Werving en selectie wordt een steeds belangrijker vak. En wie goed kijkt, ziet daarvoor steeds meer bewijzen. Zoe May noemt er alvast 3, die volgens haar zelfs een ‘Gouden Eeuw’ van recruitment inluiden.
Een carrièrestap naar het werving- en selectievak werd voorheen nog wel eens meewarig begroet, schrijft Zoe May, zelf werkzaam bij EQT Ventures. Daar was toch geen loopbaan of prestige in te halen? Historisch gezien was de drempel om in dit vak te beginnen laag. Er zijn nauwelijks opleidingseisen voor, met als gevolg dat jonge, slimme en ambitieuze mensen meestal een ander vak kozen als ze echt vooruit wilden in het leven.
Alsof er een net gespannen is met daarop ‘recruitment’, waarin iedereen zomaar kon neerploffen
Is recruitment een soort vangnet of zo?
Veel mensen in het vak zeggen ook dat ze er ‘per toeval’ in terecht zijn gekomen. Waarop May zich afvraagt: wanneer hoorde je voor het laatst een bankier of softwareontwikkelaar zeggen dat ze ‘per toeval’ hun vak zijn ingerold? Alsof er een net gespannen is waarop ‘recruitment’ staat, en waarin iedereen zomaar kon neerploffen die niet kan worden wat hij of zij eigenlijk wilde. Maar volgens haar is er wel een verandering gaande. Een heuse ‘paradigma shift‘ zelfs, die ze afleidt uit drie ontwikkelingen:
#1. Recruitment wordt een meer strategische functie
Steeds meer organisaties erkennen de laatste jaren het belang van het juiste talent voor hun succes. HR wordt daardoor niet meer alleen de club die de lonen betaalt en de pensioenen regelt. De afdeling schuift nadrukkelijker op naar het hart van de organisatie. Steeds meer bedrijven hebben ook in-house recruiters, en hun toegevoegde waarde is steeds makkelijker aangetoond. Werving en selectie wordt ook zichtbaar minder ad-hoc uitgevoerd, aldus May. ‘Eens was het een puur transactionele activiteit. Nu wordt recruitment steeds meer relatiegedreven en vraagt het plek aan de bestuurstafel.’
Niet gek dat steeds meer start-ups al in het prille begin een ‘Head of Talent‘ aanstellen
Een belangrijke rol hierin is weggelegd voor start-ups. Die plaatsen zonder uitzondering niet alleen hun product op de voorgrond, maar benoemen ook steeds het belang van het juiste team. Ook investeerders zien de waarde daarvan. Ze beseffen steeds beter dat het niet zozeer gaat om de kwaliteit van het idee, maar om de kwaliteit van degenen die dat idee ten uitvoer moeten brengen. Niet gek dus ook dat steeds meer start-ups al in het prille begin een ‘Head of Talent‘ aanstellen. Juist in de digitale transformatie wordt een strategische talentbenadering noodzaak, stelt May.
#2. Er is steeds meer technologie voor beschikbaar
Een aardige graadmeter van hoe belangrijk een bepaald vak wordt gevonden, is de mate van technologie die ervoor beschikbaar is, stelt May. Dat bepaalt immers of bedrijven bereid zijn erin te investeren. En dat is bij werving en selectie de laatste jaren zeker enorm aan het groeien. De wereldwijde markt voor technologie op HR- en recruitmentgebied wordt geschat op zo’n 10 miljard dollar.
Veel van die software richt zich erop repeterend werk uit handen te nemen. Er komen steeds meer tools die van werving en selectie méér willen maken dan door cv’s en motivatiebrieven heenbladeren. LinkedIn, Hired, Indeed en honderden nieuwkomers als Blendoor en talent.io maken het makkelijk met het juiste talent in contact te komen zonder de deur uit te hoeven. Eén stap verder staan geavanceerdere tools als Applied, die helpen te selecteren zonder bias. En ook CRM’s zoals Beamery betreden de werving- en selectiemarkt. Zo wordt ook de voorsprong die sales- en marketingafdelingen jarenlang hadden langzaam maar zeker ingelopen.
Automatisering maakt tijd vrij voor de meer intellectuele uitdaging die óók hoort bij werving en selectie
Deze technologische vooruitgang helpt om tijd vrij te maken voor de meer intellectuele uitdaging die óók hoort bij werving en selectie. Dat gaat dan om vragen als: testen we mensen wel op de goede manier? Hoe vinden we ondergewaardeerd talent? Hoe bouwen we netwerken op? En wat betekent het als het concept ‘werk’ verandert?
#3. Er komt meer academische belangstelling voor
Een derde teken aan de wand als het gaat om het groeiende belang van recruitment is voor May de toenemende interesse van academici. Dat uit zich volgens haar op twee manieren. Zo merkt ze aan de ene kant een stijgende belangstelling van wetenschappers voor het werving- en selectievak. Wereldwijd verschenen bijvoorbeeld al veelgelezen boeken als The Talent Delusion, Een cultuur voor iedereen, Originals, en Uitblinkers. En ook op universiteiten wordt er steeds meer serieus onderzoek gedaan (In Nederland is bijvoorbeeld Kobe de Keere een promotie gestart, en won David Dalenberg recent de Amsterdamse scriptieprijs met onderzoek rondom AI en discriminatie in recruitment).
Aan de andere kant ziet May ook dat steeds meer academisch gevormde studenten hun neus niet meer voor het vak ophalen. Ze ziet zelfs steeds meer mensen vanuit andere beroepen uit vrije keuze naar recruitment overstappen. En niet alleen meer omdat het ze niet lukt in hun eigen vak voet aan de grond te krijgen, maar volgens haar juist ook omdat er zulke spannende (technologisch) dingen gebeuren in werving en selectie.
Zijn de tijden van de vacaturevullers voorbij?
Zijn met deze drie ontwikkelingen de tijden voorbij dat recruiters er alleen waren om op een transactionele manier vacatures in te vullen? Dat is niet meteen waarschijnlijk, schrijft May. ‘Maar het landschap verandert wel. We zien meer mensen in het vak komen met intellectuele nieuwsgierigheid naar mensen, hun talenten en de veranderende definitie van loopbanen en werk.’
‘Ik kan me geen interessantere tijd indenken om in dit veld werkzaam te zijn’
In haar boek Powerful vergelijkt voormalig Netflix-recruiter Patty McCord de huidige staat van recruitment met die van productontwikkeling vóórdat het allemaal agile, lean en customer-centric was. Die kant gaat het volgens haar ook op met werving en selectie, maar dan met de kandidaat in het middelpunt van de aandacht. Volgens May zullen we daarmee ‘een Gouden Eeuw’ voor recruitment betreden. ‘Een loopbaan in dit vak wordt snel een begeerde keuze voor de zeer getalenteerden. Ik kan me dan ook geen interessantere tijd bedenken om in dit veld werkzaam te zijn.’