Een van de belangrijkste oplossingen om krapte tegen te gaan is: mensen meer uren laten maken (er zijn er nog veel meer). In de huidige arbeidsmarkt is dat geen slecht idee, aangezien het gevoel van ‘Waar zijn al die mensen gebleven’ niet alleen gevoed wordt door het gebrek aan sollicitanten, maar nog meer door het gebrek aan beschikbare uren op de arbeidsmarkt.
Meer uren werken lijkt een goede remedie tegen schaarste.
Door het gigantische ziekteverzuim, gecombineerd met de wens van kandidaten en werknemers om vooral mínder te werken staat het aantal beschikbare uren sterk onder druk. Daarbij is de hoop natuurlijk dat het verzuim een tijdelijke piek is (al lijkt de trend daar niet op). Vandaar dat je beter niet kunt inzetten op een voltijdsbonus, maar liever op een tijdelijke oplossing voor mensen die extra willen werken.
Mensen willen vooral: mínder werken
De voltijdsbonus die nu op tafel ligt in de Tweede Kamer gaat immers voorbij aan de status van de arbeidsmarkt. Die laat zien dat het nu een kandidatenmarkt is, waarin werknemers de richting bepalen. En die richting is vooral: minder werken. Nederland is al deeltijdkampioen, en deze trend gaat door. Steeds meer fulltimers (en dus ook: steeds meer mannen) willen deeltijd werken, en de instroom op de arbeidsmarkt gaat ook steeds meer naar deeltijd. Combineer dit met trends als Quiet Quitting, FIRE, en minimalisme van werk (minimaal werken, maximaal leven en verdienen), dan is duidelijk: mensen willen minder werken, in uren en jaren.
De arbeidsmarkt laat zich sinds de opkomst van internet niet meer zo makkelijk reguleren.
Anderzijds gaat het voorstel van de voltijdsbonus uit van een maakbaarheid van de arbeidsmarkt. Alsof we nog in de jaren 80 leven, waarbij overheid en werkgevers aan knoppen kunnen draaien en dat problemen zich dan vanzelf oplossen. Maar de arbeidsmarkt laat zich sinds de opkomst van internet niet meer op die manier reguleren. Toch klopt het dat er honderdduizenden mensen zijn die méér willen werken (vaak gehinderd door systemen, cao’s, werkgevers, of richtlijnen) én miljoenen mensen bereid zijn om tijdelijk meer te werken om hun werkgever uit de brand te helpen. Er is dus meer dan voldoende restcapaciteit om bij te schalen.
Olifant in de kamer
Hoe dit probleem dan op te lossen? Elke expert is het eigenlijk wel erover eens: arbeid moet lonen. En als het gaat om een bonus, dan zou arbeid zelfs boven-proportioneel moeten lonen. In Nederland hebben we zo’n 1,5 miljoen mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt (onbenut potentieel of talent noemen we dat!). Veel van deze mensen gaan niet werken, omdat werken simpelweg voor hen niet voldoende loont en te veel risico met zich meebrengt in de reductie van opgebouwde rechten, zoals subsidies en toeslagen.
Als iedereen het erover eens is dat extra arbeid extra moet lonen…? Let’s do it!
Hier wordt echter niets aan gedaan – en met de huidige energieprijzen/inflatie wordt het nog lastiger om deze groep naar de arbeidsmarkt te brengen. Daardoor wordt nu de oplossing bij de werkende populatie gezocht. Maar daar speelt exact hetzelfde probleem dat extra arbeid óók extra moet lonen. Maar wacht even, als iedereen het erover eens is dat extra arbeid extra moet lonen…? Let’s do it!
Tijdelijke maatregelen
Hoe zou dat kunnen? Mijn voorstel zou zijn om een aantal tijdelijke maatregelen te nemen (bijvoorbeeld tot eind 2023) en dan alleen op basis van vrijwilligheid. Om meer werken extra aantrekkelijk te maken voor iedereen in de Nederlandse beroepsbevolking zouden we bijvoorbeeld:
- Voor mensen die tijdelijk 4 of 8 uur extra boven op hun huidige contracturen willen werken (met een maximum van 48 uur per week), hun brutoloon nettoloon kunnen maken voor deze overuren. Dat maakt het voor iedereen financieel aantrekkelijk om extra te werken.
- Iedereen in een uitkeringssituatie of anderszins behorend tot het onbenutte arbeidspotentieel 4 of 8 uur kunnen laten werken, zonder dat het consequenties heeft voor hun rechten en plichten. Deze maatregel kan ook de afstand tot de arbeidsmarkt verkleinen.
- Het uitkeren van vakantie-uren niet extra belasten, maar juist mínder, zodat tijd-voor-tijd minder aantrekkelijk wordt.
- Werkgevers die het mogelijk maken dat mensen extra werken, daarvoor maar beperkt belasten (vanwege extra administratieve kosten).
- Het fiscaal/administratief makkelijker kunnen maken om tijdelijk voor meerdere werkgevers te werken in loondienst. Nu is het administratief vaak makkelijker om dit via (uitzend)bureaus te regelen.
Nu het leven een stuk duurder is geworden, denk ik dat veel mensen het interessant vinden om tijdelijk extra uren te maken als ze daarvoor bovengemiddeld beloond worden en de extra uren dus ook daadwerkelijk lonen. Werknemers blij, werkgevers blij, samenleving blij. Daarbij zal het de arbeidsmarkt ook flexibeler maken en nieuwe ruimtes geven in cao’s en gesprekken tussen werkgevers, werknemers en overheid om tot een oplossing te komen in het vastlopen van de arbeidsmarkt. Misschien dat we uit de huidige crisis dan toch nog iets positiefs kunnen halen voor de arbeidsmarkt.
Over de auteur
Geert-Jan Waasdorp is directeur van Intelligence Group en uitgever van Werf-en.nl.
Lees ook
- 27 dingen die we nog niet wisten over de Europese arbeidsmarkt
- Drama bij recruiters en recruitmentafdelingen (En zo zou ik een winnend team bouwen)
Meer trends?
Wordt de situatie volgend jaar nóg krapper? Of gaan we een kentering zien? En welke kant gaat het dan op? Op 30 november vindt het Seminar arbeidsmarkttrends 2023 – 2027 plaats, al meer dan 10 jaar hét arbeidsmarktevent van het jaar, waarin de beste sprekers en specialisten een update en een doorkijkje geven naar de arbeidsmarkt van de komende jaren. Met dit jaar onder meer keynotes van Mathijs Bouman en Gusta Timmermans. Dus: schrijf je snel in!