We hadden al assessments op basis van je sociale media, je micro-expressies, je biologische reacties, je taalgebruik of hoe je gamet. Maar volgens Danielle Krekels vertellen ze allemaal eigenlijk maar weinig over een kandidaat. Volgens haar ligt de oplossing veel meer in… hoe en waarmee je als kind speelde. ‘Dat zegt zóveel over hoe je je later ontwikkelt. Op basis van je kinderspeelgoed kunnen wij compleet blootleggen waar jij goed in bent: je potentieel, je karakter en je motivatie.’
Was je gek op dieren? ‘Dat zegt zóveel over hoe je je later ontwikkelt.’
Was je gek op dieren? Verslond je boeken? Speelde je graag schooltje? Of liever met Lego-blokjes of Meccano? Was je dol op voetbal? En dan het liefst in een groepje op het grasveldje? Of stond je liever uren tegen de garagedeur te knallen? Volgens Krekels zegt het allemaal heel veel over je zogenoemde ‘intrinsieke KernTalenten’. En dus over je toekomst. Het is goed om die kerntalenten te leren kennen, zegt ze ook: daardoor kun je beter zijn in wat je doet en vergroot je je geluksgevoel.
Toevallige ontdekking
Krekels ontdekte haar methode min of meer toevallig. De Vlaamse was in 1989 nog recruiter voor engineers. Mooi werk, vond ze. ‘Ik luisterde makkelijk uren naar de verhalen van de kandidaten. Niet efficiënt misschien, maar wel bijzonder leerrijk. En op een gegeven moment besefte ik dat veel van hen tijdens hun interview uitriepen: “Goh, Danielle, ik was als kind ook al zo, hoor.” Veel van hetzelfde soort ingenieurs vertelden me spontaan dat ze met hetzelfde soort speelgoed speelden.’
‘Veel van hetzelfde soort ingenieurs vertelden me spontaan dat ze met hetzelfde soort speelgoed speelden.’
Toen viel bij haar het kwartje, zegt ze. ‘Ik bedacht me op dat moment: zou het kunnen dat het kind niet creatief wordt ván Lego, maar dat het met Lego speelt omdát het die bepaalde vorm van creativiteit heeft?’ En met dat besef begon eigenlijk de ontwikkeling van haar inmiddels wijdverbreide methode. De volgende 15 jaar wijdde ze aan onderzoek, met check en dubbelcheck op wat dit als volwassene allemaal zou kunnen betekenen. ‘Puur empirisch, jawel. Ik hield helaas niet bij welke interpretaties niet geldig bleken, maar wel de eigenschappen die deze check & dubbelcheck overleefden als blijkbaar wel altijd correct.’
Zijn, zullen kunnen, willen
Het bleek daarbij helemaal niet te gaan om waarom je met iets speelde of hoe vaak, ontdekte ze. Het ging veel meer om de vraag: wat en hoe je preciés speelde. En ook belangrijk: hoe graag? ‘Of iemand als kind iets goed kon of niet, doet er eigenlijk zelfs helemaal niet toe’, constateerde ze. ‘Het feit dát je als kind graag met iets speelde, legt al een stukje bloot van je aard (je zijn), je talenten (zullen kunnen) en je intrinsieke motivatie (willen).’
Die onbewuste voorkeur in je kindertijd is de rest van je leven waardevolle informatie, benadrukt ze. Ook op de arbeidsmarkt. ‘Als je jouw KernTalenten weet, kun je bepaalde dingen worden. En bepaalde dingen beter niet. Als je de KernTalenten hebt om een appel te worden, word dan die lekkere, zoete, dikke, sappige, knapperige en blozende appel. Maar probeer niet wanhopig een peer te zijn. Als je dat als kind al niet hebt meegekregen, dan wordt het namelijk heel moeilijk.’
400 analisten
Inmiddels werken zo’n 400 analisten met de methode die ze in de jaren erna heeft opgesteld. In Nederland zijn het er ongeveer 100, onder wie ongeveer 30 (ex-)recruiters. Zij kunnen in een kort of langer interview bovenhalen waarméé je speelde, en hoe je dat deed. Op basis van de duizenden analyses die inmiddels gedaan zijn, resulteert dat in een KernTalenten-schets op 23 verschillende dimensies. De test-hertestbetrouwbaarheid ervan schijnt ongeveer even hoog te liggen als de Big 5. ‘Al mikt die op andere kenmerken dan een KernTalenten-analyse’, aldus Krekels. ‘Zo zoeken wij bijvoorbeeld niet naar ‘Vriendelijkheid’.’
‘Leuk om Paul de Leeuw eens met zijn mond vol tanden te zien…’
De methode heeft al heel wat stof doen opwaaien. Krekels stond in België al in vrijwel alle kranten, maar mocht in Nederland bijvoorbeeld ook al bij Paul de Leeuw haar verhaal vertellen. ‘Leuk om hem eens met de mond vol tanden te zien, zeiden mensen daarop.’ In de afgelopen jaren schreef ze ook drie boeken, waarvan de laatste, Krachtig met KernTalenten, niet alleen bijdrages bevat van onder meer hersenonderzoeker Dick Swaab, maar bovendien nader inzoomt op de waarde van de methode voor werving en selectie.
Doorbraak bij hoogbegaafden
Haar doorbraak beleefde ze met onderzoek bij hoogbegaafden, wat haar in 2015 ook een Mensa Award opleverde. ‘De KernTalentenmethode heeft al vele hoogbegaafden geholpen om duurzaam een plek in het werkzame leven te vinden’, schreef de jury destijds. ‘Krekels heeft er gedurende 25 jaren zonder enige vorm van subsidie aan gewerkt. Wereldwijd ruim 10.000 analyses met diepte-interviews leidden tot de ontwikkeling van een online vragenlijst met een hoge betrouwbaarheidsindex. Met deze methode komt er veel inzicht in de talenten van hoogbegaafden. Daarmee wordt een grote bijdrage geleverd in het herkennen, erkennen én inzetten daarvan in de werkomgeving.’
‘Met kennis van je karakter, je talenten én je motivatie vermijd je geld-, tijd- en energieverlies.’
Ze vertelt er echter nog steeds bescheiden over. Al is haar ambitie er niet minder om. Want de methode kan volgens haar veel ellende voorkomen. ‘Veel jongeren maken verkeerde studiekeuzes, burn-out is een groeiend probleem en mensen schikken zich in onwijze situaties’, zegt ze. ‘Dit hoeft echter niet zo te zijn. Met kennis van je karakter, je talenten én je motivatie vermijd je geld-, tijd- en energieverlies en kun je positieve en duurzame keuzes maken.’ En dat is niet alleen voor de betrokken kandidaten interessant, zegt ze, maar net zo goed voor werkgevers en recruiters. ‘Die kunnen zo veel beter kijken of iemand bij de vacature past.’