Ja, de arbeidsmarkt is krap, zoveel is wel duidelijk. Sterker nog: nooit eerder was de arbeidsmarkt zo krap als in het tweede kwartaal van dit jaar, aldus het CBS. De vacaturegraad, de spanning op de arbeidsmarkt, de groei in vacatures: ze sloegen de afgelopen maanden allemaal alle records. Het aantal vacatures overtrof zelfs voor het eerst in 50 jaar het aantal werklozen. Daarmee bedreigt een nieuwe crisis de arbeidsmarkt.
Is de mismatch op de arbeidsmarkt werkelijk zo groot als de bank meldt?
Maar is het werkelijk zo dat 1 op de 6 vacatures ‘onvervulbaar’ is, zoals ABN Amro meldt, en dat in juli zelfs eventjes gold voor ruim 19 procent van alle vacatures? Is de mismatch op de arbeidsmarkt werkelijk zo groot als de bank meldt (en wij zelf ook overnamen)? Of is er misschien iets meer aan de hand? Om daar antwoord op te krijgen, duiken we eerst maar even in de indicator die ABN Amro sinds een jaar gebruikt om het aantal ‘onvervulbare’ vacatures vast te stellen.
Vreemde gevolgtrekkingen
Dan blijkt onder meer dat de bank zich voor deze indicator volledig baseert op het zogenoemde open data-bestand van het UWV, dat vanaf eind 2019 geldt als vervanging van de eerdere Beroepenkaart-data. Veruit de grootste groep van werkzoekenden – mensen die níet via het UWV zoeken – zijn hierin dus níet meegenomen. Laat staan de latent werkzoekenden, toch ongeveer de helft van de arbeidsmarkt. Met andere woorden: het gaat hier maar om een relatief beperkt deel van alle mogelijke kandidaten voor jouw vacatures.
Wie laat nou zijn droombaan schieten als die een paar kilometer verder reizen is dan gehoopt?
En dan gebeurt er nog iets opmerkelijks: ABN Amro brengt ook de ‘gemiddelde afstand die geïnteresseerde werkzoekenden bereid zijn om te reizen’ in de indicator in. Maar zoals de bank zelf al zegt: ‘Sommige werkzoekenden zijn bereid verder te reizen, anderen minder ver.‘ En wie zou nou zijn droombaan laten schieten omdat die een paar kilometer verder reizen is dan idealiter gewenst? Door de coronapandemie is het fenomeen van recruiten in de eigen regio sowieso al vervaagd: veel banen blijken best op afstand te kunnen worden uitgevoerd, zodat reisafstand steeds minder van betekenis wordt. Elke dag in de file, of één keer per week, dat maakt nogal wat uit.
Matching opmerkelijk
Om het aantal ‘onvervulbare’ vacatures vast te stellen, kijkt ABN Amro vervolgens naar de ‘wensberoepen’ die werkzoekenden bij het UWV invullen. Opnieuw een wat discutabele graadmeter: zou een vacature meteen onvervulbaar zijn als niemand het als een van zijn drie wensberoepen heeft ingevuld? Zou niemand daar dan willen werken? Of heeft het dan misschien eerder met onbekendheid te maken? Bovendien heeft het UWV zelf na 2019 verschillende vergelijkbare wensberoepen al bij elkaar opgeteld, wat vergelijking met eerdere jaren moeilijk maakt.
Is een vacature meteen onvervulbaar als niemand het als een van zijn drie wensberoepen heeft ingevuld?
En dan speelt er nog een probleem: de wensberoepen zijn alleen op gemeenteniveau in de UWV-tabellen opgenomen als ze minimaal 10 keer zijn ingevuld. Ook op provinciaal en landelijk niveau komen ze in de tabellen bij een drempel van 10. Maar dat zijn er dan natuurlijk veel méér. Sterker: kijk je alleen naar het niveau van de gemeentes, dan mis je ongeveer de helft van het totaal aantal wensberoepen. Daarvoor voert ABN Amro weliswaar een correctie door, door te kijken naar wat er mist, en die vervolgens evenredig te verdelen over alle gemeentes. Maar preciezer wordt de indicator daar natuurlijk niet van.
Rekentrucjes
En zo zitten er nog wat ‘correcties’ in, oftewel: rekentrucjes. Zo haalt de bank alleen de zoekactiviteit per gemeente uit de data, en niet de zoekactiviteit per werkzoekende. Ook hier wordt een rekenfactor op losgelaten, gebaseerd op een historisch gemiddelde. ‘Deze factor heeft geen invloed op de relatieve regionale verschillen van de arbeidsmarktkrapte en ook niet op de relatieve verschillen in krapte tussen verschillende beroepen’, aldus de bank. Dat kan zo zijn, maar zegt het daarmee werkelijk nog iets over of een bepaalde vacature ‘onvervulbaar’ zou zijn?
‘Een onvervulbare vacature? Feitelijk bestaat zoiets niet.’
In het boek ‘Schaarste bestaat niet‘ wordt betoogd dat er feitelijk helemaal ook niet zoiets zou bestaan als een ‘onvervulbare vacature’. Zeker niet nu we ook nu nog steeds een ‘onbenut arbeidsmarktpotentieel’ hebben van ongeveer 1 miljoen mensen, zoals het CBS voorrekende. Het betekent misschien wel dat je meer je best zult moeten doen om buiten de gebaande paden te denken, andere groepen zult moeten benaderen dan je gewend bent, misschien aan zelf opleiden zult moeten denken. Of aan samenwerking met andere organisaties in je branche, aan samen arbeidspools vormen.
Conclusie: ongefundeerd
Nederland heeft nog best een grote arbeidsreserve, er vindt nog steeds best veel arbeidsmarktdiscriminatie plaats (met name op leeftijd), er wordt nog altijd veel op ervaring gematcht in plaats van op skills. Kortom: het is ongetwijfeld niet makkelijk, en ja, de arbeidsmarkt is zeker krap. Misschien wel krapper dan ooit tevoren. De traditionele vormen van recruitment zullen inderdaad steeds minder effect sorteren. Er is nu méér nodig.
Traditionele vormen van recruitment zullen steeds minder effect sorteren. Er is nu méér nodig.
En ja, dat betekent ongetwijfeld dat er ook vaak geen UWV-werkzoekende bij jou in de buurt zal zijn die jouw vacature als ‘wensberoep’ heeft opgegeven. Maar om daarmee te zeggen dat 16,5 procent van de vacatures feitelijk ‘onvervulbaar’ is, zoals ABN Amro beweert? Die stelling beoordelen we als: ongefundeerd. Het gaat ongetwijfeld om een indicator die aardig de ontwikkeling in de spanning op de arbeidsmarkt weerspiegelt. Maar meer ook niet.