Het nieuws sneeuwde vorige week een beetje onder. Maar nochtans was het behoorlijk schokkend wat het CBS liet zien met de meest recente economische cijfers. En dan hebben we het niet zozeer over die geringe BBP-groei van 0,1 procent. Wat nog meer in het oog viel was eigenlijk de ontwikkeling van de arbeidsproductiviteit. Na een paar jaar van (lichte) groei dook die namelijk weer eens onder het nulpunt. En dat konden we op de huidige krappe arbeidsmarkt nou eens net níet gebruiken. Want dat betekent dat we voor verdere groei nóg meer afhankelijk worden van meer inzet van mensen dan hiervoor.
De arbeidsproductiviteit is kort gezegd hoeveel binnenlands product we per gewerkt uur kunnen produceren. Daalt dat cijfer, dan betekent het dus dat we méér mens(ur)en nodig hebben om hetzelfde te produceren. En juist aan die (goede) mensen is momenteel zo’n groot gebrek. Vandaar dat we rustig kunnen stellen dat de daling van de arbeidsproductiviteit met maar liefst 0,6 procent misschien wel het slechtste nieuws is dat recruiters de afgelopen weken hebben kunnen tegenkomen.
20 jaar digitaliseren: 0 resultaat
Iemand als FD-econoom Mathijs Bouman (foto) hamert er al geruime tijd op: alleen in de arbeidsproductiviteit zit de echte oplossing voor de structurele schaarste. Maar tegelijk blijft de groei ervan al jaren achter, ondanks alle focus op automatisering en robotisering. ‘De arbeidsparticipatie staat op het hoogste peil ooit – en zo’n groei als tussen 2013 en 2023 gaat zich niet herhalen. Het idee dat er nog arbeidsreserves zijn die we makkelijk kunnen aanboren is een fictie. Bedrijven die willen groeien moeten vol investeren in arbeidsvervangende technologie’, zei hij er onder meer over op het Werf&-seminar Arbeidsmarkttrends.
‘Twintig jaar van digitaliseren en automatisering heeft precies niets opgeleverd.’
Misschien dat A.I. daarbij wel eens de reddende engel kan zijn, stelde hij ook. ‘Kantoren staan vol computers, elke werknemer heeft via het internet toegang tot alle kennis van de mensheid, maar productiever wordt men niet. Terwijl tussen 2002 en 2022 de arbeidsproductiviteit in de industrie met 65% toenam, was er in de zakelijke dienstverlening sprake van stilstand. Zo’n 20 jaar digitaliseren en automatiseren heeft precies niets opgeleverd.’ Maar dat zou met A.I. wel eens kunnen veranderen, hoopt hij.
Economen eensgezind
Ook andere economen tonen zich vrij eensgezind als het om dit onderwerp gaat. Meer arbeidsproductiviteit is echt hard nodig, want alleen maar meer mensen werven en aan het werk zetten, daar gaan we het niet meer mee redden, zo is de algemene gedachte. Dat viel bijvoorbeeld te horen bij de groep economen van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) die in februari nog een bezoek brachten aan Nederland, met een rugtas vol met goedbedoelde adviezen over onder meer A.I. en automatisering.
Ook econoom Heleen Mees haalde het onderwerp recent uitgebreid aan bij BNR, en hoogleraar Robert Dur benoemde het ook nog in zijn Dies Natalis, eind januari bij de Universiteit van Maastricht, waarin hij de uitdagingen van de Nederlandse arbeidsmarkt besprak. Om de productiviteit te verhogen, zouden we bijvoorbeeld wat strenger kunnen zijn voor de nu dominante, maar laagproductieve sectoren als slachthuizen, distributiecentra en kassen, zoals ook DNB-president Klaas Knot bepleitte, net als Frans Timmermans in zijn Banning-lezing, en ook diverse universiteiten.
Ook internationaal laag
De groei van de Nederlandse arbeidsproductiviteit is de afgelopen decennia niet alleen steeds verder teruggelopen, hij is ook in internationaal perspectief behoorlijk laag, liet ESB recent zien. In Zweden, Denemarken, Duitsland, Oostenrijk, Zwitserland en de Verenigde Staten ligt de gemiddelde jaarlijkse groei bijvoorbeeld een stuk hoger, terwijl het niveau daar vaak sowieso al (soms ver) boven dat van Nederland ligt.
Wat eraan te doen? Het probleem ligt namelijk niet zozeer in het grote aantal zzp’ers in Nederland, noch in gebrekkige marktwerking, een haperende verspreiding van kennis, of te lage lonen, zo werd eerder eigenlijk al geconstateerd. Ook volgens de ESB-analyse is de oorzaak grotendeels te vinden in de laagproductieve sectoren, die een steeds groter deel van de werkgelegenheid opsouperen. Denk niet alleen slachthuizen, kassen en distributiecentra, maar ook: schoonmaak, beveiliging, uitzendbureaus. Terwijl hoogproductievere sectoren als mijnbouw, telecom en financiële diensten dus juist relatief minder hard groeien.
Arbeidsmarktdynamiek
De ESB-auteurs noemen echter ook nog een ander interessant aspect als mogelijke verklaring voor de lage groei van de arbeidsproductiviteit, en dat is: de dynamiek op de arbeidsmarkt. Die is in Nederland namelijk ook ongunstiger dan bijvoorbeeld in Denemarken en Zweden, zo valt er te lezen. Daar zou het immers gebruikelijker dan in Nederland zijn om van baan te wisselen, aldus ook OESO-cijfers. Dus ondanks dat we vaak dénken dat we in Nederland een heel flexibele en volatiele arbeidsmarkt hebben, is dat in de praktijk misschien wel helemaal niet zo. Met dus vrij funeste gevolgen voor de arbeidsproductiviteit.
Het is juist hier dat de wereld van recruitment ook om de hoek komt kijken. Want investeren in innovatie en kennisontwikkeling, dat ligt in de meeste organisaties meestal niet op het bordje van de recruiter. Maar dat is anders waar het gaat om de arbeidsmarktdynamiek aanjagen. De ESB-auteurs pleiten bijvoorbeeld voor inzet op om- en bijscholing en intersectorale mobiliteit, teneinde het mensen makkelijker te maken tijdens de loopbaan van baan te wisselen. Maar ligt hier niet ook juist een mooie taak voor de recruiter? En zo bevat de analyse toch ook weer wat goed nieuws. Dus hup, recruiters van Nederland, help die dynamiek op de arbeidsmarkt te versnellen, en zorg eens voor meer mobiliteit! Anders wordt het nooit meer wat met de arbeidsproductiviteit…
Over de auteur
Peter Boerman is hoofdredacteur van deze site. Hij schrijft af en toe opinies op persoonlijke titel. Zoals deze.