Een dagvoorzitter in korte broek en op sportschoenen, dat zie je niet vaak. Maar voor het eerste live evenement van het Recruitment Leaders Network na de coronacrisis was het helemaal niet zo’n gek gezicht. Was de vorige keer de plaats van handeling nog de Librije in Zwolle (de recente bijeenkomst in Hardinxveld-Giessendam niet meegerekend), dit keer streek het gezelschap neer in de bossen van Arnhem, op het Nationale Sportcentrum Papendal.
Een dagvoorzitter in korte broek en op sportschoenen, dat zie je niet vaak.
Je zou het een soort van symbolische locatie kunnen noemen. De aanwezige recruitmentleiders zijn continu bezig het beste talent voor hun organisatie te verzamelen. Hier, in Arnhem, doen ze dat voor sportland Nederland. En met resultaat: TeamNL beleefde afgelopen zomer in Tokio met in totaal 36 medailles de meest succesvolle Olympische Spelen aller tijden. Grote sportlanden als Frankrijk, Italië en Duitsland werden zelfs op de medaillespiegel geklopt. En opvallend veel sporters, van boogschutters tot BMX’ers, draaiden daarbij hun trainingsrondjes op de banen hier in Papendal.
Recruitment als topsport
De locatie was ook op een andere manier symbolisch. Want recruitment is dezer dagen ook net zo goed topsport, zo memoreerden velen. Van tienduizenden vacatures bij Action tot nauwelijks te vinden IT-talent bij Cognizant, en tegelijkertijd ook een alom groot gebrek aan goed opgeleide recruiters; veel van de aanwezige recruitmentleiders zeiden tegenwoordig hun bordje meer dan vol te hebben. De huidige arbeidsmarkt? ‘Dit hebben we nog nooit eerder zo meegemaakt’, zo viel vaak te horen tijdens het spreekwoordelijke ‘rondje langs de velden’.
‘Iedereen snakt weer naar verbinding in levende lijve.’
Maar er was ook veel enthousiasme te bespeuren. Bijvoorbeeld over de terugkeer naar kantoor, die zich voor de meesten nu wel aandiende. In elk geval voor 1 of 2 dagen in de week. Vooral veel collega’s blijken daar weer erg naar uit te kijken, zo viel te horen. ‘Iedereen snakt weer naar verbinding in levende lijve’, zo vatte de manager Talent Acquisition van Ahold Delhaize het samen. ‘Online blijkt het toch lastig om verbinding te hebben.’
Automatisch op de kaart
En zelfs de huidige krapte op de arbeidsmarkt blijkt ook zo zijn positieve kanten te kennen. ‘Recruitment staat nu automatisch op de kaart, omdat we allemaal de pijn voelen’, zo vertelde een recruitmentmanager van een grote gemeente. ‘Nu wordt ineens onze expertise gewenst. Het is een mooie tijd voor ons om ons steviger in de organisatie neer te zetten.’
‘De hiring managers staan al maanden op onze deur te kloppen. Mijn team geniet daar wel van.’
Ook anderen herkenden dat. ‘De krapte op de arbeidsmarkt is hét thema in de hele organisatie’, vertelde bijvoorbeeld de recruitmentmanager van Jumbo. Elke maand komen er bij de supermarktketen ‘gelukkig nog wel zo’n 12.000 sollicitaties binnen’. Maar er zijn tegelijkertijd continu 4.000 vacatures. Aan de 25 recruitmentprofessionals in haar team om dat in goede banen te leiden. ‘We hebben dat niet eerder zo meegemaakt. Maar mijn team geniet er wel van. De hiring managers staan al maanden op onze deur te kloppen. Maar dan maken we continu duidelijk: het gaat niet alleen om een recruitmentplan. We moeten het vooral sámen doen.’
Leven op Papendal
Samenwerking, dat was ook een van de dingen waar de eerste spreker van de dag het veel over had. Topvolleyballer Noah van Dam (22) vertelde de aanwezigen behendig over alle geheimen van een topsportbestaan, en het leven op Papendal. Al op zijn vijftiende kwam hij hier zelf terecht, zijn ouders in Houten achterlatend. Hij is een van de ongeveer 125 topsporters die op het complex woont, waar dagelijks zo’n 500 atleten trainen, in zo’n 30 verschillende (meest Olympische) sporten.
Ongeveer 125 topsporters wonen op Papendal, waar dagelijks zo’n 400 atleten trainen.
Van Dam wijdde uit over zijn ‘winnaarsmentaliteit’. Oftewel: denken als een winnaar. ‘Hoe zorg ik continu dat ik beter ben dan die ander? Je moet steeds doelen stellen, zowel op korte als op lange termijn. Voor mij zijn dat de Olympische Spelen van 2024 in Parijs.’ Maar hij heeft ook een plan-B, vertelde hij. Hij studeert namelijk commerciële economie. Al blijft de sport zeker voorlopig nog wel nummer 1 voor hem. ‘Topsport is niet gezond voor je. Zeker niet volleyen, met al dat springen. Dat voel ik ook wel, als ik ‘s ochtends de trap afloop. Maar het is tegelijk ook wel een beetje verslavend.’
Rondleiding
Na het verhaal van Van Dam, en vóór de clinics in boksen en hardlopen losbarsten, is het dan tijd voor de rondleiding over het uitgestrekte, ongeveer 160 hectare grote terrein. Twee gidsen leiden het gezelschap in evenzovele groepen rond. Een kleine impressie van wat we daarbij zoal te zien kregen:
S
De sportsfeer is overal te proeven en zie je overal doorheen…
Bijna tussen alle (kleurrijke) gebouwen vind je immers wel sporttoestellen…
Maar de sporters kunnen op het complex ook gewoon naar school. Zo verliezen ze weinig tijd, en kunnen ze volop blijven trainen. Allemaal opleidingen in de sporthoek, dat wel. En voor andere opleidingen? De bus brengt je in korte tijd in Arnhem (of Nijmegen).
We mogen weer naar buiten
Heerlijk om elkaar na al die tijd weer eens fysiek te ontmoeten…
We mogen weer naar buiten! Een gevoel dat lang was weggeweest, maar nu door de hele groep gedeeld werd.
Bij de atletiekbaan
Bij de sintelbaan, waar de atleten trainen.
En waar je zelfs nog met verschillende hellingshoeken in het naar boven lopen kan oefenen.
Bijzondere BMX-baan
Ook mooi en bijzonder: de 8 meter hoge BMX-baan, die – uniek in de wereld – kan worden aangepast al naar gelang het parcours van de eerstkomende WK’s of Olympische Spelen. Dagelijks sjouwen de sporters hier hun eigen fietsen de trap op, om zichzelf vervolgens met een snelheid tot wel 60 kilometer per uur naar beneden te storten.
De gebouwen hebben hier vaak namen die doen herinneren aan het roemruchte sportverleden. Zoals hier de Ruskahal, vernoemd naar tweevoudig Olympisch judokampioen Wim Ruska.
En ook binnen is de sporthistorie nooit ver weg. Zoals in deze kleine Tokio-expositie.
Of hier, bij mascotte Tjemp, wiens hoofd is gemodelleerd naar de Olympische vlam.
Dat de sporters gezond moeten eten is vanzelfsprekend. Het wordt ze ook duidelijk gemaakt waaróm. Zo blijken mandarijnen vol vitamine-A te zitten, wat goed is voor het zicht. Weer wat geleerd…
Coach voor coaches
Na de clinics werd de middag afgesloten door een copieus sportdiner, vergezeld door de tweede bijdrage van de dag, door Francesco Wessels. Een bekende spreker, en expert in leiderschap. Maar vooral bekend als ‘de coach van de coaches’. Hij heeft 25 jaar bij het Ministerie van Defensie gewerkt. Daar werd hij gevraagd om advies te geven aan de beslissingnemers op de belangrijkste momenten. Toen werd duidelijk dat er behoefte is aan een coach voor coaches, wat hem uiteindelijk op Papendal deed belanden.
Van hem kregen we nog onder meer mee dat je efficiënter bent als leider als je het échte, belangrijke gesprek kunt voeren. Dat is volgens hem wat een team succesvol maakt. En ook hij legde behendig een link met recruitment. Sportcoaches sluiten alleen mensen uit op basis van talent, vertelde hij. Dat zouden recruiters ook moeten proberen te doen, was zijn boodschap. Dat betekent niet dat je altijd alle relaties goed kunt houden. ‘Dat kan niet. En dat is ook niet je taak’, aldus Wessels. ‘Als leidinggevende moet je vooral in staat zijn om ambities van je teamleden waar te maken. Als wij een ander beter kunnen maken, worden we zelf ook beter.’