’

Ook over extraatjes als opleidingsbudgetten deden de recruiters de zaak vaak iets mooier voor dan de werkelijkheid. Wat net zo goed geldt voor de buitenlandtripjes die hij van diverse recruiters kreeg aangeboden. ‘Dan denk je: lekker een weekje naar de zon, om een ontwikkelcursus op IT-gebied te volgen. Maar uiteindelijk blijkt dat je alles gewoon zelf moet betalen en dat het bedrag over 5 jaar uitgesmeerd wordt teruggestort. Dus: als je er toch bent ingetuind, zit je 5 jaar aan de ‘schuld’ bij je werkgever. Veel lokkertjes hadden uiteindelijk dit soort addertjes onder het gras.’

#8. Cartoon van de maand

Bron: van9tot5

Iets over het hoofd gezien?

In de rubriek ‘De maand in werving’ belichten we trends en ontwikkelingen voor iedereen in de wereld van recruitment. In februari 2023 iets belangrijks over het hoofd gezien? Meld het ons!

Beluister de podcast

Liever luisteren? Martijn Hemminga en Peter Boerman maken ook elke maand een podcast over dit nieuwsoverzicht. Beluister hier de meest recente opname:

Lees ook

Hoe het Rijksmuseum in 3 maanden ruim 100 topstukken op de arbeidsmarkt vond

Nooit eerder was de belangstelling voor een tentoonstelling in het Rijksmuseum zó groot. Een maand voor de opening van de Vermeer-expositie, met 28 schilderijen van de 17de-eeuwse meester de grootste ooit, waren er al ruim 100.000 entreetickets verkocht. En slechts 3 dagen na de opening waren alle 450.000 (!) kaartjes uitverkocht. Op Marktplaats schijnt nu zelfs druk in tickets te worden gehandeld. 

Slechts 3 dagen na de opening waren de 450.000 (!) kaartjes uitverkocht.

Die belangstelling levert niet alleen veel exposure voor het Rijksmuseum op, maar natuurlijk een flinke recruitmentuitdaging. Want hoe vind je voldoende beveiligers als je zóveel mensen over de vloer hebt, bij zó’n waardevolle expositie? Meer dan 100 nieuwe collega’s moesten in een krappe 3 maanden worden geworven. Hoe pakte het museum dat aan? Een kijkje achter de schermen, met specialist arbeidsmarktcommunicatie Lieneke Verrest en recruitment business partner Puck Bastiaansen.

> Hoe hebben jullie dit aangepakt?

Bastiaansen: ‘Ik ben hier half augustus begonnen. In de zomer heeft InTandem de opstart van dit project gedaan. Zij hebben de briefing van de betrokken partijen opgepakt (de campagne en de website), zodat daar al het een en ander in gang is gezet. Onder andere ook op het gebied van vacatureteksten.’

‘Het was gewoon gáán en rennen.’

Verrest: ‘Ik ben hier zelf op 1 september begonnen. Op mijn eerste werkdag kregen we al meteen 3 campagneconcepten gepresenteerd en kon ik op de toen al snel rijdende campagnetrein springen. Het was gewoon gáán en rennen. Juist als je meteen bij de start in het diepe gegooid wordt, heb je veel aan elkaar. En dan is het fijn om al heel snel te merken dat je op dezelfde manier erin zit, snel kunt schakelen en kunt vertrouwen op de kwaliteit van de ander. Plus de juiste partijen en collega’s om je heen kunt verzamelen die de urgentie begrijpen en je daarin ondersteunen.’

> Hoe groot was de uitdaging?

Verrest: ‘Mijn voordeel is dat ik ruim 10 jaar werkervaring heb in marketing & communicatie, waaronder campagneconcepten & ontwikkeling, content, webprojecten en online marketing. Voor mij lag de uitdaging erin om zo snel mogelijk meer inzicht in de doelgroep te krijgen, zodat we echt de juiste snaar zouden raken en de juiste tactieken zouden gebruiken.’

‘De uitdaging lag erin om zo snel mogelijk meer inzicht in de doelgroep te krijgen.’

Bastiaansen: ‘Als je kijkt naar het recruitmentgedeelte, moest destijds alles nog opgestart worden. De aanpak was simpel. Misschien juist wel omdat we halsoverkop in het diepe werden gegooid en meteen in een soort van Thalys binnenstapten moesten we snel en simpel denken. We hadden twee dingen nodig. Het eerste: mensen. En twee: een werkend systeem, gebouwd om de campagne heen, om zo de toestroom aan mensen te kunnen opvangen.’

Impressie van de Vermeer-expositie

‘Je moet je voorstellen dat er geen heel team aan recruiters klaar zat en het toenmalige ATS-systeem niet was ingericht op zo’n massaproject. Toen ik in augustus begon, moesten er ook nog 2 recruiters extra bij komen (Elolo Nunekpeku, Jikke Valé, red.). Zo stond er eind september, bij de start van de campagne, een miniteam van 3 recruiters klaar om alles op te vangen wat via de campagne binnen kwam.’

> Hoe liep die campagne?

Verrest: ‘Met het concept ‘Zonder beveiligers zijn we nergens, word jij 1 van onze topstukken?‘ hebben we willen uitdragen dat voor ons de beveiligers niet ‘zomaar’ mensen zijn die in het museum staan. Zonder hen hebben we nog steeds prachtige kunst, maar niet de mogelijkheid om dit met onze bezoekers te delen. In de opzet van de campagne hebben we niet alleen jobmarketing ingezet, maar ook paid social en Google Adwords, discovery. Met daarbij de juiste targetting die we tussentijds steeds scherper konden stellen gedurende de verloop van de campagne.’

‘Deze aanpak is zeker een first voor het Rijksmuseum, en misschien wel binnen de hele museale sector. En nu we de Vermeer-bezetting rond hebben, is het heel makkelijk om dan te denken: klaar. Maar we kiezen juist ervoor om langzaam over te gaan naar een ‘always-on’-strategie, zodat we onze werving als museum ook toekomstbestendiger maken.’

> Waarin was deze campagne nog meer een first?

Bastiaansen: ‘Dat zat hem zeker in het volume, maar ook in de krapte van de arbeidsmarkt van beveiligers en de ambities die er lagen om zoveel mogelijk open te kunnen zijn voor publiek met de bijzondere Vermeer-tentoonstelling. En ook het feit dat er in de basis qua processen en systemen sommige dingen soms echt nog niet vlekkeloos liepen en we met een klein team werkten. De manier van werken was voor recruitment ook anders. Nog nooit eerder was dit eigenlijk gedaan, dus we konden niet putten uit iets wat onze voorgangers hadden achtergelaten of afkijken bij eerdere edities. Het was gaan, uitproberen en bijsturen.’

Verrest: ‘We hebben meer dan 100 nieuwe collega’s geworven, in een krappe 3 maanden. Dat levert al met al veel druk op bij verschillende afdelingen. Met een klein recruitmentteam van 3 personen zijn honderden mensen gebeld voor een eerste gesprek. Vervolgens hebben de collega’s van Veiligheidszaken ook dit soort aantallen aan sollicitatiegesprekken gevoerd.’

‘Met een klein team van 3 personen belden we honderden mensen voor een eerste gesprek.’

‘Uiteindelijk hebben de collega’s bij personeelsadministratie al deze mensen in dienst moeten melden en die hele administratieve kant moeten oppakken. En inderdaad moesten al deze nieuwe collega’s vervolgens onboarding krijgen en worden ingewerkt. Terwijl je ondertussen als museum ‘gewoon’ open bent en het dus bovenop je normale werkzaamheden komt.  En dan zijn er nog veel meer collega’s voor wie de toestroom tot extra werk heeft geleid. Dat vraagt veel van mensen, maar iedereen heeft hierin zo ongelooflijk hard gewerkt, het is echt teamwork door het hele museum heen.’

> Jullie mochten ook nog erover vertellen tijdens de medewerkersopening…

Verrest: ‘Ja, dat was fantastisch, de kers op de taart. We hebben daar ook nog eens aangestipt en benadrukt hoe bijzonder dit is. Het is niet normaal wat met de middelen en tijd hebben weten te bewerkstelligen. Je vergeet dat misschien in de dagelijkse gang van zaken, maar als je kijkt naar het recruitmentproces: voor het hele Rijksmuseum was dit nieuw. Niet alleen al die Vermeers bij elkaar, maar ook überhaupt deze manier van werken. Het vroeg veel van veel afdelingen.’

Lieneke Verrest tijdens de opening van de tentoonstelling, speciaal voor medewerkers.

‘In recordtempo, met een heel nieuw team, is de hele instroom aan kandidaten verwerkt.’

Bastiaansen: ‘Er was nog nooit eerder aan zo’n groot recruitmentproject gewerkt. We hebben zo nauw en intens samengewerkt. Een heel nieuw team is gestart. Heel veel mensen denken dat we een groot team hadden, dat al jaren met elkaar samenwerkte, dat alles tot in detail was geregeld en dat we dit maanden van tevoren strak hadden staan. Niets is minder waar. In recordtempo, met een heel nieuw team, is het hele project en de hele instroom aan kandidaten verwerkt. Echt insane.’

> Wat blijft je hiervan het meeste bij?

Verrest: ‘Ik vergeet nooit meer mijn tweede week bij het Rijksmuseum toen we na sluitingstijd de shoot van de video hadden. Dan sta je daar met een klein team op de Eregalerij en is het bijna bizar om even in je eentje in alle stilte de Nachtwacht te bekijken. Dan snap je meteen de magie van het werk bij het Rijksmuseum.’

‘Bij de shoot van de video, na sluitingstijd, voelde ik echt de magie van het museum.’

‘En je krijgt vleugels als je in een enorme uitdaging zoals deze werving vanuit alle kanten het gevoel van volledig vertrouwen krijgt. Van de HR-directeur tot het hoofd marketingcommunicatie. Uiteraard gaat alles in afstemming met elkaar, maar als je de ruimte krijgt om vanuit je expertise te werken en hierin te adviseren, kun je echt tot mooie dingen komen.’

Bastiaansen: ‘De sfeer die er hing tijdens dit project was zo fijn. De sfeer die er nu hangt is overigens nog steeds goed, hoor. Maar zo’n project ga je niet vaak draaien, dus ook achteraf gezien had het nog altijd iets bijzonders. Als ik kijk naar het team, waar ik dag in dag uit mee heb mogen knallen: ik zou het iedereen gunnen!’

‘We hebben echt een dijk van een project afgeleverd. Niet halve bak, maar meteen op topniveau!’

‘Je kunt je nauwelijks voorstellen hoeveel dit van mensen gevraagd heeft. Nog steeds denk ik wel eens: hoe dan? Dit kwam bovenop ieders dagelijkse bezigheden. In een korte tijd moest er heel veel gebeuren. En echt zonder te overdrijven iedereen deed dit elke dag met zóveel plezier en energie. Niks was te gek, je kon altijd en overal bij iedereen aankloppen. Als ik dacht “daar kom ik weer aan met vraag 345 in twee minuten tijd”, werd ik wéér met open armen ontvangen. Hierdoor kom je echt in een lekkere flow met elkaar terecht. We hebben het geflikt en echt een dijk van een project afgeleverd. Niet halve bak, maar meteen op topniveau!’

rijksmuseum beveiligers campagne

Nog tot 4 juni

Het Rijksmuseum kent normaliter een team van zo’n 200 beveiligingsmedewerkers. Zij zorgen er mede voor dat het museum 365 dagen per jaar de deuren kan openen en elk jaar 2,7 miljoen bezoekers mag verwelkomen. Tijdens de bijzondere Vermeer-tentoonstelling, die nog loopt tot 4 juni, komen er daar nog eens zo’n half miljoen bezoekers bij.

Lees ook